Organisatie | Utrecht |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Beleidsregels van gedeputeerde staten van Utrecht van 17 april 2007, nr. 2007REG000919i inzake handhaving van de verboden met betrekking tot wateren (Beleidsregels wateren provincie Utrecht 2007) |
Citeertitel | Beleidsregels wateren provincie Utrecht 2007 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | vergunningen/ontheffingen, natuur en landschap, waterwegen |
Deze regeling vervangt de Beleidsregels wateren provincie Utrecht 2006.
Verordening bescherming natuur en landschap provincie Utrecht 1996, hoofdstuk III
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
03-06-2007 | 26-03-2011 | nieuwe regeling | 17-04-2007 Provinciaal blad, 2007, 20 | 2007REG000919i |
Beleidsregels van gedeputeerde staten van Utrecht van 17 april 2007, nr. 2007REG000919i inzake handhaving van de verboden met betrekking tot wateren (Beleidsregels wateren provincie Utrecht 2007)
Gedeputeerde staten van Utrecht;
Gelet op hoofdstuk III van de Verordening bescherming natuur en landschap provincie Utrecht 1996;
Artikel 1. Ligplaatsen van woonschepen/ontheffingen
Bij het vaststellen van de maten van een woonschip, bedoeld in artikel 7e van de verordening bescherming natuur en landschap provincie Utrecht 1996, worden onderwatercasco’s en al hetgeen onder of boven water vast met het woonschip is verbonden meegerekend, onverminderd het derde lid van dat artikel.
Artikel 3. Aanlegplaatsen voor woonschepen
Indien een haven of aanlegplaats nu aanwezig is in strijd is met artikel 7j van de verordening en indien daarin of daarbij een woonschip ligplaats heeft waarop artikel 2 van deze beleidsregels van toepassing is, wordt voor de haven of aanlegplaats dezelfde gedoog- of begunstigingstermijn vastgesteld als voor het woonschip. De desbetreffende besluiten worden op hetzelfde moment bekend gemaakt.
Artikel 4. Voorzieningen bij aanlegplaatsen voor woonschepen
Artikel 5. Voorwerpen in het water bij woonschepen
Voor voorwerpen die bij een woonschip in het water zijn geplaatst als bedoeld in artikel 7h van de verordening, wordt geen ontheffing verleend. Geplaatste voorwerpen worden verwijderd. De begunstigingstermijn wordt per geval vastgesteld.
Artikel 6. Ligplaatsen voor andere vaartuigen
Voor de toepassing van artikel 7, onderdeel b, van de verordening kan een oever die van een woning, zomerwoning, woonwagen of woonschip wordt gescheiden door:
Indien een vaartuig aanwezig is in strijd met artikel 7h van de verordening sinds een datum voor 1 januari 2004 en indien tot het toepassen van bestuursdwang of het opleggen van een dwangsom is besloten, is de termijn, bedoeld in artikel 5:24, vierde lid, dan wel 5:32, vijfde lid, van de Algemene wet bestuursrecht:
Artikel 8. Aanlegplaatsen voor andere vaartuigen
Indien aan een ontheffing of vrijstelling van het verbod een aanlegplaats te hebben, bedoeld in artikel 7j van de verordening, het voorschrift is verbonden dat die aanlegplaats niet groter is dan door de water- of vaarwegbeheerder bij algemeen verbindend voorschrift is bepaald en er sinds ten laatste 1 januari 2004:
In de niet in de artikelen 1 tot en met 8 bedoelde gevallen worden havens en aanlegplaatsen, daarmee verband houdende voorzieningen en in het water geplaatste voorwerpen verwijderd als daarvoor geen ontheffing of vrijstelling geldt of kan worden verleend. Indien de desbetreffende objecten al voor 1 januari 2004 aanwezig waren, kan de provincie de kosten van de verwijdering vergoeden dan wel voor haar rekening laten.
Een gedoogbeschikking kan niet worden overgedragen aan een andere persoon en geldt niet voor een vervangend object.