Artikel 1 begripsbepalingen
In deze regeling wordt verstaan onder:
- 1.
beleidskader zonneparken in Heerenveen: door de gemeenteraad vastgesteld beleidskader waarin staat aan welke voorwaarden initiatiefnemers van nieuwe zonneparken zich moeten houden.
- 2.
college: college van burgemeester en wethouder van de gemeente Heerenveen;
- 3.
energiecollectief/bewonersgroep: een stichting, vereniging, energiecoöperatie of een groep van bewoners waaraan minimaal 10 eigenaar-bewoners uit Heerenveen aantoonbaar aan deelnemen.
- 4.
energiecoöperatie: een groep particulieren of bedrijven die met elkaar energie opwekken, inkopen of besparen. De leden zijn verenigd in een coöperatie.
- 5.
lokaal energie-initiatief: een project waarin een energiecollectief/bewonersgroep samen met de lokale gemeenschap werkt aan energiebesparing en/of lokale opwekking van eigen duurzame energie;
- 6.
Transitievisie warmte: door de gemeenteraad vastgestelde visie voor het duurzaam aardgasvrij maken van de gebouwde omgeving.
Artikel 2 Doel
De subsidie heeft tot doel een bijdrage te leveren aan het ontstaan van energiecollectieven/bewonersgroepen en om lokale energie-initiatieven op het gebied van besparing en duurzame energie te stimuleren.
Artikel 3 Doelgroep
Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een energiecollectief/bewonersgroep, afkomstig uit de gemeente Heerenveen.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor het oprichten van een energiecoöperatie en voor het opzetten, voorbereiden en uitvoeren van een lokaal energie-initiatief.
Artikel 5 Subsidieplafond
Het subsidieplafond bedraagt € 200.000.
Artikel 6 Aanvraag
Een aanvraag voor subsidie wordt ingediend door middel van een daartoe beschikbaar gesteld aanvraagformulier. Tevens dienen bij de aanvraag de in het aanvraagformulier genoemde stukken te worden gevoegd.
Artikel 7 Weigeringsgronden
Subsidie wordt in ieder geval geweigerd voor zover:
- 1.
de aanvrager niet valt binnen de in artikel 3 bedoelde doelgroep van de regeling;
- 2.
de aangevraagde activiteiten plaatsvinden buiten de gemeente Heerenveen;
- 3.
de activiteit naar het oordeel van het college niet of onvoldoende voldoet aan de in artikel 2 genoemde doelstelling van de regeling of een of meerdere van de in artikel 8 genoemde toetsingscriteria;
- 4.
aan de aanvrager op het moment van ontvangst van de aanvraag voor een project in hetzelfde kalenderjaar binnen dezelfde categorie als bedoeld in artikel 8 reeds subsidie is verstrekt op grond van deze regeling, behoudens de situaties als bedoeld in artikel 16;
- 5.
de activiteiten naar het oordeel van het college financieel of praktisch onuitvoerbaar zijn;
- 6.
de activiteiten zijn uitgevoerd voordat de aanvraag is ontvangen.
Artikel 8 Toetsingscriteria
In deze subsidieregeling worden de volgende categorieën aanvragers onderscheiden, die aan de volgende criteria dienen te voldoen om voor subsidie in aanmerking te komen:
- a.
duurzame beginners:
- 1.
de aanvraag is ingediend door een energiecollectief/bewonersgroep.
- 2.
er zijn ten minste tien huishoudens als deelnemer verbonden aan het project; en
- 3.
het project past binnen de kaders van de transitievisie warmte.
- b.
duurzame doorzetters:
- 1.
de aanvraag wordt ingediend door een energiecollectief/bewonersgroep.
- 2.
er zijn ten minste twintig huishoudens als deelnemer verbonden aan het project;
- 3.
het project bevat collectieve meerwaarde die moet blijken uit het feit dat het project makkelijk opschaalbaar of dupliceerbaar is; en
- 4.
het project past binnen de kaders van de transitievisie warmte.
- c.
duurzame koplopers:
- 1.
de aanvraag wordt ingediend door een stichting, coöperatie of vereniging, niet zijnde in oprichting;
- 2.
er zijn ten minste vijftig huishoudens als deelnemer verbonden aan het project;
- 3.
het project past binnen de kaders van de transitievisie warmte of het beleidskader zonneparken in Heerenveen; en
- 4.
het project bevat collectieve meerwaarde, die moet blijken uit het feit dat het project makkelijk opschaalbaar of dupliceerbaar is;
- d.
duurzame experts:
- 1.
de aanvraag wordt ingediend door een stichting, coöperatie of vereniging, niet zijnde in oprichting;
- 2.
de aanvrager heeft aantoonbare ervaring met het opzetten en uitvoeren van grotere projecten met als doel energiebesparing, duurzame energieopwekking of energieopslag;
- 3.
er zijn ten minste vijftig huishoudens als deelnemer verbonden aan het project;
- 4.
de aanvrager laat door gespreksverslagen zien dat er voorafgaand aan de aanvraag minimaal twee gesprekken hebben plaatsgevonden met de betrokken energie-ambtenaar van de gemeente over de opzet van het projectplan, waarbij die gesprekken niet langer dan zes maanden voorafgaand aan ontvangst van de subsidieaanvraag plaats hebben gevonden en zijn afgerond met een positief advies van de energieambtenaar voor het uitvoeren van de activiteiten;
- 5.
het project past binnen de kaders van de transitievisie warmte of het beleidskader zonneparken in Heerenveen; en
- 6.
het project is aanvullend op het huidige aanbod binnen de gemeente Heerenveen.
Artikelen 9 Subsidiabele kosten
De volgende kosten komen voor subsidie in aanmerking:
- 1.
Kosten die gemaakt worden voor het oprichten van een energiecoöperatie of vereniging zoals:
- a.
- b.
kosten van zaalhuur en catering voor bewonersbijeenkomsten;
- c.
kosten van ledenwervingsactiviteiten zoals het ontwikkelen van promotiemateriaal en website.
- 2.
Kosten die gemaakt worden voor het opzetten, voorbereiden en uitvoeren van een lokaal energie-initiatief zoals:
- a.
advies-, proces- en ontwikkelkosten;
- b.
- c.
- d.
kosten voor juridisch advies;
- e.
kosten voor de uitvoering van fysieke maatregelen.
- 3.
Kosten als bedoeld in het tweede lid, onder e, komen slechts voor subsidie in aanmerking, voor zover zij minder bedragen dan 20% van de totale kosten, of als ze niet gesubsidieerd kunnen worden vanuit een andere subsidieregeling.
Artikel 10 Niet subsidiabele kosten
De volgende kosten komen niet voor subsidie in aanmerking:
- a.
kosten die niet rechtstreeks aan het project zijn toe te rekenen.
- b.
het uurloon van leden van het lokaal energie-initiatief
Artikel 11 Subsidiehoogte
De hoogte van de subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten, voor zover die redelijk en noodzakelijk zijn in relatie tot het doel van deze regeling, tot een maximum van:
- a.
€ 2.500 voor de in artikel 8, onder a bedoelde categorie;
- b.
€ 7.500 voor de in artikel 8, onder b bedoelde categorie;
- c.
€ 12.500 voor de in artikel 8, onder c bedoelde categorie;
- d.
€ 25.000 voor de in artikel 8, onder d bedoelde categorie.
Artikel 12 Verdeelsystematiek
- 1.
Subsidieaanvragen worden beoordeeld op volgorde van datum van binnenkomst, waarbij de datum waarop de aanvraag volledig is, geldt als datum van binnenkomst.
- 2.
Voor zover door verstrekking van de subsidie voor aanvragen, die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.
Artikel 14 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Het lokaal energie-initiatief aan wie een subsidie is verleend, worden de volgende verplichtingen opgelegd
- 1.
Bij subsidieverstrekking voor kosten zoals opgenomen in artikel 9 dient de uitvoering van het lokaal energie-initiatief te worden gestart binnen 1 jaar na subsidieverlening;
- 2.
Het lokaal energie-initiatief is verplicht een eindproduct op te leveren bestaande uit een plan van aanpak en eindrapportage. Deze eindrapportage mag door de gemeente vrijelijk verspreid worden;
- 3.
Het lokaal energie-initiatief onderzoekt actief op welke manier samenwerking en uitbreiding mogelijk is, wanneer er sprake is van verschillende lokaal energie-initiatieven in één buurt of wijk.
Artikel 15 Bevoorschotting en betaling
- 1.
De subsidie als bedoeld in artikel 8, onder a en b worden zonder voorafgaande subsidieverlening vastgesteld en uitbetaald.
- 2.
Het voorschot van subsidies als bedoeld in artikel 8, onder c en d bedraagt 80% van het verleende subsidiebedrag en wordt verstrekt tegelijkertijd met de subsidieverlening.
Artikel 16 Wijziging subsidie
- 1.
De subsidievaststellingbeschikking voor een subsidie als bedoeld in artikel 8, onder a, kan op verzoek van de subsidieontvanger worden vervangen door een subsidieverleningsbeschikking voor een subsidie als bedoeld in onderdeel b van dat artikel.
- 2.
Een verzoek als bedoeld in het vorige lid wordt getoetst aan de criteria als genoemd in artikel 8 onder b.
- 3.
De subsidieverleningsbeschikking voor een subsidie als bedoeld in artikel 8, onder b, kan, indien de subsidie nog niet is vastgesteld, op verzoek van de subsidieontvanger worden gewijzigd naar een subsidieverleningsbeschikking voor een subsidie als bedoeld in onderdeel c of d van dat artikel.
- 4.
Een verzoek als bedoeld in het vorige lid wordt getoetst aan de criteria als genoemd in artikel 8 onder c, respectievelijk onder d.
- 5.
De subsidieverleningsbeschikking voor een subsidie als bedoeld in artikel 8, onder c, kan, indien de subsidie nog niet is vastgesteld, op verzoek van de subsidieontvanger worden gewijzigd naar een subsidieverleningsbeschikking voor een subsidie als bedoeld in onderdeel d van dat artikel.
- 6.
Een verzoek als bedoeld in het vorige lid wordt getoetst aan de criteria als genoemd in artikel 8 onder d.
- 7.
Een verzoek als bedoeld in het eerste, derde en vijfde lid wordt slechts gehonoreerd indien zij betrekking heeft op activiteiten in hetzelfde kalenderjaar als de oorspronkelijke aanvraag.
Artikel 17 Prestatieverantwoording
- 1.
De ontvanger van een subsidie als bedoeld in artikel 8, aanhef onder c en d, dient binnen 13 weken na uitvoering van de activiteiten een aanvraag tot vaststelling in.
- 2.
De aanvraag bevat in ieder geval:
- a.
een inhoudelijk verslag waaruit blijkt in hoeverre de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht en aan de verplichtingen is voldaan;
- b.
een overzicht van de gesubsidieerde activiteiten en de hieraan verbonden uitgaven en inkomsten (financieel verslag of jaarrekening).
Artikel 16 Hardheidsclausule
Het college kan, in bijzondere gevallen een of meerdere artikelen van deze subsidieregeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.
Artikel 17 Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking en vervalt van rechtswege op 1 januari 2026.
Artikel 18 Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling energie-initiatieven energiefonds.