Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Nijmegen

Verordening Duurzaamheidsleningen gemeente Nijmegen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNijmegen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening Duurzaamheidsleningen gemeente Nijmegen
CiteertitelVerordening Duurzaamheidsleningen Nijmegen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpvolkshuisvesting en woningbouw
Eigen onderwerpwonen energiebesparing lenen duurzaamheidsleningen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, artikelen 147 en 149

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

14-10-201030-04-2013Onbekend

29-09-2010

Gemeenteblad 2010/099

Raadsvoorstelnummer 129/2010

Tekst van de regeling

Intitulé

VERORDENING DUURZAAMHEIDSLENINGEN GEMEENTE NIJMEGEN

De raad van de gemeente Nijmegen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 28 juni 2010, nummer: 10.0016011

gelet op de artikelen 147 en 149 van de Gemeentewet;

gelet op artikel 2 lid 3 van de Algemene Subsidieverordening;

gelet op de deelnemersovereenkomst d.d. 1 mei 2001 tussen de gemeente Nijmegen en de SVn;

besluit:

vast te stellen de volgende:

 

VERORDENING DUURZAAMHEIDSLENINGEN GEMEENTE NIJMEGEN

Artikel 1 Begrippen

Deze verordening verstaat onder:

  • a)

    een aanvraag: een verzoek aan het college om voordracht bij de SVn voor een Duurzaamheidslening;

  • b)

    een aanvrager: een meerderjarige natuurlijke persoon die een aanvraag doet en eigenaar is van een woning die is gelegen in de gemeente Nijmegen;

  • c)

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nijmegen;

  • d)

    een Duurzaamheidslening: een gemeentelijke stimuleringslening, die aan aanvrager na voordracht door het college door de SVn kan worden verstrekt ten behoeve van de financiering van de door het college aanvaarde werkelijke kosten van duurzaamheidsmaatregelen, die worden getroffen in de eigen woning;

  • e)

    duurzaamheidsmaatregelen: energiebesparende en duurzame maatregelen en voorzieningen als bedoeld in artikel 5, lid 1en 2;

  • f)

    een energieprestatiecertificaat: een certificaat dat na het uitvoeren, plaatsen of aanbrengen van één of meer van de in artikel 5 lid 1 bij a) t/m cc) genoemde voorzieningen en maatregelen wordt opgesteld door een gecertificeerd bedrijf en dat voldoet aan BRL 9500-01 voor bestaande woningen;

  • g)

    een EPA-maatwerkadvies:een advies dat voorafgaand aan het uitvoeren, plaatsen of aanbrengen van één of meer van de in artikel 5 lid 1 genoemde maatregelen en voorzieningen wordt opgesteld door een gecertificeerd bedrijf en dat voldoet aan BRL 9500-01 voor bestaande woningen;

  • h)

    werkelijke kosten de kosten van duurzaamheidsmaatregelen als bedoeld in artikel 5, lid 1, eventueel vermeerderd met de kosten van een EPA-maatwerkadvies, de kosten van een energieprestatiecertificaat, mogelijke legeskosten, bijkomende kosten voor het verkrijgen van de Duurzaamheidsleningen en de kosten van door een deskundig vakbedrijf terzake van deze duurzaamheidsmaatregelen in rekening gebrachte arbeidsuren en verminderd met de van derden ontvangen tegemoetkomingen in deze kosten.

  • i)

    SVn: de Stichting Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederlandse Gemeenten te Hoevelaken.

Artikel 2 Toepassingsbereik

Deze verordening is uitsluitend van toepassing op:

Bestaande woonruimte in de gemeente Nijmegen die geschikt en bestemd is voor permanente bewoning.

Artikel 3 Budget

Het college stelt het budget vast dat beschikbaar is voor het verstrekken van Duurzaamheidsleningen.

Artikel 4 Duurzaamheidsleningen

Het college kan een aanvrager bij SVn voordragen voor een Duurzaamheidslening ten laste van het in artikel 3 bedoelde budget.

Artikel 5 Duurzaamheidsmaatregelen
  • 1.

    Tot de duurzaamheidsmaatregelen worden gerekend:

    • a)

      Kleine windturbine die geschikt is voor de stedelijke omgeving en de daarbij behorende spanningsomvormer;

    • b)

      Zonnepaneel met fotovoltaïsche zonnecellen en de daarbij behorende spanningsomvormer;

    • c)

      Zonneboiler voor het verwarmen van tapwater met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat;

    • d)

      Combi-zonneboiler voor het verwarmen van tapwater en voor ruimteverwarming met behulp van zonlicht, bestaande uit één of meerdere zonnecollectoren en een warmteopslagvat met een al dan niet geïntegreerde CV-brander;

    • e)

      Micro-warmtekrachtsysteem;

    • f)

      Brandstofcel CV-ketel;

    • g)

      Warmtepompboiler voor het verwarmen van tapwater, bestaande uit een warmtepomp die warmte onttrekt aan ventilatielucht en een warmteopslagvat;

    • h)

      Elektrische warmtepomp voor ruimteverwarming, die is gekoppeld aan een centraal verwarmingssysteem dat geschikt is voor een aanvoertemperatuur (Taanvoer) van maximaal 55° C;

    • i)

      Gaswarmtepomp voor ruimteverwarming, die is gekoppeld aan een centraal verwarmingssysteem dat geschikt is voor een aanvoertemperatuur (Taanvoer) van maximaal 55° C;

    • j)

      Lage-temperatuur centraal verwarmingsysteem (LTV-systeem) waarvan de ontwerp aanvoertemperatuur (Taanvoer) maximaal 55° C bedraagt;

    • k)

      Pelletkachel;

    • l)

      Pelletketel;

    • m)

      Installatietechnische aanpassingen om warmte uit douchewater terug te winnen;

    • n)

      Thermostatische mengkraan voor de douche;

    • o)

      Installatie voor het terugwinnen van warmte uit ruimteventilatielucht, inclusief het daarbij behorende kanaalwerk en de luchtbehandelingskast, met een energetisch rendement van ten minste 80%;

    • p)

      Vraaggestuurd ventilatiesysteem met CO2-of vochtsensoren;

    • q)

      Zelfregulerend ventilatierooster;

    • r)

      Leidingisolatie;

    • s)

      Vloerisolatie met een R-waarde, die groter is dan of gelijk aan 2,50 m2.K/W;

    • t)

      Gevelisolatie met een R-waarde, die groter is dan of gelijk aan 2,50 m2.K/W;

    • u)

      Spouwmuurisolatie met een R-waarde, die groter is dan of gelijk aan 1,3 m2.K/W;

    • v)

      Dakisolatie met een R-waarde, die groter is dan 2,50 m2.K/W;

    • w)

      Isolerende beglazing met Ugl-waarde die kleiner is dan 1,30 W/m2.K;

    • x)

      Draaiend raam met thermische onderbreking, die samen met de beglazing een Uw waarde (Uraam) heeft, die kleiner is dan of gelijk aan 1,70 W/m2.K;

    • y)

      Geïsoleerde buitendeur met een U-waarde die kleiner of gelijk is aan 2,0 W/m2.K;

    • z)

      Energiezuinig verlichtingssysteem;

    • aa)

      Energiezuinige pompen en – ventilatoren;

    • bb)

      Ombouwset voor hotfill aansluiting;

    • cc)

      HR-ketel;

    • dd)

      Ramen en kozijnen van FSC-hout;

    • ee)

      Vegetatiedak.

  • 2.

    Het college kan de in het eerste lid vermelde lijst van duurzaamheidsmaatregelen uitbreiden en/of inkorten.

Artikel 6 De aanvraag

Een aanvraag wordt schriftelijk bij het college ingediend op een door de gemeente beschikbaar gesteld formulier en gaat vergezeld van een opgave van:

  • a)

    een kopie van de samenvatting van het EPA-maatwerkadvies;

  • b)

    de te treffen duurzaamheidsmaatregelen;

  • c)

    de werkelijke kosten van het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen alsmede een deugdelijke financiële onderbouwing van deze opgave (op basis van offertes);

  • d)

    een planning van de uitvoering van de werkzaamheden;

  • f)

    een ingevulde checklist.

Artikel 7 Behandeling aanvraag
  • 1.

    Het college bevestigt de ontvangst van de aanvraag binnen twee weken.

  • 2.

    Indien de aanvraag niet alle gegevens bevat die het college voor het nemen van een beoordeling noodzakelijk acht, stelt het college aanvrager in de gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te completeren.

  • 3.

    Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecompleteerd, wordt de aanvraag door het college buiten behandeling gelaten.

  • 4.

    Het college handelt aanvragen in volgorde van binnenkomst af.

  • 5.

    Het college neemt binnen acht weken na ontvangst van de aanvraag dan wel na het compleet worden van de aanvraag een beslissing.

  • 6.

    Uit overschrijding van de in het vijfde lid bedoelde termijn kan de aanvrager niet afleiden dat zijn aanvraag is of wordt toegewezen.

Artikel 8 Afwijzen aanvraag

Het college wijst een aanvraag af, indien:

  • a)

    het budget niet toereikend is om de aanvraag te honoreren;

  • b)

    de werkelijke kosten minder bedragen dan € 2.500,- of meer dan € 15.000,-;

  • c)

    de aanvraag bij hem wordt ingediend ná het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen;

  • d)

    naar zijn oordeel gegronde redenen bestaan aan te nemen dan wel vastgesteld wordt, dat de aanvraag niet voldoet aan de voorwaarden en/of de verordening.

Artikel 9 Voordracht
  • 1.

    Het college besluit aanvrager bij SVn voor een Duurzaamheidslening voor te dragen indien uit de bij de aanvraag ingediende bescheiden blijkt dat met het treffen van de duurzaamheidsmaatregelen aantoonbaar wordt bijgedragen aan een of meer van de hiernavolgende doelen:

  • a. een beperking van de energievraag, dan wel een vermindering van CO2 uitstoot;

  • b. het verhogen van het aandeel duurzame energiebronnen in de energievoorziening van de woning;

  • 2.

    Bovendien kan er alleen sprake zijn van een voordracht als is voldaan aan de regeling en het beschikbare budget niet wordt overschreden.

Artikel 10 Toekenning
  • 1.

    De toekenning van een Duurzaamheidslening geschied onder voorbehoud van een positieve krediettoets van SVn.

  • 2.

    SVn verstrekt en beheert een toegekende Duurzaamheidslening.

Artikel 11 Intrekken toekenning
  • 1.

    Het college trekt een toekenningsbesluit als bedoeld in artikel 10 geheel of gedeeltelijk in als:

    • a.

      Er niet is voldaan aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften en/of bepalingen;

    • b.

      De duurzaamheidslening is verstrekt op grond van onjuiste gegevens.

  • 2.

    In geval van overtreding van de voorschriften in deze verordening de eigenaar verschoonbaar is, kan het college besluiten de bovengenoemde sanctie geheel of gedeeltelijk achterwege te laten.

Artikel 12 Voorwaarden SVn

Op Duurzaamheidsleningen van SVn zijn van toepassing de SVn documenten ‘Algemene bepalingen voor geldleningen’ en de ‘Productspecificatie Duurzaamheidslening’ zoals deze documenten aanwezig zijn in de SVn informatiemap, die deel uitmaakt van de deelnemingsovereenkomst tussen de gemeente Nijmegen en SVn.

Artikel 13 Kenmerken van Duurzaamheidslening
  • 1.

    De hoofdsom van de door het college toegekende Duurzaamheidslening is in beginsel gelijk aan het bedrag van de door het college aanvaarde werkelijke kosten.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid bedraagt de hoofdsom van de Duurzaamheidslening niet minder dan € 2.500,- en niet meer dan € 15.000,- (incl. BTW).

  • 3.

    De looptijd van de lening bedraagt maximaal 15 jaar. Indien de lening lager is dan € 7.500,- dan is de looptijd 10 jaar.

Artikel 14 Bouwkrediet

Duurzaamheidsleningen komen via een bouwkrediet van SVn tot uitbetaling op basis van facturen van door derden uitgevoerde werkzaamheden, dan wel facturen van de aanschaf van zelf uitgevoerde maatregelen.

Artikel 15 Nadere regels

Het college kan voor de uitvoering van deze verordening nadere regels vaststellen.

Artikel 16 Hardheidsclausule

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze verordening naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 17 Naamgeving en inwerkingtreding

Deze verordening kan worden aangehaald als ‘Verordening Duurzaamheidsleningen Nijmegen’ en treedt in werking de achtste dag na publicatie in het gemeenteblad.

De voorzitter, mr. Th. C de Graaf

De raadsgriffier, drs. M.M.V. Mientjes