Organisatie | Amsterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling Woonlastenbijdrage voor woonbootbewoners |
Citeertitel | Regeling Woonlastenbijdrage voor woonbootbewoners |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Maatschappelijke zorg, ondersteuning en welzijn |
Geen
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit:
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Gemeenteblad 2002, afd. 3A, nr. 63/56
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2002 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 30-01-2002 Gemeenteblad 2002, afd. 3A, nr. 63/56 | Gemeenteblad 2002, afd. 1, nr. 56 |
In deze regeling wordt verstaan onder:
eigenaar-bewoner: degene die eigenaar in de zin van het Burgerlijk Wetboek (BW) is van een woonboot en die de woonboot als zijn hoofdverblijf heeft. In deze regeling moet onder eigenaar in de zin van het BW tevens worden verstaan de vruchtgebruiker, als bedoeld in art. 106 van Boek 5 van het BW, of degene aan wie door een rechtspersoon het gebruiksrecht van een woonruimte is verleend;
inkomen: het belastbaar inkomen dat in het peiljaar is genoten, vastgesteld aan de hand van de aanslag inkomstenbelasting in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001. Het berekende belastbaar inkomen wordt vermeerderd met de rente en de kosten van hypothecaire leningen en andere leningen die betrekking hebben op het genot van het eigendomsrecht van een woonboot;
Art. 2 Meerderjarigheid, nationaliteit, vergunning en basisadministratie
In afwijking van het bepaalde in het eerste lid, onder d, kan woonlastenbijdrage worden toegekend als onjuiste inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie hem niet kan worden toegerekend, dan wel wanneer de inschrijving betrekking heeft op bewoners die niet tot het huishouden van de eigenaar-bewoner behoren.
Indien een eigenaar-bewoner gezamenlijk met een of meer anderen, niet zijnde medebewoner, eigenaar is, worden de woonlasten als bedoeld in art. 5, eerste lid, van de eigenaren tezamen gedeeld door het aantal eigenaren, met dien verstande dat de gezamenlijke woonlasten niet meer dan € 542 (ƒ 1193) bedragen.
Indien een eigenaar-bewoner buiten de gevallen, bedoeld in het eerste en tweede lid, gezamenlijk met een of met enkele anderen, niet zijnde medebewoners, de woonboot bewoont, worden die anderen voor de toepassing van deze regeling als huurder aangemerkt en is het bepaalde in het tweede lid van overeenkomstige toepassing.
Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd, in gevallen waarin de toepassing van deze regeling naar hun oordeel tot een bijzondere hardheid leidt, ten gunste van de aanvrager af te wijken van deze regeling.