Organisatie | Wijchen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Stimuleringsfonds Wonen & Monumenten 2008 |
Citeertitel | Verordening Stimuleringsfonds Wonen & Monumenten 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-12-2008 | 02-09-2017 | nieuwe regeling | 27-11-2008 Wegwijs, 03-12-2008 | 08/9841 |
Het aanvragen van de stimuleringslening.
De lening wordt verleend onder hypotheekvestiging voor de te verstrekken laagrentende lening op het onroerende goed waar de lening betrekking op heeft, of een ander nader te bepalen onroerend goed van aanvrager. Burgemeester en wethouders kunnen bepalen in welke gevallen er geen hypotheekstelling wordt vereist.
Artikel 13. Hardheidsclausule.
Als door bijzondere omstandigheden de strikte toepassing van deze verordening, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, zou leiden tot een niet gerechtvaardigde uitkomst, kan het college afwijken van deze verordening mits de aard en de strekking van de regeling niet worden aangetast.
Toelichting op de verordening.
Begripsbepalingen. Aanvrager: het is altijd de eigenaar die de aanvraag doet. Dit is zo geregeld omdat leningen nagenoeg altijd worden verstrekt onder hypotheekstelling. Deze hypotheekstelling komt altijd op naam te staan van de eigenaar van het onroerende object. Geen bijzondere opmerkingen bij de overige begripsbepalingen.
Restauratie en onderhoud van gemeentelijke monumenten. Bij deze categorie gaat het om herstelplannen die met alleen een subsidie uit het Monumentenfonds moeilijk of niet van de grond kunnen komen. De combinatie van subsidie en stimuleringslening biedt hier een goede oplossing. Er zijn zo al diverse monumenten opgeknapt.
Verbetering van particuliere eigen woningen van vóór 1 januari 1946. Hier moet het gaan om woningen die niet voldoen aan redelijke eisen van bewoonbaarheid. In hoofdzaak gaat het om werkzaamheden die betrekking hebben op het herstellen van dak, gevels en vloeren (draagconstructie) van het pand. Het niet aanwezig zijn van een goede douche- of toiletruimte en isolatievoorzieningen valt ook onder de regeling. Voorwaarde is dat alle aan te brengen voorzieningen sober en doelmatig worden uitgevoerd. Het maken van bijvoorbeeld dure luxe badkamers en toiletruimten valt hier duidelijk niet onder.
Het "opplussen" van woningen. Het “opplussen” van bestaande woningen om te bevorderen dat ouderen zo lang mogelijk zelfstandig kunnen blijven wonen. Het betreft hier mensen vanaf 55 jaar en ouder, die wonen in woningen gebouwd vóór 1 januari 1995. In eerste instantie zullen deze mensen eerst bij het gemeentelijke loket Vraagwijzer terecht moeten (woningaanpassing m.n.) omdat daar speciale faciliteiten aangeboden kunnen worden. Voor gevallen die geen of slechts beperkt een beroep op Vraagwijzer kunnen doen, kan deze optie een vervangend of aanvullend alternatief zijn. Bij de behandeling van deze aanvragen zal altijd navraag gedaan worden bij loket Vraagwijzer. Voorzieningen ter voorkoming van woninginbraak. Deze optie heeft tot doel om bestaande woningen van voor 1 januari 1995 beter te beschermen tegen inbraak. Voorzieningen die voldoen aan de normen van het Politiekeurmerk verhogen de veiligheid. Een laagrentende lening maakt dit bereikbaar voor een brede groep.
Overige voorzieningen op het gebied van Wonen.
Dit kunnen allerlei zaken betreffen die in het belang van Wonen zijn en in aanmerking komen voor een stimuleringslening. Het college bepaalt of de voorzieningen passen binnen het Wonen.
Er is een ondergrens van € 1.000,-- ingebouwd voor wat betreft het minimaal uit te lenen bedrag. Het uitlenen van kleinere bedragen levert verhoudingsgewijs vaak niet veel effect op en kost ook de nodige administratieve verwerkingstijd. Uiteraard kunnen er alleen leningen verstrekt worden als het fonds voldoende gevuld is. Bij het fonds is sprake van een revolving fund: rente en aflossingen vloeien er weer in terug. Op die manier kunnen gelden steeds weer opnieuw worden uitgezet. Ten aanzien van het toe te passen rentepercentage wordt uitgegaan van een rente die zo'n 5% onder de actuele marktrente ligt. Op dit moment wordt 1,5% aangehouden. De gemeente is echter vrij om te bepalen welk rentepercentage zij in bepaalde gevallen hanteert.
De maximaal uit te lenen bedragen zijn hier vermeld. Alleen in uitzonderlijke concrete gevallen kan besloten worden om hiervan af te wijken (zie artikel 14 Hardheidsclausule). De maximale leningsbedragen kunnen in de loop der tijd aangepast worden als hier aanleiding toe bestaat. Aanpassing hangt nauw samen met de mate waarin een beroep op de regeling wordt gedaan en de hoogte van het bedrag dat er in het stimuleringsfonds beschikbaar is.
Om een aanvraag te kunnen beoordelen dienen de juiste stukken ingediend te worden. Aanvragen moeten compleet zijn om in behandeling genomen te kunnen worden. Conform de bepalingen in artikel 4.5 van de Algemene wet bestuursrecht krijgt een aanvrager 4 weken de tijd om ontbrekende stukken of informatie alsnog aan te leveren. Als die termijn wordt overschreden wordt de aanvraag niet in behandeling genomen. Voor de beslistermijn is aangesloten bij de termijn zoals die gesteld wordt in de Algemene wet bestuursrecht (artikel 4:13). In de regel worden aanvragen ook binnen die tijd worden afgedaan. Het Stimuleringsfonds Hoevelaken toetst of de aanvrager in staat is om de financiële lasten te dragen. Deze toetsing is vergelijkbaar met die voor hypotheekaanvragen waarvoor mensen Nationale Hypotheekgarantie aanvragen. Bij een negatief advies zal geen lening verstrekt worden door de gemeente.
Uitgangspunt is dat de leningen worden vastgelegd door middel van een notariële akte. In sommige gevallen kan door Burgemeester en wethouders bepaald worden dat er geen hypotheekstelling vereist is. Voor lage bedragen (bijvoorbeeld tot en met € 5.000,--) zou besloten kunnen worden om te volstaan met een onderhandse akte.
Het spreekt voor zich dat er wordt geen lening verstrekt voor de kosten van voorzieningen waarvoor op grond van een andere regeling al een uitkering of subsidie is/wordt verstrekt. In dit soort gevallen is een stimuleringslening niet nodig, want er is al geld beschikbaar uit andere bronnen. De voorzieningen moeten sober en doelmatig uitgevoerd worden. Het werk moet functioneel zijn en niet overdreven luxe uitgevoerd worden. Het gaat per slot van rekening om gemeenschapsgeld. Het opstellen van beleidsrapporten of onderzoeken valt niet onder het begrip fysiek. Er moet dus echt sprake zijn van zichtbare en tastbare voorzieningen.
De termijn van gereedmelding staat op drie maanden. Dit is ruim voldoende om alle stukken op tijd in te dienen bij de gemeente.
De vaststelling gebeurt door eerst het werk ter plaatse te controleren. Is het akkoord dan worden de werkelijke kosten bepaald aan de hand van de ingediende stukken. Bij gemeentelijke monumenten kan als aanvullende eis worden gesteld dat er een rapportage van een monumenten adviesbureau wordt overgelegd.
De lening kan teruggevorderd worden. Uit de praktijk blijkt dat dit tot nu toe nog nooit is voorgekomen omdat er geen aanleiding toe was.
Zonder toestemming zijn afwijkingen niet toegestaan. Uit de opgedane ervaringen blijkt dat aanvragers op tijd contact opnemen over vraag- en knelpunten tijdens de uitvoering. Ter plaatse wordt dan meestal aangegeven wat de gekozen oplossing wordt. Dit werkt goed. Vaste regel is dat wanneer het onroerend goed (meestal het woonhuis) verkocht wordt, de restantlening wordt afgelost.
In bijzondere gevallen kan uitstel verleend worden van indiening- en starttermijnen. Aanvragers zullen dit dan wel gemotiveerd moeten aantonen.
De hardheidsclausule kan alleen in bijzondere gevallen gehanteerd worden. Het afwijken mag bovendien de opzet van deze verordening niet aantasten. Hier moet dus zeer zorgvuldig mee worden omgegaan. We praten over een uitzondering en geen regel.
De verordening geldt pas als hij gepubliceerd is (artikel 3.40 Algemene wet bestuursrecht). Dit gebeurt op de Gemeentepagina in weekblad de Wegwijs. De oude verordening dient te worden ingetrokken. Hiervoor is in lid 2 een bepaling opgenomen.
In het overgangsrecht wordt geregeld welke verordening op al verstrekte leningen van toepassing is en aanvragen die ingediend werden vóór de vaststelling van de nieuwe verordening. Hiermee is juridisch vastgelegd hoe met die aanvragen moet worden omgegaan.