Organisatie | Utrecht |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Statuten Vereniging Het Interprovinciaal Overleg (statuten IPO) |
Citeertitel | Statuten Vereniging Het Interprovinciaal Overleg |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuurlijke organisatie |
De regeling is civielrechtelijk van aard.
Burgerlijk Wetboek
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-12-2006 | art. 5, lid 2 | 21-12-2006 Onbekend. | verg. bestuur IPO 5 okt. 2006, punt 6a |
INHOUDSOPGAVE STATUTEN VAN HET IPO:
Hoofdstuk I, Algemeen Artikel 1 (Naam) Artikel 2 (Zetel) Artikel 3 (Doel) Artikel 4 (Structuur).
Hoofdstuk II, Lidmaatschap Artikel 5 (Leden) Artikel 6 (Toelating) Artikel 7 (Einde van het lidmaatschap).
Hoofdstuk III, Verplichtingen van de leden Artikel 8 (Kosten) Artikel 9 (Leden bindende besluiten).
Hoofdstuk IV, Bestuur Artikel 10 (Benoeming/samenstelling) Artikel 11 (Einde bestuurslidmaatschap. Schorsing) Artikel 12 (Bestuursfuncties. Portefeuilles) Artikel 3 (Vergaderingen) Artikel 14 (Besluitvorming) Artikel 15 (Bestuurstaak. Vertegenwoordiging).
Hoofdstuk V, Jaarverslag. Rekening en verantwoording Artikel 16.
Hoofdstuk VI, Algemene vergadering. Artikel 17 (Taken/bevoegdheden) Artikel 18 (Toegang en stemrecht) Artikel 19 (Voorzitterschap. Notulen) Artikel 20 (Besluitvorming van de algemene vergadering) Artikel 21 (Bijeenroeping algemene vergadering).
Hoofdstuk VII, Adviescommissies/Vaste Onderhandelingsdelegaties/ Commissie interprovinciaal werkgeversverband/Adviseurs Artikel 22 (Adviescommissies) Artikel 23 (Commissie interprovinciaal werkgeversverband) Artikel 24 (Vaste Onderhandelingsdelegaties) Artikel 25 (adviseurs).
Hoofdstuk VIII, Secretariaat en Directeur Artikel 26.
Hoofdstuk IX, Bijzondere besluiten Artikel 27 (Statutenwijziging) Artikel 28 (Ontbinding).
Provinciale staten van iedere provincie wijzen uit hun midden twee (2) personen aan ter vertegenwoordiging van de provincie in de algemene vergadering, alsmede een (1) plaatsvervanger die in geval van afwezigheid van een vertegenwoordiger van de provincie als zodanig kan fungeren. Het volgens de Provinciewet daartoe bevoegde orgaan besluit omtrent de verstrekking van een machtiging tot vertegenwoordiging van de provincie in de algemene vergadering. Tenzij in deze statuten anders is vermeld worden de lidmaatschapsrechten van de provincies namens hen uitgeoefend door de in de vorige volzin bedoelde vertegenwoordigers van de provincies, welke hierna worden aangeduid als: de vertegenwoordigers.
Onder goedkeuring van de algemene vergadering beslist het bestuur omtrent de toelating van leden. Einde van het lidmaatschap. Artikel 7.
door opzegging door de vereniging. Deze kan geschieden wanneer een provincie heeft opgehouden aan de vereisten voor het lidmaatschap bij de statuten gesteld te voldoen, wanneer zij haar verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook wanneer redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren;
Opzegging van het lidmaatschap door een provincie of door de vereniging kan slechts geschieden tegen het einde van het verenigingsjaar en met inachtneming van een opzegtermijn van drie maanden. Echter kan het lidmaatschap onmiddellijk worden beëindigd indien van de vereniging of van een provincie redelijkerwijs niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren.
Een provincie kan haar lidmaatschap met onmiddellijke ingang opzeggen binnen één maand nadat haar een besluit, waarbij haar rechten zijn beperkt, of wel haar verplichtingen ten opzichte van de vereniging zijn verzwaard, bekend is geworden of medegedeeld. Het besluit is alsdan niet op haar van toepassing. Een provincie is niet bevoegd door opzegging van haar lidmaatschap de toepasselijkheid uit te sluiten van verplichtingen van geldelijke aard alsmede van reeds bestaande verplichtingen voortvloeiende uit collectieve arbeidsovereenkomsten.
Van een besluit tot opzegging van het lidmaatschap door de vereniging op grond dat een provincie haar verplichtingen jegens de vereniging niet nakomt, alsook dat redelijkerwijs van de vereniging niet gevergd kan worden het lidmaatschap te laten voortduren en van een besluit tot ontzetting uit het lidmaatschap staat binnen een maand na de ontvangst van de kennisgeving van het besluit beroep open op de algemene vergadering. De provincie wordt daartoe ten spoedigste schriftelijk van het besluit met opgave van redenen in kennis gesteld. Gedurende de beroepstermijn en hangende het beroep is de provincie geschorst, met dien verstande evenwel dat het geschorste lid het recht heeft zich in de algemene vergadering, waarin het in dit lid bedoelde beroep wordt behandeld, te verantwoorden.
De provincie wier lidmaatschap is geëindigd op grond van het bepaalde in artikel 7 lid 1 sub b, c en d, blijft gehouden tot nakoming van verplichtingen van geldelijke aard verbonden aan het lidmaatschap tot het einde van het vijfde kalenderjaar volgend op dat waarin het lidmaatschap is geëindigd, tenzij het bestuur anders besluit.
Hoofdstuk 3. Verplichtingen van de leden
De kosten van de vereniging worden door de provincies gedragen volgens een verdeelmaatstaf, waarbij de ene helft van de kosten gelijkelijk over de provincies wordt verdeeld, en de andere helft over de provincies wordt verdeeld naar rato van de som van de totale uitkeringen uit het Provinciefonds (jaar t) en de belastingcapaciteit (jaar t minus 2), zoals in de junicirculaire (voorafgaand aan jaar t) is opgenomen.
Artikel 9. Leden bindende besluiten
Is niet vier/vijfde van de provincies vertegenwoordigd, dan wordt na die vergadering een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden binnen vier weken na de eerste vergadering waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal vertegenwoordigde provincies, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste drie/vierde van de uitgebrachte stemmen.
Artikel 10. Benoeming / Samenstelling
De benoeming van bestuursleden geschiedt uit een bindende voordracht. Iedere provincie heeft het recht voor één zetel in het bestuur een bindende voordracht te doen. De voordracht wordt opgemaakt door het College van Gedeputeerde Staten van de betreffende provincie. Voorts heeft het bestuur het recht voor één zetel in het bestuur een bindende voordracht te doen met dien verstande dat bij voorkeur een Commissaris van de Koningin voor benoeming ten aanzien van deze zetel in aanmerking komt. Een voordracht wordt bij de oproeping voor de vergadering meegedeeld.
Besluit de algemene vergadering overeenkomstig lid 3 van dit artikel de door het bestuur opgemaakte voordracht het bindend karakter te ontnemen dan is de algemene vergadering vrij in de keus met dien verstande dat bij voorkeur een Commissaris van de Koningin voor benoeming ten aanzien van deze zetel in aanmerking komt.
Plaats en tijd van de vergadering worden met in achtneming van een termijn van ten minste veertien dagen schriftelijk, per telefax of per e-mail aan de bestuursleden tegelijk met de oproeping ter vergadering opgegeven. In spoedeisende gevallen, ter beoordeling van de voorzitter, kan de termijn van oproeping worden beperkt tot ten minste vierentwintig uur.
Het bestuur kan ook buiten vergadering besluiten nemen, mits dit schriftelijk, per telefax of per e-mail geschiedt en de volstrekte meerderheid van de bestuursleden zich ten gunste van het desbetreffende voorstel uitspreekt, tenzij één van de bestuursleden bezwaar maakt tegen deze wijze van besluitvorming. De bescheiden waaruit van het nemen van een zodanig besluit blijkt, worden bij het notulenregister bewaard.
Artikel 15. Bestuurstaak, vertegenwoordiging
Het bestuur is, mits met goedkeuring van de algemene vergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding en bezwaring van registergoederen en tot het aangaan van overeenkomsten waarbij de vereniging zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt of zich tot zekerheidstelling voor een schuld van een ander verbindt en tot vertegenwoordiging van de vereniging ter zake van deze handelingen. Op het ontbreken van vorenbedoelde goedkeuring van de algemene vergadering kan tegen derden beroep worden gedaan.
Artikel 16. Rekening en verantwoording
Het bestuur is verplicht van de vermogenstoestand van de vereniging en van alles betreffende de werkzaamheden van de vereniging, naar de eisen die voortvloeien uit deze werkzaamheden, op zodanige wijze een administratie te voeren en de daartoe behorende boeken, bescheiden en andere gegevensdragers op zodanige wijze te bewaren, dat te allen tijde de rechten en verplichtingen van de vereniging kunnen worden gekend.
Het bestuur brengt op de jaarvergadering, behoudens verlenging van deze termijn door de algemene vergadering, zijn jaarverslag uit over de gang van zaken in de vereniging en over het gevoerde beleid. Het legt de rekening en verantwoording vergezeld van de in lid 6 bedoelde verklaring van de accountant ter goedkeuring aan de algemene vergadering over. Deze stukken worden ondertekend door de leden van het bestuur; ontbreekt de ondertekening van een of meer hunner, dan wordt daarvan onder opgave van redenen melding gemaakt. Na verloop van de termijn waarbinnen de rekening en verantwoording dient te worden afgelegd kan iedere provincie van de gezamenlijke leden van het bestuur in rechte vorderen dat zij deze verplichtingen nakomen.
Het bestuur stelt een jaarplan, een begroting en een meerjarenbegroting vast. In een algemene ledenvergadering, welke uiterlijk in de maand december wordt gehouden, legt het bestuur de in de eerste volzin van dit lid bedoelde stukken met betrekking tot respectievelijk de komende verenigingsjaren en het komende verenigingsjaar ter goedkeuring voor aan de algemene vergadering.
Hoofdstuk 6. Algemene vergadering
Artikel 17. Taken / bevoegdheden
Voorts is het bestuur op schriftelijk verzoek van ten minste een zodanig aantal leden als bevoegd is tot het uitbrengen van één tiende gedeelte van de stemmen in een algemene vergadering verplicht tot het bijeenroepen van een algemene vergadering op een termijn van niet langer dan vier weken. Indien aan het verzoek binnen veertien dagen geen gevolg wordt gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan door oproeping overeenkomstig artikel 19 met inachtneming van de in dat artikel vermelde oproepingstermijn.
Artikel 18. Toegang en stemrecht
Een vertegenwoordiger kan een andere vertegenwoordiger machtigen om zijn stem namens de provincie uit te brengen. Voorzitterschap. Notulen. Artikel 19.
De algemene vergaderingen worden geleid door de voorzitter van de vereniging of de vice-voorzitter. Ontbreken de voorzitter en de vice-voorzitter, dan treedt één van de andere door het bestuur aan te wijzen bestuursleden, als voorzitter op. Wordt ook op deze wijze niet in het voorzitterschap voorzien, dan voorziet de vergadering daarin zelve. Tot dat ogenblik wordt het voorzitterschap waargenomen door de in leeftijd oudste ter vergadering aanwezige persoon.
Van het verhandelde in elke vergadering worden door de secretaris of een andere door de voorzitter daartoe aangewezen persoon notulen gemaakt, die door de algemene vergadering worden vastgesteld en ten blijke daarvan door de voorzitter en de notulist worden ondertekend. Zij die de vergadering bijeenroepen kunnen een notarieel proces-verbaal van het verhandelde doen opmaken. De inhoud van de notulen of van het proces-verbaal wordt ter kennis van de provincies en hun vertegenwoordigers gebracht.
Artikel 20. Besluitvorming van de algemene vergadering
Wordt echter onmiddellijk na het uitspreken van een in het eerste lid bedoeld oordeel de juistheid ervan betwist, dan vindt een nieuwe stemming plaats, wanneer de meerderheid van de vergadering of, indien de oorspronkelijke stemming niet hoofdelijk of schriftelijk geschiedde, een stemgerechtigde aanwezige dit verlangt. Door deze nieuwe stemming vervallen de rechtsgevolgen van de oorspronkelijke stemming.
De algemene vergadering kan slechts geldig besluiten indien ten minste de helft van de provincies ter vergadering vertegenwoordigd is. Is niet de helft van de provincies ter vergadering vertegenwoordigd, dan wordt na die vergadering een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden binnen vier weken na de eerste vergadering waarin over de voorstellen zoals die in de vorige vergadering aan de orde zijn geweest, ongeacht het aantal vertegenwoordigde provincies, kan worden besloten.
Indien bij een verkiezing van personen niemand de volstrekte meerderheid heeft verkregen, heeft een tweede stemming, of in geval van een bindende voordracht, een tweede stemming tussen de voorgedragen kandidaten plaats. Heeft alsdan weer niemand de volstrekte meerderheid verkregen, dan vinden herstemmingen plaats, totdat hetzij één persoon de volstrekte meerderheid heeft verkregen, hetzij tussen twee personen is gestemd en de stemmen staken. Bij gemelde herstemmingen (waaronder niet is begrepen de tweede stemming) wordt telkens gestemd tussen de personen op wie bij de voorafgaande stemming is gestemd, evenwel uitgezonderd de persoon op wie bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen is uitgebracht. Is bij die voorafgaande stemming het geringste aantal stemmen op meer dan één persoon uitgebracht, dan wordt door loting uitgemaakt, op wie van die personen bij de nieuwe stemming geen stemmen meer kunnen worden uitgebracht. Ingeval bij een stemming tussen twee personen de stemmen staken, beslist het lot wie van beiden is gekozen.
Alle stemmingen geschieden mondeling. Echter kan de voorzitter bepalen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Indien het betreft een verkiezing van personen kan ook een aanwezige stemgerechtigde verlangen dat de stemmen schriftelijk worden uitgebracht. Schriftelijke stemming geschiedt bij ongetekende gesloten briefjes. Besluitvorming bij acclamatie is mogelijk, tenzij een stemgerechtigde hoofdelijke stemming verlangt.
Zolang in een algemene vergadering alle vertegenwoordigers van de leden aanwezig of vertegenwoordigd zijn, kunnen geldige besluiten worden genomen, mits met algemene stemmen, omtrent alle aan de orde komende onderwerpen - dus mede een voorstel tot statutenwijziging of tot ontbinding - ook al heeft geen oproeping plaatsgehad of is deze niet op de voorgeschreven wijze geschied of is enig ander voorschrift omtrent het oproepen en houden van vergaderingen of een daarmee verband houdende formaliteit niet in acht genomen.
Artikel 21. Bijeenroeping algemene vergadering
De algemene vergaderingen worden bijeengeroepen door het bestuur. De oproeping geschiedt schriftelijk aan de provincies ter attentie van het College van Gedeputeerde Staten alsmede aan de adressen van de vertegenwoordigers van de provincies volgens het register bedoeld in artikel 5 lid 4. De termijn voor de oproeping bedraagt ten minste veertien dagen.
Voorstellen van de provincies moeten, om op de agenda van een algemene vergadering te worden geplaatst ten minste zes weken voor de dag van de vergadering schriftelijk bij het bestuur zijn ingediend, zodat zij door het bestuur nog voor de dag van aanvang van de vergadering aan de provincies en hun vertegenwoordigers door middel van een schriftelijke kennisgeving bekend gemaakt kunnen worden.
Hoofdstuk 7. Adviescommissies / Vaste Onderhandelingsdelegaties / Commissie interprovinciaal werkgeversverband / Adviseurs
Een adviescommissie bestaat in beginsel uit twaalf leden. Ieder College van Gedeputeerde Staten van de provincies benoemt uit zijn midden een lid van een adviescommissie. Het bestuurslid dat belast is met de portefeuille waarvoor een adviescommissie is ingesteld bekleedt de functie van voorzitter van deze adviescommissie. Indien het betreffende bestuurslid niet door het College van Gedeputeerde Staten van zijn provincie is benoemt tot lid van de adviescommissie, bestaat de adviescommissie uit dertien leden.
Artikel 23. Commissie interprovinciaal werkgeversverband
De vereniging kent voorts een Commissie interprovinciaal werkgeversverband bestaande uit dertien leden waarvan twaalf leden door het bestuur worden benoemd op voordracht van de Colleges van Gedeputeerden Staten van de provincies. Ieder College van Gedeputeerde Staten van de provincies draagt uit zijn midden een lid voor. Het bestuurslid dat is belast met de portefeuille interprovinciaal werkgeversverband bekleedt de functie van voorzitter van de Commissie.
Het voeren van overleg, gericht op de totstandkoming van afspraken en overeenkomsten als bedoeld in lid 2 sub a van dit artikel, wordt overgelaten aan een of meer onderhandelingsdelegaties, die door de Commissie interprovinciaal werkgeversverband in overleg met het bestuur worden benoemd. Het bestuur is bevoegd overeenkomsten goed te keuren, nadat het daarover de provincies heeft geraadpleegd.
Hoofdstuk 8. Secretariaat en Directeur
Op de directeur en het overig personeel zijn – voor zover het bestuur niet uitdrukkelijk anders heeft bepaald – de rechtspositieregeling en daarbij behorende uitvoeringsbesluiten, zoals die gelden voor de provincie Zuid-Holland, van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat daarin voor Provinciale Staten respectievelijk Gedeputeerde Staten wordt gelezen: de algemene vergadering respectievelijk het bestuur.
Hoofdstuk 10. Bijzondere besluiten
Zij die de oproeping tot de algemene vergadering ter behandeling van een voorstel tot statutenwijziging hebben gedaan, moeten ten minste vijf dagen voor de vergadering een afschrift van dat voorstel, waarin de voorgedragen wijziging woordelijk is opgenomen, op een daartoe geschikte plaats voor de provincies en hun vertegenwoordigers ter inzage leggen tot na afloop van de dag waarop de vergadering wordt gehouden. Bovendien wordt een afschrift als hiervoor bedoeld, aan alle provincies en hun vertegenwoordigers toegezonden.
Een besluit tot statutenwijziging behoeft ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen, in een vergadering waarin ten minste twee derden van de leden vertegenwoordigd is. Is niet twee derden van de leden vertegenwoordigd, dan wordt na die vergadering een tweede vergadering bijeengeroepen, te houden binnen vier weken na de eerste vergadering waarin over het voorstel zoals dat in de vorige vergadering aan de orde is geweest, ongeacht het aantal vertegenwoordigde leden, kan worden besloten, mits met een meerderheid van ten minste twee derden van de uitgebrachte stemmen.