Organisatie | Utrecht |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van provinciale staten van Utrecht van 13 november 2006 houdende de verklaring zorg te dragen voor de bekostiging van het functioneren van een regionale omroepinstelling (Besluit bekostiging regionale omroep). |
Citeertitel | Besluit bekostiging regionale omroep |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | subsidies, cultuur, omroep regionaal |
Geen..
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-01-2012 | 13-01-2017 | art. 2 | 07-02-2011 Provinciaal blad, 2012, 75 | PS2011WMC01 | |
12-01-2007 | 01-01-2006 | 11-01-2012 | nieuwe regeling | 13-11-2006 Provinciaal blad, 2007, 2 | PS2006ZCW15 |
Besluit van provinciale staten van Utrecht van 13 november 2006 houdende de verklaring zorg te dragen voor de bekostiging van het functioneren van een regionale omroepinstelling (Besluit bekostiging regionale omroep).
Provinciale staten van Utrecht;
Op het voorstel van gedeputeerde staten van 17 oktober 2006, MEC/DCU, nr. 2006MEC002068i;
Gelet op de artikelen 43, derde lid, en 107, eerste lid, van de Mediawet;
Het provinciebestuur draagt zorg voor de bekostiging van het functioneren van de Stichting Samenwerkende Publieke Omroepen Midden Nederland te Utrecht.
Aldus besloten in de vergadering van 13 november 2003.
Voorzitter, B. Staal Griffier, L.C.A.W. Graafhuis
Artikel 107 van de Mediawet schrijft voor dat het provinciebestuur een regionale omroep moet bekostigen. Het provinciebestuur heeft alleen de mogelijkheid om, als er meer instellingen in aanmerking zouden komen, een bepaalde instelling aan te wijzen. Het is gehouden ten minste één instelling aan te wijzen. In artikel 43, derde lid, van de Mediawet is bepaald dat de aanwijzing (bekostigingsverklaring) voorwaarde is voor de toewijzing van zendtijd aan de instelling door het Commissariaat voor de Media.
De wettelijke opdracht tot specifieke bekostiging van de regionale omroep betekent dat de algemene subsidieregelingen niet van toepassing zijn. M.b.t. wetgeving over subsidies in titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht vloeit dat zelfs uitdrukkelijk voort uit artikel VI, derde lid, van de wet van 20 juni 1996 tot aanvulling van de Algemene wet bestuursrecht (Derde tranche Algemene wet bestuursrecht). De algemene subsidieregelingen kunnen echter wel van overeenkomstige toepassing worden verklaard, zolang zij niet strijdig zijn met het bepaalde bij of krachtens de Mediawet. Het effect daarvan is dat de bijkomende onderwerpen, zoals administratie en handhaving, niet opnieuw geregeld hoeven te worden en er volstaan kan worden met een verwijzing naar de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht 1998.
Het provinciebestuur moet ten minste één regionale omroepinstelling bekostigen. Zolang in deze provincie alleen de Stichting Samenwerkende Omroepen Midden Nederland (RTV Utrecht) daarvoor in aanmerking komt, zou dit besluit dus voor onbepaalde tijd kunnen gelden. Het Commissariaat van de Media kan de zendtijd echter intrekken als de betreffende omroepinstelling niet meer aan de wettelijke eisen voldoet, aldus artikel 45 van de wet. In artikel 43 wordt bepaald dat de provincie daarover elke vijf jaar aan het Commissariaat advies uitbrengt. Een uitdrukkelijke intrekking van dit bekostigingsbesluit, waarbij ook de afbouw geregeld kan worden, is dan wenselijk.
Het besluit dient tot 1 januari 2006 terug te werken omdat vanaf die datum de wijziging van de Mediawet van kracht is.
Wettelijke grondslag Dit voorstel beoogt een wettelijke grondslag voor bekostiging te creëren als bedoeld in 107 Mediawet.
Beoogd effect Het verlenen van een wettelijke grondslag aan de jaarlijkse financiering van de RTV Utrecht.
Argumenten Het is een wettelijke verplichting.
Juridisch Zie wettelijke grondslag.
Europa Het betreft de uitvoering van een wettelijk voorschrift. Hieraan zijn geen Europeesrechtelijke aspecten verbonden.