Organisatie | Voorne aan Zee |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels voor subsidieverlening Maatschappelijke Ontwikkeling |
Citeertitel | Beleidsregels voor subsidieverlening MO 2024 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Beleidsregels diverse subsidievormen van de gemeente Brielle.
Deze regeling vervangt de Beleidsregels voor subsidieverlening 2018 van de gemeente Hellevoetsluis.
Deze regeling vervangt de Beleidsregels voor subsidie 2022 van de gemeente Westvoorne.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-04-2024 | nieuwe regeling | 11-04-2024 |
Deze beleidsregels zijn een uitwerking van de Algemene subsidieverordening Voorne aan Zee, hierna te noemen Asv 2023.
Subsidies worden verstrekt om bepaalde activiteiten of bepaald gedrag te stimuleren. Het gaat om activiteiten die anders niet uitgevoerd worden, omdat de te verwachten kosten daarvan te hoog worden.
Door middel van subsidieverlening binnen het maatschappelijk domein zorgt de gemeente ervoor dat inwoners gebruik kunnen maken van goede basisvoorzieningen. Met de subsidies ondersteunen we aanvragers die bijdragen aan de doelstellingen van de gemeente. Deze doelstellingen zijn opgenomen in het collegeprogramma, de begroting en de visie sociaal domein.
Subsidiebesluiten worden door het college genomen binnen de budgetten die daarvoor door de gemeenteraad worden verstrekt in de begroting. Het college verdeelt het door de gemeenteraad vastgestelde subsidieplafond (het subsidiebudget) onder de aanvragers.
De fusie verplicht de gemeente Voorne aan Zee om binnen twee jaar de beleidsstukken en verordeningen te harmoniseren, omdat zij anders van rechtswege komen te vervallen. Dit document heeft als doel om voor het maatschappelijk domein de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeenten te verwerken tot integrale beleidsregels voor de gemeente Voorne aan Zee. Deze beleidsregels bestaan uit een samenvoeging van de bestaande beleidsregels. Deze stap is voorwaardelijk om erna de beleidsregels ook op inhoud te kunnen harmoniseren. Met het college en de gemeenteraad is afgesproken om kleine verschillen tussen de voormalige gemeenten direct te harmoniseren. Dit totale proces noemen we technisch harmoniseren (zie paragraaf 2.2.),
In het kader van de fusie vindt voor het subsidiebeleid een harmonisatie en herijking plaats van de subsidieverlening. Dit proces is erop gericht om (beleids)verschillen tussen de voormalige gemeenten te overbruggen en de koppeling tussen gemeentelijke doelstellingen en de subsidieverlening te verbeteren. Dit is een meerjarig traject. De beleidsregels voor subsidieverlening worden in lijn met dit traject jaarlijks geüpdatet.
De voormalige gemeenten Brielle, Hellevoetsluis en Westvoorne hadden alle drie hun eigen beleidsregels voor subsidieverlening. Dit document leidt tot integrale beleidsregels voor de gemeente Voorne aan Zee. Het betreft een samenvoeging van het bestaande beleid van de drie voormalige gemeenten naar één document. Kleine beleidsverschillen zijn overbrugd. Daar waar nodig blijven lokale regelingen van toepassing. Deze samenvoeging noemen we ‘technisch harmoniseren.’ Bij het technisch harmoniseren zijn de volgende stappen gezet:
3. Algemene beleidslijnen subsidies
De beleidsregels zijn gebaseerd op de Asv 2023, artikel 149 van de Gemeentewet en afdeling 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht. De omschrijvingen uit de Asv 2023 zijn van overeenkomstige toepassing.
In dit document worden regels gesteld voor subsidies die in de gemeente Voorne aan Zee kunnen worden aangevraagd binnen het maatschappelijk domein. Er is daarbij onderscheid gemaakt in categorieën voor subsidieverlening. De categorieën zijn Waarderingssubsidies, Welzijn, Gezondheid, Bestaanszekerheid, Ontwikkeling, Cultuur en evenementen, Zorg en Sport. De indeling wordt gebaseerd op het primaire doel dat door een subsidie wordt nagestreefd. Per categorie kunnen – naast de algemene beleidslijnen - aanvullende beleidsregels worden gesteld, die verwerkt zijn in de hoofdstukken 4 t/m 11. In hoofdstuk 12 t/m 15 zijn van kracht blijvende beleidsregels van de voormalige gemeenten opgenomen.
De doelen en activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen, zijn ontleend aan het collegeprogramma en zijn vertaald naar beleidsmatige (kader)nota’s. Afspraken over producten, prestaties en aanvullende voorwaarden worden vastgelegd in de subsidiebeschikking die elke subsidieontvanger krijgt na toekenning van de subsidie.
Uitgangspunten voor subsidieverlening
Subsidieaanvragen worden getoetst op uitgangspunten die vastgelegd zijn in het beleid van de gemeente Voorne aan Zee. Elke subsidieaanvraag dient te voldoen aan één of meerdere uitgangspunten voor subsidieverlening.
Toetsing gebeurt via onderstaande uitgangspunten.
Subsidies onderscheiden zich in juridische zin slechts door het feit of het jaarlijkse dan wel eenmalige subsidies zijn. In de Asv 2023 is vastgehouden aan deze juridische onderverdeling. In deze beleidsregels zijn jaarlijkse en eenmalige subsidies verder onderverdeeld.
De jaarlijkse subsidie heeft betrekking op activiteiten van een organisatie die elk jaar plaatsvinden en waarmee de gemeente een langdurige subsidierelatie (drie jaar of meer) heeft of de intentie heeft om deze relatie aan te gaan.
3.6 Eigen middelen subsidieaanvrager
Het college kan de inbreng van eigen middelen of middelen van derden als voorwaarde stellen voor het ontvangen van subsidie. Mocht dit aan de orde zijn, dan wordt dit vermeld in de verleningsbeschikking. Bronnen voor eigen middelen zijn onder meer: eigen inkomsten, contributie, fondsenwerving, subsidies of bijdragen van derden.
3.7 Maximaal beschikbare budgetten: subsidieplafond
Met het vaststellen van de jaarlijkse begroting wordt door de gemeenteraad een maximaal bedrag vastgelegd wat door het college aan subsidies besteed mag worden. Het zogeheten subsidieplafond wordt door het college verdeeld onder alle subsidieaanvragers.
Harmonisatie drie gemeenten: doordat het college elk jaar het beschikbare subsidieplafond (opnieuw) verdeelt onder alle aanvragers, vervallen de in de beleidsregels van de voormalige gemeenten genoemde vaste bedragen die gekoppeld zijn aan vaste subsidieontvangers. Het vooraf bepalen van een vast subsidiebedrag aan een vaste subsidieontvanger past niet bij het uitgangspunt van de gemeente Voorne aan Zee om jaarlijks het op dat moment beschikbare subsidieplafond te verdelen onder alle ingediende subsidieaanvragen voor het betreffende jaar.
3.11 Uitbetaling van de subsidie
Subsidieontvangers ontvangen hun subsidie voor 100% bevoorschot voorafgaand aan hun activiteiten. In specifieke omstandigheden kan het college hiervan afwijken en overgaan tot lagere bevoorschotting (per periode).
De vorm van bevoorschotting is opgenomen in de verleningsbeschikking en wordt per instelling aan de hand van de omstandigheden van het geval bepaald.
3.12 Afbouw en verlaging van subsidies
Voor langdurige subsidierelaties van drie jaar of langer geldt dat de gemeente de subsidierelatie niet direct kan beëindigen bij gewijzigd beleid of gewijzigde omstandigheden. Dit is in overeenstemming met het voorschrift van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten voor subsidierecht en de Algemene Wet bestuursrecht inzake behoorlijk bestuur.
De gemeente gaat na aankondiging in gesprek met de aanvrager om de gevolgen van het (gedeeltelijk) beëindigen van de subsidierelatie te bespreken. Doel hiervan is om de subsidieontvanger in staat te stellen om te anticiperen op de wijziging van de subsidie en een gezamenlijk plan van aanpak te maken.
Een subsidieontvanger kan zelf besluiten om de subsidierelatie bij aankondiging van of tijdens de afbouwperiode eenzijdig te beëindigen. Dit dient een ontvanger tenminste zes maanden voorafgaand aan dit voornemen kenbaar te maken aan de gemeente. Gemeente en subsidieontvanger maken afspraken over afbouw en overdracht van werkzaamheden.
Bij verlaging van subsidies wordt in beginsel aangesloten bij bovenstaande uitgangspunten. Een subsidie wordt in principe met maximaal 25% verlaagd per kalenderjaar.
Beleidsregel 3.12 is een uitwerking van de Algemene wet bestuursrecht en het VNG-voorschrift voor subsidierecht. Beleidsregel 3.12 is geen lokale keuze, maar landelijk van toepassing. Omwille van de duidelijkheid richting subsidierelaties is dit artikel expliciet opgenomen in de beleidsregels.
De waarderingssubsidie is een subsidie van ten hoogste €5000,- die bedoeld is voor instellingen om hen te waarderen voor de maatschappelijke bijdrage die zij leveren. Deze subsidies onderscheiden zich van de budgetsubsidies in de zin dat er geen beleidsmatig prestatiekader geldt. Waardering gaat in essentie om de bijdrage van een instelling aan de samenleving.
4.2 Verdeling waarderingssubsidies
Waarderingsubsidies worden naar het oordeel van het college verhoogd of verlaagd op grond van de ‘waardering’ die het college toekent aan een instelling en haar activiteiten, dit met inachtneming van artikel 3.12 van deze beleidsregels.
Het college hanteert een verdeelsleutel voor het verdelen van de waarderingssubsidies onder aanvragers. Elk college kan hiervoor een eigen verdeelsleutel opstellen. Dit wordt de beleidsregel ‘verdeling waarderingssubsidies’ genoemd.
Op dit moment kent de gemeente Voorne aan Zee een overgangsregeling voor de ‘verdeling waarderingssubsidies’. Deze overgangsregeling is in de paragrafen 4.4 en 4.5 toegelicht en geldt voor de langdurige subsidierelaties van de voormalige gemeenten. Een nieuwe regeling wordt in de komende jaren verwacht, dit in het kader van het proces tot harmonisatie en herijking van het subsidiebeleid.
4.4 Asv 2023 leidt tot meer waarderingssubsidies
De hoogte van de waarderingssubsidie is met de Asv 2023 bepaald op ten hoogste €5.000,-. De voormalige gemeenten kenden een hoogte van €1.000,- voor de waarderingssubsidies. Dit betekent dat er meer subsidies worden geclassificeerd als waarderingssubsidie (waar ze voorheen een budgetsubsidie waren).
4.5 Overgangsregeling ‘verdeling waarderingssubsidies’
Voor langdurige waarderingssubsidies (drie jaar of meer) is een overgangsregeling opgesteld. Dit om langdurige subsidierelaties van de voormalige gemeenten continuïteit te bieden in hun subsidiebijdrage.
Voor alle langdurige subsidierelaties wordt de subsidietoekenning van 2024 als normbedrag (index=100%) gehanteerd. De normering voor 2024 geldt als uitgangspunt voor de verdeling van de waarderingssubsidies over aanvragers.
In artikel 4.5.2 en 4.5.3 is een regeling opgenomen om dit normbedrag op te hogen voor specifieke subsidierelaties van de voormalige gemeenten Westvoorne en Brielle. Zij kunnen benadeeld worden bij het hanteren van het normbedrag en kunnen daarom het college verzoeken om het normbedrag te verhogen en daarmee een hogere subsidie te ontvangen.
4.5.2 Uitzonderingen gemeente Westvoorne op normbedrag
De gemeente Westvoorne stimuleerde instellingen om meer leden aan te trekken of om meer activiteiten te organiseren. Zolang dit beleid geldt, mogen instellingen hierop een beroep doen op het moment dat dit zal leiden tot een hogere subsidietoekenning dan via het normbedrag 2024. In hoofdstuk 14 is de berekeningswijze toegelicht.
4.5.3 Uitzonderingen gemeente Brielle op normbedrag.
De gemeente Brielle stimuleerde sportverenigingen om meer jeugdleden aan te trekken. Zolang dit beleid geldt, mogen sportverenigingen hierop een beroep doen op het moment dat dit zal leiden tot een hogere subsidietoekenning dan via het normbedrag 2024.
Onder de categorie welzijn vallen subsidies die bijdragen aan het versterken van de sociale basis. De sociale basis bestaat uit voorzieningen die erop gericht zijn inwoners elkaar te laten ondersteunen en te laten ontmoeten. Subsidies zijn gericht op het versterken van de eigen kracht en burgerkracht in de samenleving. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor welzijn.
Onder de categorie bestaanszekerheid vallen subsidies die bijdragen aan het versterken van de mogelijkheden voor inwoners om in hun bestaan te voorzien. Bestaanszekerheid heeft betrekking op het kunnen voeren van een eigen huishouding. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor bestaanszekerheid:
Onder de categorie ontwikkeling vallen subsidies die bijdragen aan de kansengelijkheid onder inwoners, in het bijzonder voor wat betreft onderwijsachterstanden, voor taalontwikkeling in de breedste zin van het woord en voor jeugd- en jongerenwerk. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor ontwikkeling:
Onder de categorie cultuur en evenementen vallen enerzijds subsidies die enerzijds bijdragen aan culturele initiatieven en anderzijds aan lokale evenementen. Cultuurinitiatieven zijn erop gericht om het cultuuraanbod te vergroten en zorgen voor behoud van de lokale culturele achtergronden van de voormalige gemeenten. Lokale evenementen zijn bedoeld om de naamsbekendheid van de gemeente te vergroten en om de lokale economie en het welzijn van inwoners te stimuleren.
Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor cultuur en evenementen:
Onder de categorie zorg vallen subsidies die bijdragen aan de mogelijkheden voor inwoners om hun (zelf)redzaamheid te herstellen en/of te bevorderen en subsidies die bijdragen aan de ondersteuning van specifieke doelgroepen met zorg gerelateerde problematiek. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor Zorg:
Onder de categorie Sport vallen subsidies die bijdragen aan de mogelijkheden voor inwoners om te bewegen en te sporten, en ter bevordering van een gezonde leefstijl. In het bijzonder zijn subsidies gericht op het zorgen dat inwoners voldoen aan de beweegnorm en gericht op een kwalitatief aanbod aan voorzieningen. Subsidies worden getoetst aan de geldende beleidsstukken voor sport:
12. Tijdelijke regelingen van voormalige gemeente Hellevoetsluis
In dit hoofdstuk zijn regelingen opgenomen van de voormalige gemeente Hellevoetsluis. Deze regelingen zijn van toepassing totdat er nieuw beleid in de plaats treedt van deze regelingen.
Het doel van de sportinvesteringsregeling is om sportverenigingen te stimuleren om investeringen te doen die bijdrage aan het stimuleren van sport, bewegen en gezondheid. De subsidie is bedoeld voor de bouw, renovatie of uitbreiding van verenigingsaccommodaties. Berekening van de subsidie:
De uiteindelijke vaststelling van de subsidie wordt gedaan op basis van de originele door de aannemer ondertekende rekeningen, een bewijs van betaling door de sportvereniging, en indien verplicht op grond van de Woningwet en het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken, een afschrift van de bouwvergunning en de gebruiksmelding.
12.1.3 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
De subsidie kan uitsluitend worden verleend aan sportverenigingen voor een bijdrage in de investeringskosten ten behoeve van:
Een sportvereniging komt alleen voor de subsidies in aanmerking als met de beoogde investering door haar een sportief maatschappelijk doel wordt nagestreefd en als dit past binnen het sportbeleid van de gemeente Voorne aan Zee.
13. Tijdelijke regelingen van voormalige gemeente Brielle
In dit hoofdstuk zijn regelingen opgenomen van de voormalige gemeente Brielle. Deze regelingen zijn van toepassing totdat er nieuw beleid in de plaats treedt van deze regelingen.
Vanaf 2016 gold in de voormalige gemeente Brielle een regeling voor het stimuleren van Jeugdsport. Deze regeling blijft van toepassing totdat er nieuw sportbeleid is geformuleerd. Tot deze tijd bestaat er ongelijkheid in regeling binnen het verzorgingsgebied van Voorne aan Zee. Deze regeling wijkt af van de voormalige gemeente Hellevoetsluis (geen regeling) en de gemeente Westvoorne (een uitgebreidere regeling).
Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie.
Verenigingen leveren hun ledenaantallen aan bij het aanvragen van de subsidie.
Een jeugdlid betreft een inwoner van de voormalig gemeente Brielle tot 18 jaar. Als peildatum geldt het aantal jeugdleden uit de voormalige gemeente Brielle in het jaar van de aanvraag, conform de ledenlijst per 1 januari van dat kalenderjaar.
Vanaf 2016 gold in de voormalige gemeente Brielle een regeling voor regulier onderhoud voor sportcomplexen. Deze regeling blijft van toepassing totdat er nieuw sportbeleid en/of accommodatiebeleid is geformuleerd. Tot deze tijd bestaat er ongelijkheid in regeling binnen het verzorgingsgebied van Voorne aan Zee. Deze regeling wijkt af van de voormalige gemeente Hellevoetsluis en de gemeente Westvoorne.
Als grondslag voor het verstrekken van de subsidie wordt onderstaande tabel gehanteerd:
De subsidie is een vast bedrag (exclusief indexering) dat jaarlijks aan de desbetreffende verenigingen wordt uitgekeerd. Er vindt geen correctie plaats op grond van de af- of toegenomen kosten van het regulier onderhoud zelf.
In afwijking van artikel 15, 16 en 17 van de ASV dient er geen aanvraag tot vaststelling ingediend te worden. Wel dient voor 1 november van het volgende kalenderjaar een jaarverslag en jaarrekening te worden ingezonden, waarin de besteding van de middelen en de staat van onderhoud worden verantwoorden en toegelicht.
Vanaf 2016 gold in de voormalige gemeente Brielle een regeling voor groot onderhoud voor sportcomplexen. Deze regeling blijft van toepassing totdat er nieuw sportbeleid en/of accommodatiebeleid is geformuleerd. Tot deze tijd bestaat er ongelijkheid in regeling binnen het verzorgingsgebied van Voorne aan Zee. Deze regeling wijkt af van de voormalige gemeente Hellevoetsluis en de gemeente Westvoorne.
Als grondslag voor het verstrekken van de investeringssubsidie wordt onderstaande tabel gehanteerd:
De subsidie is een vast bedrag (exclusief indexering) dat jaarlijks aan de desbetreffende verenigingen wordt uitgekeerd. Dit bedrag is het gemiddelde bedrag over 30 jaar van de subsidiabele kosten (62%) van de investeringen in de periode 2020 - 2045.
In afwijking van artikel 15, 16 en 17 van de ASV dient er geen aanvraag tot vaststelling ingediend te worden. Wel dient voor 1 november van het volgende kalenderjaar een jaarverslag en jaarrekening te worden ingezonden, waarin de besteding van de middelen en de staat van onderhoud worden verantwoorden en toegelicht.
Bij de realisatie van het Geuzenpark is een subsidieregeling (overgangsregeling) opgesteld voor drie verenigingen die naar het Geuzenpark zijn verhuisd.
Als grondslag voor het verstrekken van de investeringssubsidie wordt onderstaande tabel gehanteerd:
De subsidie is een vast bedrag (exclusief indexering) dat jaarlijks aan de desbetreffende verenigingen wordt uitgekeerd.
Een subsidie kan slechts worden verleend indien wordt voldaan aan de volgende criteria:
In afwijking van artikel 15, 16 en 17 van de ASV dient er geen aanvraag tot vaststelling ingediend te worden. Wel dient voor 1 november van het volgende kalenderjaar een jaarverslag en jaarrekening te worden ingezonden, waarin de besteding van de middelen en de staat van onderhoud worden verantwoorden en toegelicht.
14. Tijdelijke regelingen van voormalige gemeente Westvoorne
In dit hoofdstuk zijn regelingen opgenomen van de voormalige gemeente Westvoorne. Deze regelingen zijn van toepassing totdat er nieuw beleid in de plaats treedt van deze regelingen.
In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Jeugd en Jongeren berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie (zie hoofdstuk 4 en in het bijzonder paragraaf 4.6).
In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Kunst en Cultuur berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie (zie hoofdstuk 4 en in het bijzonder paragraaf 4.6).
14.2.2 Berekeningsgrondslag Muziek
Deze regeling vervalt omdat deze instellingen allemaal een budgetsubsidie groter dan €5000.- ontvangen en daarom behandeld worden als budgetsubsidie (artikel 3.7 van deze beleidsregels).
Deze regeling vervalt omdat deze instellingen allemaal een budgetsubsidie groter dan €5000.- ontvangen en daarom behandeld worden als budgetsubsidie (artikel 3.7 van deze beleidsregels).
Het minimumaantal leden uit de voormalig gemeente Westvoornse moet acht bedragen.
Men moet minimaal tweemaal per jaar een openbare uitvoering geven in de voormalig gemeente Westvoorne.
In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Welzijn en Zorg berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie (zie hoofdstuk 4 en in het bijzonder paragraaf 4.6).
In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Amateursport berekeningsgrondslagen gehanteerd. Deze regeling is in essentie overeenkomstig met de regeling Jeugdsport van de gemeente Brielle (hoofdstuk 13.1 van deze beleidsregels). Deze regeling valt binnen het jaarlijks subsidieprogramma en dient ter onderbouwing van het normbedrag van de waarderingssubsidie.
14.4.1 Berekeningsgrondslag algemeen
Een basisbedrag per kalenderjaar per instelling (met een minimum van 10 leden):
In de beleidsregels voor subsidieverlening van de voormalige gemeente Westvoorne worden voor het deelgebied Evenementen berekeningsgrondslagen gehanteerd.
Uitzondering. Wordt behandeld als een budgetsubsidie, met de volgende berekening.
Indeling is naar het oordeel van het college.
Indeling is naar het oordeel van het college.
15. Leefbaarheidsfonds voormalige gemeente Westvoorne
15.2 Doel Leefbaarheidsfonds Westvoorne
Met het Leefbaarheidsfonds stellen Eneco, Vattenfall én de gemeente elk jaar gezamenlijk geld beschikbaar voor maatschappelijke organisaties, verenigingen en burgerinitiatieven om de voormalige gemeente Westvoorne duurzamer te maken.
Met deze subsidie beoogt de gemeente burgerinitiatieven te ondersteunen die de leefbaarheid bevorderen, projecten te ondersteunen die een kwaliteitsimpuls geven aan de energietransitie en verduurzaming van maatschappelijke accommodaties te ondersteunen (met uitzondering van gemeentelijke accommodaties).
Aanvragen worden beoordeeld door een toetsingscommissie. Deze commissie adviseert het college van B&W over de hoogte van de subsidieverlening. Waar nodig brengt deze commissie een rangorde aan in de aanvrager bij meerdere aanvragen die het plafond overschrijden. Bij gelijke kwaliteit volgt een voorstel tot verdeling van de gelden.