Organisatie | Utrecht (Utr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit aanwijzing toezichthouders prostitutie |
Citeertitel | Besluit aanwijzing toezichthouders prostitutie |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Deze regeling is vervangen door de Aanwijzing toezichthouders Vergunningen, Toezicht en Handhaving.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-10-2012 | 04-10-2012 | intrekking | 02-10-2012 Dichtbij, 03-10-2012 | 12.085639 | |
23-12-2010 | 04-10-2012 | nieuwe regeling | 14-12-2010 Gemeenteblad van Utrecht 2010, nr. 142 | Besluit college van B&W van 14 december 2010 |
Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst
Besluit aanwijzing toezichthouders prostitutie
(collegebesluit van 14 december 2010)
Het college van burgemeester en wethouders,
Gelet op artikel 151a, tweede en derde lid van de Gemeentewet, artikel 6:2 van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 (hierna APV) en artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht;
aan te wijzen als toezichthouder - als bedoeld in artikel 6:2 Apv - belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde in Hoofdstuk 3 Apv de persoon die bij het Expertise Centrum Mensenhandel van de Nationale Recherche de functie bekleedt van Informatierechercheur Mensenhandel/ Mensensmokkel voor de regio Utrecht;
aan te wijzen als toezichthouder -als bedoeld in artikel 6:2 Apv- belast met het toezicht op de naleving van het bepaalde in Hoofdstuk 3 Apv met uitzondering van het bepaalde in de artikelen 3:16 en 3:1 7 en voor zover het binnen het ambtsgebied conform de resultaatafspraken van de ambtenaar betreft, personen die de volgende functies bekleden bij de Sector Publieke Diensten van de gemeente Utrecht:
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht op 14 december 2010.
De secretaris, De burgemeester,
Drs. M.R. Schurink Mr. A. Wolfsen
Bekendmaking is geschied op 22 december 2010.
Deze aanwijzing treedt in werking met ingang van 23 december 2010.
BIJLAGE BEHOREND BIJ GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2010, NR. 142
Aangewezen toezichthouders kunnen bij het uitoefenen van het toezicht gebruik maken van de toezichthoudende bevoegdheden zoals omschreven in afdeling 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht, alsmede de bevoegdheid neergelegd in artikel 151a, tweede en derde lid van de Gemeentewet (toonplicht identiteitspapieren, ook voor personen jonger dan 14 jaar).
Politiefunctionarissen als toezichthouder (artikelen I. en II.)
Bij de Politie Utrecht is reeds een aantal functionarissen aangewezen als toezichthouder voor hoofdstuk 3 van de Algemene plaatselijke verordening Utrecht 2010 (zie artikel I.). In verband met organisatorische wijzigingen binnen de politieorganisatie is aanpassing van deze aanwijzing noodzakelijk. Waar voorheen politiefunctionarissen van een bepaald politiedistrict waren aangewezen, gaat het nu om politiefunctionarissen van verschillende wijkteams (een politiedistrict is bij de reorganisatie opgesplitst in verschillende wijkteams: dit geldt voor artikel I., onder c. en e.).
De functionarissen genoemd in artikel I. onder f. worden met dit besluit voor het eerst aangewezen. Dit hangt samen met de per 1 november 2010 in werking getreden registratieplicht voor raamprostituees. Omdat er ook raamprostitutiebedrijven in de binnenstad worden geëxploiteerd is het noodzakelijk dat politiefunctionarissen van het wijkteam binnenstad worden aangewezen als toezichthouder.
Op landelijk niveau is bij het Expertisecentrum Mensenhandel van de Nationale Recherche tevens per regio een informatierechercheur werkzaam. In artikel II. is de functionaris aangewezen die belast is met werkzaamheden voor de regio Utrecht en als zo danig betrokken bij de prostitutieproblematiek in de regio Utrecht. Deze functionaris participeert ook tijdens controles. Uiteraard geldt de aanwijzing voor deze functionaris alleen voor het uitoefenen van de toezichthoudende taken en bevoegdheden binnen de gemeente Utrecht.
De toezichthouders genoemd in artikel I., onder c., d., e. en f. oefenen hun taken in beginsel gebiedsgebonden uit, maar moeten ook wijkteamoverschrijdend kunnen functioneren. Daarnaast ontvangen deze functionarissen specifieke instructie, waarbij het accent ligt op herkenning/erkenning van signalen van mensenhandel en bejegeningsaspecten. De in artikel I., onder a. en b. genoemde toezichthouders worden stadsbreed ingezet. Ook de in artikel II aangewezen toezichthouder wordt stadsbreed ingezet.
Deze toezichthouders zijn aangewezen op grond van artikel 6:2, tweede lid Apv. Daarnaast kunnen deze functionarissen ook optreden in het kader van opsporing van strafbare feiten, dit vanwege het feit dat zij allen tevens beschikken over een algemene opsporingsbevoegdheid uit hoofde van hun politiefunctie. Separate aanwijzing als toezichthouder is daarvoor niet noodzakelijk.
Gemeentelijke functionarissen als toezichthouder (artikel III.)
Een aantal functionarissen in dienst bij Stadsontwikkeling zijn aangewezen als toezichthouder. Bij deze dienst is ook de afhandeling van vergunningaanvragen voor seksinrichtingen en het toezicht op deze inrichtingen ondergebracht. Deze toezichthouders zijn alleen aangewezen voor zover dat bij hun takkenpakket past. Zij waren en blijven uitgezonderd van toezicht op de tippelzone (artikel 3:17 Apv) en zullen daarnaast ook niet met het toezicht op de registratieplicht voor raamprostituees (artikel 3:16 Apv) worden belast. Wel kunnen zij controleren of een exploitant zich aan de registratieplicht houdt (artikel 3:11 Apv).
Intrekken voorgaande besluiten (artikel IV.)
In het verleden waren de toezichthouders voor de tippelzone en de toezichthouders voor seksinrichtingen door de burgemeester bij separaat besluit aangewezen. Met onderhavig besluit worden voorgaande besluiten samengevoegd. Derhalve dienen dan ook twee voorgaande besluiten te worden ingetrokken.