Organisatie | Hellendoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Reglement waarderingsgesprekken (nieuwe regeling) |
Citeertitel | Reglement waarderingsgesprekken (nieuwe regeling) |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is op 1 januari 2020 vervallen door de inwerkingtreding van artikel 17 van de Ambtenarenwet 2017
Onbekend
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
27-06-2012 | 01-01-2020 | Onbekend | 27-06-2012 Onbekend | ||
01-01-2011 | 27-06-2012 | nieuwe regeling | 07-12-2010 Hellendoorn Journaal, 17-12-2010 | 10INT02076 |
Reglement waarderingsgesprekken (nieuwe regeling)
Het waarderingsgesprek bestaat uit twee delen:
Aan arbeidsrechtelijke voorstellen ligt een op schrift gestelde argumentatie, blijkende uit een opgemaakte personeelsbeoordeling middels deel A van het waarderingsgespreksformulier, ten grondslag.
Een waarderingsgesprek vindt elk jaar minimaal 2 maanden voor de vaste periodiekmaand plaats.
Onverminderd het bepaalde in het derde lid kan zowel de medewerker als Burgemeester en Wethouders te allen tijde om een waarderingsgesprek verzoeken.
Burgemeester en Wethouders kunnen de leidinggevende van de medewerker opdragen het waarderingsgesprek met de medewerker te houden. In het geval de gemeentesecretaris voor de toepassing van deze regeling als medewerker moet worden aangemerkt, wordt de burgemeester als leidinggevende aangemerkt.
Op verzoek van zowel de medewerker als Burgemeester en Wethouders kan de personeelsconsulent aanwezig zijn bij het waarderingsgesprek.
Datum en tijdstip van het waarderingsgesprek worden tenminste 1 week van tevoren aan de medewerker bekend gemaakt.
De concept-waardering (scores en motivering) wordt minimaal 1 week van tevoren persoonlijk aan de medewerker verstrekt. Met instemming van de medewerker kan de waardering ook korter van tevoren of tijdens het gesprek worden uitgereikt.
De medewerker wordt in de gelegenheid gesteld opmerkingen op het waarderingsgespreksformulier toe te voegen.
Burgemeester en Wethouders vullen binnen twee weken het waarderingsgespreksformulier in.
Nadat het waarderingsgespreksformulier is ingevuld, wordt dit ondertekend. Direct daarna ondertekent de medewerker het formulier voor gezien.
Artikel 3 De beoordeling - deel A van het waarderingsgesprekformulier
De beoordeling van een medewerker betreft de wijze waarop deze zijn functie gedurende het beoordelingstijdvak heeft uitgeoefend, met inachtneming van de taakafspraken en tegen de achtergrond van de aan de functie redelijkerwijs te stellen eisen.
Artikel 4 Het functioneren - deel B van het waarderingsgespreksformulier
Deel B van het waarderingsgesprek is een open, geformaliseerd gesprek tussen de leidinggevende en de medewerker, dat gericht is op een gezamenlijke meningsvorming ten aanzien van het functioneren in algemene zin. Het gaat hierbij om de werkomstandigheden van de medewerker en zijn ontwikkeling in het werk of op onderdelen van de functie.
Artikel 5 Verlenging proeftijd
Verlenging van de proeftijd vindt uitsluitend plaats, wanneer Burgemeester en Wethouders zich in redelijkheid nog geen oordeel kunnen vormen over de geschiktheid van de medewerker voor het vervullen van de functie.
Artikel 6 Aanstelling in vaste dienst
Aanstelling in vaste dienst vindt plaats, wanneer Burgemeester en Wethouders van oordeel zijn dat de medewerker geschikt is voor het vervullen van de functie.
Artikel 7 Toekenning periodiek
Toekenning van een periodiek vindt plaats wanneer de medewerker op deel A van het waarderingsgespreksformulier gemiddeld minimaal een 6 heeft gescoord.
Als het waarderingsgesprek niet vóór de in artikel 2, derde lid, bedoelde datum is gehouden, wordt automatisch een periodiek toegekend.
Artikel 8 Onthouding periodiek
Onthouding van een periodiek vindt plaats wanneer de medewerker op deel A van het waarderingsgespreksformulier lager dan gemiddeld een 6 heeft gescoord.
Artikel 9 Toekenning extra periodiek(en)
Toekenning van een extra periodiek c.q. extra periodieken vindt plaats wanneer de medewerker op deel A van het waarderingsgespreksformulier gemiddeld minimaal een 8 heeft gescoord.
Artikel 10 Bevordering naar de functieschaal
Bevordering naar de functieschaal vindt plaats wanneer de medewerker op deel A van het waarderingsgespreksformulier gemiddeld minimaal een 6 heeft gescoord.
Artikel 11 Bevordering naar uitloopmogelijkheden
Voor toekenning van een uitloopmogelijkheid moet het maximum van de functieschaal bereikt zijn.
Bevordering naar de uitloopmogelijkheden vindt plaats wanneer de medewerker op deel A van het waarderingsgespreksformulier gemiddeld minimaal een 7 heeft gescoord.
Artikel 12 Vaststelling van het waarderingsgesprek
Indien Burgemeester en Wethouders het houden van waarderingsgesprekken opdragen aan de leidinggevende, kunnen zij bepalen dat het waarderingsgespreksformulier door de naasthogere leidinggevende van de leidinggevende wordt vastgesteld door middel van ondertekening.
Indien de medewerker - in het geval Burgemeester en Wethouders toepassing hebben gegeven aan het eerste lid - het niet eens is met de waardering, bespreekt de naasthogere leidinggevende van de leidinggevende deze mening met de leidinggevende en de medewerker. Het resultaat hiervan wordt vermeld op het waarderingsgespreksformulier.
In het geval de gemeentesecretaris als medewerker moet worden aangemerkt, worden Burgemeester en Wethouders voor de toepassing van het tweede lid als de naasthogere leidinggevende aangemerkt.
De naasthogere leidinggevende is bevoegd een aantekening c.q. een toevoeging op het waarderingsgespreksformulier te maken, indien naar zijn mening sprake is van onzorgvuldigheid of rechtsongelijkheid.
Na vaststelling van het waarderingsgespreksformulier wordt een afschrift daarvan verstrekt aan de medewerker, onder vermelding van de datum van verstrekking. Burgemeester en Wethouders behouden tevens een afschrift.
Het originele waarderingsgespreksformulier wordt door Burgemeester en Wethouders aan de personeelsconsulent verstrekt, die er zorg voor draagt dat het formulier zo spoedig mogelijk in het persoonsdossier van de medewerker wordt gevoegd.
De medewerker kan bezwaar aantekenen tegen deel A van het vastgestelde waarderingsgespreksformulier.
Als Burgemeester en Wethouders de door de medewerker met betrekking tot zijn beoordeling naar voren gebrachte bezwaren geheel of gedeeltelijk gegrond verklaren, dan wordt de beoordeling alsnog dienovereenkomstig vastgesteld.