Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Waterschap Aa en Maas

Projectplan Waterwet Bleekerloop

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWaterschap Aa en Maas
OrganisatietypeWaterschap
Officiële naam regelingProjectplan Waterwet Bleekerloop
CiteertitelProjectplan Waterwet Bleekerloop
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp
Externe bijlagenBijlage 1 - Bleekerloop Overzichtstekening Bijlage 2 - Bleekerloop Achtergrondinformatie Bijlage 3 - Hydrologische onderbouwing Bijlage 4 - Nota van zienswijzen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

06-07-2024nieuwe regeling

25-06-2024

wsb-2024-14027

Tekst van de regeling

Intitulé

Projectplan Waterwet Bleekerloop

Het dagelijks bestuur van waterschap Aa en Maas heeft op 25 juni 2024 het definitieve projectplan Waterwet Bleekerloop vastgesteld.

 

Maatregelen

Dit projectplan Waterwet gaat over de aansluiting van de Bleekerloop op de Voordeldonkse Broekloop. Het waterschap is voornemens de aansluiting van de Bleekerloop op de Voordeldonkse Broekloop te verleggen naar direct benedenstrooms bij stuw 287D. Daarbij komt in de Bleekerloop een nieuwe stuw om het waterpeil te reguleren. Deze maatregelen dragen bij aan het verminderen van de kans wateroverlast in het gebied langs de Bleekerweg, en aan het vasthouden van water in de Voordeldonkse Broekloop. Het projectgebied ligt in de gemeente Asten nabij de dorpskern van Heusden waar de Bleekerloop in de Voordeldonkse Broekloop uitmondt. Stuw 287D ligt tussen de wegen ‘Pannenhoef’ en ‘Bluijssens Broekdijk’.

 

Inzage

De voorgenomen maatregelen zijn uitgewerkt in het projectplan Bleekerloop. Het projectplan en de daarop betrekking hebbende stukken liggen op werkdagen van 09.00-17.00 uur ter inzage op de volgende locatie: Pettelaarpark 70, 5216 PP ’s-Hertogenbosch. Het projectplan en de daarop betrekking hebbende stukken zijn tevens als bijlage bij deze bekendmaking opgenomen.

 

Zienswijzen

Gedurende de termijn van terinzagelegging kan eenieder zienswijzen indienen tegen dit ontwerpbesluit. Zienswijzen kunnen zowel schriftelijk als mondeling worden ingediend. Zienswijzen kunnen via info@aaenmaas.nl ingediend worden onder vermelding van zaaknummer 188288. Ook is er de mogelijkheid om uw zienswijze door middel van het invullen van een digitaal formulier via onze website in te dienen: https://eloket.aaenmaas.nl/nxt/f/4012. Houd hiervoor uw DigiD bij de hand. Deze heeft u nodig.

 

Schriftelijke zienswijzen kunt u sturen aan het dagelijks bestuur van waterschap Aa en Maas, Postbus 5049, 5201 GA ’s-Hertogenbosch.

 

Wilt u mondeling uw zienswijze indienen? Neem dan vóór 16 augustus 2024 contact op met de hierna genoemde projectleider.

 

Van uw zienswijze en de reactie daarop van het dagelijks bestuur wordt een nota van zienswijzen opgesteld. In deze nota van zienswijzen kunnen uw persoonsgegevens worden vermeld. Wij verzoeken u in uw zienswijze uitdrukkelijk aan te geven of u bezwaar heeft tegen vermelding van uw persoonsgegevens.

 

Wilt u meer weten?

Voor vragen kunt u contact opnemen met de adviseur watersysteem Carlo Nooijen. Hij is bereikbaar op telefoonnummer 06-39 35 11 88 of per mail cnooijen@aaenmaas.nl. U kunt ook contact opnemen met de junior projectleider Daan Seuntjens op telefoonnummer 06-38 21 84 71 of per mail dseuntjens@aaenmaas.nl.

 

’s-Hertogenbosch, 21-12-2023

 

Projectplan Waterwet 

voor de aanleg of wijziging van een waterstaatswerk

Artikel 5.4 Waterwet

 

Toelichting op model projectplan

 

Leeswijzer

Het projectplan Bleekerloop bestaat uit vier delen. In deel I wordt beschreven wat het waterschap gaat doen en hoe het werk wordt uitgevoerd. Deel II geeft een toelichting op waarom dit werk wordt uitgevoerd. Dit deel is, met andere woorden, de onderbouwing van het plan. Deel III geeft informatie over de rechtsbescherming en de procedures, en deel IV bevat rapporten en onderzoeken die voor het plan van belang zijn.

 

Wijzingen van ontwerp naar definitief projectplan

Naar aanleiding van een ingediende zienswijze zijn er wijzigingen opgenomen in het projectplan waterwet. Deze wijzigingen zijn onderstreept.

 

1.1DEEL IAANLEG OF WIJZIGING VAN DE BLEEKERLOOP

 

1. Aanleiding en doel

Op grond van artikel 5.4 Waterwet is het verplicht om een projectplan vast te stellen voor de aanleg of wijziging van een waterstaatswerk. Na aanleg of wijziging worden deze wijzigingen opgenomen in de legger van het waterschap.

 

Voor u ligt het projectplan Waterwet Bleekerloop. Dit plan geeft een beschrijving van de maatregelen voor het oplossen van het knelpunt in de Voordeldonkse Broekloop en Bleekerloop. De totstandkoming van dit projectplan Waterwet is een nadere invulling van een van de deelprojecten uit het programma Aa-dal Zuid. In dit programma wordt de waterhuishouding in Asten en Someren op de schop genomen en klimaatbestendig ingericht. Waterschap Aa en Maas voert in de regio maatregelen uit gericht op een klimaatbestendig robuust, stuurbaar en veerkrachtig watersysteem.

 

Binnen het huidige watersysteem veroorzaakt het instellen van de conserveringsmarge van stuw 287D in de Voordeldonkse Broekloop een minder goede afvoer van water in de Bleekerloop, die bovenstrooms van deze stuw aansluit op de Voordeldonkse Broekloop. Met als gevolg dat bij hevige neerslag de waterberging bij tuinbouwkassen aan de Bleekerloop niet functioneert en daardoor wateroverlast ontstaat bij deze tuinbouwkassen, vanuit de Bleekerloop. Deze situatie heeft zich in de praktijk reeds voorgedaan sinds het instellen van de conserveringsmarge.

 

Daarnaast is de vraag binnengekomen of de B-waterloop tussen perceel 420 en 2324 afgewaardeerd kan worden naar een C-status. De waterloop is doorgerekend en de afvoer is beperkt, namelijk 6 l/s. Deze waterloop voldoet hiermee niet aan de minimale afvoer van een B-waterloop (10 l/s) en wordt op verzoek van de aangelande afgewaardeerd naar een C-waterloop.

 

Voorgesteld wordt de Bleekerloop benedenstrooms van stuw 287D aan te sluiten op de Voordeldonkse Broekloop en B-waterloop 03811 af te waarderen naar een C-waterloop.

(zie bijlage 1).

2. Ligging en begrenzing plangebied

Het projectgebied ligt in de gemeente Asten nabij de dorpskern van Heusden waar de Bleekerloop in de Voordeldonkse Broekloop uitmondt. Stuw 287D ligt tussen de wegen ‘Pannenhoef’ en ‘Bluijssens Broekdijk’. De waterloop die wordt afgewaardeerd stroomt van de ‘Snepweg’ in Heusden via de ‘Pannenhoef’ naar de Voordeldonkse Broekloop (figuur 1).

 

De Bleekerloop is de afwateringssloot van de kassen gelegen aan de Bleekerweg. Daarnaast zijn er nog een aantal kleine kavelsloten aangesloten op de waterloop. De Bleekerloop stroomt vanaf de kassen in noordoostelijke richting naar de weg de Pannenhoef. Nadat de waterloop onder de Pannenhoef stroomt met een duiker sluit de Bleekerloop bovenstrooms van stuw 287D aan op de Voordelsonkse Broekloop.

 

Figuur 1: Projectgebied Bleekerloop

3. Beschrijving van de waterstaatswerken (=gewenste situatie)

In dit projectplan Waterwet wordt de aansluiting van de Bleekerloop op de Voordeldonkse Broekloop verlegd. Het waterschap is voornemens om de aansluiting te verleggen naar direct benedenstrooms van stuw 287D. In de Bleekerloop dient in deze situatie een nieuwe stuw te worden geplaatst om het peil in de Bleekerloop te reguleren en zo min mogelijk af te wentelen. Daarnaast wil het waterschap de B-waterloop 03811 gelegen tussen perceel 420 en 2324 afwaarderen naar een C-status (figuur 2).

 

Met deze aanvullende maatregelen wordt de volgende winst behaald:

  • a.

    Conserveringsmarge stuw 287D kan weer worden ingesteld en waarschijnlijk kan deze nog hoger worden gezet (0-20 cm beneden kritisch maaiveld), dit is ook gewenst bij de agrariërs in het achterliggende gebied;

  • b.

    Lager peil in de Bleekerloop met meer drooglegging (en dus minder risico’s) bij de kassen.

De winst van de conserveringsmarge is behoorlijk groot. Het pand van stuw 287D is lang en heeft dus veel nut in het conserveren van water. Het gaat om een lengte van 3,2 km met een waterlijn van gemiddeld ca. 5 meter breed. Totaal is dat een wateroppervlak van ca. 16.000 m2.

 

Het stroomgebied van de Bleekerloop is klein. De landelijke afvoer in dit gebied is daarom vrij laag met een maatgevende afvoer van 45 l/s. De waterloop kan echter veel water ontvangen bij veel neerslag door het grote oppervlak aan kassen (50 ha). De overstortende straal van de stuw kan daarom flink oplopen. Daarom is het gewenst een sturingsmogelijkheid te hebben.

 

De bodembreedte van de Bleekerloop is maximaal 1 m. Breedte van de overloop is daarmee maximaal 1 m. In droge periode moet de kruin tot minimaal 24,2 m + NAP kunnen stuwen. In periode van veel neerslag kan de overstortende straal sterk toenemen. De stuw moet daarom helemaal plat kunnen. Deze stuw wordt niet geautomatiseerd.

 

Figuur 2: Wijziging waterstaatswerken

4. Beschikbaarheid gronden

Het perceel 421, ATN01P en perceel 432, ATN01P zijn in eigendom van Waterschap Aa en Maas. Op deze percelen liggen de waterlopen Bleekerloop en Voordeldonkse Broekloop. Om de Bleekerloop te kunnen verleggen is afstemming met de eigenaar van perceel 420, ATN01P genoodzaakt. De verwerving van de grond kan via een gebruiksovereenkomst of door minnelijke verwerving. Na overleg met de eigenaar zal er een gebruiksovereenkomst worden opgesteld voor het gebruik van een strook grond van perceel 420, ATN01P. De gesprekken voor een overeenkomst zijn in een vergevorderd stadium.

5. Wijze waarop het werk zal worden uitgevoerd

  • Afronden gesprekken voor gebruiksovereenkomst;

  • Informeren belanghebbenden;

  • Voor uitvoering opname 0-situatie van het watersysteem en de infrastructuur (vastleggen d.m.v. foto's);

  • Opzoeken kabels en leidingen incl. graafmelding kadaster KLIC;

  • Opzoeken en inpassen drainage- en beregeningsleidingen op perceel 420;

  • Verplaatsen aansluiting Bleekerloop in Voordeldonkse Broekloop d.m.v. duiker;

  • Het plaatsen van een stuw (of drempel) in de Bleekerloop;

  • Na uitvoering opname situatie (vastleggen d.m.v. foto's);

  • Inmeten nieuwe situatie;

  • Verwerking in beheerregister.

6. Beschrijving van de te treffen voorzieningen, gericht op het ongedaan maken of beperken van nadelige gevolgen.

6.1 Beperken nadelige gevolgen van het plan

In het gebied treden geen nadelige gevolgen in de waterhuishouding op vanwege de voorziene maatregelen. De lokale waterhuishouding verbetert met betrekking tot wateroverlast en tegengaan van droogte.

 

6.2 Beperken nadelige gevolgen van de uitvoering

De nadelige gevolgen van de uitvoering blijven beperkt door in een korte periode de werkzaamheden uit te voeren. Daarnaast zal in goed overleg met aanliggend eigenaren worden afgestemd hoe de projectlocatie bereikt kan worden. Indien schade wordt veroorzaakt zal deze financieel worden gecompenseerd.

 

6.3 Financieel nadeel

Als gevolg van dit projectplan Bleekerloop is geen financiële schade voorzien die aan de uitvoering van het project in de weg staat. Indien een belanghebbende ten gevolge van dit besluit toch schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijs niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven en ten aanzien waarvan de vergoeding niet of niet voldoende anderszins is verzekerd, kan op grond van artikel 7.14 van de Waterwet een verzoek om schadevergoeding worden ingediend.

7. Legger, beheer en onderhoud

7.1 Legger

Als gevolg van de in dit projectplan opgenomen maatregelen is aanpassing van de Legger aan de orde. Na afloop van de werkzaamheden worden waterlopen, stuwen en overige kunstwerken in de legger van het waterschap opgenomen dan wel aangepast.

De legger beschrijft de eisen naar ligging, vorm, afmeting en constructie waaraan waterstaatswerken op grond van waterstaatkundige eisen moeten voldoen en heeft als zodanig geen rechtsgevolg. De legger volgt de waterstaatkundige besluitvorming, zoals de vaststelling van het onderhavige projectplan. Tegen deze vaststelling staat rechtsbescherming open (zie Deel III van dit plan).

Dit wil overigens niet zeggen dat er geen sprake kan zijn van geringe, niet fundamentele, afwijkingen tussen het oorspronkelijke plan en de daadwerkelijke uitvoering van de maatregelen. De uiteindelijke maatvoering (dus na de revisiemeting) is bepalend voor de nieuwe legger.

 

7.2 Beheer en onderhoud

Het beheer en onderhoud kan op de gebruikelijk wijze net als in de huidige situatie worden uitgevoerd. De nieuw te plaatsen stuw zal door Waterschap Aa en Maas worden onderhouden. Waterloop 03811 zal in het beheer blijven van de aanliggend eigenaren.

8. Samenwerking

Om het project te kunnen realiseren is het noodzakelijk op percelen van derde te betreden. Hiervoor zullen vooraf afspraken gemaakt worden. Daarnaast moet er een zakelijkrecht overeenkomst worden getekend voor het verleggen van de duiker. Verder kent dit project naast het waterschap geen andere samenwerkingspartners.

 

1.2DEEL IIVERANTWOORDING

1. Verantwoording op basis van wet- en regelgeving

Op grond van de Keur van het waterschap Aa en Maas is het verboden om handelingen te verrichten in oppervlaktewaterlichamen, de bijbehorende beschermingszones en kunstwerken (artikel 3.1, lid 1). Hiervoor dient een vergunning aangevraagd te worden, of – in geval het waterschap zelf initiatiefnemers is – een Projectplan Waterwet opgesteld te worden. Het voorliggende projectplan geeft invulling aan deze verplichting op grond van de Keur.

 

Als een waterschap een waterstaatswerk wil aanleggen of wijzigen, dient op grond artikel 5.4 Waterwet een projectplan te worden vastgesteld, met daarin een beschrijving van het werk en de wijze waarop dat zal worden uitgevoerd èn een beschrijving van de voorzieningen om nadelige gevolgen van de uitvoering van het werk ongedaan te maken of te beperken. Het werk dient bij te dragen aan de doelstellingen van de Waterwet waaronder voorkoming en waar nodig beperking van overstromingen, wateroverlast en waterschaarste.

 

Dit projectplan voorziet in maatregelen die ingaan op het beperken van wateroverlast en –schaarste en geven daarmee invulling aan de doelstelling voldoende water.

 

Conclusie toetsing doelstellingen Waterwet:

De uitvoering van dit plan is gezien voorgaande in overeenstemming met en draagt bij aan de doelstellingen van de Waterwet.

2. Verantwoording op basis van beleid

2.1 Toets beleid waterschap

De GGOR visie van Aa-dal zuid ligt naast het waterbeheerplan ten grondslag voor dit project. In het waterbeheerplan 2022 - 2027 is opgenomen dat in de planperiode toegewerkt wordt naar een robuust en klimaatbestendig watersysteem. In dat kader dient het watersysteem te worden geoptimaliseerd. De bekende wateroverlast knelpunten.

 

2.2 Toets overig beleid

Keur waterschap Aa en Maas

Volgens de Keur van waterschap Aa en Maas is het niet toegestaan om handelingen te verrichten in oppervlaktewaterlichamen, beschermingszones en kunstwerken zonder vergunning (artikel 3.1, lid 1). Als het waterschap zelf de initiatiefnemer is, moet er een Projectplan Waterwet worden opgesteld om aan deze verplichting te voldoen. Het projectplan dat nu voorligt, geeft invulling aan deze verplichting op grond van de Keur.

3. Verantwoording van de keuzen in een project

In het weekend van 12 augustus 2023 heeft er water in kas van Groentekwekerij ’t Bleekerven B.V. gestaan, dit was water afkomstig uit de waterloop. Naar aanleiding daarvan is het stuwpeil van stuw 287D wat verlaagd. Groentekwekerij ’t Bleekerven B.V. heeft verzocht om het stuwpeil structureel lager te houden. Dit heeft echter niet de voorkeur van het waterschap, het gaat om een groot stuwpand en het doel is om zoveel mogelijk water te conserveren.

 

Het maximaal in te stellen peil van stuw 287D is ondertussen op 18 oktober 2023 in TMX aangepast naar bovenkant beheermarge. Dat wil zeggen dat het peil zonder meer niet hoger kan worden ingesteld dan 24,20 m+NAP.

 

Daarnaast is afgesproken dat Groentekwekerij ’t Bleekerven B.V. contact met het waterschap opneemt wanneer men bijvoorbeeld de retentievoorziening wil maaien en het waterpeil te hoog staat. Het waterschap kan dan in normale situaties het stuwpeil tijdelijk laten zakken.

 

 

Door de uitvoering van de werkzaamheden volgens dit projectplan is er een mogelijkheid om het peil in de Bleekerloop lager te houden en het stuwpand van stuw 287D weer in te zetten om water te conserveren. Voor deze maatregel is gekozen omdat we in dit geval water kunnen conserveren. Daarnaast wordt de kans op wateroverlast verminderd omdat de uitstroom van water uit de Bleekerloop in de Voordeldonkse Broekloop wordt geoptimaliseerd.

4. Benodigde vergunningen en meldingen

Het betreft wijzigingen aan het watersysteem die via dit projectplan gereguleerd worden.

 

1.3DEEL IIIRECHTSBESCHERMING

Procedure terinzagelegging

Dit projectplan is een besluit op grond van de Algemene wet bestuursrecht. Dit besluit is voorbereid door toepassing van afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht. Het verloop van de procedure op grond van afdeling 3.4 ziet er als volgt uit:

  • 7.

    Voorafgaand aan het vaststellen van een definitief projectplan, wordt eerst een Projectplan opgesteld.

  • 8.

    Dit Projectplan wordt gepubliceerd en belanghebbenden kunnen gedurende een termijn van zes weken een schriftelijke zienswijze op dit projectplan kenbaar maken bij waterschap Aa en Maas.

  • 9.

    Na afloop van deze termijn worden de zienswijzen beoordeeld en wordt het Projectplan waar nodig aangepast.

  • 10.

    Het definitieve projectplan wordt vervolgens door het dagelijks bestuur van het waterschap vastgesteld.

Beroep en hoger beroep

Als het projectplan is vastgesteld, wordt dit bekend gemaakt. Het plan ligt gedurende zes weken ter inzage. Gedurende zes weken vanaf de dag na die waarop het besluit ter inzage is gelegd kan beroep worden ingesteld bij de rechtbank. Belanghebbenden kunnen beroep indienen bij de rechtbank. Voor het indienen van een beroepschrift is griffierecht verschuldigd. Tegen de uitspraak van de rechtbank kan vervolgens hoger beroep worden ingediend bij de Raad van State.

 

Crisis- en herstelwet

Op de vaststelling van een projectplan is afdeling 2 van hoofdstuk 1 van de Crisis- en herstelwet van toepassing. Dit betekent dat de belanghebbenden in het beroepschrift moeten aangeven welke beroepsgronden zij aanvoeren tegen het besluit. Na afloop van de termijn van zes weken kunnen geen nieuwe beroepsgronden meer worden aangevoerd. Belanghebbenden wordt verzocht in het beroepschrift te vermelden dat de Crisis- en herstelwet van toepassing is.

 

Verzoek om voorlopige voorziening

Het projectplan treedt na vaststelling in werking, ook al wordt er een bezwaar- of beroepschrift ingediend. Dit betekent dat de maatregelen opgenomen in het projectplan kunnen worden uitgevoerd. Om dit te voorkomen kunnen belanghebbenden gelijktijdig of na het indienen van een beroepschrift een zogenaamd "verzoek voor het treffen van een voorlopige voorziening" worden gevraagd bij de Voorzieningenrechter van de rechtbank. Ook in dat geval is griffierecht verschuldigd.

 

1.4DEEL IVBIJLAGEN

  • Bijlage 1 - Bleekerloop Overzichtstekening

  • Bijlage 2 - Bleekerloop Achtergrondinformatie

  • Bijlage 3 - Hydrologisch advies stuw Bleekerloop

  • Bijlage 4 - Nota van zienswijzen PPWW Bleekerloop