Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Voorne aan Zee

Restverordening Afvalstoffenverordening Voorne aan Zee 2019 (grondgebied voormalige gemeente Brielle)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVoorne aan Zee
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingRestverordening Afvalstoffenverordening Voorne aan Zee 2019 (grondgebied voormalige gemeente Brielle)
CiteertitelAfvalstoffenverordening 2019 gemeente Brielle
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 10.23, tweede lid, van de Wet milieubeheer
  2. artikel 10.25 van de Wet milieubeheer
  3. artikel 10.26 van de Wet milieubeheer
  4. Omgevingswet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

08-05-2024nieuwe regeling

21-12-2023

gmb-2024-201827

Tekst van de regeling

Intitulé

Restverordening Afvalstoffenverordening Voorne aan Zee 2019 (grondgebied voormalige gemeente Brielle)

De raad van de gemeente Voorne aan Zee besluit:

 

Gelet op het bijbehorende raadsvoorstel;

 

Gelet op de inwerkingtreding van de Omgevingswet op 1 januari 2024;

 

Besluit:

 

  • 1.

    De Verordening Fysieke Leefomgeving (VFL) Voorne aan Zee vast te stellen en in werking te laten treden op 1 januari 2024;

  • 2.

    De volgende restverordeningen vast te stellen en in werking te laten treden op 1 januari 2024:

    • Restverordening Afvalstoffenverordening Voorne aan Zee 2019 (grondgebied voormalige -gemeente Brielle);

    • Restverordening Afvalstoffenverordening Voorne aan Zee 2016 (grondgebied voormalige gemeente Westvoorne);

    • Restverordening Erfgoedverordening Voorne aan Zee 2017 (grondgebied voormalige gemeente Brielle);

    • Restverordening Erfgoedverordening Voorne aan Zee 2008 (grondgebied voormalige gemeente Westvoorne);

    • Restverordening Monumentenverordening Voorne aan Zee 2007 (grondgebied voormalige gemeente Hellevoetsluis).

De raad van de gemeente Brielle;

 

Gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 november 2018;

 

gelet op: de artikelen 10.23, 10,24, tweede lid, 10.25 en 10.26 van de Wet milieubeheer, rekening houdend met de Routekaart Duurzaam Voorne-Putten 2040;

 

besluit:

 

vast te stellen de navolgende verordening:

Artikel 3  

  • 1.

    Burgemeester en wethouders wijzen de inzameldienst aan die is belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.

  • 2.

    Aan de aanwijzing kunnen voorschriften worden verbonden en beperkingen worden gesteld. Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissing) is niet van toepassing.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen over de voorbereiding van de aanwijzing en over het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 4  

  • 1.

    Het is voor anderen dan de inzameldienst verboden huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen, tenzij de inzamelaar:

    • a.

      daartoe is aangewezen door burgemeester en wethouders;

    • b.

      bij nadere regels van burgemeester en wethouders van het verbod is vrijgesteld of

    • c.

      verplicht is tot inname, bedoeld in artikel 9.5.2, derde lid, aanhef en onderdeel b, of vierde lid, van de Wet milieubeheer.

  • 2.

    Op de aanwijzing van een inzamelaar, bedoeld in het eerste lid, onder a, is artikel 3, tweede lid, van overeenkomstige toepassing.

Artikel 7  

  • 1.

    Burgemeester en wethouders stellen regels over de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk door de inzameldienst worden ingezameld, over de frequentie van de inzameling van elk van deze bestanddelen, en over de locaties van deze inzameling bij of nabij elk perceel.

  • 2.

    In ieder geval de volgende bestanddelen huishoudelijke afvalstoffen worden afzonderlijk ingezameld:

    • -

      groente-, fruit- en tuinafval;

    • -

      klein chemisch afval;

    • -

      glas;

    • -

      papier en karton;

    • -

      plastic- en metaalverpakkingen en drankenkartons;

    • -

      oude kleding en schoeisel;

    • -

      elektrische of elektronische apparatuur;

    • -

      bouw- en sloopafval;

    • -

      (verduurzaamd) hout;

    • -

      grof tuinafval;

    • -

      asbest- , asbesthoudend- en asbestgelijkend afval;

    • -

      grof huishoudelijk afval;

    • -

      huishoudelijk restafval;

    • -

      frituurvet;

    • -

      matrassen;

    • -

      metalen;

    • -

      autobanden;

    • -

      drukhouders;

    • -

      herbruikbare goederen/overige afvalstromen.

  • 3.

    In het belang van een doelmatig afvalstoffenbeheer kunnen burgemeester en wethouders de aanwijzing van afzonderlijk in te zamelen bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in het tweede lid, of fracties daarvan, achterwege laten of toevoegen.

Artikel 8.  

  • 1.

    Het is verboden de bestanddelen van huishoudelijke afvalstoffen, bedoeld in artikel 7, anders dan afzonderlijk:

    • a.

      ter inzameling aan te bieden;

    • b.

      achter te laten op een inzamelplaats, bedoeld in artikel 5.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen. Deze regels kunnen voor categorieën van gevallen of personen een vrijstelling inhouden van het verbod, bedoeld in het eerste lid.

Artikel 9  

Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan op de door burgemeester en wethouders daartoe bepaalde dag en tijden. Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor deze tijdstippen alsmede voor de frequenties van inzameling voor de verschillende bestanddelen.

Artikel 10  

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouders te stellen regels over de aanwijzing en het gebruik van:

    • a.

      inzamelmiddelen voor het aanbieden ter inzameling bij een perceel;

    • b.

      inzamelvoorzieningen voor het aanbieden ter inzameling bij of nabij een perceel;

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen ten aanzien van de (tijdelijke) plaats van aanbieding en het gebruik van de milieupas voor toegang tot de ondergrondse inzamelvoorzieningen en de milieustraat.

Artikel 11  

Burgemeester en wethouders kunnen bestanddelen van bedrijfsafvalstoffen aanwijzen die worden ingezameld door de inzameldienst die is aangewezen krachtens artikel 3, in gevallen waarin de voor deze inzameling krachtens de vigerende Verordening afvalstoffenheffing verschuldigde heffing is voldaan.

Artikel 12  

Het is verboden anders dan in overeenstemming met artikel 11 bedrijfsafvalstoffen ter inzameling door de inzameldienst aan te bieden, aan de inzameldienst over te dragen of bij de inzamelplaats, bedoeld in artikel 5, achter te laten.

Artikel 13  

  • 1.

    Het is verboden bedrijfsafvalstoffen ter inzameling aan te bieden anders dan in overeenstemming met de door burgemeester en wethouders te stellen regels over de dagen, tijden, wijzen en plaatsen van inzameling van de krachtens artikel 11 aangewezen bedrijfsafvalstoffen.

  • 2.

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels stellen voor het aanbieden of overdragen van bedrijfsafvalstoffen. Deze regels kunnen mede worden vastgesteld voor anderen dan de inzameldienst. Deze regels kunnen een vrijstelling van het verbod, bedoeld in het tweede lid, inhouden.

Artikel 14  

  • 1.

    Het is verboden zonder ontheffing van burgemeester en wethouders, buiten een inrichting, hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu te veroorzaken, door een afvalstof, een stof of een voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te verbranden, te houden, achter te laten of anderszins daar te plaatsen.

  • 2.

    Het eerste lid is niet van toepassing op:

    • a.

      het aanbieden, overdragen of achterlaten van huishoudelijke afvalstoffen of bedrijfsafval stoffen in overeenstemming met deze verordening;

    • b.

      het composteren van huishoudelijk groente-, fruit- of tuinafval op het perceel waar dit is ontstaan;

    • c.

      het laden, lossen of vervoeren van afvalstoffen, met inbegrip van daarbij niet te vermijden plaatsing van afvalstoffen, stoffen of voorwerpen op de weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994;

    • d.

      handelingen die zijn verboden bij of krachtens de Wet bodembescherming, de Waterwet of het Besluit bodemkwaliteit;

    • e.

      het verbranden van kerstbomen en het maaisel van de gemeentelijke rietvelden, voor zover dit plaatsvindt tijdens en in het kader van een evenement of een periode waarvoor door de burgemeester vergunning is verleend.

  • 3.

    Indien de overtreder van dit artikel onbekend is, wordt de persoon tot wie de aangetroffen afvalstof, stof of voorwerp kan worden herleid, geacht te hebben gehandeld in strijd met dit artikel.

Artikel 15  

  • 1.

    Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen van beperkte omvang en gewicht die zijn ontstaan buiten een perceel, achter te laten in de openbare ruimte, anders dan in daartoe bestemde afvalbakken of andere middelen ter inzameling van deze afvalstoffen.

  • 2.

    Reclamedrukwerk, ander promotiemateriaal en de verpakking daarvan, die in weerwil van het eerste lid in de openbare ruimte wordt weggeworpen of achtergelaten, wordt terstond opgeruimd door degene die het in de betreffende omgeving onder het publiek verspreidde.

  • 3.

    Het is verboden ter inzameling gereedstaande afvalstoffen of inzamelmiddelen te doorzoeken of te verspreiden, te stoten, te schoppen, omver te werpen of door deze anderszins te behandelen.

Artikel 16  

  • 1.

    Degene die een inrichting drijft waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, draagt zorg voor de aanwezigheid in of nabij de inrichting van een steeds voor gebruik door het publiek beschikbare en tijdig geleegde afvalbak of soortgelijk middel voor het houden van afval.

  • 2.

    Degene die de inrichting drijft, verwijdert zo vaak als nodig etenswaren, verpakkingen, afval of andere materialen die kennelijk uit de inrichting afkomstig zijn of voor de inrichting zijn bestemd binnen een straal van ten minste 25 meter van de inrichting.

  • 3.

    De vorige leden gelden niet voor situaties waarin wordt voorzien door het Activiteitenbesluit milieubeheer.

Artikel 17  

  • 1.

    Het is verboden een weg, bedoeld in artikel 1 van de Wegenverkeerswet 1994, te verontreinigen of het milieu nadelig te beïnvloeden door afvalstoffen, stoffen of voorwerpen te laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te verrichten.

  • 2.

    Degene die in strijd met het eerste lid de weg verontreinigt of het milieu nadelig beïnvloedt of diens opdrachtgever zorgt terstond na de beëindiging van de werkzaamheden van die dag voor het reinigen van de weg, of zoveel eerder als nodig is om de veiligheid van het verkeer of de bescherming van het wegdek te verzekeren.

Artikel 20  

Overtreding van artikel 4, artikel 6 of van artikel 8 tot en met artikel 10 en artikel 12 tot en met artikel 19, is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 1a, onderdeel 3, van de Wet op de economische delicten.

Artikel 21  

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de krachtens artikel 5.10, derde lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht door burgemeester en wethouders aangewezen ambtenaren.

Artikel 22  

De Afvalstoffenverordening Brielle 2011 wordt ingetrokken op de dag dat de Afvalstoffenverordening 2019 gemeente Brielle in werking treedt.

Artikel 23  

Besluiten, waaronder mede begrepen aanwijzingsbesluiten, genomen krachtens de verordening bedoeld in artikel 22, die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

Artikel 24  

Deze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening 2019 gemeente Brielle.

Artikel 25  

Deze verordening treedt in werking op de 1e dag na de publicatie inzake haar vaststelling.