Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Provincie Flevoland

Verordening op de heffing en invordering van leges

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieProvincie Flevoland
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van leges
CiteertitelLegesverordening provincie Flevoland 1998
Vastgesteld doorprovinciale staten
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpfinancieel kader, leges, belastingen en heffingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Betreft de veertiende wijziging van de Legesverordening provincie Flevoland 1998.De wijziging heeft betrekking op het opnemen van een apart legestarief voor het in behandeling nemen van aanvragen om ontheffing van het verbod van het gebruik van provinciale wegen en vaarwegen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Provinciewet, art. 223

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-03-201001-01-2011tarieventabel 3.2.1, 3.2.2

25-03-2010

Provinciaal blad, 2010, 19

statenvoorstel 924476

Tekst van de regeling

Gedeputeerde Staten van Provincie Flevoland

 

Artikel 1 Belastbaar feit

Onder de naam “leges” worden rechten geheven ter zake van het door of vanwege de provincie verlenen van diensten, genoemd in de bij deze verordening behorende, daarvan deel uitmakende, tarieventabel.

Artikel 2 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is aangevraagd.

Artikel 3 Vrij stellingen

Leges worden niet geheven voor diensten welke zijn aangevraagd:

  • 1.
    • a.

      en op grond van een wettelijk voorschrift kosteloos moeten worden verstrekt;

    • b.

      door of ten behoeve van politieke groeperingen, die hebben deelgenomen aan de laatstgehouden verkiezingen voor Provinciale Staten in de provincie Flevoland, voorzover het betreft de afgifte van stukken als bedoeld in titel 1.2 van de tarieventabel, tot ten hoogste drie exemplaren van die stukken ten behoeve van dezelfde groepering;

    • c.

      door of ten behoeve van landelijke dagbladen en weekbladen, alsmede door of ten behoeve van dagbladen en huis-aan-huis-bladen die in de provincie Flevoland worden verspreid, voor zover het betreft afgifte van stukken als bedoeld in titel 1.2 van de tarieventabel, tot ten hoogste een exemplaar per blad;

    • d.

      door of ten behoeve van het rijk, gemeenten, waterschappen en andere openbare lichamen indien en voorzover deze vrijstelling op basis van wederkerigheid wordt verleend.

  • 2.

    Ingevolge een daartoe strekkend besluit kunnen Gedeputeerde Staten in het openbaar belang of in het belang van de provincie Flevoland een dienst kosteloos danwel tegen een gereduceerd tarief verstrekken.

Artikel 4 Tarieven

  • 1.

    De leges worden geheven naar de tarieven en de heffingsmaatstaven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2.

    Bij de vaststelling van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieven tabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5 Wijze van heffing

  • 1.

    De leges worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    Na het ontstaan van de belastingplicht kunnen aan de belastingplichtige één of meer voorlopig gevorderde bedragen worden opgelegd tot ten hoogste het bedrag waarop de leges vermoedelijk zullen worden vastgesteld.

Artikel 6 Tijdstip van betaling

De leges moeten worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 5:

  • 1.

    Schriftelijk wordt gedaan, op het moment van het uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

Artikel 7 Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 8 Teruggaaf

  • 1.

    Indien een aanvraag voor een beschikking waarvoor ingevolge deze verordening leges worden geheven, wordt ingetrokken voordat op de aanvraag is beschikt, of indien de aanvraagde  beschikking wordt geweigerd, wordt teruggaaf van 50% van het gevorderde bedrag verleend.

  • 2.

    In afwijking van het voorgaande lid is teruggaaf niet van toepassing op verhogingen welke in de tarieventabel als zodanig zijn omschreven.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Gedeputeerde Staten zijn bevoegd voor bepaalde gevallen of groepen van gevallen tegemoet te komen aan onbillijkheden van overwegende aard, welke zich bij toepassing van deze verordening mochten voordoen.

Artikel 10 Nakoming van verplichtingen

De verplichtingen bedoeld in de artikelen 47, 49 en 50 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen (Stb. 1959, 301) en in de artikelen 58 en 60 van de Invorderingswet 1990 (Stb. 221) , dan wel bedoeld of van toepassing verklaard in de algemene maatregel van bestuur krachtens artikel 230 van de Provinciewet, gelden mede jegens de door Gedeputeerde Staten aangewezen provinciale ambtenaren.

Artikel 11 Rente

  • 1.

    Het bepaalde in hoofdstuk V van de Invorderingswet 1990 inzake de invorderingsrente vindt toepassing op de invordering van de leges.

  • 2.

    De ministeriële regeling genoemd in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 vindt daarbij overeenkomstige toepassing.

Artikel 12 Inwerkingtreding, overgangsbepaling en citeertitel

  • 1.

    De Legesverordening provincie Flevoland 1988, vastgesteld bij besluit van 3 december 1987, wordt ingetrokken met ingang van de in het tweede lid genoemde ingangsdatum van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op de dag van bekendmaking. Dit is tevens de ingangsdatum van de heffing.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Legesverordening provincie Flevoland 1998”.

TARIEVENTABEL 2010 hb 878772 (behorende bij en deeluitmakende van de legesverordening 1998)

HOOFDSTUK I: ALGEMEEN

Titel 1.1 Drukwerk

Bepaling 1.1.1
..Tarief 2000Tarief 2009
1.Voor afgifte van geschreven of getypte stukken, dan wel afschriften of fotokopieën hiervan en fax, voor zover geen bijzonder tarief van toepassing is: per gehele of gedeeltelijke bladzijde op A4-formaat met een minimum van€ 0,18 met een minimum van € 3,05€ 0,19 met een minimum van € 3,14
2.Voor de afgifte van losse afbeeldingen, kaarten, teke¬ningen en dergelijke op A4-formaat in zwart/wit met een minimum van€ 0,18 met een minimum van € 3,05€ 0,19 met een minimum van € 3,14
3.Voor de afgifte van losse afbeeldingen, kaarten, teke¬ningen en dergelijke op A4-formaat in kleur met een minimum van€0,92 met een minimum van € 3,05€0,95 met een minimum van € 3,14
4.een informatieverstrekking op diskette:€ 1,21€ 1,25
5.de vorengenoemde en na te noemen tarieven worden verhoogd met de verzendkosten volgens de officiële posttarieven, indien de bescheiden op aanvraag van de belastingplichtige worden toegezonden.  

Titel 1.2 Bestuurstukken

Bepaling 1.2.1
1.Voor een abonnement op de stukken, bestemd om in een openbare vergadering van Provinciale Staten te worden behandeld, met uitzondering van de onder 1.2.4 genoemde jaarstukken, per jaar:€ 54,65€ 56,30
Bepaling 1.2.2
1.voor een abonnement op de stukken, bestemd om in een openbare vergadering van een commissie uit Provinciale Staten te worden behandeld, met uitzondering van de onder 1.2.4 genoemde jaarstukken, inclusief de notulen, per jaar:€ 54,65€ 56,30
Bepaling 1.2.3
1.voor een abonnement op de notulen van de openbare vergaderingen van Provinciale Staten, per jaar:€ 24,35€ 25,10
Bepaling 1.2.4
1.de provinciale programmabegroting€ 18,20€ 18,75
2.het provinciaal jaarverslag€ 18.20€ 18,75
Bepaling 1.2.5
1.voor een abonnement op het Provinciaal Blad, per jaar€ 15,15€ 15,60
Bepaling 1.2.6
1.voor een abonnement op de provinciale knipselkrant, per jaar€ 181,60€ 187,05

HOOFDSTUK II: WATER EN MILIEU

Titel 2.1 Grondwaterbeheer

Bepaling 2.1.1
..Tarief 2009Tarief 2010
1Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 6.4 van de Waterwet, bedraagt voor het onttrekken van grondwater voor drinkwatervoorziening:..
.a.  tot 500.000 m3 per jaar€ 2.720,-€ 2.801,60
.b. vanaf 500.000 m3 tot 1.000.000 m3 per jaar€ 4.075,-€ 4.197,25
.c. vanaf 1.000.000 m3 tot 3.000.000 m3 per jaar€ 6.785,-€ 6.988,55
 d. vanaf 3.000.000 m3 per jaar€ 20.345,-€ 20.955,35
2Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 6.4 van de Waterwet, bedraagt voor het netto onttrekken van grondwater voor industriële doeleinden:..
.a. vanaf 150.000 m3 tot 500.000 m3 per jaar2.720,-€ 2.801,60
.b. vanaf 500.000m3 tot 1.000.000 m3 per jaar4.075,-€ 4.197,25
.c. vanaf 1.000.000 m3 per jaar tot 3.000.000 m3 per jaar6.785,-€ 6.988,55
.d. vanaf 3.000.000 m3 per jaar20.345,-€ 20.955,35
3Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 6.4 van de Waterwet bedraagt voor het onttrekken van grondwater voor warmte koude opslag:..
.a. tot 100.000 m3 per jaar€ 1.000, -€ 1.030, -
.b.vanaf 100.000 m3 tot 500.000 m3 per jaar€ 4.260, -€ 4.253,95
.c. vanaf 500.000 m3 tot 1.000.000 m3 per jaar€ 5.680, -€ 5.671,90
 d.vanaf 1.000.000 m3 per jaar€ 8.520, -€ 8.507,90
4Het bepaalde in het eerste, tweede en derde lid is van overeenkomstige toepassing op:..
.a. het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 6.4 van de Waterwet voor het infiltreren van water;. 
.b.het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 6.4 van de Waterwet voor het onttrekken van grondwater en het infiltreren van water, met dien verstande dat de hoeveelheid te infiltreren water bij de vaststelling van het tarief buiten beschouwing wordt gelaten;. 
 c. a. het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen, aanvullen of intrekken van voorschriften van een vergunning als bedoeld in artikel 14 van de Grondwaterwet en/of artikel 6.4 van de Waterwet met dien verstande dat uitgegaan wordt van de al vergunde hoeveelheid m3 grondwater en het tarief verlaagd wordt met 75%;  
.d. het in behandeling nemen van een verzoek om een gedoogverklaring met dien verstande dat het tarief met 90% wordt verlaagd.. 
Bepaling 2.1.2
1.De in bepaling 2.1.1 genoemde tarieven worden:..
 a. indien bij de aanvraag een milieueffectrapportage wordt overgelegd, met 50% verhoogd;  
 b. verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkende uit een begroting die terzake door of vanwege Gedeputeerde Staten is opgesteld. Voor de toepassing van deze tabel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Bedragen de werkelijke kosten minder dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, dan wordt voor het verschil restitutie verleend.  

Titel 2.2 Ontgrondingen

Bepaling 2.2.1
..Tarief 2009Tarief 2010
1.Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 8, tweede lid juncto artikel 3 van de Ontgrondingenwet, bedraagt voor ontgrondingen voor andere doeleinden dan natuurontwikkeling en archeologie:€ nihil€ nihil
2.Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 8, tweede lid juncto artikel 3 van de Ontgrondingenwet, bedraagt voor ontgrondingen:  
 a. tot 3 meter diep in de archeologische kerngebieden€ 2.720,-€ 1.701,60
 b. ten behoeve van de aanleg van waterpartijen en –bassins tot 3 meter diep en tot 2.000 m2€ 2.720,-€ 1.701,60
 c. tot 0,5 meter diep ten behoeve van tijdelijke depotkades om baggerspecie te ontwateren€ 2.720,-€ 1.701,60
3.Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een vergunning als bedoeld in artikel 8, tweede lid juncto artikel 3 van de Ontgrondingenwet, bedraagt voor ontgrondingen voor andere dan de in lid 1 en 2 genoemde doeleinden:  
 a. tot 10.000 m3 per jaar€ 2.720,-€ 2.801,60
 b. vanaf 10.000 m3 tot 100.000 m3 per jaar€ 6.785,-€ 6.988,55
 c. vanaf 100.000 m3 per jaar€ 12.205,-€ 12.571,15
4.Het bepaalde in het eerste, tweede en derde lid is van overeenkomstige toepassing op het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen, aanvullen of intrekken van voorschriften van een vergunning als bedoeld in artikel 8, tweede lid juncto artikel 3 van de Ontgrondingenwet, met dien verstande dat  
 - indien de wijziging betrekking heeft op vergroting van de omvang van de ontgronding: het in het eerste, tweede en derde lid omschreven tarief wordt gehanteerd, voor zover het de vergroting betreft;  
 - voor andere wijzigingen uitgegaan wordt van de omvang van de vergunde hoeveelheid m3 ontgronding en het tarief verlaagd wordt met 75%.  
Bepaling 2.2.2
1.De in bepaling 2.2.1 genoemde tarieven worden:..
 a. indien bij de aanvraag een milieueffectrapportage wordt overgelegd, met 50% verhoogd;  
 b. verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag aan de aanvrager meegedeelde externe advieskosten, blijkende uit een begroting die terzake door of vanwege Gedeputeerde Staten is opgesteld. Voor de toepassing van deze tabel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Bedragen de werkelijke kosten minder dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, dan wordt voor het verschil restitutie verleend.  

Titel 2.3 Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden

Bepaling 2.3.1
..Tarief 2009Tarief 2010
1.Het tarief voor het in behandeling nemen van een verzoek om ontheffing als bedoeld in artikel 5 van de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden bedraagt:€ 242,25€ 249,50

 Titel 2.4 Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht

Bepaling 2.4.1
  Tarief 2009Tarief 2010
1.Het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een omgevingsvergunning voor een project bedraagt de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft  
2.Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning betrekking heeft op:  
 - een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 - een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 - een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 - een activiteit waarbij sprake is van planologisch afwijkend gebruik als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 - het in gebruik nemen of gebruiken van een bouwwerk met het oog op de brandveiligheid, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 - activiteiten met betrekking tot monumenten of beschermde stads- en dorpsgezichten als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 een sloopactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g en h van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht  
 - een activiteit waarvoor ingevolge een bepaling in een verordening van de betreffende gemeente een ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste of tweede lid, van de Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht;  
 worden de leges, die op grond van de onderhavige verordening voor andere activiteiten verschuldigd zijn, verhoogd met het bedrag dat voor de bovengenoemde activiteiten door de betreffende gemeente aan leges zouden worden geheven wanneer voor die activiteiten door die gemeente een (omgevings)vergunning zou worden verleend. Deze verhoging wordt voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag door of vanwege Gedeputeerde Staten aan de aanvrager meegedeeld, blijkende uit een begroting die terzake door of vanwege de betreffende gemeente is opgesteld.  
3.Voor de toepassing van deze tabel wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting van de externe advieskosten aan de aanvrager ter kennis is gebracht. Bedragen de werkelijke kosten minder dan het aan de hand van de begroting geraamde bedrag, dan wordt voor het verschil restitutie verleend  

HOOFDSTUK III: VERKEER EN VERVOER

Titel 3.2 Wegenverkeerswet 1994 en Reglement verkeersregels en verkeerstekens

Bepaling 3.2.1
1.Voor afgifte van een ontheffing bij of krachtens de Wegenverkeerswet 1994, het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 of het Binnenvaart Politie Reglement:€ 81,70 € 84,15
Bepaling 3.2.2.
1.Het tarief voor het in behandeling van een aanvraag om ontheffing op grond van hoofdstuk 9 van de Verordening voor de fysieke leefomgeving Flevoland bedraagt: € 324,30
2Geen leges wordt in rekening gebracht voor de behandeling van aanvragen om de plaatsing van herdenkingstekens, tijdelijke borden van particulieren, schutten en aanvragen door andere overheden.  
3In afwijking van lid 1 bedraagt het tarief in 2010 € 160,- en in 2011 € 240,-.  

 

HOOFDSTUK IV: OVERIGE DIENSTEN

Bepaling 4.1.1

1.Verschuldigd is voor iedere administratieve dienst, voor zover niet afzonderlijk genoemd, per half uur:€ 40,95€ 42,20

Ondertekening

 Voorzitter en secretaris