Organisatie | Barneveld |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening brandveiligheid en hulpverlening |
Citeertitel | Verordening brandveiligheid en hulpverlening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen.
Brandweerwet 1985, art. 1, tweede lid
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-11-2011 | 01-01-2014 | Onbekend. | 08-11-2011 Barneveld Vandaag 17-11-2011 | Onbekend. | |
01-03-2005 | 01-02-2005 - |
Verordening brandveiligheid en hulpverlening
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
de uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken en bestrijden van rampen en zware ongevallen, als bedoeld in artikel 2 van de Wet rampen en zware ongevallen;
de uitvoering van werkzaamheden ter zake van het beperken van rampen en zware ongevallen, als bedoeld in artikel 2 van de Wet rampen en zware ongevallen;
Artikel 2 Gemeentelijke brandweer
Burgemeester en wethouders beschikken over een gemeentelijke brandweer.
De taken van de gemeentelijke brandweer bestaan, behalve de in artikel 5 aan de regionale brandweer opgedragen taken, uit:
Artikel 4 Beleidsplan brandveiligheid en hulpverlening
Burgemeester en wethouders stellen jaarlijks een uitvoeringsprogramma brandveiligheid vast dat gebaseerd is op de uitgangspunten zoals verwoord in het beleidsplan Brandweer. Dit uitvoeringsprogramma omvat in elk geval een omschrijving van de financiële en personele middelen, en uit te voeren activiteiten, die beschikbaar zijn voor de uitvoering van pro actie, preventie, preparatie, repressie en nazorg.
1.Het personeel van de gemeentelijke brandweer bestaat uit:
a. één commandant (tevens hoofd van de gemeentelijke afdeling);
b. één coördinator voor niet repressieve zaken;
c. één coördinator voor repressieve zaken;
d. personeel dat is aangesteld om bij wijze van beroep werkzaamheden bij de brandweer te verrichten;
e. personeel dat, na vrijwillige beschikbaarstelling, is aangesteld om anders dan bij wijze van beroep werkzaamheden bij de brandweer te verrichten.
2. De opbouw van de uitrukposten is als volgt:
2. een plaatsvervangend postcommandant;
3. maximaal 31 medewerkers waarvan ten minste zeven bevelvoerders.
2. een plaatsvervangend postcommandant;
3. maximaal 20 medewerkers waarvan ten minste twee bevelvoerders.
c. Voor de posten Garderen, Kootwijkerbroek en Zwartebroek:
2. een plaatsvervangend postcommandant;
3. maximaal 14 medewerkers waarvan ten minste twee bevelvoerders.
Artikel 7 Opleiding en oefening
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de opleiding en oefening van het brandweerpersoneel, die voor de taakuitoefening noodzakelijk zijn. Op basis van het beleidsplan Brandweer stellen zij een uitvoeringsprogramma opleiden en oefenen vast.
Artikel 8 Instructie commandant
De commandant heeft de algemene leiding en het bevel over de brandweer, overeenkomstig de voor hem door burgemeester en wethouders vastgestelde instructies.
Het materieel van de gemeentelijke brandweer bestaat ten minste uit:
2. Het materieel van de gemeentelijke brandweer bestaat ten minste uit:
• 1 dienstauto voor de officier van dienst
• 1 dienstauto tevens inzetbaar voor de regionale functie Commandant van Dienst
• 1 dienstauto tevens inzetbaar voor de regionale functie Voorlichter van Dienst
• 1 haakarmbakvoertuig met 1 haakarmbak. Daarnaast kan de gemeentelijke brandweer gebruik maken van materieel dat door de regionale brandweer ter beschikking is gesteld.
Artikel 10 Bluswatervoorziening
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor zodanige bluswatervoorzieningen en de bereikbaarheid daarvan, dat de brandbestrijding te allen tijde zoveel mogelijk gewaarborgd is.
Vastgesteld in de vergadering van burgemeester en wethouders 8 november 2011.
De burgemeester, De secretaris,
De Brandweerwet legt de gemeenten de verplichting op om te beschikken over een gemeentelijke brandweer. De taken, inrichting en het beheer over de brandweer dienen bij verordening geregeld te zijn.
Hier worden de begrippen repressie, pro actie en preventie nader uitgelegd. De andere elementen van de veiligheidsketen preparatie en nazorg zitten hierin opgesloten. Uitleg van de in dit artikel gebruikte begripsomschrijvingen is noodzakelijk om de afbakening van de taken aan te geven tussen brandweer en andere gemeentelijke afdelingen.
In dit artikel worden de aan de brandweer opgedragen taken genoemd. Naast de gemeentelijke brandweer is er de regionale brandweer. Het is dus van belang om goed te regelen wie welke taken uitvoert.
In dit artikel wordt de koppeling gelegd tussen het beleidsplan Brandweer, het jaarprogramma en de begroting van de brandweer.
De regionale brandweer vervult een aantal wettelijk opgedragen taken. Naast deze taken wordt de regio bij bepaalde werkzaamheden van de gemeentelijke brandweer ingeschakeld om advies te geven.
In de verordening wordt opgenomen dat de organisatie bestaat uit medewerkers in dagdienst en vrijwilligers.
In de verordening van 1989 was de bepaling opgenomen dat de post Barneveld naast de postcommandant en plaatsvervangend postcommandant bestond uit 31 medewerkers. Om praktische redenen (groepsindeling en bezetting voertuigen) is enkele jaren geleden het aantal van 31 uitgebreid naar 32. Dit moet nog in de verordening worden opgenomen.
Ook hier wordt weer een koppeling gemaakt tussen het beleidsplan Brandweer, het jaarprogramma en de begroting van de brandweer.
Naast eigen voertuigen maakt de gemeentelijke brandweer voor de uitvoering van regionale taken gebruik van regionaal materieel.