Organisatie | Wierden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening financieel beleid, beheer en organisatie Wierden 2024 |
Citeertitel | Verordening financieel beleid, beheer en organisatie Wierden 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening financieel beleid, beheer en organisatie Wierden 2024 |
Geen
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2024 | wijziging | 03-04-2024 |
De raad van de gemeente Wierden besluit vast te stellen de volgende verordening:
Verordening financieel beleid, beheer en organisatie Wierden 2024
Paragraaf 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- administratie: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van informatie ten behoeve van het besturen, functioneren en beheersen van de gemeentelijke organisatie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd.
- overheidsbedrijf: onderneming met privaatrechtelijke rechtspersoonlijkheid, niet zijnde een personenvennootschap met rechtspersoonlijkheid, waarin de gemeente, al dan niet tezamen met een of meer andere publiekrechtelijke rechtspersonen, in staat is het beleid te bepalen of een onderneming in de vorm van een personenvennootschap, waarin een publiekrechtelijke rechtspersoon deelneemt. - afdeling: iedere organisatorische eenheid binnen de gemeentelijke organisatie met een eigen rechtstreekse verantwoordelijkheid aan burgemeester en wethouders;
- inkomsten: totaal van de baten voor toevoegingen en onttrekkingen van reserves;
- rechtmatigheidsverantwoording: de rapportage van burgemeester en wethouders waarbij aangegeven wordt in welke mate de totstandkoming van de financiële beheershandelingen en de vastlegging daarvan overeenstemmen met de relevante wet- en regelgeving.
Paragraaf 2. Begroting en verantwoording
Artikel 2. Vaststelling programma-indeling en paragrafen
Artikel 3. Inrichting begroting en jaarstukken
Artikel 4. Kaders begroting en meerjarenraming
Burgemeester en wethouders stellen voor 1 mei de financiële kaders vast van de begroting voor het volgende begrotingsjaar en de meerjarenraming. Deze kaders beschrijven het bestaande beleid en bevatten daarnaast uitgangspunten voor te hanteren parameters zoals aantallen inwoners en woningen en loon- en prijsindex. Deze nota gaat ter informatie naar de gemeenteraad.
Artikel 5. Autorisatie begroting en investeringskredieten
De personeelslasten die in de begroting op programmaniveau worden geraamd kunnen als gevolg van de werkplannen, die na vaststelling van de begroting in het najaar worden gemaakt, tot een andere toedeling van deze lasten leiden en daarmee andere programmatotalen tot gevolg hebben. Deze wijzigingen zijn budgettair neutraal. Het college kan deze wijzigingen doorvoeren.
Burgemeester en wethouders informeren, zoals beschreven in artikel 6, de raad als ze verwacht, dat de lasten van een programma dreigen te overschrijden, de investeringsuitgaven van een investeringskrediet het geautoriseerde investeringskrediet dreigen te overschrijden, of de baten van een programma dreigen te onderschrijden. Hierbij zit een voorstel voor het wijzigen van de geautoriseerde lasten van het programma, voor het wijzigen van het geautoriseerde investeringskrediet, of voor het bijstellen van het beleid.
Bij de behandeling van de tussenrapportage in de raad bedoeld in artikel 6, lid 1, doen burgemeester en wethouders voorstellen voor het wijzigen van de geautoriseerde baten en lasten, het wijzigen van de geautoriseerde investeringskredieten en het bijstellen van het beleid. In geval van investeringen met een meerjarig karakter doen burgemeester en wethouders indien nodig ook bij iedere begroting op grond van geactualiseerde ramingen voorstellen voor het wijzigen van de geautoriseerde investeringskredieten.
Voor een investering waarvan het investeringskrediet niet met het vaststellen van de begroting is geautoriseerd, leggen burgemeester en wethouders voorafgaand aan het aangaan van verplichtingen een investeringsvoorstel met een voorstel voor het vaststellen van een investeringskrediet aan de raad voor.
Artikel 6. Tussentijdse rapportage
In de tussenrapportage worden afwijkingen op de oorspronkelijke ramingen van de baten en lasten van taakvelden en investeringskredieten in de begroting groter dan € 50.000,- toegelicht. De rapportage bevat daarnaast een algemeen deel waarin afdeling overstijgende dan wel programma overstijgende zaken worden gemeld.
Paragraaf 3. Rechtmatigheidsverantwoording
Artikel 8. Verantwoordings- en rapportagegrens rechtmatigheidsverantwoording
In de rechtmatigheidsverantwoording bij de jaarrekening rapporteren burgemeester en wethouders aan de raad over afwijkingen met een verantwoordingsgrens die aansluit bij het percentage dat door de accountant in zijn controle wordt gehanteerd van de totale lasten van de gemeente, inclusief de dotaties aan de reserves.
Artikel 9. Voorwaardencriterium
Het voorwaardencriterium is het criterium van rechtmatigheid, dat betrekking heeft op de eisen die worden gesteld bij de uitvoering van de financiële beheershandelingen. De eisen/voorwaarden zijn afkomstig uit diverse wet- en regelgeving en hebben betrekking op aspecten als doelgroep, termijn, grondslag, administratieve bepalingen, normbedragen, bevoegdheden, bewijsstukken, recht, hoogte en duur.
Artikel 10 Begrotingscriterium
Het begrotingscriterium is een criterium van rechtmatigheid dat betrekking heeft op de grenzen van de baten en lasten in de door de raad geautoriseerde begroting van exploitatie en investeringskredieten en de hiermee samenhangende programma’s, waarbinnen de financiële beheershandelingen tot stand moeten zijn gekomen;
Begrotingsonrechtmatigheden die passen binnen het bestaande beleid van de raad, worden opgenomen in de rechtmatigheidsverantwoording (voor zover de verantwoordingsgrens voor afzonderlijke fouten of onduidelijkheden is overschreden), en worden niet nader toegelicht in de paragraaf bedrijfsvoering. Hiermee is de overschrijding rechtmatig.
Artikel 11 Misbruik en oneigenlijk gebruik-criterium
Paragraaf 4. Financieel beleid
Artikel 12. Waardering en afschrijving vaste activa
Burgemeester en wethouders bieden de raad eens in de 4 jaar een nota vaste activabeleid aan. In deze nota worden de spelregels vastgelegd voor de waardering en afschrijving van vaste activa. De nota wordt door de gemeenteraad vastgesteld.
Artikel 13. Reserves en voorzieningen
Burgemeester en wethouders bieden de raad eens in de 4 jaar een nota reserves en voorzieningen aan. In deze nota worden de spelregels vastgelegd ten aanzien van de vorming, besteding en vrijval van reserves en voorzieningen De nota wordt door de gemeenteraad vastgesteld.
Artikel 14. Kostprijsberekening
Voor het bepalen van de geraamde kostprijs van rechten en heffingen waarmee kosten in rekening worden gebracht, en van goederen, werken en diensten die worden geleverd aan overheidsbedrijven en derden, wordt een extracomptabel stelsel van kostentoerekening gehanteerd. Bij deze kostentoerekening worden naast de directe kosten, de overheadkosten en de rente van de inzet van vreemd vermogen, reserves en voorzieningen voor de financiering van de in gebruik zijnde activa betrokken.
wordt uitgegaan van een aandeel in de totale overheadkosten ter grootte van de geraamde directe productieve uren die worden besteed aan de desbetreffende goederen, werken, diensten, rechten en heffingen, gedeeld door de totale geraamde directe productieve uren. Voor de gemeentelijke buitendienst wordt een lager aandeel in de kosten van overhead toegerekend omdat zich daar niet alle kosten voordoen.
Het percentage van de omslagrente voor de toerekening van rente voor de financiering van de in gebruik zijn de activa, bedoeld in het eerste lid, wordt bepaald uit het gewogen gemiddelde van de bij de begroting geraamde rentekosten op de opgenomen langlopende leningen, kortlopende leningen en de rentevergoeding over de reserves en de voorzieningen zoals bepaald overeenkomstig het vijfde lid. De uitkomst van dit percentage van de omslagrente wordt op een half procent afgerond. Dit percentage wordt jaarlijks met de begroting vastgesteld.
In afwijking van het vierde lid wordt bij een verstrekte lening voor de bepaling van de rentekosten van de inzet van vreemd vermogen in de kostprijs uitgegaan van de rente van de lening die voor de financiering van de verstrekte lening is aangetrokken of zou zijn aangetrokken op het moment van de aanvraag van de geldlening.
Artikel 15. Prijzen economische activiteiten
Artikel 16. Vaststelling hoogte belastingen, rechten, heffingen en prijzen
Burgemeester en wethouders doen de raad jaarlijks een voorstel voor de hoogte van de gemeentelijke tarieven voor de belastingen, de rioolheffingen, de afvalstoffenheffing, de marktgelden, de graf- en begraafrechten en de gemeentelijke leges.
Artikel 17. Financieringsfunctie
Burgemeester en wethouders bieden het treasurystatuut aan ter behandeling en vaststelling door de raad. Deze nota bevat de meerjarige kaders voor de financieringsactiviteiten van de gemeente. Dit statuut bevat tevens de taken en bevoegdheden, de verantwoordingsrelaties en de bijbehorende informatievoorziening van de financieringsfunctie.
Artikel 18. Onderhoud kapitaalgoederen
Burgemeester en wethouders bieden de raad ten minste eens in de 5 jaar beleidsplannen voor instandhouding openbare ruimte aan. Deze plannen geven het kader weer voor het beoogde onderhoudsniveau, de planning van het onderhoud en de kosten van het onderhoud voor het openbaar groen, water, wegen, kunstwerken, riolering en straatmeubilair. De raad stelt deze plannen vast.
Burgemeester en wethouders nemen in de paragraaf bedrijfsvoering van de begroting en de jaarstukken naast de verplichte onderdelen op grond van artikel 14 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten in ieder geval op:
Burgemeester en wethouders bieden de raad ten minste eens in de 4 jaar een nota grondbeleid aan. In deze nota wordt onder meer aandacht besteed aan de strategische visie van het toekomstig grondbeleid van de gemeente. De gemeenteraad stelt de nota vast.
Paragraaf 5. Financiële organisatie en financieel beheer
De administratie is zodanig van opzet en werking, dat zij in ieder geval dienstbaar is voor:
Artikel 22. Financiële organisatie
Burgemeester en wethouders dragen in ieder geval zorg voor:
Burgemeester en wethouders dragen zorg voor de jaarlijkse interne toetsing van de getrouwheid van de informatieverstrekking en de rechtmatigheid van de beheershandelingen. Bij afwijkingen rapporteren burgemeester en wethouders daarover in de rechtmatigheidsverantwoording, zoals beschreven in artikel 8. Daarnaast informeren burgemeester en wethouders de raad over genomen maatregelen tot herstel van de tekortkomingen.
Artikel 24. Intrekking oude regeling
De Financiële verordening gemeente Wierden 2017 wordt ingetrokken.
Artikel 25. Inwerkingtreding en citeertitel
Aldus besloten in de openbare vergadering van de gemeenteraad van Wierden d.d. 3 april 2024