Organisatie | Amersfoort |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Wegsleepverordening Amersfoort 2024 |
Citeertitel | Wegsleepverordening Amersfoort 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Wegsleepverordening Amersfoort 2006, vastgesteld op 16 mei 2006.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-04-2024 | nieuwe regeling | 26-03-2024 |
De raad van de gemeente Amersfoort;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5 maart 2024;
overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen;
gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 173, tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994 en het Besluit wegslepen van voertuigen;
overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen.
Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten
Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c van de wet worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente Amersfoort aangewezen voor zover ze behoren tot één van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.
Artikel 5 Eigenaar ter plaatse
Indien de verwijdering van een voertuig in voorbereiding c.q. uitvoering is, behoeft een verzoek tot beëindiging van de verwijdering (door de eigenaar of anderszins rechthebbende) slechts te worden gehonoreerd, indien de voor- of achterwielen van het te verwijderen voertuig nog niet in verticale zin zijn verplaatst.
Artikel 6 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat
Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 130, vierde lid, 164, zevende lid, of 174, eerste lid van de wet, zijn de artikelen 1, 3 en 4 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.
Toelichting Wegsleepverordening Amersfoort 2024
Bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen
Het wegslepen van een voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van het toepassen van bestuursdwang. Naast de bevoegdheid van het gemeentebestuur op grond van artikel 125 van de Gemeentewet is een specifieke regeling hiervoor opgenomen in de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: wet). In de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) zijn algemene regels gesteld over de toepassing van bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. Tegen het wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.
In artikel 170 e.v. van de wet is het kader aangegeven waarbinnen het college gebruik kan maken van zijn bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen. Hoewel de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet is neergelegd, kan het college pas van deze bevoegdheid gebruik maken wanneer de gemeenteraad in een verordening nadere regels heeft gesteld over de toepassing van deze bevoegdheid. Dit is voorgeschreven in artikel 173, tweede lid, van de wet. Deze nadere regels dienen in ieder geval te betreffen:
Sinds de wijziging van de wet, waarbij het – naast het wegslepen in het belang van de vrijheid van verkeer en de veiligheid op de weg – mogelijk werd gemaakt om voertuigen weg te slepen in verband met het vrijhouden van meerdere locaties dan alleen de gehandicaptenparkeerplaatsen, heeft Amersfoort ervoor gekozen om als wegen en weggedeelten waar op grond van de gewijzigde regelgeving kan worden weggesleept, alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente Amersfoort aan te wijzen voor zover die behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit genoemde soorten wegen en weggedeelten.
Enkel de bepalingen die verdere toelichting behoeven, worden hieronder nader toegelicht.
In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.
Het begrip voertuig is ruim. Hieronder vallen niet alleen motorvoertuigen, maar ook fietsen en bromfietsen, invalidenvoertuigen, trams en wagens. Al deze voertuigen vallen derhalve onder de werking van deze wegsleepverordening.
In de APV van Amersfoort zijn bepalingen opgenomen met betrekking tot de verwijdering van fietsen en bromfietsen op de openbare weg (zie artikel 5:12 APV). Deze bepalingen zijn aanvullend op wat de wegenverkeerswetgeving beoogt te regelen. In artikel 5.12 APV spelen namelijk andere belangen een rol, zoals de openbare orde en veiligheid, het uiterlijk aanzien en de openbare gezondheid.
Het begrip motorrijtuig is apart omschreven omdat artikel 6 van de verordening alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.
Artikel 2. Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten
De bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen is in de wet zelf geregeld. Voor het wegslepen van voertuigen in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten kunnen op grond van artikel 170, eerste lid, aanhef en onder c, en artikel 173, tweede lid, aanhef en onder c, van wet bij gemeentelijke verordening wegen en weggedeelten worden aangewezen. In artikel 2 van het besluit is nader aangegeven om welke soorten van wegen en weggedeelten het kan gaan, zoals onder andere gehandicaptenparkeerplaatsen, taxistandplaatsen, laad- en loshavens, parkeerplaatsen voor vergunninghouders, voetgangersgebieden en dergelijke.
In deze verordening worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen, voor zover behorend tot de soorten van wegen en weggedeelten zoals bedoeld in artikel 2 van het besluit.
Artikel 3. Plaats bewaring voertuigen
De inhoud van de bepaling spreekt voor zich. Vanwege de redactie van artikel 173, tweede lid, van de wet moet(en) de plaatsen van bewaring van voertuigen in de verordening worden geregeld.
Artikel 4. Kosten overbrengen en bewaren voertuigen
In de artikelen 12 tot en met 14 van het besluit is geregeld welke soorten van kosten, verbonden aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, in rekening kunnen worden gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om personele en materiële kosten direct verband houdend met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten verbonden aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering en dergelijke.
In de verordening hoeven deze kostencomponenten niet allemaal inzichtelijk te worden gemaakt. Volstaan kan worden met de kosten die verbonden zijn aan het wegslepen van voertuigen en de bewaring van deze voertuigen. Deze kosten zijn in dit artikel opgenomen. De tarieven kunnen jaarlijks worden aangepast.
Artikel 5. Eigenaar ter plaatse
Dit artikel heeft met name betrekking op het bepaalde in artikel 170, zesde lid, van de wet. Hierin wordt bepaald dat een voertuig niet kan worden weggesleept indien de rechthebbende het voertuig verwijdert voordat met de overbrenging wordt begonnen. In de wet wordt niet expliciet aangegeven wanneer met de overbrenging wordt begonnen. In de dagelijkse praktijk wordt ervan uitgegaan dat pas met de overbrenging wordt begonnen wanneer het voertuig zich in de takels van het wegsleepvoertuig bevindt. Indien de rechthebbende zich eerder bij zijn voertuig meldt, mag het voertuig niet meer worden weggesleept. Op basis van de wet is het mogelijk om de rechthebbende alle aan de voorbereiding van de overbrenging verbonden kosten in rekening te brengen, waarbij met name kan worden gedacht aan de voorrijkosten van het sleepvoertuig en de administratieve kosten.
Artikel 6. Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat
Naast de in artikel 170, eerste lid, van de wet bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een voertuig te laten wegslepen en in bewaring te laten stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:
Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het 'knoeien' met kentekens in geval van autodiefstal. Maar ook een verkeersovertreding die is begaan die administratiefrechtelijk wordt afgedaan terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is.
Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van bestuursdwang. Artikel 170, eerste lid, van de wet is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt.
Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit hoofdstuk X (Bestuursdwang) van de wet (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. In de verordening zijn de artikelen over de bewaarplaats(en) van voertuigen en openingstijden (artikel 3) en de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (artikel 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing verklaard.