Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Dijk en Waard

Subsidieregeling Welzijn, Participatie en Jeugd Dijk en Waard 2025

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDijk en Waard
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Welzijn, Participatie en Jeugd Dijk en Waard 2025
CiteertitelSubsidieregeling Welzijn, Participatie en Jeugd Dijk en Waard 2025
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Subsidieregeling Kunst en cultuur 2024.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene subsidieverordening Dijk en Waard 2022

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

04-06-2024nieuwe regeling

21-05-2024

gmb-2024-238683

0000795995

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Welzijn, Participatie en Jeugd Dijk en Waard 2025

Het college besluit:

  • 1.

    de subsidieregeling Buurthuizen 2024 in te trekken, met ingang van de eerste dag na bekendmaking, met dien verstande dat voor aanvragen en vaststellingen voor het jaar 2024 de bepalingen uit deze regeling van toepassing zijn.

  • 2.

    de subsidieregeling Kunst en cultuur 2024 in te trekken, met ingang van de eerste dag na bekendmaking, met dien verstande dat voor aanvragen en vaststellingen voor het jaar 2024 de bepalingen uit deze regeling van toepassing zijn.

  • 3.

    de subsidieregeling Welzijn, participatie en jeugd 2024 in te trekken, met ingang van de eerste dag na bekendmaking, met dien verstande dat voor aanvragen en vaststellingen voor het jaar 2024 de bepalingen uit deze regeling van toepassing zijn.

  • 4.

    de subsidieregeling Buurthuizen 2025 vast te stellen

  • 5.

    de subsidieregeling Kunst en cultuur 2025 vast te stellen

  • 6.

    de subsidieregeling Welzijn, participatie, jeugd 2025 vast te stellen.

  • 7.

    De gemeenteraad te informeren via het bijgevoegd collegebericht.

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dijk en Waard,

 

Overwegende,

 

de visie sociaal domein, het integraal beleidskader en het subsidiebeleid Dijk en Waard 2023,

 

gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening Dijk en Waard 2022,

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de volgende regeling:

 

Subsidieregeling Welzijn, Participatie en Jeugd Dijk en Waard 2025

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Algemene subsidieverordening: de Algemene Subsidieverordening Dijk en Waard 2022;

  • b.

    jeugdigen: kinderen en jongeren;

  • c.

    jongeren: inwoners van Dijk en Waard van 12 tot 23 jaar;

  • d.

    kinderen: inwoners van Dijk en Waard tot 12 jaar;

  • e.

    kwetsbare inwoners: inwoners (inclusief kinderen en jongeren) die niet in staat zijn op eigen kracht volledig deel te nemen aan de samenleving. Inwoners die vaak als kwetsbaar worden beschouwd, zijn mensen:

    • met een lichamelijke beperking,

    • met chronische ziekten of aandoeningen,

    • met een verstandelijke beperking,

    • met psychische of psychosociale (inclusief financiële en materiële) problemen,

    • met lichte opvoed- en opgroeiproblemen,

    • die betrokken zijn bij huiselijk geweld,

    • die uitgesloten (dreigen te) worden wegens hun seksuele oriëntatie, identiteit of gender,

    • met meervoudige problematiek

  • f.

    leefstijl: gedrag waarvoor een relatie met goede gezondheid of met gezondheidsproblemen is vastgesteld;

  • g.

    participatie: actief en naar vermogen meepraten, meedenken en meedoen aan de samenleving, op wijk- of stadsniveau;

  • h.

    samenredzaamheid: de wijze waarop de inwoner zelf (met zijn/haar probleem of zorgvraag) samenwerkt met zijn of haar netwerk en maatschappelijke organisaties om tot een oplossing te komen;

  • i.

    vangnet: een voorziening voor mensen die zich niet zelfstandig redden, niet vragen om hulp en die om verschillende redenen tussen wal en schip dreigen te raken;

  • j.

    zingeving: het zoeken naar betekenis en de behoefte te ervaren dat wat we doen in het leven een waarde heeft.

Artikel 2 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Welzijn en Participatie

Subsidie kan worden verstrekt voor preventieve activiteiten die bijdragen aan de volgende doelen:

  • a.

    het stimuleren van een leefstijl ter bevordering van de mentale en fysieke gezondheid van kwetsbare inwoners;

  • b.

    Het zelfstandig (blijven) wonen makkelijker te maken (door de zelfredzaamheid te versterken en/of door praktische ondersteuning aan huis);

  • c.

    het opsporen en/of bestrijden van eenzaamheid en het bieden van zingeving;

  • d.

    het versterken van de financiële kennis, vaardigheden en positie van financieel kwetsbare inwoners;

  • e.

    het versterken van gemeenschapszin (samenredzaamheid);

  • f.

    het doen van individueel onderzoek en diagnostiek in afstemming met de gemeente in complexe casussen om een effectief ondersteuningsaanbod te kunnen bieden;

  • g.

    activiteiten die een vangnet bieden voor kwetsbare inwoners.

  • h.

    aanvullend op de subsidie op grond van a tot en met g, voor het werven en trainen van vrijwilligers voor uw eigen organisatie;

  • 2.

    Jeugd

Subsidie kan worden verstrekt voor preventieve activiteiten in de pedagogische basis, buiten schooltijd om, die gericht zijn op (kwetsbare) kinderen en jongeren en bijdragen aan de volgende doelen:

  • a.

    het versterken van de mentale gezondheid;

  • b.

    het bevorderen van kansengelijkheid;

  • c.

    het versterken van het sociaal netwerk;

  • d.

    het bevorderen van maatschappelijke betrokkenheid;

  • e.

    het bevorderen van persoonlijke (talent)ontwikkeling.

Artikel 3 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de Algemene subsidieverordening wordt de subsidie (geheel of gedeeltelijk) geweigerd indien:

  • 1.

    niet aannemelijk is gemaakt dat er behoefte is aan de geplande activiteit;

  • 2.

    de activiteit geen meerwaarde oplevert bovenop het reeds bestaande aanbod in Dijk en Waard;

  • 3.

    de activiteit is gericht op het promoten van een religieuze, levensbeschouwelijk of politieke overtuiging, hetgeen onder andere kan blijken uit de doelstelling, inhoud, doelgroep of toegankelijkheid;

  • 4.

    de activiteit in strijd is met gemeentelijk beleid;

  • 5.

    als de activiteit via een andere subsidieregeling van de gemeente Dijk en Waard moet worden aangevraagd of als via een andere voorliggende voorziening in de activiteit of haar doel wordt voorzien.

Artikel 4 Doelgroepen

  • 1.

    Subsidie op grond van deze regeling wordt uitsluitend verstrekt aan verenigingen die zijn opgericht bij notariële akte en aan stichtingen.

  • 2.

    Subsidie kan ook worden verstrekt aan lokale of regionale afdelingen van een landelijke stichting of vereniging die is opgericht bij notariële akte.

Artikel 5: Procedurebepalingen

  • 1.

    Op grond van artikel 7 lid 4 Algemene subsidieverordening dient een aanvraag voor subsidie bij voorkeur van 1 juli tot 1 september van het jaar voorafgaande aan het jaar waarin de activiteiten gaan plaats vinden, te worden ingediend.

  • 2.

    Aanvragen die zijn ingediend vóór de indieningstermijn worden gedateerd op 1 juli.

  • 3.

    Wanneer de aanvrager krachtens art 4:5 van de Algemene Wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de onvolledige aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvulling is ontvangen

  • 4.
    • a.

      Organisaties die voor het derde jaar op rij minder dan € 50.000 per jaar subsidie aanvragen, kunnen voor meerdere jaren subsidie aanvragen met een maximum van vier jaar.

      Bij het verlenen van subsidie voor meerdere jaren, blijven de bepalingen in deze subsidieregeling van kracht. Wanneer het totale subsidiebedrag over de aangevraagde periode hoger wordt dan €5.0000 of €50.000, heeft dat invloed op de verantwoordingseisen genoemd in artikel 11.

  • 5.

    In afwijking van artikel 8, eerste lid, van de Algemene subsidieverordening beslist het college binnen 13 weken op volledige aanvragen die na 1 oktober zijn ingediend.

Artikel 6 Aanvraag

  • 1.

    Op grond van artikel 6 lid 2 en lid 4 van de Algemene subsidieverordening gaat de subsidieaanvraag vergezeld van:

    • a.

      Een omschrijving van de activiteiten waarvoor subsidie wordt verstrekt, van de doelgroep en de omvang hiervan, het tijdpad en de locatie.

    • b.

      Een omschrijving van uw vrijwilligersbeleid, indien van toepassing.

    • c.

      De afspraken met samenwerkingspartner(s), indien van toepassing.

    • d.

      Een begroting van inkomsten en uitgaven voor deze activiteiten

  • 2.

    Voor een organisatie die voor het eerst subsidie aanvraagt, gaat de aanvraag ook vergezeld van:

    • e.

      De balans met de stand van reserves en voorzieningen bij aanvragen vanaf € 5.000 per jaar.

    • f.

      De oprichtingsakte of de statuten

Artikel 7 Berekening van de subsidie.

  • 1.

    De hoogte van de subsidie wordt bepaald aan de hand van de begroting van de subsidiabele activiteit en bedraagt maximaal 100% van de subsidiabele kosten.

  • 2.

    Subsidie kan enkel worden verstrekt voor door het college noodzakelijk te achten kosten na aftrek van redelijkerwijs te verwachten bijdragen van derden zoals inkomsten uit huur, horeca, eigen bijdragen of bijdragen uit andere wetgeving zoals de Wet langdurige zorg of de zorgverzekeringswet

Artikel 8 Reserveringen en voorzieningen

  • 1.

    Bestemmingsreserveringen en voorzieningen zijn alleen toegestaan indien zij onderdeel uitmaken van de subsidieaanvraag en in de beschikking tot toekenning zijn vermeld.

  • 2.

    De volgende reserves en voorzieningen worden onderscheiden:

    • Egalisatiereserve: voor het opvangen van schommelingen in de exploitatie

    • Bestemmingsreserve: voor periodieke investeringen op basis van een meerjarenplan

    • Voorzieningen: om te verwachten toekomstige risico’s op te vangen, zoals:

      • -

        Niet reguliere verplichtingen die sterk fluctueren (ziektevervanging, wachtgeldverplichting, reorganisatiekosten e.d.);

      • -

        Groot onderhoud en renovaties op basis van een meerjarenplan.

  • 3.

    De hoogte van de toegestane reserves en voorzieningen is afhankelijk van de aard van de organisatie en haar activiteiten. Het college van burgemeester en wethouders kunnen hiervoor normen vaststellen.

  • 4.

    Het is instellingen toegestaan het positieve verschil tussen het bedrag van de subsidieverlening en de (lagere) subsidievaststelling toe te voegen aan de egalisatiereserve.

  • 5.

    De egalisatiereserve mag maximaal 10% bedragen van de gemiddelde inkomsten van de instelling over de afgelopen 4 jaar. Indien de aanvragen minder dan vier jaar subsidie heeft ontvangen, geldt het aantal jaren dat subsidie is ontvangen.

  • 6.

    Landelijke organisaties kunnen geen egalisatiereserve of andere reserveringen opbouwen met gemeentelijke subsidie.

  • 7.

    Regionale organisaties die voor hun activiteiten in de regio van meerdere gemeenten subsidie ontvangen, kunnen alleen reserves en voorzieningen opbouwen met gemeentelijke subsidie indien daarover aantoonbare afspraken op regionaal niveau zijn gemaakt of indien er van oudsher een gebruikelijke handelwijze is ontstaan. In deze gevallen kan de afgesproken of gebruikelijke handelwijze worden toegepast.

Artikel 9: Verdeling van de (deel)subsidieplafonds

Er zijn drie deelsubsidieplafonds. Een subsidieplafond voor de activiteiten zoals vermeld in

  • -

    artikel 2 lid 1 onder a t/m f en h,

  • -

    artikel 2 lid 1 onder g en

  • -

    artikel 2 lid 2.

Indien het subsidiebedrag, voor de in beginsel voor honorering in aanmerking komende aanvragen, het subsidieplafond overtreft, gelden achtereenvolgens de onderstaande verdeelregels.

 

  • 1.

    Instellingen die in de periode 1 juli tot 1 september voorafgaande aan het betreffende subsidiejaar, hun volledige aanvraag hebben ingediend (groep A) gaan voor instellingen die vanaf 1 oktober voorafgaand aan het betreffende subsidiejaar hun volledige aanvraag hebben ingediend (groep B).

  • 2.

    Bij de aanvragen uit groep A wordt het subsidiebedrag naar rato verdeeld.

  • 3.

    Aanvragen uit groep B worden afgehandeld in volgorde van ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 4.

    Indien bij toepassing van lid 3 blijkt dat het resterende budget dient te worden verdeeld tussen twee of meer instellingen van wie de aanvraag die op dezelfde datum zijn ontvangen, waarbij het budget ontoereikend is om deze volledige aanvragen volledig te honoreren, dan wordt het budget naar rato verdeeld.

Artikel 10: Verplichtingen

Het college van burgemeester en wethouders kan aan de subsidiëring aanvullende voorwaarden verbinden, voor zover deze naar verwachting de kwaliteit verbetert of de resultaten beter zichtbaar en verantwoord kunnen worden.

Artikel 11: Eindverantwoording

  • 1.

    Voor subsidies tot en met € 5.000 (over de gehele periode waarvoor de subsidie is verleend), gelden de bepalingen van artikel 14 van de Algemene subsidieverordening Dijk en Waard 2022.

  • 2.

    Bij subsidies tussen € 5.000 en € 50.000 (over de gehele periode waarvoor de subsidie is verleend), dient de subsidieontvanger uiterlijk 13 weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht, een aanvraag tot vaststelling in. Op basis van artikel 15 lid 2 van de Algemene subsidieverordening, bevat de aanvraag tot vaststelling:

     

    Voor subsidies verstrekt voor één jaar:

     

    • a.

      een inhoudelijk jaarverslag

    • b.

      een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening)

    Voor meerjarige subsidies:

     

    • a.

      een inhoudelijk jaarverslag

    • b.

      een jaaroverzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening)

    • c.

      De aanvraag tot vaststelling wordt ingediend na afloop van de totale subsidie-periode

  • 3.

    Voor subsidies vanaf € 50.000 (over de gehele periode waarvoor de subsidie is verleend), gelden de bepalingen van artikel 16 van de Algemene subsidieverordening Dijk en Waard 2022.

Artikel 12 Hardheidsclausule

  • 1.

    Het college kan van artikel 4 en 8 van deze subsidieregeling afwijken als daaraan vasthouden voor een subsidieaanvrager of -ontvanger gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zouden zijn tot de daarmee te dienen belangen.

  • 2.

    Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het collegebesluit en hiervan wordt periodiek verslag gedaan aan de raad.

Artikel 13: Slotbepalingen

  • 1.

    De subsidieregeling Kunst en cultuur 2024 wordt ingetrokken, met ingang van de eerste dag na bekendmaking, met dien verstande dat voor aanvragen en vaststellingen voor het jaar 2024 de bepalingen uit deze regeling van toepassing zijn.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking.

  • 3.

    Deze regeling heeft betrekking op activiteiten met ingang van 2025

  • 4.

    De regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Welzijn, Participatie en Jeugd Dijk en Waard 2025.