Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Delft

Subsidieregeling Investeringen opstallen sportverenigingen Delft

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDelft
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Investeringen opstallen sportverenigingen Delft
CiteertitelSubsidieregeling Investeringen opstallen sportverenigingen Delft
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene Subsidieverordening gemeente Delft 2022

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-04-2024nieuwe regeling

12-03-2024

gmb-2024-152685

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Investeringen opstallen sportverenigingen Delft

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Delft;

 

Gelet op artikel 3 van de Algemene subsidieverordening gemeente Delft (hierna ASV);

 

Overwegende dat het wenselijk is nadere regels vast te stellen voor het verstrekken van subsidies die betrekking hebben op activiteiten die bijdragen aan de nieuwbouw of renovatie van opstallen van sportverenigingen;

 

Besluit de Subsidieregeling Investeringen opstallen sportverenigingen Delft vast te stellen.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • -

    ASV: Algemene Subsidieverordening gemeente Delft 2022;

  • -

    kleedruimte: ruimte met sanitaire voorzieningen, bestemd voor gebruik als kleedkamer ten behoeve van het beoefenen van een sport;

  • -

    multifunctioneel gebruik: gezamenlijk gebruik van een sportaccommodatie door een sportvereniging en minimaal één andere organisatie, voor verschillende activiteiten;

  • -

    project: samenstel van activiteiten gericht op het bouwkundig tot stand brengen of het bouwkundig verbeteren van een sportaccommodatie;

  • -

    sportaccommodatie: locatie waar of waar nabij een sport kan worden beoefend;

  • -

    sportvereniging: een vereniging zonder winstoogmerk met volledige rechtsbevoegdheid, statutair gevestigd in Delft, die zich statutair ten doel stelt het in clubverband beoefenen van een amateursport;

  • -

    verenigingsopstal: een op Delfts grondgebied gelegen voorziening, bestemd en in gebruik voor activiteiten op het gebied van amateursport. Het betreft een ruimte bestemd voor het gebruik door een sportvereniging, inclusief kantine, kleedruimtes, (bestuurs-)kamers en opslagruimtes ten behoeve van het beoefenen van de sport en het versterken van het verenigingsleven.

Artikel 2. Doel

Het college kan subsidie verstrekken voor het stimuleren, verbeteren en realiseren van voldoende, kwalitatief goede en toegankelijke sportaccommodaties in Delft.

Artikel 3. Doelgroep

Het college kan uitsluitend subsidie verstrekken aan een rechtspersoon, zijnde een beheerstichting of een sportvereniging, die de in artikel 5 bedoelde activiteiten verricht in, aan of ten behoeve van een verenigingsopstal die zij in eigendom heeft. Een beheerstichting is een stichting, statutair gevestigd in Delft, die is belast met het beheer van een op Delfts grondgebied gelegen sportaccommodatie die bij één of meer sportverenigingen in gebruik is.

Artikel 4. Subsidievoorwaarden

Subsidie voor activiteiten als bedoeld in artikel 5 kan uitsluitend worden verstrekt indien en voor zover:

  • a.

    de activiteit niet eerder start dan dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag; en

  • b.

    aan de aanvrager niet eerder een subsidie is verleend op grond van deze subsidieregeling.

Artikel 5. Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen

Het college kan uitsluitend subsidie verstrekken voor:

  • a.

    werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het vervangen en herbouwen van een verenigingsopstal waarvan de technische levensduur is verstreken. Onder technische levensduur wordt verstaan de levensduur van de verenigingsopstal waarbinnen de opstal kan worden gebruikt voor de activiteiten waarvoor de opstal is gerealiseerd;

  • b.

    werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het bouwkundig verbeteren van een verenigingsopstal. Onder het bouwkundig verbeteren vallen ook energiebesparende maatregelen;

  • c.

    werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het bouwkundig geschikt maken van een verenigingsopstal voor niet-commercieel multifunctioneel gebruik. Onder niet-commercieel gebruik wordt verstaan activiteiten die niet zijn bedoeld voor of zijn gericht op zakelijk of persoonlijk financieel gewin;

  • d.

    werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het vervangen van een kleedruimte, in of nabij de verenigingsopstal, waarvan de technische levensduur is verstreken. Onder technische levensduur wordt verstaan de levensduur van de kleedruimte waarbinnen de kleedruimte kan worden gebruikt voor de activiteiten waarvoor de kleedruimte is gerealiseerd;

  • e.

    werkzaamheden of aankopen ten behoeve van het bouwkundig verbeteren van een kleedruimte. Onder het bouwkundig verbeteren vallen ook maatregelen voor energiebesparing;

  • f.

    het treffen van maatregelen ten behoeve van het verbeteren van de toegankelijkheid van een verenigingsopstal in combinatie met werkzaamheden of aankopen benoemd onder a, b, c, d of e van dit artikel, bedoeld in bijlage 1.B van de subsidieregeling BOSA van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Artikel 6. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    De subsidie heeft uitsluitend betrekking op de redelijkerwijs te maken kosten die resteren na aftrek van de mogelijke eigen bijdrage van de aanvrager, mogelijke bijdragen van derden en van het college die naar het oordeel van het college direct verbonden zijn met en noodzakelijk zijn voor de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 5. Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt nadat andere financieringsmogelijkheden aantoonbaar zijn uitgeput.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 7, derde lid, van de ASV is het subsidiebedrag inclusief btw, indien en zover die niet op andere wijze kan worden vergoed.

Artikel 7. Activiteiten en kosten die niet voor subsidie in aanmerking komen

  • 1.

    Niet voor subsidie in aanmerking komen:

    • a.

      werkzaamheden of aankopen ten behoeve van de inventaris van een verenigingsopstal;

    • b.

      werkzaamheden of aankopen die direct toewijsbaar zijn aan commercieel gebruik van de verenigingsopstal. Onder commercieel gebruik wordt verstaan activiteiten die in de eerste plaats zijn bedoeld voor of zijn gericht op zakelijk of persoonlijk financieel gewin;

    • c.

      werkzaamheden of aankopen ten behoeve van vervangen, herbouwen, bouwkundig verbeteren, multifunctioneel maken van een verenigingsopstal of een kleedruimte die niet binnen het "basis op orde" niveau passen. Onder "basis op orde" wordt verstaan dat werkzaamheden, het afwerkingsniveau of inrichtingskeuzes sober en doelmatig zijn;

    • d.

      werkzaamheden of aankopen die roerende zaken betreffen, waaronder de aanschaf van zonnepanelen, een warmtepomp en vergelijkbare energiebesparende maatregelen;

    • e.

      werkzaamheden of aankopen die zijn verricht of aangeschaft voorafgaand aan de subsidieaanvraag;

    • f.

      projectkosten indien en voor zover de uitgaven die worden gedaan ook door vrijwillige inzet kunnen worden gerealiseerd. Onder projectkosten worden verstaan de noodzakelijke uitgaven voor het realiseren van een project;

    • g.

      kosten die betrekking hebben op de totstandkoming van het projectplan;

    • h.

      kosten die betrekking hebben op aankopen of werkzaamheden voor de verenigingsopstal die onder regulier onderhoud vallen. Onder regulier onderhoud wordt verstaan de sobere en doelmatige, periodieke werkzaamheden aan de opstal, gericht op het in een aanvaardbare conditie houden van de opstal;

    • i.

      onvoorziene kosten van het project voor zover deze meer bedragen dan 5% van de begroting voor het project;

    • j.

      kosten die al op een andere wijze worden of kunnen worden gefinancierd.

  • 2.

    In afwijking van het in het eerste lid, onder d bepaalde, komen werkzaamheden of aankopen voor energiebesparende maatregelen wel in aanmerking voor subsidie, indien:

    • a.

      het een verenigingssporthal betreft die is gevestigd in de gemeente Delft en die in eigendom is van en wordt beheerd en geëxploiteerd door een Delftse beheerstichting of sportvereniging, en

    • b.

      de werkzaamheden of aankopen worden uitgevoerd om multifunctioneel gebruik door één of meerdere Delftse onderwijsinstellingen mogelijk te maken, en

    • c.

      voor de werkzaamheden of aankopen voorafgaand aan de aanschaf of realisatie toestemming door of namens het college is gegeven.

Artikel 8. Voorschotten

Op basis van de bij de aanvraag ingediende bouwplanning en de daarbij behorende financiële planning stelt het college bij verleningsbeschikking een bevoorschottingsschema vast.

Artikel 9. Aanvraag en aanvraagperiode

  • 1.

    Een aanvraag om subsidie wordt met gebruikmaking van het aanvraagformulier digitaal ingediend bij het college.

  • 2.

    In aanvulling op artikel 7 van de ASV wordt bij de aanvraag in ieder geval ingediend:

    • a.

      door de Algemene Leden Vergadering goedgekeurde jaarrekeningen van de afgelopen drie boekjaren of, indien de aanvraag is ingediend door een beheerstichting, door het bestuur van de beheerstichting goedgekeurde jaarrekeningen van de afgelopen drie boekjaren;

    • b.

      een doorrekening van de business case door middel van een meerjarenbegroting (minimaals 5 jaar) waarbij in de cijfers geen rekening wordt gehouden met een bijdrage vanuit de gemeente;

    • c.

      een overzicht of en hoe aanvullende (externe) financieringsmogelijkheden worden verkregen, waaronder het aanschrijven van fondsen, toepassen van ledenacties, verhogen van de contributies et cetera;

    • d.

      een volledige ingevulde vragenlijst ten behoeve van het Vitaliteitsonderzoek sportverenigingen Delft;

    • e.

      een uittreksel van de Kamer van Koophandel, van maximaal drie maanden oud, met vermelding van de huidige bestuursleden;

    • f.

      een door het bestuur ondertekend verslag van de (Buitengewone) Algemene Leden Vergadering met akkoordverklaring voor de uit te voeren activiteiten aan de verenigingsopstal en de investering van het project. Bij aanvragen die betrekking hebben op multifunctioneel gebruik van de verenigingsopstal wordt het verslag aangevuld met een akkoordverklaring van de organisaties die voor minimaal vijf jaar gebruik gaan maken van de verenigingsopstal;

    • g.

      minimaal drie gespecificeerde, en vergelijkbare, offertes, die zijn opgesteld overeenkomstig met de eisen zoals gesteld in de VCA-checklist aannemers (Veiligheid, Gezondheid en Milieu Checklist Aannemers, opgesteld door de Stichting Samenwerken voor Veiligheid), per projectdeel, met onderbouwing van de keuze voor deze offertes;

    • h.

      een eigendomsbewijs waaruit blijkt dat de sportvereniging of beheerstichting eigenaar is van de opstal;

    • i.

      een akkoordverklaring voor nieuwbouw of verbouw van de eigenaar van de grond;

    • j.

      een verklaring van de eigenaar van de grond waaruit blijkt dat de uit te voeren activiteit een investering betreft, die een minimale levensduur kent van tien jaar;

    • k.

      een vergunning, voor zover de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd vergunningplichtig zijn. Voor activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, die niet vergunningplichtig zijn, volstaat een beschrijving waaruit blijkt dat de activiteiten voldoen aan het meest actuele bestemmingsplan;

    • l.

      een beschrijving waaruit blijkt dat de activiteiten bijdragen aan een betere aansluiting tussen de vraag naar en het aanbod van verenigingsopstallen voor de betreffende georganiseerde sport in Delft.

  • 3.

    Indien meerdere partijen gebruik maken van dezelfde verenigingsopstal kan de aanvrager zijn aanvraag indienen namens deze partijen gezamenlijk mits:

    • a.

      de aanvraag een door alle bij de aanvraag betrokken besturen ondertekende verklaring bevat, waarin zij verklaren dat de aanvrager als penvoerder gemachtigd is om hen in het kader van de subsidieverstrekking in en buiten rechte te vertegenwoordigen, en dat alle gegevens die noodzakelijk zijn voor de verantwoording door de penvoerder van de besteding van de subsidie, op verzoek aan de penvoerder worden verstrekt;

    • b.

      de aanvraag een door alle betrokken besturen ondertekende samenwerkingsovereenkomst voor een periode van ten minste tien jaar bevat, waarin ten minste de volgende onderwerpen zijn geregeld:

      • I.

        een overzicht van alle betrokken partijen;

      • II.

        afspraken met betrekking tot penvoerderschap en correspondentie met het college;

      • III.

        afspraken met betrekking tot (gelijkwaardige) aansprakelijkheid;

      • IV.

        afspraken met betrekking tot gezamenlijk gebruik van de verenigingsopstal;

      • V.

        afspraken met betrekking tot eigendom van de verenigingsopstal;

      • VI.

        toelichting op de te nemen maatschappelijke rol van de partijen; en

      • VII.

        een overzicht van de uit te voeren activiteiten in de verenigingsopstal.

  • 4.

    Volledige aanvragen om subsidie kunnen worden ingediend in de periode van 15 oktober tot en met 15 december van het jaar voorafgaand aan het jaar waarin de aanvrager voornemens is met de activiteiten te starten.

  • 5.

    Indien een aanvraag om subsidie na de daarvoor gestelde termijn wordt ingediend, wordt door de aanvrager de reden van de late indiening vermeld. Het college besluit vervolgens of zij de subsidie zal verlenen.

Artikel 10. Beslissing

  • 1.

    Het college beslist op een aanvraag om subsidie uiterlijk binnen dertien weken na ontvangst van de volledige aanvraag.

  • 2.

    Het college kan de termijn genoemd in het eerste lid éénmaal met maximaal acht weken verlengen.

  • 3.

    Subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende gelden op de begroting ter beschikking worden gesteld.

Artikel 11. Verantwoording en subsidievaststelling

  • 1.

    In afwijking van de artikelen 18, 19 en 20 van de ASV dient de ontvanger van een subsidie van meer dan € 5.000,- een aanvraag tot subsidievaststelling in uiterlijk dertien weken nadat de gesubsidieerde activiteiten zijn verricht. Op verzoek van de subsidieontvanger kan het college deze datum wijzigen.

  • 2.

    In afwijking van artikel 21 van de ASV beslist het op de aanvraag tot subsidievaststelling binnen dertien weken na de ontvangst van de aanvraag tot subsidievaststelling.

  • 3.

    Het college kan de termijn bedoeld in het tweede lid éénmaal met maximaal acht weken verlengen.

  • 4.

    In aanvulling op de op grond van de artikelen 18, 19 en 20 van de ASV over te leggen gegevens, legt de aanvrager van een vaststellingsbeschikking tevens over de rekeningen en betaalbewijzen van de met de subsidie gefinancierde activiteiten.

Artikel 12. Verplichtingen subsidieontvanger

  • 1.

    Onverminderd artikel 12 van de ASV, gelden voor de subsidieontvanger de volgende verplichtingen:

    • a.

      de subsidieontvanger draagt er zorg voor dat de verenigingsopstal waar de aanvraag betrekking op heeft gedurende tien jaren na het afronden van de werkzaamheden of activiteiten ter beschikking blijft voor de fysieke beoefening van sport in Delft;

    • b.

      indien de activiteiten van de subsidieontvanger plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed moet de subsidieontvanger multifunctioneel gebruik toe staan;

    • c.

      indien het een aanvraag betreft als bedoeld in artikel 9, derde lid, rusten alle aan de subsidie verbonden verplichtingen op de penvoerder, ongeacht welke bestuur feitelijk is belast met de uitvoering van de daarop betrekking hebbende werkzaamheden.

  • 2.

    Het college kan aan de verleningsbeschikking de verplichting verbinden, indien de uitoefening van de activiteiten van de subsidieontvanger niet plaatsvinden in of op gemeentelijk vastgoed, dat de subsidieontvanger de verenigingsopstal waarin de activiteiten plaatsvinden, in medegebruik geeft of verhuurt aan andere subsidieontvangers van de gemeente, teneinde multifunctioneel gebruik van het betreffende vastgoed te realiseren.

  • 3.

    Om multifunctioneel gebruik van het betreffende vastgoed te realiseren, kan het college in de verleningsbeschikking bepalen dat de subsidieontvanger de verenigingsopstal in medegebruik geeft of verhuurt aan andere maatschappelijke partners van de gemeente Delft.

Artikel 13. Aanvullende weigeringsgronden

In aanvulling op het bepaalde in artikel 10 van de ASV wordt de subsidie geweigerd indien:

  • a.

    niet wordt voldaan aan de voorwaarden en bepalingen genoemd in deze regeling;

  • b.

    de aanvraag wordt gedaan voor activiteiten, waarvoor de aanvrager al subsidie van het college of derden ontvangt, heeft ontvangen of kan ontvangen;

  • c.

    een door het college uitgevoerd onderzoek uitwijst, dat de aanvrager financieel of organisatorisch niet voldoende draagkrachtig is;

  • d.

    de subsidieverlening niet leidt tot een betere aansluiting tussen de vraag naar en het aanbod van verenigingsopstallen voor georganiseerde sport in Delft.

Artikel 14. Onvoorziene gevallen / Hardheidsclausule

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze subsidieregeling niet voorziet of onduidelijk is, beslist het college.

  • 2.

    Het college kan in bijzondere gevallen van een of meer bepaalde artikelen of artikelleden van deze regeling afwijken als daaraan vasthouden, gelet op het belang of de belangen die met deze bepalingen worden gediend, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 15. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling wordt aangehaald als Subsidieregeling Investeringen opstallen sportverenigingen Delft.

  • 2.

    Deze regeling treedt in werking op de dag na bekendmaking.

  • 3.

    De regeling geldt tot en met 31 december 2025 met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de vaststelling en afwikkeling van subsidies die zijn verleend op grond van deze regeling.