Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Heemstede

Beleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHeemstede
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2024
CiteertitelBeleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2024
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Beleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2021.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene Plaatselijke Verordening Heemstede 2024

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-06-202401-06-2024nieuwe regeling

28-05-2024

gmb-2024-236389

1253860

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2024

De burgemeester van Heemstede;

 

gelet op artikel 2:78 van de vigerende Algemene Plaatselijke Verordening Heemstede;

 

besluit vast te stellen:

 

Beleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2024

 

Inleiding

In de Algemene Plaatselijke Verordening Heemstede (hierna APV) is artikel 2:78 opgenomen. Dit artikel geeft de burgemeester de bevoegdheid om aan degene die strafbare feiten of openbare orde verstorende handelingen verricht, een verbod op te leggen zich te bevinden op de in het verbod aangewezen plaatsen, waar of in de nabijheid waarvan de gedragingen / handelingen plaatsvonden.

 

Dit verbod wordt opgelegd, in het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, het voorkomen of beperken van aantastingen van het woon- of leefklimaat, de veiligheid van personen of goederen, de gezondheid of de zedelijkheid.

 

Dit verbod staan bekend onder de naam “gebiedsontzeggingen”. In deze regeling is aangegeven hoe de burgemeester van zijn bevoegdheid gebruik maakt.

 

Onderscheid wordt gemaakt tussen 24-uurs gebiedsontzeggingen en langere gebiedsontzeggingen tot maximaal 8 weken.

 

Bij het opleggen van een langere gebiedsontzeggingen wordt onderscheid gemaakt tussen drie, in zwaarte oplopende, categorieën van feiten waarvoor een gebiedsontzegging kan worden opgelegd. Het betreft een niet- limitatieve opsomming van feiten. Als in de bestuurlijke rapportage strafbare feiten worden vermeld, die niet voorkomen in de feitentabel, zoekt de burgemeester aansluiting bij het onderscheid dat het Wetboek van Strafrecht maakt tussen overtreding en misdrijf. Om vervolgens de categorie te bepalen weegt de burgemeester de impact van het strafbare feit(en) op de in artikel 2:78 APV genoemde belangen af.

 

Wordt het strafbare feit in het Wetboek van Strafrecht aangemerkt als een overtreding, dan valt deze onder categorie 1 of 2 van de feitentabel. Als het strafbare feit in het Wetboek van Strafrecht wordt aangemerkt als misdrijf, dan valt deze onder categorie 2 of 3 van de feitentabel.

 

Bij het opleggen van een 24-uurs gebiedsontzegging wordt het onderscheid in categorieën niet gemaakt. Deze kan voor alle categorieën worden opgelegd en wordt gebruikt om overlastplegers direct aan te pakken en de overlastsituatie die zij veroorzaken direct te kunnen beëindigen.

Afwijkingsbevoegdheid

Indien de openbare orde in groepsverband ernstig wordt verstoord, zonder dat duidelijk is wie precies welke gedraging heeft gepleegd en rol heeft gehad, kan van deze regeling worden afgeweken.

 

In gevallen dat de aard en de omstandigheden dat vereisen, kan hij dan ook gemotiveerd de regeling ter zijde stellen, stappen overslaan of samenvoegen om zo als het ware maatwerk te leveren.

 

Feiten Categorie

Termijn ontzegging

Feiten Categorie 1

Strafbare feiten (niet limitatief) waarvoor een gebiedsontzegging kan worden opgelegd

Twee weken

Algemene Plaatselijke Verordening

  • Artikel 2:1 Samenscholing en ongeregeldheden

  • Artikel 2:31 Verboden gedragingen (in openbare inrichting)

  • Artikel 2:41 Betreden gesloten woning of lokaal

  • Artikel 2:42 Plakken en kladden

  • Artikel 2:44 Vervoer inbrekerswerktuigen

  • Artikel 2:47 Hinderlijk gedrag op openbare plaatsen

  • Artikel 2:48 Verboden drankgebruik

  • Artikel 2:49 Verboden gedrag bij of in gebouwen

  • Artikel 2:50 Hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten

  • Artikel 4:8 Natuurlijke behoefte doen

  • Artikel 5:14 Venten

Spoorwegwet en Wet personenvervoer 2000

Handelingen die de orde, rust, veiligheid of goede bedrijfsvoering verstoren op het NS Station te Heemstede als bepaald in, bij of krachtens de Spoorwegwet en de Wet personenvervoer 2000 (artikel 3 respectievelijk artikel 72).

 

Wetboek van Strafrecht

  • Artikel 424, eerste lid, Straatschenderij/baldadigheid

  • Artikel 431 Verstoren nachtrust

Feiten Categorie 2

Strafbare feiten (niet limitatief) waarvoor een gebiedsontzegging kan worden opgelegd

Zes weken

Algemene Plaatselijke Verordening

  • Artikel 2:74 Drugshandel op straat

  • Artikel 2:74a Openlijk drugsgebruik

  • Artikel 3:18 Raamprostitutie

  • Artikel 3:19 Straatprostitutie

  • Overtreding van de gebiedsontzegging van twee weken

Wetboek van Strafrecht

  • Artikel 138 Huisvredebreuk

  • Artikel 139 Lokaalvredebreuk

  • Artikel 141 Openlijke geweldpleging m.u.v. tegen medewerkers publieke taak

  • Artikel 170 Vernieling gebouwen, publiek toegankelijke plaats

  • Artikel 180 Wederspannigheid m.u.v. van tegen medewerkers publieke taak

  • Artikel 184 Negeren bevoegd ambtelijk bevel

  • Artikel 209 Aanbieden vals geld

  • Artikel 225 en artikel 231 Valsheid in geschriften (vals ID)

  • Artikel 252 Dronken voeren

  • Artikel 267 Belediging van een ambtenaar in functie

  • Artikel 285 Bedreiging

  • Artikel 300 Eenvoudige mishandeling

  • Artikel 301 Mishandeling met voorbedachten rade

  • Artikel 306 Deelneming aan aanval of vechtpartij

  • Artikel 310 Eenvoudige diefstal

  • Artikel 311 Diefstal

  • Artikel 350 Vernieling

  • Artikel 416 en artikel 417 (Opzet) heling

  • Artikel 426 Ordeverstoring in dronkenschap

  • Artikel 453 Openbare dronkenschap

  • Artikel 461 Verboden toegang voor onbevoegden

Opiumwet

  • Artikel 2 en artikel 3 Bezit van meer dan gebruikshoeveelheid drugs

Wet wapens en munitie

  • Artikel 13 Vervaardigen etc.

  • Artikel 26 Verbodsbepaling

  • Artikel 27 Dragen en voorhanden hebben categorie II tot en met IV

  • Overige overtredingen Wet wapens en munitie

Recidive van feiten categorie 1 (binnen 6 maanden)

Feiten Categorie 3

Strafbare feiten (niet limitatief) waarvoor een gebiedsontzegging kan worden opgelegd

Acht weken

Wetboek van Strafrecht

  • Artikel 141 Openlijke geweldpleging tegen medewerkers publieke taak

  • Artikel 179 Bedreiging/geweld ambtsverrichting

  • Artikel 180 Wederspannigheid tegen medewerkers publieke taak

  • Artikel 184 Negeren bevoegd ambtelijk bevel

  • Artikel 239 Schennis van de eerbaarheid

  • Artikel 287 (Poging tot) doodslag

  • Artikel 302 en artikel 303 Zware geweldsmisdrijven/zware mishandeling

  • Artikel 304, tweede lid Mishandeling tegen ambtenaar in functie

  • Artikel 312 Diefstal met geweld

  • Artikel 317 Afpersing

  • Artikel 318 Afdreiging

Opiumwet

  • Artikel 2 Verbodsbepaling harddrugs

  • Artikel 3 Verbodsbepaling softdrugs

  • Artikel 10a Voorbereidingshandelingen of handelingen ter bevordering verkoop harddrugs

Recidive van feiten categorie 2 (binnen 6 maanden)

Artikel 1 Procedure voor een ontzegging van maximaal 24 uur

  • 1.

    Een gebiedsontzegging kan worden opgelegd voor de duur van maximaal 24 uur in het belang van de openbare orde, het voorkomen of beperken van overlast, het voorkomen of beperken van aantastingen van het woon- of leefklimaat, de veiligheid van personen of goederen, de gezondheid of de zedelijkheid.

  • 2.

    Een gebiedsontzegging kan worden opgelegd nadat een betrokkene door de politie is aangehouden en/of geverbaliseerd voor overtreding van een of meer van de in de feitentabel genoemde wettelijke bepalingen.

  • 3.

    De politie geeft de burgemeester een afschrift van de in mandaat uitgereikte 24-uurs gebiedsontzegging.

  • 4.

    Bij het besluit wordt een kaart van het gebied gevoegd waarvoor de gebiedsontzegging geldt. Indien voor de burgemeester voldoende aannemelijk is dat de betrokkene een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, worden het gebied of de tijden waarop het verbod van toepassing is daaraan aangepast.

    Het gaat dan om belangen in de persoonlijke sfeer, zoals wonen, werken, het bezoek aan een huisarts, advocaat of hulpverleningsinstanties.

  • 5.

    De burgemeester kan na het verstrijken van de 24-uurs gebiedsontzegging besluiten om een nieuwe gebiedsontzegging op te leggen voor de duur van 24 uur, indien nog steeds, dan wel op zeer korte termijn opnieuw, vrees bestaat voor een verstoring van de openbare orde.

Artikel 2 Procedure voor een ontzegging van meer dan 24 uur

  • 1.

    Voor het opleggen van een gebiedsontzegging van meer dan 24 uur is de ontvangst van de bestuurlijke rapportage/mutatie of een (mini)proces-verbaal voor de burgemeester de basis. De verblijfsontzegging kan voor maximaal 8 weken worden opgelegd. In de rapportage/mutatie worden de strafbare feiten vermeld waarvan betrokkene wordt verdacht deze gepleegd te hebben. Aan de hand van de feitentabel, die onderdeel is van deze regeling, wordt vastgesteld voor hoe lang de gebiedsontzegging wordt opgelegd. Onder “strafbaar feit “wordt ook “poging tot strafbaar feit” verstaan indien hierdoor de openbare orde wordt verstoord.

  • 2.

    Het uitgangspunt is vervolgens dat binnen 10 werkdagen na ontvangst van genoemde rapportage/ (mini) proces verbaal een voornemen voor het opleggen van gebiedsontzegging en/of een bestuurlijke waarschuwing naar de betrokkene wordt gestuurd.

  • 3.

    Conform artikel 4:8 van de Algemene wet bestuursrecht wordt de betrokkene in de gelegenheid gesteld om zijn zienswijze te geven. De termijn voor het geven van de zienswijze is 10 werkdagen gerekend vanaf de dag na verzending van het voornemen en/of de in het voornemen vermelde datum. Van de zienswijze wordt afgezien bij spoedeisende gevallen.

  • 4.

    De burgemeester neemt een besluit binnen 10 werkdagen na ontvangst van de zienswijze/of na verloop van de zienswijzetermijn. Deze termijn kan eenmaal worden verlengd met maximaal 10 werkdagen als door de zienswijze en/of informatie van de politie nader onderzoek door de burgemeester noodzakelijk wordt geacht.

  • 5.

    Bij het besluit wordt een kaart gevoegd waarop het gebied, waarvoor de gebiedsontzegging geldt, is aangegeven. Indien voor de burgemeester voldoende aannemelijk is dat betrokkene een zwaarwegend belang heeft om zich in het gebied op te houden, worden het gebied of de tijden waarop het verbod van toepassing is daaraan aangepast.

    Het gaat dan om belangen in de persoonlijke sfeer, zoals wonen, werken, het bezoek aan een huisarts, advocaat of hulpverleningsinstanties.

  • 6.

    De ontzegging kan voor maximaal 8 weken worden opgelegd en geldt voor de gehele dag (24 uur). Tegen een gebiedsontzegging kan binnen zes weken gerekend vanaf de dag na verzending van het besluit bezwaar worden aangetekend.

Artikel 3 Overige procedureregels

  • 1.

    Meerdere feiten

    De burgemeester kan een langere gebiedsontzegging opleggen indien de betrokkene meerdere strafbare feiten heeft gepleegd, met een maximum van 8 weken.

  • 2.

    Betrokkene in voorlopige hechtenis / opschorting gebiedsontzegging

    In het geval de gebiedsontzegging wordt opgelegd op het moment dat de betrokkene zich (nog) in voorlopige hechtenis bevindt, gaat de gebiedsontzegging in op de dag na vrijlating en/of opheffing van de voorlopige hechtenis.

    De burgemeester kan afzien van het opleggen van een gebiedsontzegging als de betrokkene meer dan 8 weken in voorarrest / hechtenis heeft gezeten.

  • 3.

    Geldige gebiedsontzegging

    Als aan een persoon een gebiedsontzegging wordt opgelegd terwijl er voor hem al een gebiedsontzegging voor (een gedeelte van) datzelfde gebied geldt, gaat de nieuwe gebiedsontzegging in na afloop van de eerder opgelegde gebiedsontzegging.

  • 4.

    Waarschuwing

    In plaats van een gebiedsontzegging kan de burgemeester een bestuurlijke waarschuwing geven. Dit kan hij bijvoorbeeld doen indien sprake is van 1 overtreding van bovenstaande genoemde feiten en uit de feiten en omstandigheden blijkt dat de kans op herhaling klein is en geen gevaar bestaat voor de in artikel 2:78 van de APV genoemde belangen. Een bestuurlijke waarschuwing is geen besluit.

    Als de betrokkene in de 6 maanden voorafgaand aan de aanhouding/staande houden een op naam gestelde waarschuwing heeft ontvangen, wordt een gebiedsontzegging opgelegd aan betrokkene conform de termijn uit de feitentabel, aangezien er gerechtvaardigde vrees bestaat voor hernieuwde openbare ordeverstoring.

  • 5.

    Recidive

    Als de betrokkene in de 6 maanden voorafgaand aan de aanhouding/staande houden een gebiedsontzegging is uitgereikt dan wordt opnieuw een gebiedsontzegging opgelegd conform de termijn uit de feitentabel, aangezien er gerechtvaardigde vrees bestaat voor hernieuwde openbare ordeverstoring.

Artikel 4 Register

Van de toepassing van de gebiedsontzeggingen wordt een register bijgehouden.

Artikel 5 Intrekken oude regeling

Het Beleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2021 wordt ingetrokken.

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt, voor zover nodig met terugwerkende kracht, in werking op 1 juni 2024.

Artikel 7 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Beleid gebiedsontzeggingen Heemstede 2024.

Vastgesteld door de burgemeester bij besluit van 28 mei 2024.