Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Groningen

Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGroningen
OrganisatietypeProvincie
Officiële naam regelingSubsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024
CiteertitelSubsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024
Vastgesteld doorgedeputeerde staten
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017
  3. Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

07-06-2024nieuwe regeling

28-05-2024

prb-2024-8221

K49207

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024

Gedeputeerde Staten van Groningen maken bekend dat zij op 28 mei 2024, nr. A.11, team BELPSGM, dossiernummer K49207 het volgende besluit hebben genomen:

 

GEDEPUTEERDE STATEN VAN DE PROVINCIE GRONINGEN

 

Overwegende dat:

  • -

    Het programma Mobiliteit is vastgesteld (PS 09-11-2022). In Groningen streven we ernaar in 2030 het aantal verkeersslachtoffers te halveren ten opzichte van 2020. Met als uiteindelijke ambitie: nul verkeersslachtoffers in 2050.

  • -

    In het Uitvoeringsprogramma Mobiliteit Provincie Groningen 2022-2027 staat dat we een impuls willen geven aan het uitvoeren Strategisch Plan Verkeersveiligheid door middel van een subsidieregeling. Een en ander staat uitgewerkt in fiche VV4: subsidieregeling strategisch plan verkeersveiligheid

Gelet op:

  • -

    Titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    Artikel 3, derde lid, van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017;

  • -

    De Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018.

Besluiten:

 

I. Vast te stellen de:

 

Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    AGVV: Verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard en Verordening EU 2017/1084 van de Commissie van 14 juni 2017 tot wijziging van Verordening EU Nr. 651/2014 wat betreft steun voor haven- en luchthaveninfrastructuur, aanmeldingsdrempels voor steun voor cultuur en instandhouding van het erfgoed en voor steun voor sportinfrastructuur en multifunctionele recreatieve infrastructuur, en regelingen inzake regionale exploitatiesteun voor ultraperifere gebieden, en tot wijziging van Verordening EU Nr. 702/2014 wat betreft de berekening van de in aanmerking komende kosten, PbEU L 156/1 van 20 juni 2017;

  • b.

    Awb: Algemene wet bestuursrecht;

  • c.

    Infrastructurele maatregel: maatregel gericht op het verbeteren van de verkeersveiligheid op de openbare weg.

  • d.

    Infrastructureel project: benodigde werkzaamheden om een infrastructurele maatregel uit te voeren

  • e.

    Kaderverordening: Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017;

  • f.

    Procedureregeling: Procedureregeling subsidies provincie Groningen 2018;

  • g.

    provincie: provincie Groningen;

  • h.

    SPV2030: Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2030, gezamenlijke strategische visie op het verkeersveiligheidsbeleid van alle overheden.

  • i.

    Openbare weg: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten.

  • j.

    3E-aanpak: een combinatie van maatregelen op infrastructureel gebied (engineering), handhaving (enforcement) en (verkeers)educatie;

  • k.

    Engineeringskosten: kosten voor voorbereiding, administratie en toezicht van het project, ook wel VAT-kosten genoemd.

Artikel 2 Doel

Doel van de regeling is het verbeteren van de verkeersveiligheid in de provincie Groningen.

Artikel 3 Doelgroep

Subsidie kan worden aangevraagd door de gemeenten in de provincie Groningen.

Artikel 4 Subsidievorm

Gedeputeerde Staten verstrekken op grond van deze regeling subsidies in de vorm van een geldbedrag.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Subsidie kan worden verstrekt voor:

  • a.

    het treffen van infrastructurele maatregelen met als hoofddoel het verbeteren van de verkeersveiligheid op de openbare weg, waaronder het aanleggen of aanpassen van wegen, voetpaden, fietspaden of fietsstraten;

  • b.

    het verrichten van activiteiten met een educatief karakter die zijn gericht op het verbeteren van de verkeersveiligheid.

Artikel 6 Weigeringsgronden

  • 1.

    Onverminderd de artikelen 4:25 en 4:35 Awb en de artikelen 2.5 en 2.6 van de Procedureregeling wordt de subsidie in ieder geval geweigerd indien:

    • a.

      subsidie wordt aangevraagd voor infrastructurele maatregelen die niet op de openbare weg plaatsvinden;

    • b.

      projecten waarbij de opdrachtgever een andere is dan de gemeente die de subsidie aanvraagt;

  • 2.

    artikel 2.5, eerste lid, onder e, van de Procedureregeling is niet van toepassing voor engineeringskosten.

Artikel 7 Subsidievereisten

Om voor subsidie als bedoeld in artikel 5 in aanmerking te komen, wordt voldaan aan de volgende vereisten:

  • a.

    het project moet plaats vinden in een gebied waar een risico voor de verkeersveiligheid bestaat op basis van het SPV2030;

  • b.

    het project moet bijdragen aan één of meerdere van de negen beleidsthema's uit het SPV2030;

  • c.

    bij een infrastructureel project moet ook aandacht zijn voor en budget opgenomen zijn voor verkeerseducatie (conform 3E-aanpak);

  • d.

    wanneer de infrastructurele maatregel die wordt genomen betrekking heeft op een openbare weg waarover een buslijn loopt, dient advies te worden ingewonnen bij het OV-bureau Groningen-Drenthe voor de mogelijkheid tot het treffen van een 'busvriendelijke maatregel';

  • e.

    de aanvragende gemeente draagt zelf minimaal 25% bij in de totale projectkosten.

Artikel 8 Subsidiabele kosten

Subsidiabele kosten zijn:

  • a.

    kosten die worden gemaakt voor het treffen van infrastructurele maatregelen;

  • b.

    kosten die worden gemaakt in het kader van verkeerseducatie en voorlichting.

Artikel 9 Niet subsidiabele kosten

Onverminderd artikel 1.5 van de Procedureregeling komen de volgende kosten in ieder geval niet voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    (reguliere) onderhoudskosten of kosten als gevolg van achterstallig onderhoud;

  • b.

    verrekenbare of compensabele BTW;

  • c.

    eigen uren van algemene bestuurslasten zoals bestaande ambtenarensalarissen (eigen uren), overheadkosten en kantoorinventaris (met uitzondering van engineeringskosten)

Artikel 10 Openstelling

  • 1.

    Gedeputeerde Staten kunnen één of meer openstellingsbesluiten vaststellen.

  • 2.

    Een openstellingsbesluit bevat een aanvraagperiode en een subsidieplafond met deelplafonds per gemeente.

Artikel 11 Indieningsvereisten

  • 1.

    Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend door middel van een door Gedeputeerde Staten vastgesteld aanvraagformulier.

  • 2.

    Onverminderd artikel 2.1, eerste en tweede lid van de Procedureregeling bevat een aanvraag:

    • a.

      een projectplan.

    • b.

      een ontwerptekening (bij infrastructurele maatregelen);

    • c.

      foto's van de huidige situatie (bij infrastructurele maatregelen)

    • d.

      indien subsidie wordt aangevraagd voor een infrastructureel project dient in het projectplan te worden omschreven op welke manier aandacht wordt besteed aan (verkeers)eductie (3E-aanpak);

Artikel 12 Subsidiehoogte

De hoogte van de subsidie, zoals bedoeld in artikel 5, bedraagt 50% van de subsidiabele kosten.

Artikel 13 Verdeelcriteria

  • 1.

    Subsidie wordt verdeeld op volgorde van binnenkomst van de subsidieaanvragen.

  • 2.

    Indien een subsidieaanvraag nog niet volledig is, geldt voor het bepalen van de onderlinge rangschikking voor de verdeling van de subsidie de dag waarop de subsidieaanvraag volledig is als datum van binnenkomst.

  • 3.

    Dreigt het subsidieplafond op enige dag te worden overschreden, dan vindt rangschikking van de op die dag binnengekomen volledige subsidieaanvragen plaats door middel van loting.

Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1.

    De subsidieontvanger is verplicht een omgevingsvergunning te regelen, indien dit van toepassing is op het project of onderdelen daarvan. Een kopie van deze omgevingsvergunning moet binnen twee jaar na subsidieverlening worden ingediend.

  • 2.

    Het project waarvoor subsidie is verkregen wordt binnen vijf jaar na subsidieverlening afgerond.

Artikel 15 Intrekking

De Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen, zoals door Gedeputeerde Staten vastgesteld op 4 april 2023, wordt ingetrokken.

Artikel 16 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking in het Provinciaal Blad.

Artikel 16 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024.

Groningen, 28 mei 2024

Gedeputeerde Staten voornoemd:

René Paas, voorzitter.

Hans Schrikkema, secretaris.

Toelichting behorende bij de Subsidieregeling Strategisch Plan Verkeersveiligheid provincie Groningen 2024

Algemeen

Deze subsidieregeling is vastgesteld op grond van de Kaderverordening subsidies provincie Groningen 2017 (Kaderverordening) en de Procedureregeling subsidies Groningen (Procedureregeling). Dit betekent dat een aantal aspecten van de verstrekking van subsidies niet in de subsidieregeling zijn vastgelegd, maar in de Kaderverordening en Procedureregeling. In de Procedureregeling staat onder meer waar de aanvraag moet worden ingediend, wat de beslistermijnen zijn voor Gedeputeerde Staten en algemene verplichtingen voor de subsidieontvanger, zoals de meldingsplicht.

Voor een goed begrip van deze subsidieregeling is dus bestudering van de Kaderverordening en Procedureregeling noodzakelijk. Ook de Algemene wet bestuursrecht bevat algemene bepalingen die onverkort van toepassing zijn op subsidies, verstrekt op grond van deze subsidieregeling.

 

Artikel 7, onder b

De thema's met voorbeelden van uitwerking:

 

  • a.

    Veilige infrastructuur

    • -

      veilige en geloofwaardige inrichting van 30 km/uur-gebieden en 60 km/uur-wegen

    • -

      veilige en geloofwaardige inrichting van 50 km/uur-wegen, onder andere door het scheiden van verkeersstromen: bijvoorbeeld door het aanleggen van vrijliggende fietspaden

    • -

      veilige inrichting van 80 km/uur-wegen: onder andere door het verbeteren van de bermen, aanbrengen van fysieke rijrichtingscheiding en het verminderen van het aantal erfaansluitingen

    • -

      veilige inrichting van de auto(snel)wegen: onder meer door veilige inrichting van bermen.

  • b.

    Heterogeniteit in het verkeer

    • -

      Denk bijvoorbeeld aan het scheiden van verkeersstromen en homogeniteit van snelheden.

    • -

      Daarnaast kan er worden voortgebouwd op initiatieven om (gemotoriseerde) tweewielers veel meer aandacht en ruimte te geven in de stad. Denk aan maatregelen als ‘auto te gast’, ‘rode lopers’, en het ANWB-initiatief ’Verkeer in de stad’, waarbij wegen worden gecategoriseerd naar voertuigfamilie.

    • -

      Daarbij is speciale aandacht voor kwetsbare verkeersdeelnemers zoals voetgangers.

  • c.

    Technologische ontwikkelingen

    • -

      Beter inzicht geven welke systemen veilig gebruikt kunnen worden en welke (nog) niet.

    • -

      Veilig gebruik van deze systemen door alle (ook oudere) verkeersdeelnemers.

    • -

      Hierbij speelt voorlichting, opleiding en examinering van verkeersdeelnemers een belangrijke rol.

  • d.

    Kwetsbare verkeersdeelnemers

    • -

      Door het wegontwerp en de inrichting van de omgeving af te stemmen op de meest kwetsbare verkeersdeelnemer, worden risico’s voor alle verkeersdeelnemers geminimaliseerd. Het seniorproof maken van de omgeving heeft daarom in principe voordelen voor alle mensen.

    • -

      Denk hierbij aan maatregelen als: contrastrijke belijning, middeneilanden bij oversteken, verwijderen van obstakels, verbeteren van verlichting, beter zichtbare van zebrapaden, versimpelen van complexe omgevingen, ribbelranden op stoepen voor blinden en slechtzienden

  • e.

    Onervaren verkeersdeelnemers

    • -

      Inzetten op hogere orde vaardigheden voor beginnende weggebruikers.

    • -

      Voor de ontwikkeling van maatregelen gericht op ouderen, scholieren en toepassen van nieuwe technieken zoeken (decentrale) overheden nadrukkelijk naar samenwerking met (maatschappelijke) partners. Zo kan voor de bekendheid met nieuwe ontwikkelingen als de e-bike, de scootmobiel en rijtaakondersteunende systemen hulp worden geboden door fabrikanten, verkopers, maatschappelijke organisaties zoals Veilig Verkeer Nederland, ouderenorganisaties en organisaties in de zorg.

  • f.

    Rijden onder invloed

    • -

      Inzet op het versterken van de sociale norm voor middelengebruik in het verkeer door middel van voorlichting en informatie.

  • g.

    Snelheid in het verkeer

    • -

      Dit thema vraagt nadrukkelijk een goede balans tussen maatregelen op het vlak van infrastructuur en technologie, educatie en handhaving (de 3E’s).

    • -

      Vaststellen veilige snelheid en inzetten op geloofwaardige weginrichting en limieten

    • -

      Stimuleren (veilig gebruik van) snelheidsbeperkende technologie (bijv. snelheidsdisplays)

  • h.

    Afleiding in het verkeer

    • -

      Uitvoeren afspraken Convenant ‘Veilig gebruik smartfuncties’

    • -

      Gaat hier met name om voorlichting en educatie-activiteiten

  • i.

    Verkeersovertreders

    • -

      weginrichting die overtredingen ontmoedigt of onmogelijk maakt

    • -

      campagnes voor een stevige sociale norm over goed en veilig gedrag in het verkeer

Artikel 7 onder c

De provincie Groningen hanteert de gezamenlijke visie op verkeersveiligheidsbeleid zoals beschreven in Veilig van deur tot deur (SPV2030, zie deze link). Het SPV2030 stuurt aan op een integrale aanpak waarmee maatregelen op het gebied van infrastructuur, educatie en handhaving (de drie E's) in onderlinge samenhang worden bezien.

 

Menselijk gedrag speelt bij veel verkeersongevallen een belangrijke rol. Het veránderen van gedrag is vaak een complexe opgave, doordat een groot deel van ons gedrag berust op gewoonten en automatismen. Het nemen van infrastructurele maatregelen is één van de manieren om gedrag van weggebruikers te beïnvloeden. Inzetten op een mix van maatregelen kan echter een groter effect hebben op de beoogde gedragsverandering. Hierom is het uitgangspunt dat er integraal wordt stilgestaan bij infrastructuur, educatie én handhaving. Voor meer details zie ook de 'Handreiking gedragsverandering in het verkeer' van het Kennisnetwerk SPV (zie deze link ).

 

Voor deze subsidieaanvraag dient de aanvrager een omschrijving te geven over hoe integraal invulling wordt gegeven aan de drie E's om tot dezelfde gedragsverandering te komen. Onderstaande vragen helpen mogelijk om invulling te geven aan de drie E's:

 

  • (1)

    Welke verandering in gedrag beoogt het project teweeg te brengen?

  • (2)

    Wat is de doelgroep? Welke weggebruikers worden geacht hun gedrag te veranderen met de maatregelen?

  • (3)

    Welke infrastructurele maatregelen worden genomen?

  • (4)

    Welke educatieve middelen worden ingezet om bij de doelgroep tot gedragsverandering te komen of om de effecten van de infrastructurele maatregelen te vergroten?

  • (5)

    Wat wordt gedaan om de objectieve pakkans te vergroten? Hoe wordt de subjectieve pakkans vergroot?

Een voorbeeld: bij een project waarmee wordt beoogd de snelheid van gemotoriseerd verkeer te verlagen kan worden gedacht aan: de realisatie van GOW30 (infrastructuur), waarna onder buurtbewoners en weggebruikers een flyer wordt verspreid met informatie over het nut van een lagere rijsnelheid (educatie) en afspraken met de politie om tijdens een buurtavond aan te sluiten of na de flyeractie te handhaven op snelheid (handhaving).

 

Artikel 7, onder d

 

In deze toelichting zijn enkele voorbeelden van snelheidsremmende maatregelen opgenomen die vriendelijker zijn voor de bus en daarmee ook vriendelijker voor de omgeving (minder trillingen). Mochten er snelheidsremmers worden overwogen op een weg waar ook bussen gebruik van maken, dan treedt het OV-bureau Groningen Drenthe graag vroegtijdig samen in overleg om met elkaar af te wegen welke oplossing het beste bij de betreffende locatie past.

Hierna volgen enkele opties voor busvriendelijke snelheidsremmers.

 

Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Het kan voorkomen dat er een Omgevingsvergunning flora- en fauna-activiteit benodigd is.

Er is veelal geen omgevingsvergunning nodig wanneer het de bestaande openbare weg betreft en/of er niets wijzigt aan de bestemming van de locatie. In de subsidieaanvraag wordt gevraagd dit toe te lichten.

Indien er twijfel bestaat of een omgevingsvergunning nodig is, dan dient een ecologische quick-scan uitgevoerd te worden. Hierbij wordt een ecologische inventarisatie gedaan door een ecologisch deskundige, waarbij er een inschatting uitgevoerd wordt welke diersoorten zich mogelijk in het plangebied kunnen bevinden en potentieel schadelijke effecten kunnen ondervinden van de uit te voeren activiteiten. De uitkomsten daarvan zijn relevant voor de te verrichten subsidiabele activiteiten en moeten daarom met de provincie worden gedeeld.

 

Bijlage