Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Alphen aan den Rijn

Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie Alphen aan den Rijn 2024 (NIP-LAI-AR)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAlphen aan den Rijn
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie Alphen aan den Rijn 2024 (NIP-LAI-AR)
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-06-202401-01-202401-01-2027Nieuwe regeling

23-04-2024

gmb-2024-233374

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie Alphen aan den Rijn 2024 (NIP-LAI-AR)

Besluit van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn tot vaststelling van de Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie Alphen aan den Rijn 2024 (NIP-LAI-AR).

Het College van burgemeester en wethouders van Alphen aan den Rijn;

overwegende dat:

  • het kabinet geld beschikbaar heeft gesteld om kwetsbare huishoudens te ondersteunen bij het nemen van energiebesparende maatregelen door middel van het Nationaal Isolatie Programma (NIP);

  • het gemeentebestuur dit programma middels de SpUk Lokale Aanpak Isolatie (SpUK LAI) middelen heeft aangevraagd en ontvangen;

  • het gemeentebestuur deze middelen wil inzetten door middel van een subsidieregeling om bepaalde woningen in Alphen aan den Rijn te ondersteunen bij het treffen van isolatiemaatregelen;

gelet op de Algemene subsidieverordening Gemeente Alphen aan den Rijn 2020;

besluit vast te stellen de

Subsidieregeling Lokale Aanpak Isolatie Alphen aan den Rijn 2024 (NIP-LAI-AR)

Artikel 1: begripsbepaling

appartement:

  • a.

    deel van een gebouw waarop een appartementsrecht rust en waarvoor een VvE is opgericht;

  • b.

    woning in een gebouw, waarvoor een wooncoöperatie is opgericht; of

  • c.

    woning in een gebouw van een woonvereniging;

arbeidskosten:

kosten die verband houden met het verrichten van arbeid voor het aanbrengen van isolatiematerialen en energiezuinige ventilatiemaatregelen en de benodigde constructie door een bouwinstallatiebedrijf;

ASV:

Algemene subsidieverordening Alphen aan den Rijn;

bouwinstallatiebedrijf:

bedrijf dat in een handelsregister van een lidstaat van de Europese Unie of een van de overige staten die partij zijn bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte is ingeschreven in de sectie bouwinstallatiebedrijf of een vergelijkbare sectie;

college:

college van burgemeester en wethouders van gemeente Alphen aan den Rijn;

doe-het-zelf:

aankoop en aanbrengen van isolatiemaatregelen wordt door de aanvrager zelf gedaan;

eigenaar-bewoner:

natuurlijk persoon die de woning waarvoor de maatregelen worden aangevraagd in eigendom heeft of krijgt, en die daarin zijn hoofdverblijf heeft of zal hebben en geen onderdeel uitmaakt van een VvE;

energielabel:

een energielabel als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van het Besluit energieprestatie gebouwen;

energietoeslag:

eenmalige tegemoetkoming voor energiekosten in 2022 of in 2023 verstrekt door de gemeente Alphen aan den Rijn;

energiezuinige ventilatiemaatregelen:

het voor de eerste keer aanleggen van een systeem voor een CO2-gestuurde ventilatie of het voor de eerste keer aanleggen van een systeem voor balansventilatie met warmteterugwinning met een rendement van ten minste 90%;

gemengde vereniging:

VvE, woonvereniging of wooncoöperatie ten behoeve van gebouwen waarin zich ten minste één koopappartement bevindt;

lage WOZ waarde:

lager dan €362.000 in 2022;

materiaalkosten:

kosten voor nieuw isolatiemateriaal of nieuwe energiezuinige ventilatiemaatregelen;

Rc-waarde:

warmteweerstand van de totale constructie;

Rd-waarde:

warmteweerstand van het isolatiemateriaal, uitgedrukt in m2 K/W;

slecht geïsoleerde woningen:

een woning met een energielabelklasse D, E, F, G of een met die labelklassen vergelijkbare energetische staat, waaronder wordt verstaan een woning waarin ten minste twee van de volgende bestaande bouwdelen niet of slecht geïsoleerd zijn:

  • a.

    de vloer en de bodem;

  • b.

    de gevel, waaronder de spouwmuur;

  • c.

    het dak en de zoldervloer en vlieringvloer;

  • d.

    de ramen;

U-waarden:

  • Ug (g=glass) warmteweerstand van raam-of deurglas zonder kozijnen, uitgedrukt in W/m2K;

  • Up (p=panel) warmteweerstand van een paneel of deur, uitgedrukt in W/m2K;

  • Uf (f=frame) warmteweerstand van het raam- of deurkozijn zonder het glas, uitgedrukt in W/m2K;

  • Ud (d=door) combineer de Up-, Ug-, en Uf-waarde en de afstandshouders van het glas voor de totale isolatiewaarde van de deur, uitgedrukt in W/m2K;

  • Uw (w=window) combineer de Up-, Ug, en Uf-waarde en de afstandshouders van het glas voor de totale isolatiewaarde van het raam, uitgedrukt in W/m2K

woning:

woongelegenheid als bedoeld in artikel 1, eerste lid, van de Woningwet, waaronder tevens wordt begrepen een appartement, en als zodanig bewoond is geweest alvorens een renovatie plaatsvindt en in de basisregistratie als bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen met een woonfunctie is geregistreerd;

wooncoöperatie:

wooncoöperatie als bedoeld in artikel 18a van de Woningwet;

vereniging van eigenaars (VvE):

vereniging van de eigenaars als bedoeld in artikel 112, eerste lid, onderdeel e, van Boek 5 van het Burgerlijk Wetboek;

slecht geïsoleerd bouwdeel:

  • dak, hellend/plat: geen, slechte en matige isolatie. Minder dan 9 cm aanwezig, Rc ≤ 2,0

  • dak, zolder-/vlieringvloerisolatie: Als er geen zolder-/vlieringvloerisolatie aanwezig is, Rc ≤ 0,5

  • gevel: Geen spouwmuurisolatie, voorzetwand of buitengevelisolatie aanwezig Rc ≤ 1,1

  • vloer-/bodemisolatie: Geen of slechte vloer- en bodemisolatie aanwezig. Minder dan 5cm aanwezig, Rc ≤ 1,3

  • glas: Enkel glas, oud dubbelglas en HR glas. Ug waarde ≥ 1,6.

Artikel 2: doelstelling

Woningen met een lage WOZ-waarde die slecht zijn geïsoleerd voorzien van energiebesparende isolatiemaatregelen, waar mogelijk in samenhang met energiezuinige ventilatiemaatregelen.

Artikel 3: doelgroep

  • 1.

    Subsidie kan worden aangevraagd door:

    • a.

      eigenaar-bewoners, indien:

      • de woning slecht geïsoleerd is;

      • een lage WOZ-waarde heeft;

      • is gelegen in de gemeente Alphen aan den Rijn, en;

      • is gebouwd voor 1992;

    • b.

      een VvE of een gemengde VvE indien:

      • minimaal 60% van de appartementen slecht geïsoleerd is;

      • als minimaal 80% van de appartementen in het gebouw een lage WOZ heeft, en;

      • het gebouw gelegen is in de gemeente Alphen aan den Rijn en;

      • het gebouw is gebouwd voor 1992.

  • 2.

    Woningcorporaties en particuliere verhuurders in VvE’s komen niet voor subsidie in aanmerking.

Artikel 4: activiteiten

Uitsluitend de volgende activiteiten komen voor subsidie in aanmerking:

  • a.

    Dakisolatie van binnenuit (in m2) waarbij:

    • bij eigenaar-bewoners minimaal 20m2 dakoppervlak wordt geïsoleerd, of;

    • bij VvE’s minimaal 70% van de oppervlakte van het gehele dak behorend tot de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd;

    • het toegevoegde isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft, en;

    • het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

  • b.

    Zolder of vlieringvloer-isolatie (in m2) waarbij:

    • bij eigenaar-bewoners minimaal 20m2 zolder of vlieringvloeroppervlak wordt geïsoleerd, of;

    • bij VvE’s minimaal 70% van de oppervlakte van het gehele dak behorend tot de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd;

    • het toegevoegde isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft en;

    • het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

  • c.

    Gevelisolatie, minimaal 10 m2 per woning, waarbij het toegevoegde isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft.

  • d.

    Spouwmuurisolatie in m2, waarbij:

    • bij eigenaar-bewoners minimaal 10 m2 van de oppervlakte van bestaande spouwmuren in de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd of, bij VvE’s minimaal 10 m2 per appartement van de oppervlakte van bestaande spouwmuren in de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd;

    • het isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 1,1 m2K/W heeft; en

    • het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

  • e.

    Vloer- dan wel bodemisolatie, waarbij:

    • bij eigenaar-bewoners minimaal 20m2 van het bestaande vloeroppervlak of het bestaande bodemoppervlak in de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd, of bij VvE’s minimaal 70% van de oppervlakte van de gehele vloer behorend tot de bestaande thermische schil wordt geïsoleerd, en;

    • het isolatiemateriaal een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W heeft, en;

    • het aanbrengen van lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

  • f.

    Glas en kozijnpanelen Ug en Up ≤ 1,2 W/m2, minimaal 8m2 per woning.

  • g.

    Isolerende deuren Ud ≤ 1,5 W/m2K Glas en kozijnpanelen Ug en Up ≤ 0,7 W/m2K.

  • h.

    Isolerende deuren Ud ≤ 1,0 W/m2K i.c.m. nieuwe isolerende kozijnen Uf ≤ 1,5 W/m2K.

  • i.

    CO2-gestuurde ventilatie.

  • j.

    Balansventilatie met WTW.

Artikel 5: aanvraagprocedure eigenaar-bewoners

  • 1.

    Een aanvraag voor subsidieverlening wordt ingediend bij het college.

  • 2.

    Bij het indienen van de aanvraag wordt gebruik gemaakt van het door het college vastgesteld digitale aanvraagformulier.

  • 3.

    Alleen volledige aanvragen worden in behandeling genomen.

  • 4.

    Een aanvraag voor subsidieverlening is volledig indien:

    • a.

      de aanvrager het aanvraagformulier volledig en naar waarheid heeft ingevuld, en;

    • b.

      alle gevraagde gegevens en bescheiden zijn bijgevoegd.

  • 5.

    Bij de aanvraag worden de volgende gegevens overlegd:

    • a.

      naam;

    • b.

      adres;

    • c.

      telefoonnummer;

    • d.

      e-mailadres;

    • e.

      IBAN-nummer en kopie bankpas, of;

    • f.

      indien de subsidieontvanger ervoor kiest de betaling aan het bouwinstallatiebedrijf te laten betalen bij de vaststelling, het rekeningnummer van het bouwinstallatiebedrijf met toestemming van het bedrijf om de subsidie direct aan het bedrijf te betalen;

    • g.

      een offerte van maximaal 3 maanden oud op het moment van aanvragen, van een daartoe gespecialiseerd bouwinstallatiebedrijf, met daarop vermeld:

      • eigenaar van de woning;

      • adres;

      • de isolatiemaatregelen inclusief merk, isolatiewaarde en afmetingen;

      • (verwachte) datum van installatie;

      • onderscheid in materiaalkosten en direct gerelateerde arbeidskosten voor het aanbrengen van de maatregelen en overige werkzaamheden;

    • h.

      bij doe-het-zelf: een projectplan en een begroting van de kosten van het materiaal inclusief afmetingen en verwachte datum van installatie;

    • i.

      indien beschikbaar: een kopie van het geregistreerde energielabel van de woning of foto’s waaruit de slechte isolatie bij twee bouwdelen blijkt, en;

    • j.

      bij isolatie van buitenaf en spouwmuurisolatie: een bewijs dat aan de geldende wet- en regelgeving wordt voldaan;

    • k.

      indien de aanvrager energietoeslag heeft ontvangen een fotokopie van de energietoeslagbeschikking of rekeningafschrift van de betaling door de gemeente.

  • 6.

    Per adres wordt éénmalig subsidie verstrekt.

Artikel 6: aanvraagprocedure VvE’s

  • 1.

    Een aanvraag voor subsidieverlening wordt ingediend bij het college.

  • 2.

    Bij het indienen van de aanvraag wordt gebruik gemaakt van het door het college vastgestelde digitale aanvraagformulier.

  • 3.

    Alleen volledige aanvragen worden in behandeling genomen.

  • 4.

    Een aanvraag voor subsidieverlening is volledig indien:

    • a.

      de aanvrager het aanvraagformulier volledig en naar waarheid heeft ingevuld, en;

    • b.

      alle gevraagde gegevens en bescheiden zijn bijgevoegd.

  • 5.

    Bij de aanvraag worden de volgende gegevens overlegd:

    • a.

      telefoonnummer contactpersoon;

    • b.

      e-mail contactpersoon;

    • c.

      IBAN-nummer VvE-rekening;

    • d.

      kopie bankpas of rekeningafschrift VvE-rekening;

    • e.

      Registratienummer Kamer van Koophandel;

    • f.

      een offerte van een bouwinstallatiebedrijf, met daarop vermeld:

      • naam VvE;

      • adressen;

      • de isolatiemaatregelen met daarbij in ieder geval vermeld de isolatiewaarden en afmetingen;

      • datum van installatie of verwachte datum van installatie;

      • onderscheid in materiaalkosten en direct gerelateerde arbeidskosten voor het aanbrengen van de maatregelen en overige werkzaamheden;

      • KvK-nummer van het bouwinstallatiebedrijf;

    • g.

      per uit te voeren activiteit een op naam van de VvE gestelde en door de VvE goedgekeurde offerte met vermelding van KvK-nummer van het bouwinstallatiebedrijf en waaruit de te maken kosten van de activiteit blijken;

    • h.

      een verklaring dat ten minste 60% van de appartementen die vallen onder de VvE een energielabel D of slechter of twee slechte bouwdelen heeft;

    • i.

      een energieadvies opgesteld voor de VvE;

    • j.

      een verslag van de VvE-ledenvergadering met het besluit van de VvE over de voorgenomen activiteiten, de financiële consequenties en de aanvraag van subsidie bij het college, conform splitsingsakte;

    • k.

      een overzicht van alle appartementen in het gebouw met per appartement toegelicht waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, de adresgegevens, de WOZ waarde en een kopie van het geregistreerde energielabel of aangegeven de twee slechte bouwdelen;

    • l.

      het subsidiebedrag dat per appartement wordt aangevraagd;

    • m.

      indien er sprake is van een gemengde VvE: per appartement de adresgegevens van de huur appartementen;

    • n.

      indien de subsidieaanvraag betrekking heeft op een investering voor dakisolatie dan wel zolder- of vlieringvloerisolatie via het isoleren van de bestaande zolder- of vlieringvloer bedoeld in artikel 7, tweede lid, onderdeel a, een verklaring van de VvE dat de zolder of vliering onverwarmd is;

    • o.

      indien sprake is van een gemengde VvE: een verklaring waaruit blijkt dat het lid of de leden die appartementen verhuren niet meer staatssteun ontvangen dan is toegestaan op basis van de de-minimisverordening of op basis van artikel 38bis van de Algemene Groepsvrijstellingsverordening.

  • 6.

    Bij isolatie van buitenaf en spouwmuurisolatie: een bewijs dat aan de geldende wet- en regelgeving wordt voldaan.

  • 7.

    Per VvE wordt éénmalig subsidie verstrekt.

Artikel 7: subsidiabele kosten

  • 1.

    De volgende kosten komen voor subsidie in aanmerking:

    • a.

      materiaalkosten;

    • b.

      arbeidskosten van bouwinstallatiebedrijven.

  • 2.

    De volgende kosten zijn niet subsidiabel:

    • a.

      arbeidskosten van doe-het-zelvers;

    • b.

      vergunningskosten;

    • c.

      huur of aanschaf van gereedschap;

    • d.

      vervoerskosten;

    • e.

      verzendkosten;

    • f.

      advieskosten;

    • g.

      afwerkingskosten;

    • h.

      materiaalkosten van tweedehands materialen, en;

    • i.

      kosten van maatregelen die verplicht zijn vanuit bestaande regelgeving;

    • j.

      kosten voor regulier onderhoud.

Artikel 8: hoogte van de subsidie

  • 1.

    De subsidie bedraagt maximaal 50% van de subsidiabele kosten tot een maximum van € 1.460.

  • 2.

    In afwijking van het eerste lid komt voor doe-het-zelvers 100% van de gemaakte subsidiabele kosten in aanmerking voor subsidie tot een maximum van € 1.460.

  • 3.

    In afwijking van het eerste lid en het tweede lid komt voor eigenaar-bewoners die in 2022 of in 2023 energietoeslag hebben ontvangen 100% van de gemaakte subsidiabele kosten in aanmerking voor subsidie tot een maximum van € 4.000.

Artikel 9: verdeling van het subsidieplafond

  • 1.

    Het subsidieplafond voor deze subsidieregeling bedraagt €2.000.000

  • 2.

    Het subsidieplafond wordt tot 31 december 2025 opgedeeld in twee deelplafonds:

    • a.

      €1.400.000 voor eigenaar-bewoners;

    • b.

      €600.000 voor VvE's.

  • 3.

    Het college kan besluiten het subsidieplafond of een deelplafond te verhogen per separaat bekend te maken besluit.

  • 4.

    Subsidie kan worden aangevraagd vanaf de dag na de dag van publicatie in het gemeenteblad tot 31 december 2026.

  • 5.

    Subsidie kan worden aangevraagd voor activiteiten die plaatsvinden en betaald zijn tussen 1 januari 2024 en 31 december 2026.

  • 6.

    Subsidieaanvragen worden op volgende van binnenkomst afgehandeld totdat het deelplafond is bereikt.

  • 7.

    Een subsidie zoals bedoeld in artikel 8 lid 3 wordt maximaal 143 keer toegekend.

Artikel 10: betalingen

  • 1.

    De subsidie wordt betaald aan de subsidieontvanger nadat de subsidie is vastgesteld.

  • 2.

    Indien bij de subsidieaanvraag is gekozen om de subsidie direct aan het bouwinstallatiebedrijf te betalen, betaalt het college de subsidie direct aan het bouwinstallatiebedrijf.

Artikel 11: verplichtingen van de subsidieontvanger

Subsidieontvangers die subsidie ontvangen op grond van deze regeling zijn verplicht:

  • a.

    de getroffen maatregelen minimaal 5 jaar in stand te laten;

  • b.

    de activiteiten binnen 12 maanden nadat de subsidie is verleend uit te voeren, maar uiterlijk 31 december 2026;

  • c.

    mee te werken aan onderzoek ten behoeve van controle van de resultaten;

  • d.

    zorg te dragen dat de werkzaamheden goed worden uitgevoerd.

Artikel 12: verantwoording en vaststelling

  • 1.

    Het college kan subsidieaanvragen direct vaststellen indien de activiteiten op het moment van aanvragen reeds zijn uitgevoerd.

  • 2.

    De aanvraag tot vaststelling wordt gedaan uiterlijk 31 december 2026 en bevat facturen en digitale betaalbewijzen waaruit blijkt dat de activiteiten zijn uitgevoerd.

  • 3.

    In aanvulling op het tweede lid bevat de aanvraag tot vaststelling van doe-het-zelvers tevens foto’s van voor, tijdens en na het uitvoeren van de maatregel en een activiteitenverslag.

  • 4.

    Indien de subsidieontvanger bij de aanvraag tot subsidieverlening heeft aangegeven dat de betaling direct aan het bouwinstallatiebedrijf mag worden gedaan kan, in afwijking van het tweede lid, worden volstaan met een factuur.

Artikel 13: hardheidsclausule

Het college kan de bepalingen uit deze subsidieregeling (deels) buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het belang dat deze regeling beoogt te beschermen leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 14: inwerkingtreding

De subsidieregeling treedt met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2024 en geldt tot en met 31 december 2026.

Artikel 15: citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling isolatie NIP Alphen aan den Rijn 2024

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het College d.d. 23 april 2024

de burgemeester de secretaris,

Toelichting

Toelichting artikel 1

lage WOZ waarde:

€ 362.000 was de gemiddelde WOZ-waarde in 2022 in gemeente Alphen aan den Rijn;

WTW

warmte terugwin-installatie;

woning

in principe kan geen subsidie worden aangevraagd voor maatregelen aan schuren of garages, tenzij deze aantoonbaar een woonbestemming hebben;

slecht geïsoleerd bouwdeel

deze waarden komen van de website van de RVO. De tabel is hieronder volledig weergegeven.

 

Bouwdeel

Wanneer aanpakken?

Indicatie dikte of Rc of U-waarde

Dak, hellend/plat

Geen, slechte en matige isolatie

Minder dan 9 cm aanwezig / een Rc ≤ 2,0

Dak, zolder-/vlieringvloerisolatie 

Als er geen zolder-/vlieringvloerisolatie aanwezig is

Rc ≤ 0,5

Gevel

Geen spouwmuurisolatie, voorzetwand of buitengevelisolatie aanwezig 

Rc ≤ 1,1

Vloer-/bodemisolatie

Geen of slechte vloer- en bodemisolatie aanwezig

Minder dan 5cm aanwezig, Rc ≤ 1,3

Glas

Enkel glas, oud dubbelglas en HR glas

Ug waarde  ≥ 1,6

Toelichting artikel 3

Woningen die gebouwd zijn na 1992 vallen buiten de doelgroep i.v.m. de strengere bouwregelgeving die vanaf dat moment van kracht was. De huizen die gebouwd zijn na deze periode zijn uitgevoerd met goede gevel-, dak-, en vloerisolatie.

Woningcorporaties en particuliere verhuurders in VvE’s kunnen deze subsidie niet aanvragen. Voor deze doelgroep zijn andere instrumenten en subsidies van het Rijk beschikbaar.

Toelichting artikel 4

De minimale eisen voor eigenaar-bewoners komen uit de regeling nationale EZK- en LNV subsidies (zelfde als ISDE). De minimale eisen voor appartementen komen uit de SVVE regeling.

Bij gevelisolatie gaat het om zowel binnen- als buitengevelisolatie (in m2).

Balansventilatie kan in combinatie met CO2-sturing.

Spouwmuur- en dakisolatie van buitenaf is beperkt toegestaan

Voor spouwmuurisolatie en dakisolatie van buitenaf geldt dat deze alleen is toegestaan als aan de regels voor natuurbescherming in de omgevingswet is voldaan. In deze regels staat bijvoorbeeld dat je niet zomaar je huis kunt isoleren, maar dat eerst een ecologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. De gemeente gaat dit ecologisch onderzoek uitvoeren en een gemeente brede ecologische vergunning (Soorten Management Plan (SMP)) aanvragen. Het duurt meer dan een jaar voordat dit ecologisch onderzoek is uitgevoerd. Zodra dit SMP van kracht is kunnen isolatiewerkzaamheden worden uitgevoerd volgens de regels uit dit plan.

Als VvE's eerder deze isolatiemaatregelen willen toepassen moeten zij zelf ecologisch onderzoek uitvoeren en hiervoor een vergunning en/of ontheffing aanvragen. Voor eigenaar-bewoners geldt een tijdelijk gedoogbeleid voor een maximumaantal woningen per jaar. Eigenaar-bewoners moeten met een melding en bevestiging van de Provincie Zuid-Holland aantonen dat aan de voorwaarden van de regels voor natuurbescherming is voldaan. Ook moet er met een isolatiebedrijf gewerkt worden die is aangesloten bij 'natuurvriendelijk isoleren'. Zie voor meer informatie onze website: Verduurzamen met oog voor natuur - Duurzame gemeente Alphen aan den Rijn

Toelichting artikel 5

De begroting bestaat uit een uitsplitsing van de verschillende materiaalkosten, onderbouwd met onder andere printscreens van webshops en een totaalbedrag.

Toelichting artikel 6

Meer informatie over verduurzaming van de VvE: Verduurzamen appartement (VvE) - Duurzame gemeente Alphen aan den Rijn

VvE's die voor de NIP in aanmerking komen kunnen zich ook aanmelden voor procesbegeleiding: Procesbegeleiding door VvE-loket - Duurzame gemeente Alphen aan den Rijn

Bij leden van een vereniging van eigenaars die geen eigenaar-bewoner zijn, kan worden gedacht aan particuliere verhuurders of de woningbouwcorporatie.

Voorbeeld de-minimisverklaring: https://europadecentraal.nl/wp-content/uploads/2018/02/Voorbeeldverklaring-de-minimis-2016.pdf

Toelichting artikel 7

Afwerkingskosten zijn bijvoorbeeld behang, gipsplaten en verf.

Maatregelen kunnen verplicht zijn vanuit bestaande regelgeving doordat ze bijvoorbeeld geëist worden in de bouwvoorschriften van het Bouwbesluit of regelgeving van de gemeente.

Toelichting artikel 8

Subsidies mogen worden gestapeld met ISDE en SVVE zolang niet meer dan 100% van de kosten worden vergoed.

Toelichting artikel 10

Voor inwoners die niet kunnen voorfinancieren kan een Energiebespaarlening worden aangevraagd. Dit is een lening van het Warmtefonds waarmee tot €5.000 rentevrij kan worden geleend. De gemeente organiseert hulp die inwoners helpt bij het aanvragen van deze lening en subsidies. De gemeente wil ook faciliteren dat eigenaar-bewoners die niet kunnen of willen voorfinancieren gebruik kunnen maken van de subsidie. Daarom kan worden geopteerd de subsidie direct aan het bouwinstallatiebedrijf te laten betalen.

Toelichting artikel 11

De verplichting de activiteiten binnen 12 maanden na verlening uit te voeren betekent dat na verlening 12 maanden lang kosten kunnen worden gemaakt. Als bepaalde kosten wel binnen 12 maanden zijn betaald terwijl de maatregelen door omstandigheden niet binnen 12 maanden kunnen worden uitgevoerd dan komen die kosten alsnog voor subsidie in aanmerking.

De gemeente controleert steekproefsgewijs of de maatregelen correct zijn getroffen en of deze inderdaad 5 jaar in stand worden gelaten.

Toelichting artikel 12

Gemaakte kosten door doe-het-zelvers moeten dus met pin of internetbankieren zijn betaald.