Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Leeuwarden

Uitvoeringsbesluit beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Leeuwarden 2008

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Leeuwarden
Officiële naam regelingUitvoeringsbesluit beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Leeuwarden 2008
CiteertitelUitvoeringsbesluit begraafplaatsen 2008
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

-

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

  • 1.

    Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-10-200817-12-2009nieuwe regeling

07-10-2008

Huis aan Huis; 15 oktober 2008

-

Tekst van de regeling

Intitulé

Uitvoeringsbesluit beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen Leeuwarden 2008

Artikel 1 Algemene bepalingen

begraafplaats(en): de gemeentelijke begraafplaats "Noorderbegraaf-plaats", gelegen op het terrein kadastraal bekend gemeente Leeuwarden, sectie D, nrs. 1149, 1673, 1676; de gemeentelijke begraafplaats "Huizumerbegraafplaats", gelegen op het terrein kadastraal bekend gemeente Huizum, sectie G, nr. 516;

eigen graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend

recht is verleend tot het doen begraven en begraven houden van lijken, het doen

bijzetten en bijgezet houden van asbussen en het doen verstrooien van as;

eigen urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen en het doen verstrooien van as;

eigen kindergraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen begraven en begraven houden van overleden kinderen beneden de leeftijd van 12 jaar, het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen en het doen verstrooien van as;

asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

strooiveld: een gedeelte van de begraafplaats dat speciaal is aangewezen voor verstrooiing van as van een overledene;

grafbedekking: gedenktekens op een graf, een verstrooiingsplaats of gedenkplaats, waarvoor vergunning is vereist;

rechthebbende: de natuurlijke of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een eigen graf;

grafakte: de beschikking waarin overeenkomstig de bepalingen van deze verordening namens het college een grafrecht wordt verleend;

grafkelder: een uit steenachtige materialen gebouwde grafruimte waarvoor vergunning is vereist;

grafrecht: het uitsluitend recht op een eigen graf;

naam- of letterplaatje: bordje op een van de gedenkzuilen op het strooiveld.

opgraven: het opgraven van stoffelijke resten binnen de wettelijke termijn van grafrust;

ruimen: het opgraven van stoffelijke resten na de wettelijke termijn van grafrust, met de bedoeling deze daarna elders opnieuw te begraven of te cremeren;

schudden: ruiming van een individueel graf door het zorgvuldig bijeen garen van alle stoffelijke resten, die vervolgens dieper in hetzelfde graf begraven worden;

urnenkelder: een voorziening in een graf ter berging van een of meer asbussen;

wet: de Wet op de lijkbezorging;

aanvrager: degene die - al dan niet door tussenkomst van een uitvaartverzorger - opdracht geeft voor een begrafenis of asbezorging, en/of die de uitgifte van een eigen (kinder-, urnen-)graf vraagt en/of die vergunning aanvraagt voor een grafkelder of grafbedekking;

asbezorging: het begraven van een asbus in een eigen graf, kinder- of urnengraf; het verstrooien van as van een overledene op of nabij het graf, op het strooiveld of elders op de begraafplaatsen;

begraving: het begraven van een lijk in een eigen graf of kindergraf;

college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leeuwarden;

beheerder: de ambtenaar die belast is met de uitvoering van hetgeen in de beheersverordening is genoemd.

Artikel 2 Openingstijden begraafplaatsen

De begraafplaatsen zijn voor een ieder dagelijks toegankelijk tussen zonsop- en zonsondergang.

Artikel 3 Tijden van begraven en asbezorging

  • 1. Het begraven van lijken, het bijzetten van asbussen, alsmede het verstrooien van as geschiedt op werkdagen tussen 10.15 en 15.15 uur en op zaterdagen tussen 10.15 en 12.15 uur;

  • 2. op andere dagen en tijdstippen kunnen op aanvraag in bijzondere gevallen eveneens begrafenissen, asbezorgingen of andere plechtigheden plaatsvinden.

Artikel 4 Tijdsduur gebruik aula en mobiele geluidsinstallatie

Het gebruik van de ontvangstruimten, anders dan voor het formeren van de rouwstoet, wordt per half uur vastgelegd. Het gebruik van de mobiele geluidsinstallatie wordt per plechtigheid vastgelegd.

Artikel 5 Indeling graven, asbezorging en categorieën

  • 1. Op de Noorderbegraafplaats zijn de graven ingedeeld in 2 categorieën, een 1e en een 2e klasse; ook is een gedeelte bestemd voor het begraven van stoffelijke overschotten van islamieten; al deze gedeelten zijn op een plattegrond van de Noorderbegraafplaats aangegeven; deze plattegrond is op verzoek beschikbaar;

  • 2. de Huizumerbegraafplaats beschikt over 1 categorie graven.

  • 3. op beide begraafplaatsen zijn eigen graven beschikbaar; op de Noorderbegraafplaats zijn ook eigen urnengraven en eigen kindergraven beschikbaar; algemene graven worden niet uitgegeven;

  • 4. binnen elke categorie eigen graven kunnen -indien de ruimte daartoe beschikbaar is- meerdere graven naast elkaar worden uitgegeven;

  • 5. in eigen graven kunnen 2 lijken worden begraven; indien tevoren verzocht en als de plaatselijke situatie dit toelaat kan, slechts op de Noorderbegraafplaats, in een derde laag worden begraven;

  • 6. in eigen graven, eigen urnen- of kindergraven kunnen meerdere asbussen worden bijgezet; het maximale aantal asbussen bedraagt 6 stuks per laag;

  • 7. asbussen worden van gemeentewege geplaatst in een urnenkeldertje;

  • 8. in eigen graven kan een ongelimiteerd aantal asverstrooiingen plaatshebben;

  • 9. de afmetingen van eigen graven zijn 2,0 x 1,0 meter, van eigen kindergraven 1,20 x 0,65 meter en van eigen urnengraven 0,75 x 0,75 meter. Indien meerdere graven binnen een categorie naast elkaar worden uitgegeven, worden de afmetingen in de breedte verruimd met 0,20 meter per grafruimte.

Artikel 6 Vergunning grafbedekking en grafkelders

  • 1. Voor het hebben van een grafkelder, grafbedekking, dan wel een naam- of letterplaatje op de gedenkzuilen op het strooiveld, is een schriftelijke vergunning nodig van het college.

  • 2. De aanvraag voor een grafbedekking dient vergezeld te gaan van een werktekening waarop, in het geval van een grafbedekking, ten minste dienen voor te komen:

    • a.

      een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    • b.

      de soort en bewerking van de te gebruiken materialen;

    • c.

      de vermelding of de letters en dergelijke ingehakt, opgehakt, van metaal of van ander materiaal zijn;

    • d.

      de aan te brengen tekst (geldt ook voor de naam- of letterplaatjes op de gedenkzuilen op het strooiveld van de Noorderbegraafplaats);

    • e.

      het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van de grafbedekking daarop;

  • 3. grafkelders dienen te zijn opgebouwd uit steenachtig materiaal, met een maximale buitenmaat van 2.40 x 1.00 m en 1.60 m diep; grafkelders dienen water- en luchtdicht te worden afgesloten en aan de bovenzijde te zijn voorzien van een afsluitende betonplaat;

  • 4. vergunningen voor grafbedekkingen en grafkelders worden verleend voor de tijd waarvoor het uitsluitend recht op het graf is verkregen;

  • 5. vergunningen voor naam- of letterplaatjes op de gedenkzuilen worden verleend voor de tijd van 20 jaren; de aanmaak- en montagekosten van een naam- of letterplaatje zijn voor rekening van de aanvrager;

  • 6. het plaatsen van grafbedekking of grafkelders, of het aanbrengen van een naam- of letterplaatje zonder vergunning is niet toegestaan.

Artikel 7 Plaatsing grafbedekking en -kelders

  • 1. Een liggende zerk of grafrand met letterplaat dient zodanig te worden aangebracht dat de hoofdeinden van alle liggende zerken en randen in één horizontale lijn liggen;

  • 2. een staande steen, houten kruis of ander teken dient aan het hoofdeinde van het graf te worden opgericht en wel zodanig dat alle graftekens op een grafregel in één verticaal vlak staan;

  • 3. het (her-)plaatsen en opknappen van grafbedekkingen en het plaatsen, openen en sluiten van grafkelders geschiedt uitsluitend op werkdagen tussen 8.00 en 16.30 uur; slechts met toestemming van de beheerder kan van deze tijd worden afgeweken. Tijdens plechtigheden mogen geen werkzaamheden in de nabijheid plaatsvinden, zulks ter beoordeling van de beheerder;

  • 4. grafbedekkingen mogen niet tijdens een vorstperiode geplaatst worden;

  • 5. afval, ontstaan bij werkzaamheden, behoort dezelfde dag te worden afgevoerd;

  • 6. op een grafbedekking mag geen firmanaam of enig ander reclameteken worden aangebracht.

Artikel 8 Materiaalgebruik grafbedekkingen

  • 1. Voor grafbedekkingen mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, keramiek, gehard glas, duurzame kunststoffen of verduurzaamde houtsoorten;

  • 2. van metalen grafbedekkingen moeten de holle ruimten opgevuld worden;

  • 3. als fundering dient een gewapend betonnen fundatie te worden aangebracht met dezelfde lengte en breedte als het monument en met een dikte van minimaal 5cm;

  • 4. indien de grafbedekking bestaat uit meerdere onderdelen dan moeten deze onderdelen deugdelijk aan elkaar verbonden zijn;

  • 5. de grafbedekking dient onlosmakelijk te zijn verbonden aan de fundering van gewapend beton;

  • 6. staande grafmonumenten dienen goed verankerd te zijn op een voetstuk, grondplaat of rand en van doken te zijn voorzien;

  • 7. met het oog op een deugdelijke constructie kunnen aanvullende eisen worden gesteld.

Artikel 9 Maatvoering grafbedekkingen en inrichting grafomrandingen

  • 1.Op eigen graven

    • a.

      een grafbedekking mag maximaal 1 m hoog, 2 m lang en 80 cm breed zijn;

    • b.

      staande stenen (letterplaten) dienen minimaal 8 cm dik te zijn;

    • c.

      liggende zerken dienen minimaal 6 cm dik te zijn;

    • d.

      grafranden dienen minimaal 6 cm hoog en 12 cm breed te zijn; binnen de grafrand moet op de betonnen fundering een vulling van natuur- of breuksteenplaten worden gemetseld; de ruimte binnen de grafrand mag geheel of gedeeltelijk worden opgevuld met teelaarde, beplanting, marmerslag of grit (op antiworteldoek).

  • 2. Op eigen kindergraven

    • a.

      een grafbedekking mag maximaal 85 cm hoog, 120 cm lang en 50 cm breed zijn;

    • b.

      staande stenen (letterplaten) dienen minimaal 8 cm dik te zijn;

    • c.

      liggende zerken dienen minimaal 6 cm dik te zijn;

    • d.

      grafranden dienen minimaal 6 cm hoog en 12 cm breed te zijn; binnen de grafrand moet op de betonnen fundering een vulling van natuur- of breuksteenplaten worden gemetseld; de ruimte binnen de grafrand mag geheel of gedeeltelijk worden opgevuld met teelaarde, beplanting, marmerslag of grit (op antiworteldoek).

  • 3. Op eigen urnengraven

    • a.

      een grafbedekking mag maximaal 75 cm hoog, 50 cm lang en 50 cm breed zijn;

    • b.

      staande stenen (letterplaten) dienen minimaal 6 cm dik te zijn;

    • c.

      liggende zerken dienen minimaal 6 cm dik te zijn;

    • d.

      de grafbedekking mag omrand worden met natuur- of breuksteenplaten en/of opgevuld worden (tussen bedekking en omranding) met teelaarde, beplanting, marmerslag of grit (op antiworteldoek);

    • e.

      indien gekozen wordt voor het toepassen van los materiaal (bijvoorbeeld marmergrit, knikkers, houtsnippers, breuksteen, steenslag) dient het graf door de vergunninghouder zelf afgebakend te worden met natuurstenen banden, waarbij de afstand tussen het hoofdeinde en het hart van de haag minimaal 50 cm dient te zijn en die tot het hart van de hagen tussen de graven minimaal 30 cm.

Artikel 10 Naam- of letterbordjes op de gedenkzuilen

  • 1. Het soort materiaal is messing, de hoogte van de bordjes is 5 cm; de positionering van de bordjes op een van de zuilen op het strooiveld wordt per geval vastgesteld door de beheerder, in overleg met de aanvrager; de positie van individuele bordjes volgt een vastgelegd stramien, waarbinnen vrijheid bestaat in de lengte van de bordjes, de keuze van de zuil en de zijde daarvan waarop het bordje wordt aangebracht;

  • 2. de bordjes worden door de beheerder aangebracht en verwijderd.

Artikel 11 Winterharde gewassen

  • 1. Winterharde gewassen op de graven moeten door snoei binnen de vastgestelde maten van de graven blijven, met een maximale hoogte van 50 cm;

  • 2. doodgegane, sterk verwaarloosde of hinderlijke beplanting kan worden verwijderd.

Artikel 12 Tijdelijk grafmonument

Ter overbrugging van de tijd tussen de begrafenis of urnbijzetting en de plaatsing van een eventuele grafbedekking, kan gebruik worden gemaakt van een tijdelijk grafmonument. De aanvraag hiertoe wordt gedaan via het aanvraagformulier voor het begraven van een lijk of de bezorging van as. Tijdelijke grafmonumenten worden per minimale tijdsduur van één maand verhuurd. De huurder kan binnen deze tijdelijke grafbedekking naar eigen keuze los materiaal toepassen of deze opvullen met bijvoorbeeld teelaarde en niet-winterharde beplanting.

Artikel 13 Slotbepalingen

  • 1. Deze nadere regels treden in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking;

  • 2. deze nadere regels kunnen worden aangehaald als:

  • 3. Na inwerkingtreding van het “Uitvoeringsbesluit begraafplaatsen 2008” wordt de beheersverordening gemeentelijke begraafplaatsen grafbedekking 1994 ingetrokken (vastgesteld op 14 december 1994, kenmerk 14915).