Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Stroomopwaarts MVS

Beleidsregels Tegemoetkoming eigen bijdrage Kinderopvang MVS 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieStroomopwaarts MVS
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBeleidsregels Tegemoetkoming eigen bijdrage Kinderopvang MVS 2024
CiteertitelBeleidsregels Tegemoetkoming eigen bijdrage kinderopvang MVS 2024
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 1.13 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-04-2024nieuwe regeling

07-03-2024

bgr-2024-605

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Tegemoetkoming eigen bijdrage Kinderopvang MVS 2024

Het dagelijks bestuur van Stroomopwaarts, namens de colleges van burgemeester en wethouders van Maassluis, Vlaardingen en Schiedam,

 

Gelet op:

  • -

    Artikel 4.81 van de Algemene wet Bestuursrecht;

  • -

    Artikel 1.13 van de Wet Kinderopvang

 

Overwegende dat:

Het dagelijks bestuur het wenselijk acht een tegemoetkoming te verstrekken aan ouders die noodzakelijke kosten aan kinderopvang maken en een inkomen ontvangen tot de van toepassing zijnde bijstandsnorm.

 

Besluit vast te stellen:

Beleidsregels Tegemoetkoming eigen bijdrage kinderopvang MVS 2024

Artikel 1. Begripsbepalingen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en niet nader zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet Kinderopvang.

  • 2.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

    • a.

      BRP: Basisregistratie Personen

    • b.

      Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van Stroomopwaarts MVS;

    • c.

      kinderopvang: het bedrijfsmatig of anders dan om niet verzorgen, opvoeden en bijdragen aan de ontwikkeling van kinderen tot de eerste dag van de maand waarop het voortgezet onderwijs voor die kinderen begint;

    • d.

      kinderopvangtoeslag: een tegemoetkoming van het Rijk als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder h, van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen in de kosten van kinderopvang;

    • e.

      ouder: de bloed- of aanverwant in opgaande lijn of de pleegouder van een kind op wie de kinderopvang betrekking heeft, met dien verstande dat bij de beoordeling of sprake is van pleegouderschap een vergoeding op grond van de Jeugdwet buiten beschouwing blijft;

    • f.

      voorziening: voorziening als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, van de Participatiewet waaronder ook een cursus of opleiding in het kader van de inburgeringsplicht wordt begrepen als bedoeld in artikel 1.6 eerste lid onderdeel g van de Wet kinderopvang.

    • g.

      wet: Wet kinderopvang.

Artikel 2. Doelgroep van de tegemoetkoming

Het dagelijks bestuur verstrekt een tegemoetkoming in aanvulling op de kinderopvangtoeslag aan (een) ouder(s) zoals bedoeld in artikel 1.13 van de Wet kinderopvang en die:

  • 1.

    In de BRP staat ingeschreven in de gemeenten Maassluis, Schiedam of Vlaardingen;

  • 2.

    Behoort tot de doelgroep zoals genoemd in artikel 1.6, eerste lid onder c of e van de wet, of;

  • 3.

    indien is ingeschreven bij een school of instelling voor het volgen van onderwijs genoemd in artikel 1.6, eerste lid onder j van de wet en een inkomen ontvangt tot de van toepassing zijnde bijstandsnorm.

Artikel 3. Aanvraag

  • 1.

    De ouder dient - een aanvraag in tot vergoeding van de eigen bijdrage kinderopvang.

  • 2.

    De ouder werkt mee aan verschaffen van informatie en bewijsstukken aan het dagelijks bestuur waaronder vallend maar niet beperkt tot -, plaatsingsovereenkomst kinderopvang en/of besluit toeslag kinderopvang Belastingdienst.

Artikel 4. Hoogte van de tegemoetkoming

  • 1.

    Alleen de uren worden vergoed die noodzakelijkerwijs afgenomen worden in verband met deelname aan de aangeboden voorziening of opleiding. Het aantal uur bedraagt echter nooit meer dan het maximum aantal uren waarvoor de Belastingdienst kinderopvangtoeslag toekent.

  • 2.

    Uren die afgenomen worden buiten de uren die noodzakelijk zijn voor het re-integratietraject, voorziening of opleiding, wordt geen tegemoetkoming op de eigen bijdrage voor verstrekt.

  • 3.

    Het aantal uur waarover de tegemoetkoming wordt betaald , wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur.

  • 4.

    De hoogte van de tegemoetkoming is gelijk aan de eigen bijdrage van de ouder(s) over de uren die vastgesteld zijn volgens het eerste lid. De eigen bijdrage is het verschil tussen de factuur van de kinderopvang en de kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst over de vastgestelde uren.

Artikel 5. Duur van de tegemoetkoming

  • 1.

    De tegemoetkoming wordt uitgekeerd:

    • a.

      vanaf het moment van aanvraag. De aanvraag wordt ingediend op het moment dat de kinderopvangkosten gemaakt worden in kader van de in artikel 2 genoemde noodzaak.

    • b.

      wanneer er sprake is van eerdere afname van kinderopvang dan dat de ouder start met het re-integratietraject, voorziening of opleiding, kan de tegemoetkoming eerder verstrekt worden als het weigeren van de opvangplek door de ouder(s) leidt tot het niet beschikbaar zijn van een opvangplek wanneer het re-integratietraject, voorziening of opleiding start.

    • c.

      bij het eerder uitkeren van de tegemoetkoming dan dat er sprake is van een re-integratietraject, voorziening of opleiding, moet een startdatum van een re-integratietraject, voorziening of scholing bekent te zijn.

  • 2.

    en tegemoetkoming kan alleen met terugwerkende kracht na aanvraag gegeven worden wanneer de opvang is genoten in kader van in artikel 2 genoemde doeleinden en het inkomen gedurende die periode niet hoger was dan de van toepassing zijnde bijstandsnorm.

  • 3.

    De maximale periode waarover met terugwerkende kracht de tegemoetkoming wordt toegekend , is drie maanden.

  • 4.

    De tegemoetkoming wordt beëindigd wanneer:

    • a.

      de ouder niet meer tot de doelgroep behoort;

    • b.

      geen gebruik meer wordt gemaakt van kinderopvang;

    • c.

      wanneer de ouder niet meer staat inschreven in de BRP als woonachtig in de gemeente Maassluis, Vlaardingen of Schiedam.

Artikel 6. Inwerkintreding

Deze beleidsregels treden in werking op de eerste dag na de dag van bekendmaking.

Artikel 7. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: “Beleidsregels Tegemoetkoming eigen bijdrage kinderopvang MVS 2024”

Aldus vastgesteld in de vergadering van het dagelijks bestuur op 7 maart 2024

De voorzitter,

A.J. Proos

De secretaris,

N.C. van der Wekken

Toelichting

Op grond van artikel 1.13 van de wet is het college bevoegd een ouder een tegemoetkomen te verstrekken in aanvulling op de kinderopvangtoeslag van de Belastingdienst. Omdat dit een kan-bepaling betreft, is het dagelijks bestuur bevoegd hier eigen regels op te schrijven.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 2

Artikel 1.6, eerste lid onder c, e en j van de wet benoemd welke ouders in aanmerking komen voor de tegemoetkoming. In artikel 2 lid 3 van deze beleidsregels is een inkomensbeperking opgelegd voor de ouders genoemd onder artikel 1.6, lid 1 onder j van de wet. Deze inkomensbeperking staat in verhouding tot het doel van de wet omdat de tegemoetkoming bedoeld is om de financiële drempel van een eigen bijdrage weg te nemen voor ouders met een laag inkomen.

 

Artikel 3

Voor de beoordeling van de hoogte van de tegemoetkoming, is informatie nodig. Denk hierbij aan het aantal benodigde uren kinderopvang, hoogte van het uurtarief van de opvang, eventuele bemiddelingskosten, hoogte van de kinderopvangtoeslag die de Belastingdienst verstrekt, etc. Indien de ouder de informatie niet verstrekt, is het niet mogelijk om de hoogte van de tegemoetkoming te beoordelen.

 

Artikel 4

Het doel van de tegemoetkoming is het weghalen van de financiële drempel die de eigen bijdrage van de kinderopvang met zich meebrengt. Om die reden wordt de volledige eigen bijdrage vergoed. De hoogte hiervan is afhankelijk van het aantal uren en het uurtarief dat de opvang rekent.

De berekening van de hoogte van de tegemoetkoming is:

  • -

    Hoogte factuur kinderopvang – kinderopvangtoeslag belastingdienst = eigen bijdrage

  • -

    Eigen bijdrage = tegemoetkoming Stroomopwaarts

Dit betekent dat eventuele bemiddelingskosten die een gastouderbureau rekent ook binnen deze tegemoetkoming vallen.

De tegemoetkoming is alleen beschikbaar voor mensen die in kader van een re-integratietraject, voorziening of scholing, kinderopvang nodig hebben. Als een ouder uren afneemt van de kinderopvang om andere redenen, vallen die uren buiten het doel van de tegemoetkoming.

 

Artikel 5

De tegemoetkoming gaat in vanaf het moment dat de kinderopvang afgenomen wordt vanwege het re-integratietraject, starten van de voorziening of de opleiding. Het kan voorkomen dat een ouder al eerder een plek aangeboden krijgt bij de kinderopvang maar de voorziening later start. Wanneer het zo is dat een weigering van de plek bij de kinderopvang ervoor zorgt dat de plek niet meer beschikbaar is wanneer de voorziening start, zal de tegemoetkoming eerder worden ingezet. Wel is van belang dat er al een startdatum bekend is.

In het geval dat een ouder pas een aanvraag doet nadat de opvang gestart is, zal het dagelijks bestuur de tegemoetkoming met terugwerkende kracht toekennen. De terugwerkende kracht is alleen voor de periode van maximaal drie maanden én in deze periode is voldaan aan alle voorwaarden die in de beleidsregels opgenomen zijn.

De tegemoetkoming eindigt wanneer iemand niet meer tot de doelgroep behoort of niet meer in Maassluis, Vlaardingen of Schiedam woonachtig is. Mocht iemand binnen de drie gemeenten verhuizen, hoeft de tegemoetkoming niet opnieuw aangevraagd te worden maar enkel een wijziging doorgevoerd te worden in het systeem voor wat betreft de verhuizing.