Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kerkrade

Nadere regels Persoons Gebonden Budget jeugdhulp gemeente Kerkrade 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKerkrade
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels Persoons Gebonden Budget jeugdhulp gemeente Kerkrade 2024
CiteertitelNadere regels PGB jeugdhulp gemeente Kerkrade 2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Door deze regeling vervangt art. 6 van de Beleidsregels jeugdhulp gemeente Kerkrade 2015

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR338231

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-06-2024nieuwe regeling

21-05-2024

gmb-2024-229764

24n00155

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels Persoons Gebonden Budget jeugdhulp gemeente Kerkrade 2024

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kerkrade;

 

gelet op de artikelen van de Jeugdwet, de Regeling Jeugdwet en de Verordening jeugdhulp gemeente Kerkrade 2015;

 

gelet op artikel 6 “Criteria persoonsgebonden budget” van de Beleidsregels jeugdhulp gemeente Kerkrade 2015;

 

overwegende dat het noodzakelijk is nadere regels vast te stellen ter uitvoering van de Jeugdwet en het bepaalde in voornoemde verordening;

 

besluit vast te stellen de Nadere regels Persoons Gebonden Budget jeugdhulp gemeente Kerkrade 2024:

Begripsbepalingen

In deze nadere regels en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

• Verordening: Verordening jeugdhulp gemeente Kerkrade 2015

• Wet: Jeugdwet

• Nadere regels: Nadere regels zijn algemeen verbindende voorschriften die een uitwerking zijn van wetten of verordeningen. In het geval van gemeenten gaat het om het uitwerken van bepalingen die in verordeningen staan. Nadere regels kunnen rechten en plichten bevatten voor burgers.

• Formele hulp/zorg: hulp door een professional

• Informele hulp/zorg: hulp door een persoon uit het sociaal netwerk

• Hulp uit het sociaal netwerk: natuurlijk persoon die jeugdhulp verleent die rechtstreeks voortvloeit uit een tussen hem en de jeugdige of zijn ouders bestaande sociale relatie, tenzij die jeugdhulp beroeps- of bedrijfsmatig wordt verleend.

Alle begrippen die in deze nadere regels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Jeugdwet en de daarop gebaseerde lagere regelgeving, de Algemene wet bestuursrecht en de Verordening jeugdhulp gemeente Kerkrade 2015.

Algemene voorwaarden

Verstrekking van een PGB vindt uitsluitend plaats als:

• de cliënt op eigen kracht voldoende in staat is tot een redelijke waardering van zijn belangen.

Als hij dit niet zelf kan, wordt bekeken of de cliënt met hulp van zijn sociaal netwerk of met ondersteuning van een vertegenwoordiger in staat geacht wordt de taken die verbonden zijn aan een PGB op verantwoorde wijze uit te voeren.

• wordt gemotiveerd dat het natura-aanbod niet passend is.

De cliënt dient te motiveren waarom hij de maatwerkvoorziening via een PGB wenst. Hierbij moet de afweging zijn gemaakt met betrekking tot zorg in natura. Daarvoor dient hij een plan (zie bijlage) aan te leveren waarin in ieder geval is opgenomen:

O hoe de cliënt zelf of met hulp van iemand uit het sociale netwerk of zijn vertegenwoordiger de aan een pgb verbonden taken op verantwoorde wijze gaat uitvoeren;

O wat de motivatie is om de maatwerkvoorziening in de vorm van een pgb te ontvangen;

O welke voorziening de cliënt met het pgb zou willen inkopen en bij welke uitvoerder;

O op welke wijze de kwaliteit van de voorziening is gewaarborgd en duidelijk is dat de voorziening geschikt is voor het doel waarvoor het pgb wordt verstrekt;

O de kosten van de voorziening, uitgedrukt in aantal eenheden en tarief.

 

De cliënt is zelf verantwoordelijk voor het inkopen van de maatwerkvoorziening.

Iedere belanghebbende kan een aanvraag indienen voor jeugdhulp. Dat geldt ook voor een PGB. Op de eerste plaats zijn dat natuurlijk jeugdigen of ouders zelf. Maar het begrip 'belanghebbende' is ruimer dan dat. Ook een pleegouder kan bijvoorbeeld een aanvraag indienen voor hulp (voor een jeugdige die hij verzorgt en opvoedt).

De PGB vaardigheid van de aanvrager wordt getoetst met behulp van het 10 puntensysteem.

Verstrekking van het PGB vindt niet plaats als:

• de kosten van het betrekken van de jeugdhulp van derden hoger zijn dan de kosten van de natura voorziening;

• het college het pgb eerder heeft ingetrokken of herzien, omdat sprake is geweest van onjuiste of onvolledige informatieverstrekking, niet voldaan is aan de voorwaarden of het pgb niet goed is besteed.

• op grond van aanwijzingen, die tijdens het onderzoek duidelijk zijn geworden, het ernstig vermoeden bestaat dat de cliënt of zijn vertegenwoordiger problemen zal hebben bij het omgaan met een PGB.

O Denk hierbij aan handelingsonbekwaamheid of onvoldoende inzicht in de eigen situatie (bijvoorbeeld ten gevolge van verstandelijke beperkingen, ernstige psychische/ psychiatrische problematiek, verslavingsproblematiek actueel of in het verleden). De bekwaamheid voor het hebben van een PGB wordt in samenspraak met cliënt getoetst, maar het oordeel van de gemeente is hierin leidend.

• op grond van aanwijzingen, die tijdens het onderzoek duidelijk zijn geworden, het ernstig vermoeden bestaat dat de cliënt niet kan voldoen aan lopende financiële verplichtingen; denk hierbij aan situaties van ernstige schulden en een schuldhulpverleningstraject;

• op grond van eerder gebleken misbruik van een PGB of fraude bij gebruik van een PGB;

• op grond van aanwijzingen, die tijdens het onderzoek duidelijk zijn geworden, dat het ernstig vermoeden bestaat dat de verstrekking van het PGB niet bijdraagt aan de compensatie van de beperking door een zelfverkozen individuele voorziening.

Voorwaarden en tarieven formele zorg

Ingeval van formele zorg dient de zorg/de professional:

• Te voldoen aan de algemene kwaliteitseisen uit de Jeugdwet en het Jeugdbesluit*, o.a.

o Het verlenen van verantwoorde hulp (uitgewerkt in de norm van verantwoorde werktoedeling).

o Familiegroepsplan

o Hulpverleningsplan of plan van aanpak

o Kwaliteitssysteem – bewaken kwaliteit

o Verklaring omtrent Gedrag

o Meldplicht calamiteiten en geweld

o Onafhankelijke vertrouwenspersoon

o Kwaliteitseisen buitenlandse jeugdhulpaanbieders

• Geregistreerd te zijn in het beroepsregister jeugd (SKJ) of BIG of te werken volgens de criteria zoals opgenomen in de Norm Verantwoorde Werktoedeling.

• Een VOG volgens het screeningsprofiel “(Gezins) voogd bij voogdijinstellingen, reclasseringswerker, raadsonderzoeker en maatschappelijk werker” kunnen overleggen, niet ouder dan 3 maanden.

* Niet al deze eisen zijn in alle gevallen van toepassing, dat is afhankelijk van wie de zorg verleend: een jeugdhulpaanbieder of zelfstandige jeugdhulpverlener

Indeling van PGB tarieven

Voor de werkbaarheid en transparantie worden 8 vaste PGB-tarieven gehanteerd:

• 3 tarieven voor individuele begeleiding/behandeling;

• 2 tarieven voor groepsbegeleiding/behandeling;

• 1 tarief voor logeren;

• 1 uurtarief voor informele zorg;

• 1 logeertarief voor informele zorg;

 

De indeling van tarieven is als volgt:

a. Individuele begeleiding/behandeling basis: dit is begeleiding/behandeling die gegeven kan worden door een jeugdhulpverlener met een MBO-opleiding;

b. Individuele begeleiding/behandeling plus: dit is begeleiding/behandeling die gegeven kan worden door een jeugdhulpverlener met een HBO­ opleiding;

c. Individuele begeleiding/behandeling plus hoog: dit is begeleiding/behandeling die gegeven kan worden door een jeugdhulpverlener met een WO-opleiding;

d. Begeleiding/behandeling groep basis: dit is begeleiding/behandeling in groepsverband die gegeven kan worden door een jeugdhulpverlener met een MBO-opleiding;

e. Begeleiding/behandeling groep plus: dit is begeleiding/behandeling in groepsverband die gegeven kan worden door een jeugdhulpverlener met een HBO- of WO-opleiding;

f. Logeren: hierbij verblijft de jeugdige kortdurend (24 uur) in een professionele verblijfssetting;

g. lnformeel uurtarief voor begeleiding/verzorging: er wordt in verband met onvoldoende eigen kracht extra begeleiding of verzorging geboden door iemand uit het sociaal netwerk van de jeugdige;

h. lnformeel tarief voor logeren: dit tarief kan gehanteerd worden voor logeeropvang binnen het sociaal netwerk van de jeugdige;

Voor begeleiding/behandeling (a t/m e) moet dus worden vastgesteld welke opleiding hiervoor nodig is. Bepalend is waar het zwaartepunt ligt. Vb: indien 90% van de tijd die is gemoeid met een begeleiding door een HBO-geschoolde hulpverlener en 10% van de tijd door een WO-geschoolde hulpverlener wordt verzorgd, dan is sprake van begeleiding die gegeven kan worden door een HBO-geschoolde hulpverlener.

De opbouw van de tarieven voor individuele en groepsbegeleiding/behandeling.

Er is sprake van gemiddelde tarieven, waarbij met gemiddelde opslagen en uren is gerekend. Hiervoor is gebruik gemaakt van de modelberekening van Q-consult. De Vereniging voor Nederlandse gemeenten (VNG) verwijst in de Handreiking PGB tarieven naar deze handreiking van Q-consult. Om tot een onderbouwd uurtarief te komen worden de verschillende kostencomponenten, waar een uur zorg uit bestaat, in beeld gebracht.

 

Stap 1: Bepalen van bruto loon per soort pgb

 

Hiervoor wordt gebruik gemaakt van de CAO jeugdzorg (per 1.1.2024). Op basis van het generieke functieboek (maakt integraal onderdeel uit van de CAO) is per soort pgb (en het daarvoor benodigd opleidingsniveau) bepaald welke schaal daarmee correspondeert. Het loon is bepaald overeenkomstig trede 7 van de desbetreffende schaal, omdat dat de gemiddelde schaalindeling bij zorgaanbieders is. Het bruto jaarloon is het bruto maandloon x 12 maanden x 108% (ivm vakantietoeslag) x 108,3% (ivm eindejaarsuitkering).

 

Stap 2: Bepalen van opslag werkgeverslasten

 

Dit zijn wettelijk verplichte premies die een werkgever moet afdragen. De opslag is bepaald op 29%. Hiervoor is uitgegaan van OP/PP premie 13,5%, AP premie 0,5%, de hoge WW/AWF premie 7,64%, de WAO/WIA premie 7,54% en de ZW premie 0,45% bedragen op jaarbasis die als uitgangspunt per functiecategorie zijn gebruikt.

Stap 3: Vertaling van bruto naar netto werkbare uren

 

Het netto aantal werkbare uren is de beschikbare tijd met aftrek van vakantie-uren, opleidingstijd en 5% ziekteverzuim. Het netto aantal werkbare uren is vastgesteld op 1.500 uren op jaarbasis.

 

Stap 4: Productiviteitspercentage

 

Het productiviteitspercentage is het percentage dat de PGB- medewerker daadwerkelijk zorg kan verlenen. Het productiviteitspercentage is vastgesteld op 80% (20% administratie, overleg en reistijd). Dit betekent dat er per jaar 1.200 productieve uren zijn bij een fulltime dienstverband.

 

Stap 5: Berekenen basis uurtarief medewerker

 

Het basisuurtarief (ofwel bruto uurloon) wordt berekend door het Bruto jaarloon (inclusief 29% werkgeverslasten) te delen door het aantal productieve uren.

 

Stap 6: Berekenen opslagen

 

Overhead: voor de overhead is het percentage van 16% gehanteerd (16% van het basis uurtarief). Dit is als gemiddelde realistisch aangezien bij PGB vaak sprake is van ZZP-ers die een relatief lage overhead hebben.

 

 

 

Reiskosten: voor de reiskosten is uitgegaan van een gemiddelde afstand van 10 kilometer (heen en terug) per client. Daarbij is gerekend met gemiddeld 2 zorguren per client. Per zorguur wordt een opslag van € 1,-- gehanteerd*.

* Ingeval van 2 zorguren voor 4 cliënten per dag: totaal 8 uren is € 8,-- reiskostenvergoeding voor gemiddeld 40 km = € 0,20 per km.

Stap 7: Berekening totale tarieven per uur per client

 

Het uurtarief per cliënt is het totaal van het basis uurtarief + opslag overhead + opslag reiskosten.

Ingeval van groepsactiviteiten wordt rekening gehouden met een gemiddelde groepsgrootte van 6 cliënten.

 

 

PGB-tarief voor logeren (formeel)

 

Logeren is bedoeld voor jeugdigen waarvan de verzorgers/opvoeders als gevolg van factoren in de thuissituatie, eventueel in combinatie met kindfactoren, ontlast dienen te worden. Het betreft 24-uurs zorg met een etmaaltarief.

 

Voor logeren geldt dat het PGB-tarief gelijk is aan het tarief in zorg in natura.

 

Voorwaarden en tarieven voor informele begeleiding/verzorging

 

Voorwaarden PGB voor informele zorg.

 

• De jeugdige/ouder(s) moet voldoende in staat zijn de pgb-taken uit te voeren (eventueel met hulp van derden).

• Er moet worden gemotiveerd dat het natura-aanbod niet passend is.

• De desbetreffende persoon uit het sociaal netwerk moet een VOG voor vrijwilliger te kunnen overleggen, niet ouder dan 3 maanden.

• De hulp die wordt geboden moet van goede kwaliteit te zijn (passend en toereikend gelet op de problematiek en ontwikkelingsdoelen van de jeugdige).

• Beoordeeld wordt of de hulp die de hulpverlener biedt er voor zorgt dat de jeugdige zijn ontwikkelingsdoelen haalt.

• Wordt een pgb besteed binnen het sociaal netwerk, dan dient sprake te zijn van een arbeidsovereenkomst of een overeenkomst van opdracht.

• Indien de jeugdige naar het oordeel van het college/de gemeentelijke toegang professionele hulp nodig heeft, dan wordt geen pgb voor het sociaal netwerk verstrekt.

• Er wordt geen PGB verstrekt als dat tot overbelasting leidt van de persoon uit het sociaal netwerk die de hulp gaat verlenen.

• Het sociale netwerk (waartoe ook ouders/verzorgers behoren) kan geen behandeling bieden. Deze behandeling kan namelijk alleen een professional bieden vanwege de benodigde professionele afstand tot de jeugdige (objectief en onafhankelijk) en omdat een behandeling altijd plaats vindt onder de verantwoordelijkheid van een wetenschappelijk opgeleide beroepskracht (WO/ WO+).

• Het is niet toegestaan dat de hulpverlener uit het sociale netwerk tevens PBG-beheerder is. Een dubbelrol is niet toegestaan.

• De algemene kwaliteitseisen uit de jeugdwet gelden niet voor informele hulp.

Berekening van het tarief voor informele begeleiding/verzorging

De Rechtbank Limburg heeft in een uitspraak van 30 november 2023 geoordeeld dat de gemeente de uurtarieven voor een pgb uit de Jeugdwet voor het sociale netwerk moet baseren op de CAO VVT. Dit in lijn met 2 eerdere uitspraken van de CRvB in het kader van de Wmo 2015.

 

Een pgb voor het sociale netwerk is dus volgens de rechtspraak pas toereikend als het is gebaseerd op de uurlonen uit de CAO VVT. Om tot een toereikend tarief te komen, moeten ook de vakantietoeslag en tegenwaarde van verlofuren worden berekend.

Voor begeleiding geldt het loon van salarisschaal FWG30. Voor overige jeugdhulp is niet helemaal duidelijk bij welke CAO hiervoor aangesloten moet worden. Naast de CAO VVT kan dit, afhankelijk van de beperkingen van de jeugdige, mogelijk ook de CAO Gehandicaptenzorg zijn.

Hieronder de betreffende CAO-uurlonen voor begeleiding/verzorging.

Begeleiding/verzorging

CAO-uurloon

CAO-uurloon inclusief vakantietoeslag en tegenwaarde verlofuren

Vanaf 1-06-2024

€ 19,25

€ 23,80

Vanaf 1-10-2024

€ 19,74

€ 24,40

De CAO-verhogingen per 1 maart en 1 oktober 2024 zijn verwerkt.

 

Tarieven voor logeren bij het sociale netwerk (informeel)

 

Logeren is bedoeld voor jeugdigen waarvan de verzorgers/opvoeders als gevolg van factoren in de thuissituatie, eventueel in combinatie met kindfactoren, ontlast dienen te worden. Het betreft 24-uurs zorg met een etmaaltarief.

 

De Rechtbank Limburg heeft in een uitspraak van 30 november 2023 geoordeeld dat de gemeente de uurtarieven voor een pgb uit de Jeugdwet voor het sociale netwerk moet baseren op de CAO VVT. Dit in lijn met 2 eerdere uitspraken van de CRvB in het kader van de Wmo 2015.

 

Een pgb voor het sociale netwerk is dus volgens de rechtspraak pas toereikend als het is gebaseerd op de uurlonen uit de CAO VVT. Om tot een toereikend tarief te komen, moeten ook de vakantietoeslag en tegenwaarde van verlofuren worden berekend.

 

Voor begeleiding geldt het loon van salarisschaal FWG30. Voor overige jeugdhulp is niet helemaal duidelijk bij welke CAO hiervoor aangesloten moet worden. Naast de CAO VVT kan dit, afhankelijk van de beperkingen van de jeugdige, mogelijk ook de CAO Gehandicaptenzorg zijn.

 

Het is aan de budgethouder om te kiezen: een arbeidsrelatie aangaan of geen arbeidsrelatie aangaan en een zogenaamde symbolische tegemoetkoming ontvangen (zie hoofdstuk 7).

In het geval dat een arbeidsrelatie wordt aangegaan, wordt voor het toepassen van het uurtarief op basis van de CAO VVT uitgegaan van 4 uren per etmaal en de FWG 15 van de CAO VVT. Het is aannemelijk dat de eventuele begeleidende en verzorgende taken gemiddeld niet boven 4 uren per etmaal uitkomen.

Logeren informeel

CAO-uurloon

CAO-uurloon inclusief vakantietoeslag en tegenwaarde verlofuren

Vanaf 1-06-2024

€ 16,72

€ 66,88

Vanaf 1-10-2024

€ 17,20

€ 68,80

 

Controle

De besteding van het PGB kan door het college eenmalig of periodiek worden onderzocht bij zowel de aanvrager als de aanbieder. Het college toetst steekproefsgewijs of de PGB aanbieder de gefactureerde directe en indirecte uren rechtmatig inzet. Een PGB dat niet is besteed aan de in de beschikking omschreven ondersteuning kan worden teruggevorderd. Een PGB dat gestelde doelen onvoldoende behaalt kan worden aangepast of herzien.

Jaarlijkse bijstelling PGB-tarieven

De PGB-tarieven voor individuele begeleiding/behandeling basis, individuele begeleiding/behandeling plus, individuele begeleiding/behandeling plus hoog, begeleiding/behandeling groep basis en begeleiding/behandeling groep plus zijn gekoppeld aan de cao Jeugdzorg. Een stijging van de salarisschalen van de cao leidt tot een stijging van de PGB-tarieven. Op peildatum 1 oktober van het lopende jaar worden de PGB-tarieven, indien nodig, bijgesteld aan de hand van eventuele cao-wijzigingen.

De PGB-tarieven voor informele begeleiding/verzorging en informeel logeren zijn gekoppeld aan de CAO-VVT. Deze tarieven worden op peildatum 1 oktober van het lopende jaar, indien nodig, bijgesteld aan de hand van eventuele wijzigingen CAO-VVT.

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen en inwerkingtreding

• Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de jeugdige en/of zijn ouders afwijken van de bepalingen van deze nadere regels indien toepassing van deze nadere regels tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

• Deze nadere regels treden in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking en zijn alleen van toepassing op PGB beschikkingen jeugdhulp die vanaf die datum worden afgegeven.

• Vóór de dag van inwerkingtreding afgegeven en nog lopende jeugdhulpbeschikkingen met bekostiging in de vorm van een PGB blijven ongewijzigd gelden.

• Tegelijkertijd vervalt artikel 6 “Criteria persoonsgebonden budget” van de Beleidsregels jeugdhulp gemeente Kerkrade 2015.

• Deze nadere regels worden aangehaald als: Nadere regels jeugdhulp gemeente Kerkrade 2024.

 

 

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van college van burgemeester en wethouders van de gemeente Kerkrade op 21 mei 2024.

Het College, De secretaris,

dr. T.P. Dassen Housen R.M.J.S. Stijns