Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Halderberge

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHalderberge
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAlgemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge
CiteertitelAlgemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 5.2 van de Telecommunicatiewet
  2. artikel 5.4 van de Telecommunicatiewet
  3. artikel 149 van de Gemeentewet
  4. artikel 229 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

26-04-2024nieuwe regeling

18-04-2024

gmb-2024-183210

Tekst van de regeling

Intitulé

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge

De raad van de gemeente Halderberge;

 

gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 18 april 2024;

 

overwegende dat het wenselijk is om een verordening vast te stellen met het oog op minimalisatie van overlast en maatschappelijke kosten, alsmede een efficiënt gebruik van de openbare ruimte met betrekking tot werkzaamheden aan kabels en/of leidingen;

 

gelet op artikel 1 van de Belemmeringenwet Privaatrecht, de artikelen 5.2 en 5.4 van de Telecommunicatiewet en de artikelen 149 en 229 van de Gemeentewet;

 

 

B E S L U I T :

 

 

1. in te trekken de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge, zoals vastgesteld door de raad in zijn vergadering van 23 maart 2017;

2. vast te stellen de Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge (nieuw) en de daarbij behorende toelichting, inzake werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels en leidingen;

HOOFDSTUK 1: INLEIDENDE BEPALINGEN

ARTIKEL 1 DEFINITIES

In deze verordening wordt verstaan onder:

Belanghebbenden: de bewoners en (bedrijfsmatige of andere) gebruikers van alle percelen, grenzend aan het tracé van kabels of leidingen;

bovengrondse voorzieningen: transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations die onderdeel uitmaken van een netwerk en bovengronds worden geplaatst;

breekverbod: tijdelijk verbod voor het uitvoeren van werkzaamheden;

gedoogplichtige: degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in artikel 5.2, eerste lid, van de Telecommunicatiewet, op grond van een publiekrechtelijke vergunning of een privaatrechtelijke overeenkomst;

instemmingsbesluit: besluit van burgemeester en wethouders op een aanvraag tot instemming als bedoeld in artikel 5.4 lid 1 sub a van de Telecommunicatiewet van de voorgenomen werkzaamheden voor kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk;

kabels of leidingen: één of meer kabels of leidingen, daaronder mede begrepen de daarmee verbonden transformator-, schakel-, verdeel- en onderstations, distributie- of mutatiepunten, alsmede lege buizen, ondergrondse ondersteuningswerken en beschermingswerken;

marktconforme kosten: kosten zoals deze onder normale omstandigheden in een markteconomie op de desbetreffende markt worden gemaakt;

netbeheerder: degene die als natuurlijk persoon handelende in de uitoefening van een beroep of bedrijf dan wel als rechtspersoon optreedt als beheerder van een al dan niet openbaar netwerk;

netwerk: samenstel van kabels of leidingen bestemd voor het transport van vaste, vloeibare of gasvormige stoffen, van energie of van informatie;

niet-openbaar netwerk: een netwerk dat (i) geen openbaar elektronisch communicatienetwerk is, als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet, of (ii) geen openbaar netwerk is van een netbeheerder die krachtens een wet aangewezen is om een openbaar netwerk aan te leggen en te onderhouden;

openbare gronden: openbare gronden, als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet;

registratiesysteem: digitaal systeem dat burgemeester en wethouders hanteren om meldingen, vergunningen en instemmingen van werkzaamheden en alles wat daarmee samenhangt te verwerken;

spoedeisende werkzaamheden: werkzaamheden voor de instandhouding van kabels of leidingen van een netwerk waarvoor uitstel niet mogelijk is als een ernstige belemmering of storing van de dienstverlening is opgetreden;

vergunning: besluit van burgemeester en wethouders op een aanvraag voor toestemming van de voorgenomen werkzaamheden die niet ten behoeve zijn van kabels ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet;

werkzaamheden: handmatige of mechanische (graaf)werkzaamheden, waaronder ook begrepen het opbreken en herstellen van de sleufbedekking en sleufloze technieken, in of op openbare gronden in verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van kabels of leidingen;

werkzaamheden van niet-ingrijpende aard:

• werkzaamheden met een gezamenlijke tracélengte tot 25 meter, waarbij geen:

o wegen, watergangen of groenvoorzieningen volledig worden gekruist;

o bovengrondse voorzieningen worden geplaatst;

o distributie- en mutatiepunten met een afmeting groter dan 30x30x30 cm (lxbxh) worden geplaatst.

• het aanbrengen of verwijderen van kabels of leidingen in reeds aangebrachte voorzieningen;

• het vervangen van bestaande bovengrondse voorzieningen of distributie- en mutatiepunten met dezelfde of kleinere afmetingen;

• het maken van maximaal twee opbrekingen met elk een afmeting van maximaal 2 m².

 

ARTIKEL 2 REIKWIJDTE

1. Deze verordening is van toepassing op werkzaamheden die door of namens een netbeheerder plaatsvinden binnen de gemeente Halderberge.

 

2. De gemeente Halderberge heeft geen (wettelijke) gedoogplicht voor (werkzaamheden aan) niet-openbare netwerken. Als de gemeente al dan niet naar aanleiding van andere wet- of regelgeving besluit (werkzaamheden aan) een niet-openbaar netwerk toe te staan, dan zijn de bepalingen in deze AVOI van overeenkomstige toepassing op de werkzaamheden van netbeheerders van deze netwerken.

 

3. Deze verordening is niet van toepassing op werkzaamheden van de gemeente Halderberge.

ARTIKEL 3 NADERE REGELS

1. Burgemeester en wethouders kunnen ter uitvoering van deze verordening (nadere) regels vaststellen.

2. Deze (nadere) regels hebben betrekking op:

a. openbare orde en veiligheid;

b. het tijdstip, de plaats en de wijze van uitvoering van werkzaamheden;

c. het bevorderen van het medegebruik van voorzieningen;

d. ondergrondse ordening, planning en coördinatie van werkzaamheden;

e. nadeelcompensatie in geval van het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels en leidingen;

f. de te verstrekken gegevens alsmede over de wijze waarop die moeten worden verstrekt;

g. de verrekening van herstel-, onderhouds-, beheer- en degeneratiekosten;

h. het al dan niet toestaan van de aanleg van een niet-openbaar netwerk.

 

HOOFDSTUK 2: AANVRAGEN EN MELDEN VAN WERKZAAMHEDEN

ARTIKEL 4 AANVRAAG- EN MELDINGSPROCEDURE

1. Het is verboden werkzaamheden te verrichten zonder of in afwijking van een door burgemeester en wethouders genomen instemmingsbesluit, verstrekte vergunning of goedgekeurde melding.

2. In verband met de voorgenomen werkzaamheden kan vooroverleg plaatsvinden met burgemeester en wethouders om de aanvraag voor te bereiden.

3. Als de werkzaamheden ook betrekking hebben op openbare gronden van een andere gedoog-plichtige of grondeigenaar dan de gemeente of als er een aanvraag voor een vergunning al dan niet bij een ander bestuursorgaan op grond van een andere wet is ingediend, dan stelt de aanvrager burgemeester en wethouders hiervan op de hoogte.

4. Een aanvraag tot het nemen van een instemmingsbesluit of het verstrekken van een vergunning wordt tenminste acht weken voor de voorgenomen aanvang van werkzaamheden bij burgemeester en wethouders ingediend. Tevens wordt minstens vijf werkdagen voor start van de werkzaamheden een melding ter goedkeuring voorgelegd bij burgemeester en wethouders.

5. Voor het verrichten van werkzaamheden van niet-ingrijpende aard is geen instemmingsbesluit of vergunning vereist. Hiervoor wordt minstens vijf werkdagen voorafgaand aan de voorgenomen aanvang van werkzaamheden een melding ter goedkeuring voorgelegd bij burgemeester en wethouders.

6. Voor spoedeisende werkzaamheden geldt dat:

a. voor het verrichten van de werkzaamheden geen instemmingsbesluit of vergunning nodig is en een melding voorafgaand aan de uit te voeren werkzaamheden bij de burgemeester of bij een daartoe door hem gemachtigd ambtenaar volstaat;

b. als een melding vooraf niet mogelijk is, de melding uiterlijk binnen een werkdag na de aanvang van de uitvoering gemotiveerd gedaan wordt;

c. de gemeenteraad bevoegd is om redenen van veiligheid delen van het grondgebied aan te wijzen waarvoor het voorgaande niet van toepassing is;

d. de burgemeester kan besluiten dat de werkzaamheden op een ander dan het voorgenomen tijdstip plaatsvinden als de openbare orde zich verzet tegen de uitvoering van bovengenoemde werkzaamheden. Dit geldt ook als er gevaar dan wel de vrees voor het ontstaan van gevaar is;

e. indien achteraf blijkt dat voor de werkzaamheden een instemming of vergunning vereist was, deze alsnog bij burgemeester en wethouders aangevraagd wordt.

7. Het indienen van een aanvraag of een melding wordt gedaan via het (digitale) formulier of registratiesysteem wat gehanteerd wordt door burgemeester en wethouders.

 

ARTIKEL 5 GEGEVENSVERSTREKKING

1. Bij een aanvraag voor een instemmingsbesluit of vergunning voor de voorgenomen werkzaamheden worden in ieder geval de volgende gegevens verstrekt:

a. naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de netbeheerder;

b. als het een aanvraag betreft voor het verrichten van werkzaamheden voor of namens een netbeheerder de naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de gemachtigde en een schriftelijke machtiging bij de eerste aanvraag van enig kalenderjaar;

c. een opgave van het aantal, de soort, de aard en het beoogde gebruik van de kabels of leidingen, waarbij aangegeven wordt welk deel direct in gebruik genomen wordt;

d. vereiste vergunning(en), ontheffing(en) of toestemming(en) op grond van overige wetgeving, alsmede informatie over de afstemming met andere gedoogplichtigen, grondeigenaren, beheerders van openbare gronden of belanghebbenden;

e. een digitale tekening (PDF-formaat) op basis van een BGT-ondergrond met legenda en eenduidige en volledige maatvoering (RD-coördinaten) met daarop aangegeven:

1e een opgave van het gewenste tracé;

2e een opgave van de tijdelijke en permanente voorzieningen;

3e een opgave van de te plaatsen bovengrondse voorzieningen;

4e een opgave van de zich in het tracé bevindende (monumentale) bomen inclusief kroon projectie, indien de coördinaten hiervan door de gemeente aangeleverd zijn;

5e een opgave van de te plaatsen distributie- en mutatiepunten groter dan 30x30x30 cm (lxbxh).

f. overtuigende gegevens en inzicht omtrent de uitvoerbaarheid van de voorgenomen werkzaamheden waaruit blijkt:

1e dat er binnen de beschikbare ruimte aangelegd wordt;

2e dat de bereikbaarheid van de overige kabels of leidingen blijft gewaarborgd;

3e dat de vereisten voor het passeren van groenvoorzieningen gewaarborgd blijven.

g. de tracélengte en de lengte en breedte van de te graven sleuf, alsmede de aard van de sleufbedekking die wordt opengebroken;

h. de voorgenomen datum van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;

 

2. Bij een melding worden in ieder geval de volgende gegevens verstrekt:

a. naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de netbeheerder;

b. als het een melding betreft voor het verrichten van werkzaamheden voor of namens een netbeheerder de naam-, adres- en woonplaatsgegevens van de gemachtigde en een schriftelijke machtiging bij de eerste aanvraag van enig kalenderjaar;

c. de uitvoerende partij, het adres van de graaflocatie(s), inclusief een situatieschets;

d. de lengte en breedte van de sleuf of montagegat(en), alsmede de aard van de sleuf-bedekking die wordt opengebroken;

e. de datum van aanvang en beëindiging van de werkzaamheden;

 

In geval van spoedeisende werkzaamheden moeten tevens worden verstrekt:

f. de aanduiding van de spoedeisende aard van de werkzaamheden;

g. de omschrijving van de werkzaamheden die worden of zijn uitgevoerd.

 

ARTIKEL 6 VOORSCHRIFTEN, BEPERKINGEN EN WEIGERINGSGRONDEN

1. Burgemeester en wethouders kunnen in het instemmingsbesluit, de vergunning of de goedkeuring van een melding voorschriften of beperkingen opnemen, dan wel een vergunning of een melding niet ten dienste van een openbaar elektronisch communicatienetwerk, als genoemd in artikel 1.1 van de Telecommunicatiewet weigeren, in het belang van:

a. de openbare orde;

b. de veiligheid, waaronder mede verstaan wordt de verkeersveiligheid;

c. het voorkomen of beperken van overlast, waaronder mede verstaan wordt het afstemmen met andere werkzaamheden, een goede doorstroming van het verkeer en de bescherming van groenvoorzieningen en van het uiterlijke aanzien van de omgeving;

d. de bereikbaarheid van gronden of gebouwen, waaronder mede verstaan wordt het veilig en doelmatig gebruik, beheer, en onderhoud van openbare gronden en gebouwen en het belang van evenementen;

e. de ondergrondse ordening, waaronder mede verstaan wordt het beschermen van reeds in de grond aanwezige werken en eventuele in de grond aanwezige objecten.

2. De voorschriften en beperkingen kunnen slechts betrekking hebben op:

a. de plaats, het tijdstip en de wijze van uitvoering van de werkzaamheden;

b. het bevorderen van medegebruik van voorzieningen;

c. de afstemming van de voorgenomen werkzaamheden met beheerders van overige in de grond aanwezige werken.

3. De werkzaamheden worden binnen een jaar na de datum waarop het instemmingsbesluit of de vergunning onherroepelijk is geworden voltooid.

4. De werkzaamheden van niet-ingrijpende aard worden binnen het in de melding bepaalde tijdvak voltooid.

5. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een breekverbod in te stellen, behoudens in geval van spoedeisende werkzaamheden. De termijnen zoals bedoeld in het derde en vierde lid worden automatisch verlengd met de periode van het breekverbod.

6. De belanghebbenden ter plaatse van de uit te voeren werkzaamheden worden schriftelijk geïnformeerd over aanvang, duur, aard en plaats van de werkzaamheden.

7. Het is verplicht aan het eind van de werkzaamheden de grond, eventuele verhardingen en groenvoorzieningen terug te brengen in de oude staat, tenzij burgemeester en wethouders vooraf hebben aangegeven hier (gedeeltelijk) zelf zorg voor te willen dragen.

 

ARTIKEL 7 (MEDE)GEBRUIK VAN VOORZIENINGEN

1. Op verzoek van burgemeester en wethouders wordt bij de werkzaamheden (mede)gebruik gemaakt van bestaande, hetzij door andere netbeheerders dan wel door of in opdracht van burgemeester en wethouders aangelegde, ondergrondse voorzieningen voor zover dit technisch en economisch haalbaar is en het (mede)gebruik geen belemmering vormt voor de veiligheid, toegankelijkheid en leveringszekerheid.

2. Het (mede)gebruik betreft de ondergrondse voorzieningen die tegen marktconforme prijs en objectieve, transparante, evenredige en niet-discriminerende voorwaarden ter beschikking worden gesteld.

3. Indien de voorziening in eigendom is van de gemeente dan is voor het (mede)gebruik schriftelijk toestemming van de gemeente vereist.

4. In het vooroverleg als bedoeld in artikel 4, tweede lid, wordt mede bepaald of en, zo ja, langs welke delen van het tracé gebruik kan worden gemaakt van bestaande voorzieningen als bedoeld in het eerste lid.

5. Indien een netbeheerder ten behoeve van zijn werkzaamheden geen medegebruik van bestaande voorzieningen maakt terwijl dit wel mogelijk is dan stelt de netbeheerder burgemeester en wethouders hiervan schriftelijk en gemotiveerd op de hoogte.

 

ARTIKEL 8 TERMIJNEN

1. Het besluit op een aanvraag tot het verkrijgen van instemming of een vergunning wordt genomen uiterlijk acht weken na de dag van ontvangst van de aanvraag.

2. Indien een instemmingsbesluit of vergunning niet binnen de bij wettelijk voorschrift bepaalde termijn kan worden genomen of verstrekt, delen burgemeester en wethouders dit aan de aanvrager mede en noemen daarbij een zo kort mogelijke termijn waarbinnen het instemmingsbesluit of de vergunning wel kan worden genomen of verstrekt.

3. Het besluit op een melding voor werkzaamheden van niet-ingrijpende aard of voor start werkzaamheden na verleende instemming of vergunning, wordt genomen binnen vijf werkdagen na ontvangst van de melding.

4. Het besluit op een melding voor spoedeisende werkzaamheden volgt onverwijld nadat de melding is gedaan.

5. Paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht is niet van toepassing.

HOOFDSTUK 3: OVERIGE BEPALINGEN

ARTIKEL 9 HET NEMEN VAN MAATREGELEN EN NADEELCOMPENSATIE

1. De netbeheerder is verplicht op verzoek van burgemeester en wethouders zo snel mogelijk over te gaan tot het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels of leidingen ten dienste van zijn netwerk. In het verzoek staan de uiterlijke termijnen waarbinnen de te nemen maatregelen moeten zijn uitgevoerd.

2. Burgemeester en wethouders en de netbeheerder beperken bij het nemen van maatregelen, waaronder het verplaatsen, ten aanzien van kabels of leidingen elkaars schade zo veel mogelijk.

3. Een reeds verstrekte vergunning voor de kabels of leidingen waarvoor een verzoek tot het nemen van maatregelen door burgemeester en wethouders is gedaan, wordt gelijktijdig ingetrokken.

4. Eventuele nadeelcompensatie wordt toegekend op basis van een publiekrechtelijke regeling of privaatrechtelijke overeenkomst.

5. Dit artikel is niet van toepassing op het nemen van maatregelen ten aanzien van een openbaar elektronisch communicatienetwerk voor zover hierin is voorzien door artikel 5.8 van de Telecommunicatiewet.

6. Dit artikel is tevens niet van toepassing op het nemen van maatregelen ten aanzien van kabels of leidingen waarin reeds voorzien wordt door een privaatrechtelijke overeenkomst.

 

ARTIKEL 10 OVERLEG

1. Burgemeester en wethouders organiseren periodiek een overleg, waarvoor in elk geval de bij de gemeente bekende netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden worden uitgenodigd.

2. In dit overleg worden de plannen van de gemeente en van de diverse netbeheerders en andere betrokken partijen of belanghebbenden besproken en afgestemd in het kader van de bepalingen van deze verordening.

3. Burgemeester en wethouders stemmen af met de betrokken netbeheerders indien gronden verkocht, verpacht of verhuurd worden waar (mogelijk) kabels en leidingen in liggen.

 

ARTIKEL 11 INFORMATIEPLICHT

1. De netbeheerder stelt burgemeester en wethouders onverwijld en schriftelijk in kennis van het in of uit gebruik nemen van een kabel of leiding. Dit geldt ook als een kabel of leiding niet langer ten dienste staat van een netwerk in of op openbare gronden. Burgemeester en wethouders kunnen hiervoor een overzicht van alle (niet) in gebruik zijnde kabels of leidingen verlangen.

2. De netbeheerder stelt burgemeester en wethouders in kennis van het feit dat het eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel of leiding verandert.

 

HOOFDSTUK 4: TOEZICHT EN HANDHAVINGSBEPALINGEN

ARTIKEL 12 TOEZICHT EN HANDHAVING

1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de bij besluit van burgemeester en wethouders aangewezen personen.

2. Indien burgemeester en wethouders vaststellen dat de verplichtingen van deze verordening niet zijn nagekomen, kunnen burgemeester en wethouders besluiten handhavend op te treden dan wel legalisatie achteraf van de ontstane situatie verlangen met inachtneming van de bepalingen zoals vastgelegd in de Algemene wet bestuursrecht. Indien blijkt dat de uitgevoerde werkzaamheden zijn gemeld maar dat hiervoor een instemmingsbesluit of vergunning is vereist, is dit artikel van overeenkomstige toepassing.

3. Daarnaast zijn burgemeester en wethouders bevoegd, met kennisgeving vooraf aan de netbeheerder, het instemmingsbesluit, de vergunning of de goedkeuring van de melding, te wijzigen, in te trekken of de werkzaamheden stil te leggen indien:

a. er wordt gewerkt zonder vergunning, instemmingsbesluit of zonder (goedgekeurde) melding;

b. de vergunning of het instemmingsbesluit is verleend ten gevolge van onjuiste of onvolledige gegevens;

c. de vergunning of het instemmingsbesluit in strijd met enig wettelijk voorschrift is verleend;

d. er wordt afgeweken van de voorschriften of beperkingen van de vergunning, het in-stemmingsbesluit of de goedgekeurde melding;

e. er wordt afgeweken van de nadere regels;

f. er wordt gewerkt in strijd met het geldende breekverbod.

HOOFDSTUK 5: OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

ARTIKEL 13 INTREKKING OUDE VERORDENING

1. De Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren Halderberge, die op 23 maart 2017 is vastgesteld, wordt ingetrokken.

 

ARTIKEL 14 OVERGANGSBEPALINGEN

1. Op aanvragen en meldingen waarop bij de inwerkingtreding van deze verordening nog niet is beslist, wordt met toepassing van deze verordening een beslissing genomen.

2. Besluiten, genomen krachtens de verordening bedoeld in artikel 13, die golden op het moment van de inwerkingtreding van deze verordening en waarvoor deze verordening overeenkomstige besluiten kent, al dan niet onder dezelfde naam, gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

 

ARTIKEL 15 INWERKINGTREDING

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

 

ARTIKEL 16 HARDHEIDSCLAUSULE

Burgemeester en wethouders hebben de bevoegdheid op grond van afweging van de te behartigen belangen en met in acht name van de redelijkheid en billijkheid in incidentele en uitzonderlijke gevallen af te wijken van de bepalingen van deze verordening en de daarbij behorende nadere regels.

 

ARTIKEL 17 CITEERTITEL

Deze verordening wordt aangehaald als:

Algemene Verordening Ondergrondse Infrastructuren (AVOI) Halderberge

 

 

 

 

 

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad

van de gemeente Halderberge op 18 april 2024,

de plv. griffier, de voorzitter,

mr. W.J.A.M. Wilde drs. B.J.A. Roks