Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wageningen

Nadere regels Subsidieregeling Wagenings Isolatieprogramma

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWageningen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels Subsidieregeling Wagenings Isolatieprogramma
CiteertitelSubsidieregeling Wagenings Isolatieprogramma
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 156, derde lid, van de Gemeentewet
  2. Algemene subsidieverordening (ASV) Wageningen 2012
  3. titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-05-202428-02-2025nieuwe regeling

06-02-2024

gmb-2024-188245

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels Subsidieregeling Wagenings Isolatieprogramma

Het college van burgemeester en wethouders;

 

Overwegende dat het noodzakelijk is nadere regels vast te stellen voor het verlenen van subsidie voor het Wagenings Isolatieprogramma;

 

gelet op artikel 156, lid 3 van de Gemeentewet en artikel 1.5 lid 2 van de Algemene subsidieverordening Wageningen;

 

mede gelet op titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht;

 

besluit:

 

vast te stellen de Nadere regels Subsidieregeling Wagenings Isolatieprogramma

1. Algemene bepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

 

  • a.

    Maatregelenlijst: een lijst met voor subsidie in aanmerking komende maatregelen inclusief criteria waaraan deze maatregelen moeten voldoen;

  • b.

    Maatregelen: maatregelen die de energievraag van een woning reduceren, zoals spouwmuur- of glasisolatie;

  • c.

    Aanvrager: een natuurlijk persoon die als eigenaar én bewoner van een als woning gebruikte onroerende zaak een aanvraag heeft ingediend;

  • d.

    Eigenaar-bewoner: een natuurlijk persoon die als eigenaar én als bewoner van een als woning gebruikte onroerende zaak fungeert;

  • e.

    Doe-het-zelvers: een eigenaar-bewoner die zelf één of meerdere maatregelen uitvoert in de eigen woning;

  • f.

    Minimuminkomen: een inkomen tot en met 130% van het sociaal minimum;

  • g.

    Midden of hoger inkomen: een inkomen vanaf 130% van het sociaal minimum;

  • h.

    Slecht geïsoleerde woningen: een woning met een energielabelklasse D, E, F, G of een woning met een voor die labelklassen vergelijkbare energetische staat, waaronder wordt verstaan een woning waarin ten minste twee van de volgende bestaande bouwdelen niet of slecht geïsoleerd zijn (bijlage 3):

    • 1)

      de vloer en de bodem;

    • 2)

      de gevel, waaronder de spouwmuur;

    • 3)

      het dak en de zoldervloer en vlieringvloer;

    • 4)

      de ramen.

2. Doelstellingen

De gemeente Wageningen zet zich actief in om de CO2-uitstoot te verminderen door inwoners en bedrijven te stimuleren energiebesparende maatregelen in de woning of het bedrijf te nemen. De Gemeenteraad heeft de ambitie in 2040 klimaatneutraal te zijn. Deze isolatiesubsidieregeling heeft ten doel om de woningen met de laagste energie labels in Wageningen een sprong te laten maken in de verduurzaming van hun woning.

3. Doelgroepen

De subsidieregeling is opgesteld voor twee verschillende doelgroepen:

  • I.

    Wageningse eigenaar-bewoners met slecht geïsoleerde woningen, een minimuminkomen én een WOZ-waarde lager dan €600.000. Daarnaast vallen woningen met energielabel C ook in deze doelgroep;

  • II.

    Wageningse eigenaar-bewoners met slecht geïsoleerde woningen, een midden of hoger inkomen én een WOZ-waarde lager dan €500.000;

4. Subsidiabele kosten en subsidieplafond

  • a.

    Het subsidieplafond voor deze regeling wordt eenmalig vastgesteld op €387.620. De effectiviteit van de subsidieregeling wordt doorlopend gemonitord en jaarlijks geëvalueerd, op basis waarvan het College kan beslissen om de subsidieregeling te verlengen, het subsidieplafond te verhogen, of om de subsidieregeling stop te zetten;

  • b.

    Voor elk adres waarvoor een aanvraag wordt ingediend wordt, afhankelijk van de doelgroep, maximaal €4.000 aan doelgroep 1 en €750 per maatregel tot een maximum van €1.500 aan doelgroep 2 verstrekt;

5. Subsidiecriteria

  • a.

    Subsidie wordt alleen verstrekt aan natuurlijke personen;

  • b.

    Het te verstrekken subsidiebedrag is gelijk aan de totale kosten van de maatregel(en) waarvoor aan de aanvrager subsidie verstrekt wordt, met inachtneming van de maximale subsidiebedragen zoals gedefinieerd in artikel 4b;

  • c.

    De aanvrager dient, voordat subsidie in het kader van de onderhavige regeling wordt verstrekt, in het bezit te zijn van alle eventueel noodzakelijke vergunningen met betrekking tot de uitvoering van de maatregelen;

  • d.

    De aanvrager kan subsidie aanvragen voor maatregelen die worden uitgevoerd door een gekwalificeerd installatiebedrijf, of voor maatregelen die de aanvrager als doe-het-zelver wil uitvoeren;

  • e.

    Het is mogelijk om subsidie aan te vragen voor een combinatie van (één of meerdere) doe-het-zelf maatregelen en maatregelen uitgevoerd door een gekwalificeerd bedrijf, met inachtneming van de maximale subsidiebedragen zoals gedefinieerd in artikel 4b;

  • f.

    Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan eigenaar-bewoners die een aanvraag hebben ingediend en binnen de beschreven doelgroepen vallen;

  • g.

    Subsidie wordt niet verstrekt aan eigenaren van appartementen die lid zijn van een VvE;

  • h.

    Subsidie wordt alleen verstrekt voor maatregelen die voorkomen op de maatregelenlijst en die voldoen aan bijbehorende kwaliteitscriteria zoals beschreven in bijlage 1 (isoleren door installatiebedrijf) en bijlage 2 (doe- het-zelvers);

  • i.

    Subsidie wordt alleen verstrekt indien en voor zover met facturen (van een installatiebedrijf of de aanschaf van materialen) is aangetoond dat de maatregelen daadwerkelijk zijn of worden toegepast binnen de criteria van de regeling;

  • j.

    De uitbetaling van de subsidie vindt plaats aan de aanvrager of rechtstreeks aan het installatiebedrijf na uitvoering van de maatregelen. De uitbetaling van de subsidie aan doe-het-zelvers vindt plaats aan de aanvrager, na het uitvoeren van de maatregelen;

  • k.

    De doe-het-zelver dient beeldmateriaal te maken en te overleggen van de situatie voor en na het (als doe-het-zelver) uitvoeren van energiebesparende maatregelen;

  • l.

    De aanvrager kan subsidie met terugwerkende kracht aanvragen voor maatregelen die genomen zijn na 1 april 2023. Bij gebruikmaking van de mogelijkheid om met terugwerkende kracht subsidie te ontvangen, is de subsidie maximaal €750. Indien met terugwerkende kracht subsidie wordt aangevraagd, dient de eigenaar-bewoner een aanvraag in bij de gemeente. Daarbij worden de volgende documenten gevraagd: een kopie van de getekende offerte van een erkend installatiebedrijf dat de maatregelen heeft uitgevoerd, de factuur van dit isolatiebedrijf, een kopie van het betalingsbewijs, bewijs energielabel en indien het energielabel niet bekend is: een overzicht van het aantal aanwezige slecht geïsoleerde bouwdelen, indien aanwezig foto’s van de situatie voor toepassing van de maatregelen en foto’s van de geïsoleerde bouwdelen en het IBAN-nummer van de eigenaar-bewoner. Doe-het-zelvers dienen foto’s van de situatie vóór toepassing van de maatregelen en na-foto’s van de geïsoleerde bouwdelen aan te leveren;

  • m.

    Subsidie kan worden gecombineerd met andere subsidieregelingen die hetzelfde doel dienen als deze regeling (zoals de ISDE);

6. Aanvraagprocedure

  • a.

    Subsidieaanvragen kunnen worden ingediend met ingang van 1 april 2024;

  • b.

    Aanvragen kunnen worden ingediend voorafgaand aan het treffen van maatregelen. Aanvragen kunnen ook worden ingediend voor maatregelen uitgevoerd tussen 1 april 2023 en 1 april 2024, mits aan de voorwaarden wordt voldaan;

  • c.

    Alleen volledig ingevulde, gedagtekende en ondertekende aanvraagformulieren met offerte of koopovereenkomst worden in behandeling genomen;

  • d.

    Indien de aanvraag niet volledig is, stelt het college de aanvrager in gelegenheid de aanvraag binnen een termijn van vier weken te complementeren;

  • e.

    Indien de aanvraag niet binnen de aangegeven termijn is gecomplementeerd, kan het college besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen;

7. Subsidieverlening

  • a.

    Het college beslist op een aanvraag om subsidie binnen acht weken na datum van binnenkomst. Deze termijn kan één maal met tien weken worden verlengd;

  • b.

    Het nemen van besluiten tot verlening van subsidie vindt plaats in volgorde van ontvangst van de aanvragen. Met dien verstande dat wanneer de aanvrager in de gelegenheid is gesteld de aanvraag om subsidie aan te vullen, de dag waarop die aanvraag is aangevuld - zodat sprake is van een volledig ingevulde, gedagtekende en ondertekende aanvraag met offerte of koopovereenkomst - voor die beslissing als datum van ontvangst van die aanvraag geldt;

8. Weigeringsgronden

De aangevraagde subsidie wordt geweigerd:

  • a.

    Indien niet voldaan wordt aan de subsidiecriteria zoals omschreven in artikel 5;

  • b.

    Voor zover door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden;

9. Subsidievaststelling

  • a.

    Het college stelt de subsidie vast na indiening van het daartoe bestemde formulier inclusief de gevraagde bijlagen waaronder één of meerdere facturen, bewijs energielabel of bewijs slecht geïsoleerde bouwdelen, en (indien van toepassing) een foto van het nieuwe aanzicht;

  • b.

    Het bedrag van de subsidievaststelling is nooit hoger dan het bedrag dat is opgenomen in de subsidieverlening;

  • c.

    Het subsidiebedrag wordt vastgesteld binnen acht weken nadat het vaststellingsformulier is ingediend, en na vaststelling binnen vier weken betaalbaar gesteld;

10. Hardheidsclausule

Indien vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van het college zou leiden tot een onredelijke beslissing, kan het college afwijken van het bepaalde in deze regeling;

11. Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als: Subsidieregeling Wagenings Isolatieprogramma.

12. Slotbepaling

  • I.

    Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de dag waarop publicatie van de regeling in het gemeenteblad heeft plaatsgevonden;

  • II.

    De subsidieregeling is geldig tot 28 februari 2025. Met ingang van deze datum vervalt zij van rechtswege, met dien verstande dat zij blijft gelden voor het afhandelen van aanvragen die voor 1 april 2025 zijn ingediend. Aanvragen ingediend op of na 1 april 2025 worden niet in behandeling genomen;

Wageningen, datum 6 februari 2024

De secretaris,

de burgemeester,

Bijlage 1: De maatregelenlijst voor isoleren door een erkend installatiebedrijf

 

Natuurvriendelijk isoleren van spouwmuren en daken

Volgens de wet Natuurbescherming is het verboden om beschermde diersoorten te verstoren, doden en verwonden en om hun nest- of verblijfplaats aan te tasten. Daken en spouwmuren zijn een belangrijk habitat voor dieren zoals vleermuizen, gierzwaluwen en huismussen. Na-isolatie maatregelen moeten zó worden uitgevoerd dat er geen beschermde diersoorten kunnen doodgaan. Bij de uitvoering van de maatregelen in het kader van de subsidieregeling wordt (alleen) samengewerkt met isolatiebedrijven die natuurvriendelijk te werk gaan (keurmerk Natuurvriendelijk Isoleren).

 

Dakisolatie, dan wel zolder- of vlieringsisolatie

  • -

    Ten minste 20m2;

  • -

    Isolatiemateriaal met een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W;

  • -

    Lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen;

Gevelisolatie

  • -

    Ten minste 10 m2 van bestaande binnen- of buitengevel;

  • -

    Isolatiemateriaal met een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W;

Glas-, kozijnpaneel- of deurisolatie

  • -

    Ten minste 8 m2;

  • -

    Glas, kozijnpanelen of deuren vervangen door HR++ glas, eventueel in combinatie met nieuwe kozijnpanelen of nieuwe isolerende deuren met een Ud- waarde van ten hoogste 1,5 W/m2K, of;

  • -

    Glas, kozijnpanelen of deuren vervangen door triple-glas, in combinatie met nieuw isolerend kozijn met Uf-waarde van ten hoogste 1,5 W/m2K, eventueel in combinatie met nieuwe kozijnpanelen of nieuwe isolerende deuren met Ud-waarde van ten hoogste 1 W/m2K.

Spouwmuurisolatie

  • -

    Ten minste 10 m2;

  • -

    Isolatiemateriaal met een Rd-waarde van ten minste 1,1 m2K/W;

  • -

    Lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

Vloer- of bodemisolatie

  • -

    Ten minste 20 m2;

  • -

    Isolatiemateriaal met een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W;

  • -

    Lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

Ventilatiemaatregelen

De bovenstaande maatregelen kunnen eventueel gecombineerd worden met het voor de eerste keer aanleggen van een systeem voor een CO2-gestuurde ventilatie, of het voor de eerste keer aanleggen van een systeem voor balansventilatie met warmteterugwinning met een rendement van ten minste 90%.

 

Bijlage 2: De maatregelenlijst voor doe-het-zelvers

 

Dakisolatie, dan wel zolder- of vlieringsisolatie

  • -

    Ten minste 20m2 (van deze ondergrens kan gemotiveerd afgeweken worden);

  • -

    Isolatiemateriaal met een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W;

  • -

    Lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

Vloer- of bodemisolatie

  • -

    Ten minste 20 m2 (van deze ondergrens kan gemotiveerd afgeweken worden);

  • -

    Isolatiemateriaal met een Rd-waarde van ten minste 3,5 m2K/W;

  • -

    Lokaal gespoten PIR of PUR gebeurt met HFK-vrije blaasmiddelen.

Indien de bovenstaande bouwdelen al goed geïsoleerd zijn en de aanvrager wil een andere isolatiemaatregel op doe-het-zelf basis uitvoeren, dan kan op basis van advies van een energieadviseur en met goedkeuring van de gemeente subsidie worden verstrekt aan een andere maatregel (op basis van maatwerk).

 

Bijlage 3: Slecht geïsoleerde bouwdelen

 

Een bouwdeel is slecht geïsoleerd als de waardes gelijk of lager zijn dan de waardes in de rechterkolom van de onderstaande tabel.

 

Bouwdeel

Wanneer aanpakken?

Indicatie dikte of RC of U-waarde

Dak, hellend/plat

Geen, slechte en matige isolatie

Minder dan 9 cm aanwezig / een Rc ≤ 2,0

Dak, zolder-

/vlieringvloerisolatie

Als er geen zolder-

/vlieringvloerisolatie aanwezig is

Rc ≤ 0,5

Gevel

Geen spouwmuurisolatie, voorzetwand of buitengevelisolatie aanwezig

Rc ≤ 1,1

Vloer-/bodemisolatie

Geen of slechte vloer- en bodemisolatie aanwezig

Minder dan 5cm aanwezig, Rc ≤ 1,3

Glas

Enkel glas, oud dubbelglas en HR glas

Ug waarde ≥ 1,6