Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kampen

Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKampen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2024
CiteertitelSubsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2023 vastgesteld op 31-5-2023 wordt ingetrokken

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene subsidieverordening gemeente Kampen

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

12-06-2024nieuwe regeling

04-06-2024

gmb-2024-249927

38587-2024

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2024

Het college van burgemeester en wethouders van Kampen;

gelezen het voorstel met kenmerk 38587-2024;

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Kampen;

besluit vast te stellen de

Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2024

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • -

    algemene voorziening: een voorziening die direct beschikbaar is, waarvoor geen of een beperkte indicatiestelling nodig is en die een snelle, regelarme en adequate oplossing biedt voor de hulpvraag van de inwoner;

  • -

    ASV: Algemene subsidieverordening gemeente Kampen;

  • -

    bouwstenen: de bouwstenen uit het ‘Uitvoeringsplan Versterken sociale basis’ zijn “positieve gezondheid en het participatiewiel”, “normaliseren” en “versterken informele ondersteuning”;

  • -

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen;

  • -

    institutionele organisatie: een met naam en adres genoemde, een rechtspersoon of maatschap die activiteiten organiseert in het algemeen belang, waarbij alle inkomsten worden ingezet ten gunste van de doelstelling van de organisatie en waarbij de uitvoering van het primaire proces grotendeels door professionals wordt gedaan;

  • -

    maatschappelijke opgaven: de opgaven uit het ‘Uitvoeringsplan Versterken sociale basis’ zijn “Jeugd”, “Structurele ondersteuning” en “Samenwerken in de wijk”;

  • -

    maatschappelijk resultaat: de beoogde resultaten per maatschappelijke opgave;

  • -

    maatwerkvoorziening: specifieke en individuele ondersteuning bij zelfredzaamheid of participatie;

  • -

    sociale basis: laagdrempelig aanbod van activiteiten en ondersteuning aan inwoners in de eigen buurt, wijk of stad;

  • -

    vrijwilligersorganisatie: een met naam en adres genoemde, een stichting of vereniging die activiteiten organiseert in het algemeen belang, waarbij alle inkomsten worden ingezet ten gunste van de doelstelling van de organisatie en waarbij de uitvoering van het primaire proces grotendeels door vrijwilligers wordt gedaan.

Artikel 2 Toepasselijkheid ASV en toepassingsbereik.

  • 1.

    De ASV is van toepassing, tenzij daarvan in deze subsidieregeling nadrukkelijk van wordt afgeweken.

  • 2.

    Het bepaalde in deze subsidieregeling is enkel van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 5 bedoelde activiteiten.

Artikel 3 Doel

De subsidieregeling heeft als doel het realiseren van een sterke sociale basis in de gemeente Kampen.

Artikel 4 Subsidieontvanger

Subsidie kan worden verstrekt aan vrijwilligersorganisaties of institutionele organisaties.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten ter versterking van de sociale basis in

de gemeente Kampen die:

  • A.

    passend zijn binnen de opgaven jeugd, structurele ondersteuning en / of samenwerken in de wijk; en

  • B.

    ervoor zorgen dat meer inwoners (jeugd en volwassenen):

    • -

      gebruik maken van een laagdrempelige algemene voorziening in de sociale basis in plaats van een maatwerkvoorziening;

    • -

      hun hulpvraag (eventueel met ondersteuning) kunnen formuleren en weten waar ze terecht kunnen met hun hulpvraag; en

  • C.

    bijdragen aan een veerkrachtige samenleving: een samenleving waarin voor elkaar gezorgd wordt, ook als het minder goed gaat. De in een samenleving aanwezige veerkracht is de spil in het ondersteunen van mensen in kwetsbare posities en in het versterken van buurten en wijken; en

  • D.

    bijdragen aan één of meer van de volgende maatschappelijke resultaten:

    • -

      hybride voorzieningen waarbij georganiseerde en ongeorganiseerde hulp en ondersteuning in de sociale basis samenkomen;

    • -

      bewonersinitiatieven in de wijk of straat om eenzaamheid te verminderen en samenredzaamheid te bevorderen;

    • -

      hulp en ondersteuning dichtbij huis, waardoor hulpvragen sneller worden gesignaleerd.

    • -

      laagdrempelige voorzieningen in de wijk;

    • -

      maatjes en coaches;

    • -

      vrijwilligers en leden bij (sport)verenigingen;

    • -

      vrijwilligers die lang actief blijven als vrijwilliger;

    • -

      ervaringsdeskundigen voor verschillende doelgroepen;

    • -

      mantelzorgers die zich prettig voelen bij zijn / haar taken;

    • -

      inwoners ervaren dat zij een betekenisvol sociaal netwerk hebben;

    • -

      laagdrempelige platforms waar alledaagse vragen, aanbod, klussen of hulp aangeboden worden;

    • -

      collectief werken, waarbij collectieve oplossingen voor veelvoorkomende hulpvragen worden gezocht. Het gaat zowel om het bieden van gezamenlijke oplossingen voor individuele hulpvragen (collectief), als om het voorkomen en stabiliseren van bepaalde problematiek in buurten en wijken (preventief).

Artikel 6 Indieningsvereisten

  • 1.

    In aanvulling op artikel 6 van de ASV:

    • a.

      beschrijft de aanvrager in het activiteitenplan (per activiteit):

      • i.

        de bijdrage aan maatschappelijke resultaten;

      • ii.

        de locatie(s) waar de activiteit wordt uitgevoerd;

      • iii.

        het verwachte aantal unieke inwoners dat met de activiteit bereikt wordt;

      • iv.

        de wijze waarop de resultaten van de activiteit gemeten worden; en

    • b.

      maakt de aanvrager in de begroting (per activiteit) de kostenopbouw inzichtelijk.

  • 2.

    De aanvraag kan in de periode van 15 juni tot en met 31 augustus worden ingediend.

  • 3.

    Aanvragen kan uitsluitend met het hiervoor beschikbaar gestelde aanvraagformulier op www.kampen.nl.

Artikel 7 Subsidievereisten

  • 1.

    Om als vrijwilligersorganisatie voor een subsidie in aanmerking te komen gelden de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteit draagt in voldoende mate bij aan de maatschappelijke resultaten;

    • b.

      de activiteit sluit voldoende aan bij de behoefte van inwoners of de wijk;

    • c.

      de kosten van de activiteit staan in redelijke verhouding tot de gestelde doelen of redelijkerwijs te verwachten resultaten van de activiteit;

    • d.

      de activiteit is fysiek, sociaal en financieel voldoende toegankelijk voor inwoners van de gemeente Kampen; en

    • e.

      er wordt voldoende samengewerkt met andere organisaties in de sociale basis.

  • 2.

    Om als institutionele organisatie voor een subsidie in aanmerking te komen gelden de volgende vereisten:

    • a.

      de activiteit draagt in voldoende mate bij aan de maatschappelijke resultaten;

    • b.

      de activiteit sluit voldoende aan bij de behoefte van inwoners of de wijk;

    • c.

      de kosten van de activiteit staan in redelijke verhouding tot de gestelde doelen of redelijkerwijs te verwachten resultaten van de activiteit;

    • d.

      de activiteit sluit in voldoende mate aan bij de bouwstenen;

    • e.

      er wordt voldoende samengewerkt met andere organisaties in de sociale basis;

    • f.

      de organisatie die de activiteit uitvoert heeft voldoende binding met inwoners van de gemeente Kampen;

    • g.

      de activiteit is fysiek, sociaal en financieel voldoende toegankelijk voor inwoners van de gemeente Kampen;

    • h.

      de activiteit draagt in voldoende mate bij aan het voorkomen van maatwerk;

    • i.

      de activiteit is ‘uniek’ in de bijdrage aan het resultaat, type activiteit en locatie in de gemeente Kampen; en

    • j.

      de resultaten en effecten zijn voldoende meetbaar en aantoonbaar.

  • 3.

    Per vereiste, zoals genoemd in het eerste en tweede lid, kunnen maximaal 5 punten worden verdeeld.

  • 4.

    Aan de vereisten genoemd in het eerste lid gezamenlijk kan een score van maximaal 25 punten worden toegekend. De behaalde score wordt vervolgens verdrievoudigd in verband met de rangorde, als bedoeld in artikel 11. Hierdoor kan ook een totaalscore van maximaal 75 punten worden toegekend.

  • 5.

    Aan de vereisten genoemd in het tweede lid wordt de behaalde score op vereiste c verviervoudigd en de behaalde scores op de vereisten e en h verdubbeld. De scores op de overige vereisten tellen één keer. Hierdoor kan een totaalscore van maximaal 75 punten worden toegekend.

  • 6.

    Om voor subsidie in aanmerking te komen geldt een minimum van 45 punten voor de totaalscore van de in het eerste of tweede lid genoemde subsidievereisten.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Voor subsidie komen de redelijk daadwerkelijk gemaakte kosten in aanmerking die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 5.

  • 2.

    Loonkosten van werknemers zijn subsidiabel, voor zover die bestaan uit brutoloon conform de voor de aanvrager relevante CAO, vakantiegeld, 13e maand en de wettelijk verplichte werknemersverzekeringen en – premies voor de werkgever.

  • 3.

    Niet-subsidiabel zijn in ieder geval:

    • a.

      kosten die niet in redelijke verhouding staan tot de gestelde doelen of redelijkerwijs te verwachten resultaten van de activiteit;

    • b.

      de aan de subsidie-aanvrager in rekening gebrachte BTW die door hem kan worden teruggevorderd of op enigerlei wijze aan hem kan worden terugbetaald of gecompenseerd.

Artikel 9 Subsidievorm en subsidiehoogte

  • 1.

    De subsidie wordt per kalenderjaar verstrekt.

  • 2.

    De hoogte van de subsidie bedraagt maximaal 100% van de subsidiabele kosten.

Artikel 10 Subsidieplafond

Het college stelt jaarlijks het subsidieplafond vast.

Artikel 11 Wijze van verdeling

  • 1.

    Verstrekking van subsidie vindt plaats in volgorde van de door het college aangebrachte rangorde.

  • 2.

    De rangorde wordt per activiteit bepaald door toepassing van de in artikel 7 genoemde subsidievereisten met de daaraan toegekende punten. De activiteit met de in totaal hoogste score komt in de rangorde bovenaan te staan.

  • 3.

    Als activiteiten een gelijk aantal punten hebben, wordt door loting de rangorde bepaald.

Artikel 12 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 9 van de ASV wordt een subsidie geweigerd als de aanvraag niet voldoet aan de subsidievereisten, zoals genoemd in artikel 7, zesde lid.

Artikel 13 Bevoorschotting

  • 1.

    Organisaties ontvangen een voorschotbedrag ter hoogte van 100% van het verleende subsidiebedrag.

  • 2.

    Subsidie tot € 50.000 wordt in één keer in januari een uitbetaald.

  • 3.

    Subsidie van meer dan € 50.000 wordt in gelijke delen in januari, april, juli en oktober uitbetaald.

Artikel 14 Eindverantwoording

In aanvulling op de vereisten genoemd in artikel 13, 14 en 15 van de ASV geldt:

  • a.

    voor subsidie tot en met € 10.000,- is de mogelijkheid van toepassing dat subsidie wordt verleend en ambtshalve achteraf vastgesteld. De subsidieontvanger hoeft geen aanvraag tot vaststelling in te dienen;

  • b.

    voor subsidie van meer dan € 10.000,- bevat het inhoudelijk verslag een beschrijving in welke mate de activiteit heeft bijgedragen aan het resultaat waarvoor de subsidie is verstrekt, zoals genoemd in artikel 5, en een beschrijving van de ervaring van inwoners van de gemeente Kampen met de gesubsidieerde activiteit;

  • c.

    voor subsidie van meer dan € 10.000,- bevat het financieel verslag of jaarrekening een onderverdeling naar:

    • i.

      personeelskosten;

    • ii.

      huisvestingskosten;

    • iii.

      activiteitenkosten;

    • iv.

      indirecte kosten/overhead;

    • v.

      eventuele opbrengsten van de activiteit;

    • vi.

      alle overige opbrengsten.

  • d.

    In afwijking op de vereisten in artikel 15 van de ASV wordt voor subsidies tussen de € 50.000 en € 100.000 een controleverklaring door een onafhankelijk accountant niet verplicht gesteld.

Artikel 15 Overgangsrecht

  • 1.

    Op ingediende aanvragen, verleende subsidies en nog in te dienen verantwoordingen, aan te vragen subsidievaststellingen en daarop te nemen besluiten, alsmede in verband met voorgaande mogelijke bezwaar- en beroepsprocedures, blijven de subsidieregelingen sport, grip op groeien in zelfstandigheid, mantelzorg, crisisopvang, welzijnswerk, maatschappelijk werk, preventie, jeugdwerk, sociaal-cultureel werk, sociale betrokkenheid en maatschappelijke dienstverlening van kracht.

  • 2.

    Op ingediende aanvragen, verleende subsidies en nog in te dienen verantwoordingen, aan te vragen subsidievaststellingen en daarop te nemen besluiten, alsmede in verband met voorgaande mogelijke bezwaar- en beroepsprocedures, blijft de Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen (2023) van kracht.

Artikel 16 Slotbepalingen

  • 1.

    De Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2023 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling versterken sociale basis gemeente Kampen 2024.

 

 

Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 4 juni 2024

Burgemeester en wethouders van de gemeente Kampen,

N.J. Middelbos,

Secretaris

S. de Rouwe,

burgemeester

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In dit artikel worden de gehanteerde begrippen in deze Nadere regels toegelicht.

 

Artikel 2 Toepasselijkheid ASV en toepassingsbereik

In de Algemene Subsidieverordening (ASV) gemeente Kampen staat de lokale regelgeving ten aanzien van subsidies. In deze nadere regels wordt op sommige onderdelen afgeweken van de ASV.

Dit artikel beschrijft de relatie tussen deze nadere regels en de ASV. In het geval dat een thema of onderdeel niet is benoemd in deze nadere regels, zijn de artikelen uit de ASV leidend.

 

Artikel 3 Doel

Dit artikel beschrijft het bereik waar de subsidies ‘versterken sociale basis’ aan moeten bijdragen.

Zo dienen de activiteiten ten goede te komen aan inwoners van de gemeente Kampen. Daarnaast dragen de activiteiten bij aan de maatschappelijke opgaven en resultaten, zoals beschreven

in het Uitvoeringsplan Versterken Sociale Basis.

 

Artikel 4 Subsidieontvanger

Rechtspersonen en maatschappen kunnen een subsidieaanvraag indienen. Inwoners (natuurlijke personen) kunnen met hun ideeën of initiatieven voor de wijk terecht bij de wijkverbinders.

 

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

In dit artikel staan alle resultaten waar de gesubsidieerde activiteiten aan kunnen bijdragen.

De maatschappelijke resultaten zijn onderverdeeld naar de drie opgaven:

  • 1.

    Jeugd: De gemeente Kampen versterkt de sociale basis voor jeugd en hun ouders. We hebben hierbij aandacht voor jongeren van alle leeftijden, van het jonge kind tot jongvolwassenen (vanaf -9 maanden tot 27 jaar).

  • 2.

    Structurele ondersteuning: we onderzoeken wat nodig is om inwoners die structureel ondersteuning nodig hebben in de sociale basis te ondersteunen en begeleiden. Denk hierbij aan het bieden van een zinvolle daginvulling, maatschappelijk fit worden en het bieden van (lichte) vormen van begeleiding bij uitdagingen in het leven.

  • 3.

    Samenwerken in de wijk: het verbinden van informele en formele ondersteuning in de wijken. Dit betekent dicht bij de inwoner zijn (laagdrempelig) en elkaar als (maatschappelijke) organisaties beter weten te vinden. Deze samenwerking richt zich vooral op kwetsbare inwoners die niet vanzelfsprekend bij andere bestaande sociale verbanden (zoals verenigingen) terecht komen.

 

 

Jeugd

Structurele ondersteuning

Samenwerken in de wijk

Hybride voorzieningen

X

X

X

Bewonersinitiatieven

 

 

X

Hulp en ondersteuning dichtbij huis

X

X

 

Laagdrempelige voorzieningen

X

X

 

Maatjes en coaches

X

X

 

Vrijwilligers en leden bij verenigingen

X

 

 

Vrijwilligers blijven langer actief

 

 

X

Ervaringsdeskundigen

 

X

 

Mantelzorgers

 

X

 

Laagdrempelige platforms

 

 

X

Collectief werken

X

X

X

 

Artikel 6 Indieningsvereisten

Dit artikel beschrijft wat de subsidieaanvrager in de subsidieaanvraag moet verwerken. Kort samengevat gaat het om een activiteitenplan en een begroting. Per onderdeel zal kort toegelicht worden wat wordt bedoeld:

  • a.

    Activiteitenplan

    • i.

      Opgaven en resultaten: In het artikel ‘Subsidiabele activiteiten’ staan de verschillende opgaven en resultaten waar de activiteit aan kan bijdragen. Het is aan de aanvrager om te bepalen welke opgave en resultaten goed aansluiten bij de voorgestelde activiteit. Het is ook mogelijk dat de activiteit aan meer dan één maatschappelijke opgave of resultaat bijdraagt.

    • ii.

      Locatie: Hiermee kan worden vastgesteld of de activiteit daadwerkelijk ten goede komt aan de inwoners van de gemeente Kampen. Daarnaast is de locatie van belang voor de spreiding van activiteiten over de verschillende wijken en kernen in de gemeente Kampen.

    • iii.

      Bereik doelgroep: Deze eis maakt het mogelijk om het bereik af te zetten tegen het gevraagde subsidiebedrag.

    • iv.

      Monitoring: Gedurende en aan het einde van het subsidieproces dient inzichtelijk te worden in hoeverre is bijgedragen aan de opgestelde resultaten. Dit kan alleen als vooraf goed wordt nagedacht over de wijze van monitoring.

  • b.

    De gemeente Kampen vraagt de exploitatiebegroting op om inzicht te krijgen in de kosten van de activiteit waarvoor subsidie wordt aangevraagd. Dit kunnen de volgende kostensoorten zijn:

    • Personeelskosten: Salaris voor medewerkers van de organisatie die direct betrokken zijn bij de uitvoering van de activiteiten en/ of kosten voor het tijdelijk inhuren van een (externe) begeleider of trainer van de activiteit. Of een vrijwilligersvergoeding voor direct betrokken vrijwilligers.

    • Huisvestingskosten: Kosten voor locatie die nodig zijn om de activiteiten te kunnen uitvoeren, inclusief kosten voor bijvoorbeeld gas en licht (niet zijnde afschrijvingskosten).

    • Activiteitenkosten: Kosten voor materialen en communicatie(materialen) die nodig zijn om de activiteiten te kunnen uitvoeren.

    • indirecte kosten/overhead: Kosten van de organisatie die niet direct met de activiteit te maken hebben, maar voor de ondersteuning van de organisatie zelf.

    • eventuele opbrengsten van de activiteit: bijvoorbeeld een eigen bijdrage om deel te kunnen nemen aan een activiteit.

    • alle overige opbrengsten: bijvoorbeeld opbrengsten uit andere subsidies of wervingen.

 

Artikel 7 Subsidievereisten

Hieronder volgt een toelichting op de verschillende eisen:

  • Bijdrage aan maatschappelijke resultaten: Artikel 5 toont de verschillende opgaven en resultaten waar een activiteit aan kan bijdragen. Het is de aan de aanvrager om te bepalen welke opgave en resultaten goed aansluiten bij de voorgestelde activiteit en dit te onderbouwen.

  • Aansluiting bij de behoefte van inwoners of de wijk: Het gaat hier om de mate waarin bij de voorbereiding en uitvoering van activiteiten de betrokkenheid van bewoners en/of ervaringsdeskundigen is geborgd; zonder inzet van bewoners is er geen sociale basis. We vinden het belangrijk dat zij maximaal worden betrokken bij het vormgeven en uitvoeren van activiteiten. Dit geldt ook voor het inzetten van ervaringsdeskundigen.

  • Subsidiabele kosten: Van belang is bijvoorbeeld dat het aangevraagde subsidiebedrag in verhouding staat tot de (verwachte) omvang van de doelgroep die met de activiteit bereikt wordt.

  • Samenwerking met andere organisaties: Samenwerking tussen organisaties en professionals is een voorwaarde voor een goed functionerende sociale basis. We willen met deze eis samenwerking stimuleren, wellicht bij het ontwikkelen van nog niet bestaande initiatieven en collectief werken. Samenwerking met informele organisaties zoals sportverenigingen, kerken, bewonersorganisaties, ouderenbonden vinden we belangrijk.

    Welke samenwerking is of wordt gezocht met andere organisaties Het gaat hierbij om de mate waarin de organisatie in de aanvraag blijk geeft te beschikken over aantoonbare samenwerking met partners rondom de brede sociale opgave, hoe verhoudingen liggen en om het samenwerken in netwerken met partners en bewoners. Veel activiteiten staan niet op zich, maar maken onderdeel uit van een keten. Deze ketens zijn veelal zo ingericht dat er in de samenwerking makkelijk geschakeld kan worden van lichtere vormen van ondersteuning naar zwaardere vormen van ondersteuning, maar bijvoorbeeld ook om een samenhangende pedagogische aanpak tot stand te brengen. Als subsidie wordt gevraagd voor activiteiten die deel uit zouden moeten maken van een dergelijke keten, is het belangrijk dat aantoonbaar wordt samengewerkt met partners binnen die keten. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de samenwerking rondom jeugd, ketens van participatie naar werk of ketens rondom kwetsbare volwassenen.

  • Toegankelijkheid (fysiek, sociaal en financieel): toegankelijkheid is een belangrijk uitgangspunt van de sociale basis en heeft meerdere facetten. Sociale toegankelijkheid gaat over de mate waarin inwoners sociaal veilig kunnen deelnemen aan een activiteit. Zo is een activiteit waarbij pestgedrag plaatsvindt geen sociaal veilige omgeving. Fysieke toegankelijkheid heeft betrekking op mogelijkheden voor inwoners om op de locatie van de activiteit te komen. Denk hierbij aan rolstoelvriendelijkheid van de locatie of activiteit. De financiële toegankelijkheid gaat over een eventuele financiële drempel om te kunnen deelnemen aan een activiteit, waaronder een eigen bijdrage. Hoe wordt dit geborgd bij de activiteit.

  • Bijdrage aan de bouwstenen: Het gaat hier om het de bouwstenen: positieve gezondheid en het participatiewiel, normaliseren en versterken van informele ondersteuning. Het is de bedoeling dat organisaties in de sociale basis vanuit deze bouwstenen handelen en werken. Dit betekent bijvoorbeeld ook dat eigen regie van inwoners of de samenredzaamheid van de wijk een belangrijk uitgangspunt is. Wij vragen de aanvrager dit te onderbouwen

  • Bijdrage aan het voorkomen van maatwerk: Door vroegtijdig te signaleren en ondersteuning te bieden willen we voorkomen dat problemen verergeren en inwoners een beroep moeten doen op zogenaamde maatwerkvoorzieningen. Hoe draagt de aangevraagde activiteit hieraan bij?

  • Binding organisatie met (inwoners van) de gemeente Kampen: We vinden het belangrijk dat de organisatie binding heeft met de gemeente Kampen, zodat ze voldoende kennis en inzicht heeft van de specifieke Kamper situatie. De binding kan blijken uit bijvoorbeeld eerdere uitvoering van activiteiten in Kampen, het hebben van een netwerk, de locatie van de activiteiten etc

    Het gaat hier over het beschikken van verbinding met en kennis van wat er speelt in een gebied.

  • Unieke bijdrage activiteit: Om dubbeling in activiteiten te voorkomen willen we weten wat de unieke bijdrage van een activiteit aan de sociale basis is. Bijvoorbeeld op basis van de bijdrage aan maatschappelijke resultaten, type activiteit en locatie in de gemeente Kampen.

  • Monitoring: Tijdens en aan het einde van de uitvoering van de activiteit dient de aanvrager de bijdrage aan de resultaten inzichtelijk te maken. Dit kan alleen als vooraf goed is nagedacht over de wijze van monitoring. Van belang is het meetbaar en aantoonbaar maken.

 

Scoretabel voor de subsidievereisten

Cijfer

Omschrijving

Toelichting

1

Ontbreekt

(een deel) ontbreekt of is inhoudelijk niet relevant en voldoet geheel niet aan het criterium.

2

Niet overeenstemmend

Inhoudelijk niet (geheel) relevant en voldoet niet aan het criterium. Niet alle onderdelen komen in de beschrijving terug. De toelichting geeft onvolledige informatie en is niet geheel SMART

3

Neutraal

Dekt het criterium af en voldoet aan de verwachtingen. De beschrijving is compleet en is SMART .

4

Beter dan Neutraal

Dekt het criterium af en voldoet aan de verwachtingen. De beschrijving is compleet en is SMART . Daarnaast is er op bepaalde relevante punten waarde toegevoegd aan het oorspronkelijke criterium. Er is sprake van enige meerwaarde.

5

Meerwaarde

Dekt het criterium af en voldoet aan de verwachtingen. De beschrijving is compleet en is SMART. Daarnaast voegt het op bepaalde relevante punten waarde toe aan het oorspronkelijke criterium.

 

De beschrijving dient SMART te zijn, oftewel Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realiseerbaar en Tijdsgebonden.

 

Artikel 8 Subsidiabele kosten

(geen toelichting)

 

Artikel 9 Subsidievorm en subsidiehoogte

(geen toelichting)

 

Artikel 10 Subsidieplafond

De hoogte van het subsidieplafond staat in het separate plafondbesluit genoemd. Een verhoging op

een later moment is mogelijk met een wijziging van het plafondbesluit. Als het beschikbare budget in

de begroting wordt verlaagd, wordt door middel van het begrotingsvoorbehoud ook het subsidieplafond overeenkomstig verlaagd.

 

Artikel 11 Wijze van verdeling

(geen toelichting)

 

Artikel 12 Weigeringsgronden

Het college heeft een aantal mogelijkheden om een subsidieaanvraag te weigeren. Een deel van deze mogelijkheden is vastgelegd in artikel 9 van de ASV. Aanvullend hierop kan een subsidie door het college worden geweigerd als een aanvrager niet voldoende punten heeft behaald gebaseerd op de eisen uit artikel 7.

 

Artikel 13 Bevoorschotting

(geen toelichting)

 

Artikel 14 Eindverantwoording

In artikel 13, 14 en 15 van de ASV staat beschreven waar een organisatie aan moet voldoen bij het indienen van aanvraag tot vaststelling. In dit artikel staat een aantal aanvullende eisen genoemd.

De eisen kunnen verschillen afhankelijk van de hoogte van de subsidie.

 

Organisaties die een subsidie van meer dan € 10.000 ontvangen, maken in hun financiële verantwoording in ieder geval onderscheid tussen:

  • a.

    personeelskosten: Salaris voor medewerkers van de organisatie die direct betrokken zijn bij de uitvoering van de activiteiten en/ of kosten voor het tijdelijk inhuren van een (externe) begeleider of trainer van de activiteit. Of een vrijwilligersvergoeding voor direct betrokken vrijwilligers;

  • b.

    huisvestingskosten: Kosten voor locatie die nodig zijn om de activiteiten te kunnen uitvoeren, inclusief kosten voor bijvoorbeeld gas en licht (niet zijnde afschrijvingskosten);

  • c.

    activiteitenkosten: Kosten voor materialen en communicatie(materialen) die nodig zijn om de activiteiten te kunnen uitvoeren;

  • d.

    indirecte kosten/overhead: Kosten van de organisatie die niet direct met de activiteit te maken hebben, maar voor de ondersteuning van de organisatie zelf;

  • e.

    eventuele opbrengsten van de activiteit: bijvoorbeeld een eigen bijdrage om deel te kunnen nemen aan een activiteit;

  • f.

    alle overige opbrengsten: bijvoorbeeld opbrengsten uit andere subsidies of wervingen.

 

Artikel 15 Overgangsrecht

Omdat op grond van bestaande regelingen nog besluiten moeten worden genomen, wordt in dit artikel voorzien in overgangsrecht. Dit houdt in dat de bestaande regelingen van kracht blijven op ingediende aanvragen, verleende subsidie enzovoorts.

 

Artikel 16 Slotbepalingen

(geen toelichting)