Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Provincie Gelderland

Aanvullende regeling jaargesprekken provincie Gelderland

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieProvincie Gelderland
Officiële naam regelingAanvullende regeling jaargesprekken provincie Gelderland
CiteertitelAanvullende regeling jaargesprekken provincie Gelderland
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerppersoneel en organisatie
Eigen onderwerppersoneelsregelingen, bestuurlijke organisatie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend.

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-201118-10-2011Onbekend

28-06-2011

Provinciaal Blad, 2011/92

zaaknummer 2011-009229
09-05-200701-07-2011Onbekend

27-03-2007

Provinciaal Blad 2007/44

2007-001772

Tekst van de regeling

GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

Gelet op artikel 125, tweede lid, van de Ambtenarenwet; Overwegende dat de structuurwijziging als gevolg van de reorganisatie Gelderland in Beweging tot gevolg heeft dat in diverse rechtspositieregelingen technische wijzigingen moeten worden aangebracht zodat de tekst van die regelingen aansluit bij de nieuwe structuur; Gezien de instemming die de werknemersvertegenwoordiging in het Georganiseerd Overleg heeft verleend aan de wijzigingen van deze regeling; Overwegende dat geen instemming van de Ondernemingsraad behoeft te worden gevraagd aangezien de Ondernemingsraad de werknemersvertegenwoordiging in het Georganiseerd Overleg bereid gevonden heeft om in plaats van de Ondernemingsraad in te stemmen met een aantal wijzigingen waarop het instemmingsrecht van artikel 27 van de Wet op de ondernemingsraden van toepassing is; Overwegende dat over de wijzigingen op sectoraal niveau overeenstemming is bereikt met de vakorganisaties in het Sectoroverleg Provinciale Arbeidsvoorwaarden;

BESLUITEN

vast te stellen de volgende gewijzigdse regeling: Aanvullende regeling jaargesprekken provincie Gelderland;

Artikel 1. Jaargesprekkencyclus 

  • 1 De periode als bedoeld in artikel 2, vijfde lid van de Regeling jaargesprekken komt overeen met een kalenderjaar.

  • 2 Een beloningsbeslissing als bedoeld in artikel C.7 en artikel C.9 van de CAP wordt steeds genomen met ingang van 1 januari van een kalenderjaar.

  • 3 Voor de ambtenaar die vóór 1 juli van een kalenderjaar in dienst treedt, blijft de periode als bedoeld in artikel 2, vijfde lid van de Regeling jaargesprekken beperkt tot de resterende maanden van het kalenderjaar.

  • 4 Met de ambtenaar die op of na 1 juli van een kalenderjaar in dienst treedt, wordt in het jaar van indiensttreding geen jaargesprekken gevoerd met het oog op een beoordeling als bedoeld in artikel 4, tweede lid van de Regeling jaargesprekken.

Artikel 2. Criteria bij beoordeling duurzame groei 

In aanvulling op artikel 4, zesde lid van de Regeling jaargesprekken geldt het volgende:

  • a.

    De beoordeling van de ontwikkeling van de ambtenaar leidt tot een score “zeer goed” indien de competentieontwikkeling in uitzonderlijke mate de in het planningsgesprek geformuleerde afspraken te boven gaat en de werkresultaten zonder meer voldoen.

  • b.

    De beoordeling van de ontwikkeling van de ambtenaar leidt tot een score “normaal” indien de competentieontwikkeling voldoet aan de in het planningsgesprek geformuleerde afspraken en de werkresultaten zonder meer voldoen.

  • c.

    De beoordeling van de ontwikkeling van de ambtenaar leidt tot een score “normaal” indien de competentieontwikkeling in uitzonderlijke mate de in het planningsgesprek geformuleerde afspraken te boven gaat, maar de belangrijkste werkresultaten niet geheel voldoen aan de gestelde eisen.

  • d.

    De beoordeling van de ontwikkeling van de ambtenaar leidt tot een score “normaal” indien er in beperkte mate sprake is van competentieontwikkeling, maar de belangrijkste werkresultaten zonder meer voldoen.

  • e.

    De beoordeling van de ontwikkeling van de ambtenaar leidt tot een score “matig/slecht” indien er in beperkte mate sprake is van competentieontwikkeling en de belangrijkste werkresultaten niet geheel voldoen aan de gestelde eisen. 

Artikel 3. Beoordeling duurzame groei in geval van afwezigheid 

  • 1 Indien de ambtenaar in de periode, bedoeld in artikel 2, vijfde lid van de Regeling jaargesprekken, voor minder dan 45% van de voor hem geldende feitelijke arbeidsduur zijn arbeid heeft verricht, vindt er geen beoordeling plaats van de duurzame groei als bedoeld in artikel 4, zesde lid van de Regeling jaargesprekken.

  • 2 Bij de toepassing van het eerste lid blijven perioden waarin de ambtenaar zwangerschaps- en bevallingsverlof geniet of voorafgaand aan deze verloven ziek is als gevolg van de zwangerschap, buiten beschouwing.

  • 3 Ingeval de afwezigheid bedoeld in het eerste lid is te wijten aan ziekte wordt aan de ambtenaar die nog niet het maximum van de voor hem geldende schaal heeft bereikt de volgende salarisontwikkeling toegekend:

    • a.

      Aan de ambtenaar die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarin hij voor minder dan 45% van de voor hem geldende feitelijke arbeidsduur zijn arbeid heeft verricht, een salarisverhoging toegekend heeft gekregen als bedoeld in artikel C.7, eerste lid van de CAP, wordt in het eerste jaar waarin hij op grond van het eerste lid niet wordt beoordeeld, een salarisverhoging toegekend van 3%.

    • b.

      Aan de ambtenaar die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarin hij voor minder dan 45% van de voor hem geldende feitelijke arbeidsduur zijn arbeid heeft verricht, een salarisverhoging toegekend heeft gekregen als bedoeld in artikel C.7, tweede lid van de CAP, wordt in het eerste jaar waarin hij op grond van het eerste lid niet wordt beoordeeld, een salarisverhoging toegekend van 3%.

    • c.

      Aan de ambtenaar die in het jaar voorafgaand aan het jaar waarin hij voor minder dan 45% van de voor hem geldende feitelijke arbeidsduur zijn arbeid heeft verricht, een salarisverhoging toegekend heeft gekregen als bedoeld in artikel C.7, derde lid van de CAP, wordt in het eerste jaar waarin hij op grond van het eerste lid niet wordt beoordeeld, een salarisverhoging toegekend van 1%. 

Artikel 4. Criteria bij beoordeling werkresultaten 

In aanvulling op artikel 4, zevende lid van de Regeling jaargesprekken geldt dat de beoordeling van de werkresultaten kan leiden tot een score “zeer goed” indien tevens sprake is van een normale tot zeer goede competentieontwikkeling.

Artikel 5 Incidentele beloning van extra inzet 

Ter uitwerking van artikel C.10 van de CAP geldt het volgende:

  • a.

    Aan de ambtenaar die extra inzet heeft getoond, niet geplande activiteiten heeft verricht of anderszins een positieve bijdrage heeft geleverd aan het functioneren van zijn afdeling of provincie als geheel, kan een incidentele beloning worden toegekend.

  • b.

    De incidentele beloning kan bestaan uit een gratificatie van € 100, € 250, € 500, € 750 en € 1.000 netto of een beloning in natura tot een maximum van € 100.

  • c.

    Aan een gedeeltelijk arbeidsongeschikte ambtenaar kan in plaats van een gratificatie als bedoeld onder b, een met de waarde van de gratificatie overeenkomend aantal verlofuren worden toegekend.

  • d.

    Ingeval er sprake is van een incidentele beloning van een groep ambtenaren, vindt deze beloning plaats in de vorm van een gezamenlijke activiteit tot een bedrag van € 75 per persoon.

  • e.

    Gratificaties ter hoogte van een half of volledig maandsalaris worden slechts bij uitzonderlijke prestaties toegekend. Hierover wordt beslist door de afdelingsmanager. 

Artikel 6 Citeertitel 

Deze regeling wordt aangehaald als Aanvullende regeling jaargesprekken provincie Gelderland.

Artikel 7 Inwerkingtreding 

Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 december 2005.

Overgangsrecht

  • 1.

    Ingeval er voor 1 januari 2005 aantoonbaar sprake is van matig/slecht functioneren en in 2005 wordt in een voortgangsgesprek en evaluatie- en beoordelingsgesprek geconstateerd dat niet geheel wordt voldaan aan de in het planningsgesprek gemaakte afspraken over duurzame groei, kan aan de ambtenaar een salarisverhoging worden toegekend als bedoeld in artikel C.7, derde lid van de CAP.

  • 2.

    Ingeval het oefenjaar 2004 is afgesloten met een proefbeoordeling met een score “matig/slecht” en in 2005 wordt in een voortgangsgesprek en evaluatie- en beoordelingsgesprek geconstateerd dat niet geheel wordt voldaan aan de in het planningsgesprek gemaakte afspraken over duurzame groei, kan aan de ambtenaar een salarisverhoging worden toegekend als bedoeld in artikel C.7, derde lid van de CAP.

  • 3.

    Ingeval het oefenjaar 2004 is afgesloten met een proefbeoordeling met een score “normaal” en in 2005 wordt in een voortgangsgesprek en evaluatie- en beoordelingsgesprek geconstateerd dat niet geheel wordt voldaan aan de in het planningsgesprek gemaakte afspraken over duurzame groei, wordt het besluit inzake de salarisverhoging als bedoeld in artikel C.7 van de CAP uitgesteld. Met de ambtenaar worden afspraken gemaakt over de wijze waarop de ambtenaar alsnog kan voldoen aan de gestelde eisen. In februari 2006 vindt opnieuw een evaluatie- en beoordelingsgesprek plaats. Op basis van dit gesprek wordt een definitief besluit inzake de salarisverhoging genomen. Deze salarisverhoging gaat in met terugwerkende kracht vanaf 1 januari 2006.

  • 4.

    Ingeval in 2005 in het planningsgesprek en voortgangsgesprek niet is geconstateerd dat de ambtenaar niet geheel voldoet aan de gesteld eisen en in het evaluatie- en beoordelingsgesprek wordt dit wel geconstateerd, dan kan de salarisverhoging als bedoeld in artikel C.7 van de CAP niet lager uitvallen dan 3%. 

Ondertekening

Gedeputeerde Staten van Gelderland