Paragraaf 2: Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 2.1 Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars
- 1.
Het college wijst een inzameldienst aan, die belast is met het
inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen.
- 2.
Naast de inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen
die zijn belast met het afzonderlijk inzamelen van categorieën
huishoudelijke afvalstoffen.
- 3.
Het college kan aan het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen
voorschriften en beperkingen verbinden in het belang van de
bescherming van het milieu.
- 4.
Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht (positieve
fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van
toepassing.
Artikel 2.2 Afzonderlijke inzameling
- 1.
Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende
categorieën huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk
ingezameld:
- a.
- b.
Groente, fruit en tuinafval;
- c.
- d.
- e.
Elektronische en elektrische apparaten;
- f.
- g.
- h.
- i.
Grof huishoudelijk afval;
- j.
- 2.
Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën
huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.
Artikel 2.3 Inzamelmiddelen en –voorzieningen
- 1.
De inzameling kan plaatsvinden via:
- a.
een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel;
- b.
een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal
percelen;
- c.
een inzamelvoorziening op wijkniveau;
- d.
een brengdepot op lokaal of regionaal niveau.
- 2.
Het college kan aanwijzen via welk(e) inzamelmiddel of -voorziening
de inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen
ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt.
Artikel 2.4 Frequentie van inzamelen bij dan wel nabij elk perceel
- 1.
Huishoudelijk restafval wordt tenminste een maal per twee weken bij
dan wel nabij elk perceel ingezameld.
- 2.
Groente-, fruit- en tuinafval wordt tenminste een maal per twee
weken afzonderlijk bij dan wel nabij elk perceel ingezameld.
- 3.
Het college kan de frequentie van inzameling vaststellen van de
overige categorieën huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk in
aangewezen delen van de gemeente bij elk perceel worden
ingezameld.
Artikel 2.5 Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens
aanwijzing
- 1.
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.
- 2.
Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere
inzamelaars.
- 3.
Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader
van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van
bestuur of ministeriele regeling een inzamelplicht hebben gekregen
voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
Paragraaf 3: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
Artikel 3.1 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen aan anderen
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden
aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars of die in het
kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van
bestuur of ministeriele regeling een inzamelplicht hebben voor
categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 3.2 Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen
Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om huishoudelijke
afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de inzameldienst of andere
inzamelaars.
Artikel 3.3 Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
- 1.
Het is verboden om de categorieën huishoudelijke afvalstoffen zoals
bepaald in artikel 2.2, eerste lid, anders dan afzonderlijk ter
inzameling aan te bieden.
- 2.
Het college kan aanwijzen aan welke personen of instanties de in het
eerste lid aangewezen categorieën huishoudelijke afvalstoffen moeten
worden aangeboden.
- 3.
Het is verboden de aangewezen categorieën huishoudelijke
afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan de krachtens het tweede
lid aangewezen personen of instanties.
- 4.
Het in het derde lid gestelde verbod geldt niet voor het aanbieden
van categorieën huishoudelijke afvalstoffen aan personen of
instanties die in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij
algemene maatregel van bestuur of ministeriele regeling een
inzamelplicht hebben gekregen voor die categorieën huishoudelijke
afvalstoffen.
Artikel 3.4 Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
- 1.
Het is de gebruiker van een perceel, voor wie krachtens artikel 2.1,
tweede lid een inzamelmiddel of inzamelvoorziening is aangewezen,
verboden de huishoudelijke afvalstoffen anders aan te bieden dan via
het betreffende inzamelmiddel of de betreffende inzamelvoorziening
of het betreffende brengdepot.
- 2.
Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via
een inzamelmiddel of inzamelvoorziening aan te bieden, dan de
categorie waarvoor dit inzamelmiddel of deze inzamelvoorziening
krachtens artikel 2.1, tweede lid is bestemd.
- 3.
Het college kan regels stellen omtrent de plaats en de wijze waarop
huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden.
- 4.
Het college kan regels stellen omtrent het gebruik van een van
gemeentewege verstrekt inzamelmiddel.
- 5.
Indien het inzamelmiddel niet van gemeentewege is verstrekt, kan het
college eisen stellen aan het te gebruiken inzamelmiddel.
- 6.
Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen
die zonder inzamelmiddel ter inzameling kunnen worden
aangeboden.
- 7.
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter
inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.
Artikel 3.5 Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden
- 1.
Het college stelt de dagen en tijden vast waarop huishoudelijke
afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden.
- 2.
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en
tijden ter inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid is
bepaald.
Artikel 3.6 Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen
In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald kan het college
regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling
aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of
inzamelaars.
Paragraaf 4: Inzameling van bedrijfsafvalstoffen
Artikel 4.1 Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst
Het college kan categorieën bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die door de
inzameldienst worden ingezameld.
Artikel 4.2 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de
inzameldienst
- 1.
Het is verboden bedrijfsafvalstoffen aan te bieden aan de
inzameldienst.
- 2.
Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor de krachtens
artikel 4.1 aangewezen categorieën bedrijfsafvalstoffen, voor zover
degene die gebruik maakt van de inzameling door de inzameldienst
voldoet aan de daarmee ontstane belastingplicht op grond van de
verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en
reinigingsrechten.
- 3.
Het college kan regels stellen omtrent de dagen, tijden, wijzen en
plaatsen waarop de krachtens artikel 4.1 aangewezen
bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst ter inzameling kunnen
worden aangeboden.
- 4.
Het is verboden de krachtens artikel 4.1 aangewezen
bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in strijd met
hetgeen krachtens dit artikel is bepaald.
Artikel 4.3 Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander
dan de inzameldienst
- 1.
Het college kan regels stellen voor het ter inzameling aanbieden van
bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst.
- 2.
Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden in
strijd met deze regels.
Paragraaf 5: Zwerfafval
Artikel 5.1 Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
- 1.
Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats
en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een
afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem aan te brengen, te
storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een
wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding
van het milieu.
- 2.
Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.
- 3.
Het verbod is niet van toepassing op:
- a.
Het overeenkomstig deze verordening ter inzameling aanbieden
van huishoudelijke afvalstoffen of
bedrijfsafvalstoffen;
- b.
Het thuis composteren van groente-, fruit- en
tuinafval;
- c.
Voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of
worden gebracht als onvermijdelijk gevolg van het laden,
lossen of vervoeren van afvalstoffen dan wel het verrichten
van andere werkzaamheden op of aan de weg.
- 4.
Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voor zover de Wet
bodembescherming of het Besluit bodemkwaliteit voorzien in de
beoogde bescherming van het milieu.
Artikel 5.2 Achterlaten van straatafval
- 1.
Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten
zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins
geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke
voorwerpen.
- 2.
Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te
laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of
voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.
Artikel 5.3 Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande
afvalstoffen
- 1.
Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling
gereed staan te doorzoeken en te verspreiden.
- 2.
Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter
inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen, deze omver te
werpen of deze anderszins te behandelen waardoor er zwerfafval
ontstaat.
Artikel 5.4 Afvalbakken in inrichtingen voor het gebruiken van eet- en
drinkwaren
De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden
verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht:
- a.
een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de
inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben,
waarin het publiek afval kan achterlaten;
- b.
zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortegelijk voorwerp
van een zodanige constructie is dat het afval daarin deugdelijk
geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand of voorwerp steeds
tijdig wordt geledigd;
- c.
zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van
de inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging
van een ambtenaar, belast met de toezicht op de naleving van dit
artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval,
voor zover kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt
opgeruimd.
Artikel 5.5 Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaal
Degene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander
promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de
verpakking daarvan terstond op te ruime of te laten opruimen, indien
deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere
voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden
weggeworpen.
Artikel 5.6 Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige
werkzaamheden
- 1.
Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te
laten, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te
verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan
worden beïnvloed.
- 2.
Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen,
stoffen of voorwerpen deze weg wordt verontreinigd of het milieu
nadelig wordt beïnvloed, is diegene die genoemde werkzaamheden
verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen
of te laten reinigen:
- a.
direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de
verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of
beschadiging van het wegdek oplevert;
- b.
direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de
verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het
verkeer of beschadiging van het wegdek oplevert;
- c.
indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag
direct na beëindiging van de werkzaamheden.
Paragraaf 6: Overige onderwerpen die de verordening aangaan
Artikel 6.1 Verbod opslag van afvalstoffen
- 1.
Het is verboden afvalstoffen op een voor het publiek zichtbare
plaats in de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de
Wet milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.
- 2.
Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid
gestelde verbod.
- 3.
Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter
inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de
inzameldienst, andere inzamelaars of de personen of instanties die
in het kader van producentenverantwoordelijkheid bij algemene
maatregel van bestuur of ministeriële regeling een inzamelplicht
hebben voor categorieën van huishoudelijke afvalstoffen.
Artikel 6.2 Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden
Het is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van een
autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte
aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer
Autowrakken.
Paragraaf 7: Straf-, overgangs- en slotbepalingen
Artikel 7.1 Strafbepaling
Een gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit
in de zin van artikel 1a, onder 3, Wet op de economische delicten:
- -
Artikel 2.5: Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens
aanwijzing
- -
Artikel 3.1: Verbod op het ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen aan anderen
- -
Artikel 3.2: Verbod op het ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen door anderen dan gebruikers van
percelen
- -
Artikel 3.3: Afzonderlijk ter inzameling aanbieden
- -
Artikel 3.4: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen
- -
Artikel 3.5: Dagen en tijden voor het ter inzameling
aanbieden
- -
Artikel 4.2: Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen
aan de inzameldienst
- -
Artikel 4.3: Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen
aan een ander dan de inzameldienst
- -
Artikel 5.1: Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging
- -
Artikel 5.2: Achterlaten van straatafval
- -
Artikel 5.3: Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed
staande afvalstoffen
- -
Artikel 5.4: Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van
eet- en drinkwaren
- -
Artikel 5.5: Wegwerpen van reclamebiljetten of ander
promotiemateriaal
- -
Artikel 5.6: Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of
overige werkzaamheden
Artikel 7.2 Toezichthouders
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze
verordening zijn belast de bij het besluit van het college aan te wijzen
ambtenaren.
Artikel 7.3 Inwerkingtreding
- 1.
Deze afvalstoffenverordening treedt één dag na publicatie in
werking.
- 2.
De Afvalstoffenverordening 2004 van de gemeente Elburg wordt
ingetrokken.
Artikel 7.4 Overgangsbepaling
Besluiten, genomen krachtens de verordening bedoeld in artikel 7.3,
tweede lid, die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze
verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent,
gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.
Artikel 7.5 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als ‘Afvalstoffenverordening 2010’ van
de gemeente Elburg.