Organisatie | Zuid-Holland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Subsidieverordening externe veiligheid 2011-2014 Zuid-Holland (Subsidieverordening externe veiligheid 2011-2014 Zuid-Holland) |
Citeertitel | Subsidieverordening externe veiligheid 2011-2014 Zuid-Holland |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | subsidies |
Geen
Provinciewet, art. 143
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 10-11-2010 Provinciaal blad, 2010, 118 | Onbekend. |
In deze regeling wordt verstaan onder:
a. externe veiligheidsbeleid: het beleid met als doel het beheersen van de (overlijdens)risico's door een ongewoon voorval met gevaarlijke stoffen voor mensen die wonen of verblijven in de directe omgeving van een inrichting die gevaarlijke stoffen produceert, gebruikt of opslaat, of van een transportroute waarover die gevaarlijke stoffen worden vervoerd. Het gaat dan over vervoer over weg, water, spoor en door buisleidingen. Ook de risico's van het gebruik van luchthavens zijn onderwerp van het externe veiligheidsbeleid.
c. bestuurlijk niveau: niveau van besluitvorming waaraan van alle betrokken partijen bij een regionaal jaarwerkplan ten minste één gekozen vertegenwoordiger deel uitmaakt, zoals onder meer het dagelijks bestuur of het algemeen bestuur van de gemeenschappelijke regeling of een portefeuillehouderoverleg.
Deze regeling heeft tot doel te komen tot een structurele, adequate uitvoering van het externe veiligheidsbeleid en het daartoe bevorderen van de samenwerking tussen gemeenten, provincie en regionale samen-werkingsverbanden op het gebied van externe veiligheid in de regio’s Zuid-Holland Zuid, Holland Rijnland, Midden-Holland, Haaglanden, Rotterdam Rijnmond en Goeree Overflakkee ten einde de externe veiligheid in Zuid-Holland te verbeteren.
1. Gedeputeerde Staten kunnen boekjaarsubsidies verstrekken voor structurele activiteiten die bijdragen aan de realisering van de doelstellingen uit artikel 3.
2. Subsidie kan worden verstrekt op aanvraag van een samenwerkingsverband van publiekrechtelijke lichamen in de provincie Zuid-Holland voor de kosten van projecten en activiteiten die zijn opgenomen in een regionaal jaarwerkplan.
3. De subsidieaanvraag voor het daarop volgende kalenderjaar wordt jaarlijks uiterlijk op 1 oktober ingediend. In afwijking van artikel 29, eerste lid, van de Asv wordt de subsidieaanvraag voor het jaar 2011 uiterlijk op 15 november 2010 ingediend. Het programmajaar is daarin concreet uitgewerkt en geeft tevens een globale doorkijk naar de daaropvolgende jaren.
4. Gedeputeerde Staten kunnen na 1 oktober van ieder jaar een extra termijn dan wel extra termijnen voor het indienen van een aanvraag om subsidie vaststellen.
5. Gedeputeerde Staten stellen een formulier vast voor het indienen van aanvragen en het verstrekken van gegevens.
Subsidies als bedoeld in artikel 4 worden uitsluitend verstrekt aan samenwerkingsverbanden met taken op externe veiligheidgebied in de regio's Holland-Rijnland, Midden-Holland, Haaglanden, Rotterdam-Rijnmond, Goeree-Overflakkee en Zuid-Holland Zuid.
Artikel 6 Regionaal jaarwerkplan
1. Een regionaal jaarwerkplan kan bestaan uit de volgende projecten en activiteiten op het gebied van externe veiligheid:
2. Het regionaal jaarwerkplan past binnen het uitvoeringsprogramma.
In aanvulling op de artikelen 12 tot en met 15 van de Algemene subsidieverordening Zuid-Holland kunnen Gedeputeerde Staten de verlening van een subsidie als bedoeld in artikel 4 weigeren voor zover:
1. Voor subsidie als bedoeld in artikel 4 komen uitsluitend in aanmerking projecten en activiteiten die bijdragen aan de realisatie van de doel¬stellingen opgenomen in het uitvoeringsprogramma van de provincie, onder de volgende voorwaarden:
1. Als subsidiabele kosten worden in aanmerking genomen de volgende noodzakelijke, rechtstreeks aan de uitvoering van het regionaal jaarwerkplan toe te rekenen en door de aanvrager tot subsidieverlening gemaakte en betaalde uitvoeringskosten:
a. loonkosten van het bij de uitvoering van het regionaal jaarwerkplan direct betrokken personeel, berekend op basis van het brutoloon volgens de loonstaat van de betrokken medewerkers, verhoogd met de wettelijke of op grond van een collectieve arbeidsovereenkomst verschuldigde opslagen voor sociale lasten, met dien verstande dat wordt uitgegaan van een uurloon, berekend op basis van het jaarloon bij een volledige betrekking, gedeeld door 1350;
c. aan derden verschuldigde kosten ter zake van door hen aan de aanvrager verleende diensten en ter zake van verwerving van kennis en intellectuele eigendomsrechten, alsmede ter zake van bescherming van die rechten, exclusief winstopslagen bij transacties binnen de bij de programmafinanciering betrokken partijen.
2. In afwijking van het eerste lid, onderdelen a en b, mag de berekening van het uurloon en de vaststelling van het opslagpercentage voor algemene kosten met inbegrip van indirecte loonkosten en kosten van toezichthoudend personeel, geschieden overeenkomstig een voor de gehele organisatie van de aanvrager tot subsidieverlening geldende en controleerbare methodiek, waarbij geen sprake is van een winstopslag. 3. Subsidiabel zijn uitsluitend kosten die verband houden met de versterking van de capaciteit of kennis voor de uitvoering van het externe veiligheidsbeleid.
Artikel 10 Niet-subsidiabele kosten
De volgende kosten komen in ieder geval niet in aanmerking voor subsidie:
Artikel 12 Maximaal subsidiebedrag per regio
Gedeputeerde Staten bepalen het maximale bedrag dat per regio voor subsidie als bedoeld in artikel 4 beschikbaar is.
1. Gedeputeerde Staten kunnen per kwartaal van de kalenderjaren 2011 tot en met 2014 een voorschot verstrekken op de verleende subsidie.
2. Bij het verstrekken van een voorschot wordt rekening gehouden met reeds verstrekte voorschotten, gedane uitgaven en de liquiditeitsprognose voor het betreffende kwartaal.