Organisatie | Rotterdam |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling bedrijfsruimte maakindustrie 2024 |
Citeertitel | Subsidieregeling bedrijfsruimte maakindustrie 2024 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Subsidieregeling bedrijfsruimte maakindustrie.
Subsidieverordening Rotterdam 2014
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-04-2024 | 31-12-2025 | nieuwe regeling | 12-03-2024 | 2024, nummer 64 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rotterdam,
gelezen het voorstel van 27 februari 2024 van directeur Stadsontwikkeling, registratienummer M2402-2136;
gelet op de artikelen 3, derde lid, 4 en 14 van de Subsidieverordening Rotterdam 2014;
overwegende, dat het wenselijk is een Subsidieregeling bedrijfsruimte maakindustrie met ingang van het jaar 2024 vast te stellen;
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
Deze subsidieregeling is uitsluitend van toepassing op de verstrekking van subsidies voor de in artikel 2.1 en 3.1 bedoelde activiteiten.
De subsidie wordt digitaal aangevraagd onder gebruikmaking van de formulieren die op de website www.rotterdam.nl/subsidies beschikbaar zijn gesteld.
Hoofdstuk 2. Subsidie voor bouwwerkzaamheden
Artikel 2.2 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Onder kosten voor verbouwingen, ontwikkelingswerkzaamheden en transformatiewerkzaamheden worden verstaan kosten voor sloopwerken, bouwkundige werken en installaties, vaste keukenvoorzieningen, vaste sanitairvoorzieningen, vaste onderhoudsvoorzieningen, vaste opslagvoorzieningen en algemene uitvoeringskosten als bedoeld in NEN 2699:2017.
Onverminderd de in artikel 1.6 genoemde gegevens wordt een aanvraag voorzien van:
een door een bouwbedrijf opgestelde, marktconforme en op naam van aanvrager gestelde offerte voor elk van de werkzaamheden waarvoor subsidie wordt aangevraagd, met een specificatie van de werkzaamheden waarbij een duidelijk onderscheid wordt gemaakt tussen kosten voor benodigde materialen en arbeid.
Hoofdstuk 3. Subsidie voor huurkosten
Artikel 3.1 Activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen
Het college kan eenmalig subsidie verstrekken aan een onderneming voor een tegemoetkoming in de huurkosten van een bedrijfsruimte voor de duur van ten hoogste twaalf maanden, indien:
Hoofdstuk 4. Overige bepalingen
Onverminderd de in artikel 8 van de SVR 2014 genoemde weigeringsgronden kan subsidie geweigerd worden indien er voor dezelfde activiteiten, op hetzelfde adres, door de gemeente Rotterdam of ander overheidsorgaan al subsidie is verleend.
Artikel 4.2 Verantwoording en vaststelling
Bij vaststelling van verleende subsidies van minder dan € 50.000 levert aanvrager op naam gestelde betaalbewijzen en op naam gestelde gespecificeerde facturen aan waaruit blijkt dat de kosten van de gesubsidieerde activiteiten daadwerkelijk door de subsidieontvanger zijn gemaakt en betaald.
Artikel 5.1 Intrekking en overgangsrecht
De Subsidieregeling bedrijfsruimte maakindustrie wordt ingetrokken, met dien verstande dat de regeling van toepassing blijft op subsidies die op grond hiervan zijn verstrekt.
Aldus vastgesteld in de vergadering van 12 maart 2024.
De secretaris,
G.J.D. Wigmans, l.s.
De burgemeester,
A. Aboutaleb
Dit gemeenteblad ligt ook ter inzage bij het Concern Informatiecentrum Rotterdam (CIC): 010-267 2514 of bir@rotterdam.nl
Bijlage 1. SBI-codes als bedoeld in artikel 1.3
Op de stedelijke bedrijventerreinen M4H en RDM komen bovendien ook ondernemingen in aanmerking die staan ingeschreven onder de volgende SBI-codes.
Gemeente Rotterdam wil de vernieuwing van de economie bevorderen. De ambities hiervoor zijn vastgelegd in het Coalitieakkoord 2022-2026 ‘Eén Stad’, waarin het Rotterdamse college inzet op een economie die schoon, circulair en innovatief is. Het goed faciliteren van onze maakindustrie is randvoorwaardelijk voor veel urgente stedelijke opgaven. Juist de maakindustrie is een bron van banen in de nabijheid van de stad voor de praktisch geschoolde beroepsbevolking van Rotterdam. De energietransitie in de haven kan alleen werkelijkheid worden als er nieuwe producten worden ontwikkeld. En om Rotterdam circulair te maken zijn lokale partijen nodig die efficiënt produceren, producten repareren en reststromen lokaal opnieuw kunnen gebruiken. Om deze reden is de maakindustrie in de Herstel- en Vernieuwingsagenda van de Rotterdamse Economie (2020) benoemd als één van de motoren voor herstel en vernieuwing van de economie.
Ruimte voor bedrijvigheid in Rotterdam staat onder druk. Om deze reden heeft het Rotterdamse college in oktober 2023 het Actieplan Bedrijfsruimte gepubliceerd. Doel van het plan is om de jarenlange trend van afname van de voorraad bedrijfsruimte te stoppen en daarnaast te stimuleren dat het juiste bedrijf op de juiste plek kan ondernemen. Ook veel maakbedrijven ondervinden moeilijkheden bij het vinden van passende bedrijfsruimte. Dit heeft te maken met een krapte in het aanbod, hoge prijzen, grote concurrentie om ruimte en het feit dat er soms een mismatch is tussen het aanbod en de specifieke behoeften van de sector. Deze situatie doet zich zowel voor in de huur- als de koopmarkt. Op dit moment loopt Rotterdam veel marktinitiatieven mis die juist kunnen helpen bij het verwezenlijken van de economische en werkgelegenheidsdoelen van de gemeente. Terwijl er veel bedrijfsvastgoed is dat, met een kwaliteitsimpuls, geschikt en beschikbaar kan worden gemaakt voor de maakindustrie.
Gemeente Rotterdam kent een lange traditie waar het gaat om het inzetten van subsidies aan ondernemers voor de fysieke en economische structuurversterking van gebieden. Er wordt voortgebouwd op deze ervaringen, doordat deze regeling:
Doel van de regeling is bedrijven uit de maakindustrie te helpen in Rotterdam te groeien of te vestigen en daarmee bij te dragen aan behoud en groei van werkgelegenheid en aan de transitie naar de schone en circulaire samenleving. Een tweede doel is bijdragen aan de fysieke en economische doorontwikkeling van de stedelijke bedrijventerreinen in Rotterdam. Hieraan draagt de regeling bij door ondernemers te stimuleren te investeren in kwaliteitsimpulsen in bedrijfsvastgoed en door stedelijke bedrijventerreinen aantrekkelijker te maken voor maakbedrijven die bedrijfsruimte willen huren. Deze subsidieregeling draagt bij aan de doelstelling van het Actieplan Bedrijfsruimte (2023) om de vestiging van maakindustrie op stedelijke bedrijventerreinen te stimuleren.
De regeling staat open voor verschillende segmenten binnen de maakindustrie, zoals fabrikanten van metaalproducten, voedingsmiddelen en hightech systemen en materialen. De regeling bedient de innovatieve koplopers, maar beoogt daarnaast juist ook de brede middengroep van maakbedrijven te faciliteren in hun beweging richting een schoon en circulair bedrijfsproces.
Hieronder wordt verstaan het omvormen van leegstaand vastgoed, zoals opslagen, kantoren of winkels, naar bedrijfsruimte voor de maakindustrie.
Onderstaande personen tellen mee bij het bepalen van het aantal werknemers van een onderneming:
De berekening van het aantal werknemers gaat op basis van arbeidsjareneenheden (AJE's). Een werknemer die het hele jaar voltijds in dienst is geweest, telt als één AJE. Deeltijdwerknemers of werknemers die niet het volledige jaar in dienst zijn, tellen naar rato mee als fractie van een AJE.
Onder een toekomstbestendig verdienmodel in termen van klimaatimpact en waardebehoud van grondstoffen en producten wordt verstaan dat aanvrager aannemelijk kan maken dat de onderneming ook in de klimaatneutrale en circulaire economie anno 2050 bestaansrecht heeft. Dat betekent niet dat de betreffende onderneming ten tijde van de aanvraag al volledig klimaatneutraal en circulair moet zijn, maar wel dat er stappen in die richting worden gezet of daar concrete ambities voor zijn.
Onder klimaatneutraliteit wordt verstaan energiebesparing, het verminderen van de CO2-uitstoot, verduurzaming van de toeleveringsketen en een positieve impact van de geproduceerde producten op het klimaat. Dit begint uiteraard bij inzicht in de kansen voor en uitdagingen bij het verduurzamen van de onderneming. Het ontbreken van dit inzicht, het ontbreken van ambities en acties op dit terrein of een uitgesproken negatieve impact van het geproduceerde op het klimaat zullen de beoordeling negatief beïnvloeden.
Onder waardebehoud van grondstoffen en producten wordt verstaan ondernemen op een manier die gericht is op het terugdringen van het grondstoffenverbruik, het hergebruiken van producten en het minimaliseren van waardeverlies. Dit kan een onderneming doen door bijvoorbeeld;
Als het verdienmodel op deze punten niet toekomstbestendig is, zal de aanvraag worden afgewezen.
Op basis van de aangeleverde jaarrekeningen wordt bepaald of de onderneming financieel gezond is.
Onder innovatie op het gebied van circulaire verdienmodellen wordt verstaan vernieuwende benaderingen van waardebehoud van grondstoffen en producten en het minimaliseren van grondstoffenverbruik en waardeverlies of het organiseren van vernieuwende samenwerkingsvormen die op deze doelen gericht zijn. Onder innovatie op het gebied van nieuwe mobiliteit wordt verstaan vernieuwende benaderingen van weg-, spoor, water- of luchtmobiliteit. Onder innovatie op het gebied van de energietransitie wordt verstaan het ontwikkelen en toepassen van nieuwe technologie gericht op de overgang van een energiesysteem gebaseerd op fossiele energiebronnen naar een energiesysteem gebaseerd op duurzame en CO2-neutrale energiebronnen.
Bouwwerkzaamheden vergroten de geschiktheid van de bedrijfsruimte voor de bedrijfsactiviteiten van de maakindustrie wanneer zij een duidelijke link hebben met het productieproces. Dat betekent dat aanvrager duidelijk moet maken waarom de werkzaamheden ertoe leiden dat het pand meer geschikt is voor het verwerken van fysieke materialen, grondstoffen of halffabricaten verwerkt tot nieuwe producten.
Onder een professionele partij wordt verstaan een onderneming die gespecialiseerd is in het uitvoeren van de werkzaamheden waarvoor zij offerte uitbrengen, omdat zij over de benodigde kennis, ervaring, middelen en organisatie beschikken om deze uit te voeren.
Artikel 2.2 Kosten die voor subsidie in aanmerking komen
Inrichtingskosten komen niet voor subsidie in aanmerking. Denk daarbij aan de kosten voor aanschaf van bedrijfsmiddelen zoals machines, opslagtanks, kranen, inventaris, meubilair en kantoorinrichting.
Regulier onderhoud komt niet voor subsidie in aanmerking. Hieronder wordt verstaan werkzaamheden die periodiek uitgevoerd dienen te worden om de kwaliteit van een pand op peil te houden. Ook advieskosten zoals kosten voor het inhuren van een architect, jurist of financieel adviseur komen niet in aanmerking voor subsidie. Dit geldt ook voor interne kosten die gemaakt worden ter voorbereiding op de verbouwing of de subsidieaanvraag. Denk daarbij aan bestede uren of loonkosten voor medewerkers van aanvrager.
Een technische omschrijving of bestek geeft de technische eisen weer die gesteld worden aan het bouwwerk waaraan de bouwwerkzaamheden worden verricht. Daaruit blijkt onder andere hoe het bouwwerk zal worden opgebouwd, uit welke materialen en welke technische en kwaliteitseisen daaraan worden gesteld. De tekeningen zijn een visuele uitwerking van de technische omschrijving of bestek. Een uitwerking van de bouwplannen betreft een verwoording van de werkzaamheden die uitgevoerd dienen te worden om de technische eisen te realiseren.