Organisatie | Alkmaar |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving gemeente Alkmaar 2024 |
Citeertitel | Uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving gemeente Alkmaar 2024 |
Vastgesteld door | gemandateerde functionaris |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 13.8 van het Omgevingsbesluit
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-06-2024 | nieuwe regeling | 07-05-2024 |
Op grond van artikel 13.8 van het Omgevingsbesluit is de gemeente verplicht om ieder jaar een uitvoeringsprogramma op te stellen met betrekking tot de activiteiten op het gebied van uitvoering en handhaving van het omgevingsrecht.
Dit is het uitvoeringsprogramma vergunningverlening, toezicht en handhaving voor het jaar 2024. Alle uitvoeringstaken zijn hierin vastgelegd, met uitzondering van de milieutaken. De Omgevingsdienst Noord-Holland Noord (OD NHN) voert nagenoeg alle milieutaken voor de gemeente uit. Hiervoor heeft de Omgevingsdienst een eigen uitvoeringsprogramma opgesteld. Beide uitvoeringsprogramma’s worden vastgesteld en ter informatie aangeboden aan de gemeenteraad.
1.2 Beoordeling Provincie uitvoeringsprogramma en aanbevelingen 2023
De Provincie Noord-Holland heeft Alkmaar eind 2023 geïnformeerd over de beoordeling van de VTH-taken in 2023 en heeft Alkmaar naar aanleiding van de positieve beoordelingen over voorgaande jaren onder versoberd toezicht geplaatst en de beoordeling gebaseerd op volledigheid en actualiteit. De provincie heeft in dat kader enkele verbeterpunten meegegeven die voor zover mogelijk in de stukken zijn verwerkt. Aan het verbeterpunt voor een woonvisie wordt uitvoering gegeven.
In hoofdstuk 2 worden de uitgangspunten voor dit uitvoeringsprogramma benoemd. Vervolgens worden in hoofdstuk 3 de activiteiten benoemd die we uitvoeren om de doelstellingen uit de VTH-beleidsnota en de VTH-uitvoeringsnota te behalen. In hoofdstuk 4 wordt bepaald hoe de uitvoering van de VTH-taken wordt geborgd en in hoofdstuk 5 op welke wijze monitoring en evaluatie plaatsvindt.
Hoofdstuk 2 Uitgangspunten voor uitvoeringsprogramma VTH 2024
2.1 VTH Beleids- en uitvoeringsnota 2023-2026
In de VTH beleids- en uitvoeringsnota staat aangegeven hoe de taken rondom vergunningverlening, toezicht en handhaving worden uitgevoerd.
De volgende uitgangspunten zijn hierin opgenomen:
Deze uitgangspunten vormen de basis voor de programmering en de planning. Daarnaast geven zij richting aan de uitvoering van de taken en de dagelijkse werkzaamheden.
2.2 Overige punten die een rol spelen bij het uitvoeringsprogramma 2024
Gemeentelijke ontwikkelingen en verbetering dienstverlening met digitalisering van gemeentelijke producten conform coalitieakkoord en programmabegroting
Het proces om digitaal te werken is nagenoeg afgerond. Het nieuwe zaaksysteem is sinds vorig jaar volledig werkbaar en een betere afstemming binnen de organisatie wordt dit jaar gerealiseerd. Met het nieuwe zaaksysteem zijn ook de werkprocessen aangepakt. De werkprocessen voor vergunningverlening, toezicht en handhaving zijn ingericht en ook de overige werkprocessen zijn up to date gemaakt. Met de aanpassingen wordt beoogd het kwaliteitsniveau te verbeteren en het prioritair werken beter mogelijk te maken.
Er is in afgelopen jaar doorgewerkt aan de implementatie van de Omgevingswet voor geplande invoering per 1 januari 2024. Het digitaal werken was al vergaand doorgevoerd in de organisatie maar met de aanpassing van de werkprocessen en het inrichten van de nieuwe VTH-applicatie kunnen de medewerkers in 2024 ervaringen opdoen met de nieuwe werkwijze onder de Omgevingswet.
Concreet betekent dit dat we in 2024 uitvoering geven aan de doelstelling “de toekomstbestendige organisatie”. We verwachten in 2024 hierin een doorontwikkeling te maken.
Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
Naast de Omgevingswet, is ook de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking getreden. Invoering van de Wkb brengt een verandering in de manier van werken met zich mee voor zowel de private partijen als voor de gemeente.
In onderstaande tabel is weergegeven hoe we de activiteiten, in het kader van de doelstellingen, concreet uitvoeren.
Thematisch toezicht en handhaving
We pakken overtredingen voor categorieën met een middel/lage prioriteit conform de VTH-beleidsnota niet direct meer op. We verzamelen deze per thema en wanneer er een bepaalde hoeveelheid van deze overtredingen is geconstateerd, zetten we hier projectmatig op in. Afhankelijk van de aard en grootte van het project stellen we een projectgroep in bestaande uit handhavers, juridisch medewerker(s), plantoetser(s) en eventueel medewerkers van andere units en externe organisaties, zoals politie, arbeidsinspectie, coördinatoren mensenhandel, RIEC (Regionaal Informatie en Expertise Centrum), Belastingdienst, Vreemdelingenpolitie).
In 2024 gaan we geringe overtredingen van vergelijkbare aard, zoals het handelen in strijd met omgevings- bestemmingsplan, bundelen en in het laatste kwartaal van 2024 projectmatig oppakken. Deze overtredingen vragen veel capaciteit en we verwachten dat een projectmatige aanpak meer efficiënt gaat werken.
Pilot gebiedsproces Eilandspolder
De provincie Noord-Holland heeft ons benaderd om op te treden tegen het recreatief gebruik van meerdere eilandjes in de Eilandspolder. De Eilandspolder is onderdeel van het Natuurnetwerk Nederland en is aangewezen als Natura 2000 gebied en weidevogelleefgebied. Er zijn signalen dat op circa 70 eilandjes illegaal gebouwd is danwel dat hierop recreatief gebruik plaatsvindt. De natuur- en agrarische doelstellingen van de Eilandspolder worden hierdoor gefrustreerd. Aan de hand van enkele meldingen van strijdig gebruik gaat de gemeente in 2024 dit onderzoeken en de mogelijkheden van handhaving na. De uitkomst van dit onderzoek wordt gebruikt voor een eventueel vervolg in 2025 en verder.
De werkvoorraad met betrekking tot de omgevingsvergunningactiviteiten is onderverdeeld in de directe werkzaamheden en overige werkzaamheden. Directe werkzaamheden behelzen de primaire processen van vergunningverlening, toezicht en handhaving. De overige werkzaamheden betreffen werkzaamheden zoals de ad-hoc handhavingsacties, het opstellen van beleid en het verstrekken van informatie: dit kunnen o.a. raadsvragen zijn, vragen van burgers, ondernemers, collega’s etc. (Brand)onveilige kwesties gaan altijd voor en worden volgens de handleiding prevap 2009 afgehandeld.
Ook in 2024 leggen grote woningbouwprojecten (o.a. Alkmaars Kanaal) weer beslag op ambtelijke capaciteit: zowel bij de plantoetsers, juristen als inspecteurs BWT. Deze projecten hebben om uiteenlopende redenen hoge prioriteit gekregen en zorgen er daarmee voor dat de reguliere werkzaamheden nog nadrukkelijker geprioriteerd moeten worden. Het ontvankelijkheidsoverleg en de aangepaste werkprocessen moeten hieraan een positieve bijdrage leveren.
3.4 Nadere categorisering volgens landelijk toetsingsprotocol
In onze beleidsstukken VTH is vastgelegd dat we volgens een bepaalde prioritering werken. Onder de wetgeving van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb), wordt deze wijze van geprioriteerd werken voortgezet en wordt gebruik gemaakt van de Landelijke toetsmatrix Bouwbesluit 2012 (bijlage 1).
Het uitgangspunt voor risicogericht werken is dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en het gebruik van een bouwwerk ligt bij de burger of ondernemer. De gemeente beziet of die verantwoordelijkheid (voldoende) wordt genomen en onderneemt alleen acties op basis van ingeschat risico en wettelijke voorschriften en spant als het ware een vangnet om de grootste risico’s te beperken. Kleinere risico’s worden, zoals landelijk is afgesproken, geaccepteerd.
Het maatschappelijk belang en de ingeschatte risico’s van een bepaald bouwwerk dat op een bepaalde wijze tot stand komt, bepalen de intensiteit van de gemeentelijke inzet.
De intensiteit van de toets aan het Bouwbesluit is bepaald in het werkniveau gekoppeld aan het soort bouwwerk. Kleine bouwwerken, die vallen onder de Bouwbesluittoetsvrije bouwwerken van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) worden niet meer getoetst en de zeer grote projecten als stadions worden integraal getoetst.
Door te werken conform de Landelijke toetsmatrix, kunnen we tevens meer gericht gegevens (uitgangspunten of maatgevende onderdelen) opvragen, die ook duidelijk worden geregistreerd in ons systeem. Deze worden dan beoordeeld en ook het toezicht daarna is hierop ingericht. Alle resultaten worden vastgelegd in het ons systeem, zodat dit goed raadpleegbaar is zowel gedurende het proces als ook daarna. Hiermee maken wij het onderscheid van de minst tot de meest risicovolle bouwwerken en prioriteren wij onze werkzaamheden.
Dit heeft invloed op onze werkprocessen op het gebied van RO en bouwen met name bij de minst risicovolle bouwwerken. Onze focus ligt vooral op de meer risicovolle bouwwerken (niveau 3 en 4).
3.4.1. Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
Vanaf 1 januari 2024 is, gelijk met de Omgevingswet ook de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) in werking getreden. De wet gaat in eerste instantie alleen gelden voor nieuwbouwprojecten in gevolgklasse 1. Dit zijn o.a. grondgebonden woningen, schuren, bedrijfspanden met kleine kantoren en fietsbruggen. Onze inschatting is hierbij dat het vooralsnog om een beperkt aantal bouwprojecten gaat (in vergelijking tot 1e kwartaal 2023 betreft het circa 10 bouwprojecten). Als de wettelijke regeling op enig moment ook op verbouwprojecten van toepassing wordt verklaard kan het aantal verder toenemen.
De verantwoordelijkheid om aan de eisen uit het Bouwbesluit te voldoen ligt onder de Wkb bij de bouwende partij. Voor projecten die hieronder gaan vallen wordt de bouwtechnische toets en het toezicht op de bouwplaats gedaan door een private kwaliteitsborger.
De gemeente heeft geen inhoudelijke rol bij de toetsing of aan de bouwtechnische voorschriften wordt voldaan. De gemeente mag wel toetsen en toezicht houden maar zal dit alleen incidenteel en risicogestuurd doen. Ook blijft de gemeente de ruimtelijke toets uitvoeren.
Als het bouwwerk gereed is en alles is goed gebouwd, geeft de kwaliteitsborger een verklaring af.
Als er tijdens de bouw of bij gereedkomen van het bouwwerk door de kwaliteitsborger wordt geconstateerd dat niet wordt voldaan aan de wettelijke eisen dan moet de kwaliteitsborger dit melden bij de gemeente. De gemeente zal dan afhankelijk van de ernst van de afwijking handhavend kunnen optreden.
In de VTH-Beleidsnota gemeente Alkmaar 2023-2026 is als beleidsdoelstelling opgenomen ‘het werken volgens de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen’. Vastgelegd is dat we onder de Wkb volgens een bepaalde prioritering gaan werken. Uitgangspunt hierbij is dat de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en het gebruik van een bouwwerk bij de burger of ondernemer ligt. De gemeente beziet of die verantwoordelijkheid voldoende wordt genomen en onderneemt actie op basis van ingeschat risico en wettelijke voorschriften om daarmee de grootste risico’s te beperken.
Om uitvoering te geven aan deze risicogerichte werkwijze zijn werkniveaus voor de Wkb opgesteld.
Onderstaande tabel maakt inzichtelijk dat we de capaciteit inzetten op die onderdelen die het meest risicovol worden gevonden vinden en dus prioriteit moeten krijgen. Waar de risico’s het hoogst zijn wordt intensiever toezicht gehouden, daar waar de risico’s minder of laag zijn, wordt minder intensief toezicht gehouden. Belangrijke zaken, zoals constructieve en brandveiligheid maar ook gezondheid krijgen daarom meer (en sneller) aandacht en minder risicovolle zaken krijgen minder (snel) aandacht.
Naast de activiteiten op gebied van het omgevingsrecht voert de unit Leefgebied ook andere werkzaamheden uit. Hieronder beschrijven we wat de overige werkzaamheden inhouden.
We zetten juristen, handhavers/toezichthouders en de plantoetsers in bij het opstellen van beleid. Dit zijn beleidsstukken waar deze unit ook aan meewerkt (uitvoeringsbeleid). Hieronder valt onder andere deze beleidsnota en het gemeentelijke Afwijkingenbeleid, maar ook bijvoorbeeld de gemeentelijke welstandsnota en de beleidsregel kamerverhuur en woningsplitsing. Met de komst van de Omgevingswet zal inzichtelijk gemaakt worden op welke gemeentelijke beleidsstukken deze nieuwe wet invloed heeft. Ook lezen medewerkers van de unit Leefgebied mee met overige beleidsstukken.
Opvragen en verwerken van gereedmeldingen
In 2024 sluiten we zoveel mogelijk de “oudere” dossiers af, daar waar de bouw gereed is of niet wordt uitgevoerd.
Training en coaching wordt vanuit de gemeente gestimuleerd. Daartoe biedt Alkmaar vele (interne en externe) opleidingsmogelijkheden. De uren besteed aan deze trainingen en coaching, zijn extra uren naast de directe werkvoorraad. Dit jaar volgen de medewerkers de benodigde trainingen/webinars voor het invoeren van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.
Dit betreft het in behandeling nemen van klachten of verzoeken tot handhaving. Zoals aangegeven bepaalt de prioritering de snelheid waarmee dit gebeurt. De medewerkers van Handhaving nemen de klachten en verzoeken in behandeling. Deze taak ligt bij de handhavingsjuristen, om direct te beoordelen of het verzoek een klacht/melding betreft of een verzoek om handhaving. Alle verzoeken worden geregistreerd in ons systeem. Vervolgens zoeken de handhavingsjuristen contact met de verzoeker om de zaak te bespreken waarna de juiste procedure volgt. Dit voorkomt verkeerde procedures of afhandelingen en eventuele bezwaar – en beroepszaken. Daarnaast wordt een inspecteur BWT pas ingeschakeld als daadwerkelijk een controle moet worden uitgevoerd. Anonieme meldingen/klachten worden niet in behandeling genomen.
4. Borging uitvoering VTH-taken
De gemeente beschikt over een verordening Uitvoering en Handhaving Omgevingsrecht. In deze verordening is vastgelegd dat de gemeente voor de taken die zij uitbesteedt zich committeert aan de Kwaliteitscriteria. Dit is een kwaliteitsrichtlijn voor de uitvoering van de vergunningverlening en toezicht en handhaving.
Voor de directe VTH-taken is bepaald dat de gemeente een eigen kwaliteitsniveau op het gebied van kennis, kunde en capaciteit voor kwaliteit en inzet van de medewerkers vaststelt. Onderzocht is of de gemeente voldoet aan de Kwaliteitscriteria. De gemeente heeft een plan laten opstellen waarin wordt aangegeven op welke punten de gemeente zich hieraan committeert en wanneer de gemeente gemotiveerd afwijkt.
De unitmanager Leefgebied is ambtelijk eindverantwoordelijk voor de uitvoering van de taken. Om de ontwikkeling van de unit Leefgebied te managen, krijgt de unitmanager ook in 2024 ondersteuning door coördinatoren. Deze coördinatoren zorgen voor een goede taakverdeling, bezetting en onderlinge samenwerking tussen medewerkers en andere teams/units. De programmabegroting, en voor zover nodig bijgesteld in de Burap, borgt jaarlijks de financiële en personele middelen die benodigd zijn om de VTH-gerelateerde taken uit te voeren.
Om de VTH-taken uit te kunnen voeren en de beleidsdoelen te kunnen realiseren, zijn financiële en personele middelen nodig. Dit benodigd budget is geborgd binnen de programmabegroting en voor zover dit niet volstaat worden in de Burap extra middelen opgenomen. Hiermee zijn er voldoende personele en financiële middelen beschikbaar om de VTH-taken uit te kunnen voeren.
4.4 Bereikbaarheid buiten kantooruren
Bij calamiteiten bellen inwoners allereerst de politie op hun algemeen nummer (0900-8844). Dit nummer staat vermeld op de website van de gemeente. De politie neemt contact op met de Expert/Officier gemeente bij de Veiligheidsregio. De unit Leefgebied, team inspecteurs BWT werkt met een piketdienst bij calamiteiten (constructief of asbestbrand) en wordt ingeschakeld als dit noodzakelijk is.
Voor 2024 wordt het uitvoeringsprogramma VTH vastgesteld, als uitwerking van de beleids- en uitvoeringsnota VTH 2023-2026. Dit uitvoeringsprogramma wordt bekend gemaakt aan de gemeenteraad. Naast het opstellen van het verplichte jaarverslag, vindt ook een beleidsevaluatie plaats. Hierbij beoordelen we minimaal of:
De beleidsevaluatie vindt plaats na de beleidsperiode. Dit wordt vastgelegd in een evaluatieverslag (eventueel opgenomen in het jaarverslag VTH). In dit verslag worden verbeterpunten en/of maatregelen omschreven, waarna eventuele stukken hierop worden aangepast.
Met de komst van nieuwe wetgeving (Omgevingswet en Wkb) is het noodzakelijk om het nieuwe werkproces met daaraan gekoppelde activiteiten goed tussentijds te monitoren en eventueel aan te passen. Dit wordt meegenomen in de volgende VTH-beleidsstukken.
Bijlage 1: werkniveaus 2024 inclusief Wkb