Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amsterdam

Subsidieregeling Economische Structuur- en Arbeidsmarktversterking 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmsterdam
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingSubsidieregeling Economische Structuur- en Arbeidsmarktversterking 2024
CiteertitelSubsidieregeling economische structuur- en arbeidsmarktversterking 2024
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Subsidieregeling economische structuur- en arbeidsmarktversterking 2021.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

21-03-2024nieuwe regeling

27-02-2024

gmb-2024-123404

Tekst van de regeling

Intitulé

Subsidieregeling Economische Structuur- en Arbeidsmarktversterking 2024

Het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam,

 

gelet op artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023,

 

besluit het volgende vast te stellen:

 

Subsidieregeling Economische Structuur- en Arbeidsmarktversterking 2024

Artikel 1 Definities

In deze subsidieregeling wordt verstaan onder:

  • -

    ASA 2023: de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023;

  • -

    BIZ: bedrijveninvesteringszone. Een afgebakend gebied waar ondernemers samen investeren via een ondernemersvereniging in de kwaliteit van hun bedrijfsomgeving.

  • -

    BO Platform Economie: het Bestuurlijk Overleg van het Platform Economie Metropoolregio Amsterdam;

  • -

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam;

  • -

    HIP: het Economisch herstel- en investeringsplan: plan voor 2021 – 2024 zoals vastgesteld door het College op 25 november 2020 en behandeld in de Commissie Financiën en Economische Zaken op 10 december 2020 opgesteld met het oog op de gevolgen van de Covid pandemie, met als de twee pijlers Versterken van de economische veerkracht en Aanjagen van vernieuwing in duurzame groeisectoren;

  • -

    integrale aanpak stadsdelen: de wijken in de stadsdelen Noord, Nieuw-West en Zuidoost van de gemeente Amsterdam zijn aangewezen door het College waarin het College ongelijk gaat investeren voor gelijke kansen

  • -

    IKS: integrale kostensystematiek een wijze van loonkostenberekening, waarbij subsidiabele directe- en indirecte kosten met behulp van controleerbare verdeelsleutels en tarieven aan projecten worden toegerekend via kostendragers;

  • -

    MRA: Metropoolregio Amsterdam, een samenwerkingsverband van 30 gemeentes, de provincies Noord-Holland en Flevoland en de vervoerregio Amsterdam.

  • -

    MRA Agenda: de Ruimtelijk-Economische Actie-Agenda 2020-2024, zoals bestuurlijk vastgesteld op 3 maart 2020;

  • -

    NEAP: Visie Naar een Nieuw Amsterdams Economisch Peil, het beleidsdocument vastgesteld op 18 juli 2023 in het college tezamen met de Economische Uitvoeringsagenda 2023-2026 en op 29 november 2023 in de gemeenteraad waarin het college de visie geeft op het samen werken aan een toekomstbestendige economie met oog voor mens en milieu.

  • -

    opgave agenda; uitwerking van één van de vijf opgaven uit de Visie Naar een Nieuw Amsterdams Economisch Peil met daaraan gekoppeld de Economische Uitvoeringsagenda 2023-2026.

  • -

    penvoerder: de door het samenwerkingsverband gemachtigde rechtspersoon die namens het samenwerkingsverband de (project-)aanvraag indient, het project inhoudelijk aanstuurt, de ontvangen betalingen verdeelt onder de deelnemers, de deelnemers informeert over de voortgang van het project en de administratieve relatie met het college gedurende de termijn van het project verzorgt;

  • -

    PIM: Programma Investeringsgereed innovatief MKB helpt MKB-ers in Noord-Holland met groei en financieringsvragen.

  • -

    project: één activiteit of een samenhangend geheel van activiteiten met een aanvangsdatum en vermoedelijke einddatum, die/dat als oogmerk heeft een bijdrage te leveren aan de beleidsdoelstellingen van de gemeente Amsterdam en waarvoor krachtens deze regeling subsidie wordt aangevraagd;

  • -

    raad: de gemeenteraad van de gemeente Amsterdam;

  • -

    Ready to Scale: het Programma ondersteunt innovatieve veelbelovende ondernemers bij de groei van hun onderneming.

  • -

    samenwerkingsverband: een afspraak tussen één of meerdere rechtspersonen - niet zijnde een als in artikel 24b van Boek 2 van het Burgerlijk wetboek bedoelde groep verbonden rechtspersonen - neergelegd in een overeenkomst die betrekking heeft op de gezamenlijke uitvoering van een project zonder dat hiervoor een aparte rechtspersoon is opgericht;

  • -

    SMART: Specifiek (concreet), Meetbaar, Acceptabel (uitvoerbaar), Realistisch en Tijdsgebonden;

  • -

    toekomstbestendig: de voorwaarde dat het project na afloop wordt voortgezet na de subsidievaststelling, tenzij in de aard van het project ligt besloten dat de activiteiten niet worden voortgezet. Als het project na afloop niet wordt voortgezet dienen de activiteiten na subsidievaststelling nog merkbaar te zijn;

Artikel 2 Toepasselijkheid Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023

De Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023 is van toepassing, tenzij daarvan in deze regeling uitdrukkelijk wordt afgeweken.

Artikel 3 Doel subsidieregeling

Deze subsidieregeling is van toepassing op subsidie voor activiteiten op het beleidsterrein van Economische Zaken Amsterdam en/of de MRA die bijdragen aan de doelen die voortkomen uit:

  • a.

    de Visie Naar een Nieuw Amsterdams Economisch Peil, en de bijbehorende Economische Uitvoeringsagenda 2023-2026; of

  • b.

    het Economisch herstel- en Investeringsplan Amsterdam 2021 – 2024; of

  • c.

    de MRA agenda 2020-2024.

Artikel 4 Subsidiabele kosten

  • 1.

    Subsidie wordt alleen verstrekt voor gemaakte en betaalde kosten die direct kunnen worden toegerekend aan het project en die ten goede komt aan het bereiken van de economische doelstellingen van de gemeente Amsterdam of de Metropoolregio Amsterdam.

  • 2.

    Indien in de aanvraag personele kosten zijn opgenomen, dan worden de subsidiabele kosten berekend middels de volgende systematiek:

    • a.

      de Flat-rate systematiek; waarbij per medewerker een individueel uurtarief berekend wordt op basis van de bruto jaarloon, vermeerderd met opslag vakantiegeld, werkgeverslasten en vervolgens een opslag voor overhead;

    • b.

      indien de aanvrager aantoonbaar beschikt over een door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland goedgekeurde ‘eigen verklaring betreffende de Integrale kostensystematiek’ kan deze in afwijking op lid a kiezen voor het gebruik van deze verklaring.

Artikel 5 Subsidiabele activiteiten

Het college kan subsidie verlenen ten behoeve van de volgende drie soorten activiteiten:

 

  • 1.

    NAEP, Uitvoeringsagenda college 2023-2026

    • a.

      Opgave 1: Het versterken van Amsterdams ondernemerschap en het verbeteren van communicatie en samenwerking tussen ondernemers in biz-en met Amsterdam:

      • i.

        voor de ondersteuning regionale bedrijven met het MKB digitaliseringsoffensief

      • ii.

        voor Ready to scale: ondersteuning voor lokale ondernemers die willen doorgroeien

      • iii.

        voor PIM ondersteuning voor het innovatief MKB bij het aantrekken van financiering

      • iv.

        voor het verhogen van de organisatiegraad in Noord, Nieuw-West en Zuidoost

      • v.

        voor het structurele gesprek tussen ondernemers en stadsdelen

      • vi.

        voor professionalisering van het platform

    • b.

      opgave 2: Voor het versterken en eerlijker spreiden van de innovatie-impact-economie

    • c.

      opgave 5 voor het ontwikkelen en opschalen van de verduurzaming:

      • i.

        om de arbeidsmarktpositie en wendbaarheid van personeel te verbeteren:

      • ii.

        voor diversiteit en inclusie op de arbeidsmarkt

      • iii.

        voor het ondersteunen van cruciale sectoren bij personeelstekorten

    • d.

      Voorwaarde voor toekenning van subsidie op grond van de NEAP (artikel 5.1) is dat voor elke euro verleende subsidie er minimaal twee euro via cofinanciering wordt bijgedragen. Hiervan kan alleen beargumenteerd worden afgeweken indien de aanvrager aannemelijk maakt dat externe financiering niet in deze mate haalbaar is.

  • 2.

    Herstel- en Investeringsplan 2021-2024

    • a.

      Het betreft activiteiten voor:

      • i.

        de vernieuwing in duurzame groeisectoren;

      • ii.

        het creëren van nieuwe, duurzame en waardevolle banen;

      • iii.

        de vergroting van economische weerstand en schokbestendigheid van bedrijven.

    • b.

      Voorwaarde voor toekenning is dat voor elke euro verleende subsidie minimaal één euro via cofinanciering bijgedragen worden. Hiervan kan alleen beargumenteerd worden afgeweken, indien de aanvrager aannemelijk maakt dat externe financiering niet in deze mate haalbaar is.

    • c.

      Voorts kan op grond van deze paragraaf enkel subsidie worden verleend als is voldaan aan de volgende criteria:

      • i.

        De aangevraagde subsidie bedraagt minimaal € 100.000 en maximaal € 200.000;

      • ii.

        De maximale projectduur bedraagt twee jaar

  • 3.

    Metropoolregio Amsterdam

    Subsidie voor projecten vanuit de MRA agenda 2020-2024 die voldoen aan de door het BO Platform Economie vastgestelde criteria:

    • a.

      de activiteit of project levert een bijdrage aan de brede welvaart van de MRA, een evenwichtige economische ontwikkeling van de MRA en de vernieuwing van de regionale economie;

    • b.

      de activiteit of project leidt tot een aantoonbaar intensievere samenwerking van overheden, bedrijfsleven of kennis- en opleidingsinstellingen in de MRA en effectiever economisch beleid op de schaal van de MRA.

Artikel 6 Subsidieplafond

  • 1.

    Het college stelt voor de activiteiten die volgens deze subsidieregeling voor subsidie in aanmerking komen een subsidieplafond per periode vast.

  • 2.

    De volgende subsidieplafonds worden met deze regeling vastgesteld:

    • a.

      Voor het NEAP, opgave 1, zoals opgenomen in artikel 5 lid 1 letter a:

      • i.

        € 100.000,- per kalenderjaar voor de periode 2024-2026.

      • ii.

        € 100.000,- per kalenderjaar voor de periode 2024-2026.

      • iii

        € 100.000,- per kalenderjaar voor de periode 2024-2026.

      • iv

        € 280.000,- per kalenderjaar voor de periode 2024-2026.

      • v.

        € 50.000,- per kalenderjaar voor de periode 2024-2026.

      • vi.

        € 90.000,- voor de totale periode 2024-2026.

    • b.

      Voor het NAEP, opgave 2, zoals opgenomen in artikel 5 lid 1 letter b.:

      • i.

        € 360.000,- voor het kalenderjaar 2024.

    • c.

      Voor het NAEP, opgave 5, zoals opgenomen in artikel 5 lid 1 letter c:

      • i.

        € 450.000,- per kalenderjaar voor de periode 2024-2026.

      • ii.

        €250.000,- voor het kalenderjaar 2024.

      • iii.

        € 500.000,- per kalenderjaar voor de periode van 2024-2026.

  • 3.

    Voor het HIP zoals opgenomen in artikel 5 lid 2: € 210.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 4.

    Voor de MRA-agenda zoals opgenomen in artikel 5 lid 3: € 2.470.000,- voor het kalenderjaar 2024.

  • 5.

    Voor de periodes en activiteiten waar geen subsidieplafond is vastgesteld is geen geld beschikbaar en kan geen aanvraag worden gedaan. Deze subsidieplafonds kunnen op een later moment worden vastgesteld, voor zover er geld beschikbaar komt.

Artikel 7 Verdeelsleutel subsidieplafond

De aanvragen worden behandeld in volgorde van binnenkomst. Aanvragen moeten worden ingediend via de voorgeschreven formulieren van het subsidieloket en worden alleen in behandeling genomen als ze volledig zijn.

Artikel 8 De aanvrager

In aanvulling op artikel 5 van de ASA 2023 kan subsidie worden aangevraagd door een penvoerder met volledige rechtsbevoegdheid die deelneemt aan een samenwerkingsverband.

Artikel 9 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

In aanvulling op artikel 6, tweede lid, van de ASA 2023 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken overgelegd:

  • a.

    In het geval van een samenwerkingsverband, een overeenkomst waarin het doel van de samenwerking en de taken en de bijdragen van de deelnemende partijen zijn vastgelegd;

  • b.

    In het geval van een subsidieaanvraag voor een bedrag groter dan € 200.000,- een analyse hoe het project zich verhoudt tot de staatssteunregels als neergelegd in artikel 107 van het Verdrag Betreffende de Werking van de Europese Unie en onderliggende regelgeving. Bij een aanvraag tot € 300.000 kan de aanvrager verzocht worden een de-minimisverklaring te overleggen.

  • c.

    In het geval van een subsidieaanvraag onder artikel 4.3 is een positief advies van het BO platform Economie vereist.

Artikel 10 Aanvraagtermijn

Een aanvraag om een subsidie kan worden ingediend vanaf de dag nadat het subsidieplafond voor de betreffende periode is bekendgemaakt en zolang het subsidieplafond nog niet is bereikt.

Artikel 11 Beslistermijn

In afwijking van artikel 7, derde lid van de ASA 2023 beslist het college op een aanvraag voor een eenmalige subsidie binnen twaalf weken na ontvangst van een volledige subsidieaanvraag.

Artikel 12 Weigeringsgronden

In aanvulling op artikel 8, tweede lid, van de ASA 2023 kan het college geheel of gedeeltelijk weigeren een subsidie te verlenen als:

  • a.

    er geen subsidieplafond is vastgesteld voor de periode waarop wordt aangevraagd;

  • b.

    het geen bijdrage levert aan de doelstellingen van NEAP, HIP of MRA zoals beschreven in artikel 3;

  • c.

    de activiteiten niet vallen onder de subsidiabele activiteiten, zoals opgenomen in artikel 5;

  • d.

    gegronde reden bestaat om aan te nemen dat de aanvrager niet kostenefficiënt werkt;

  • e.

    de aanvraag neerkomt op individuele bedrijfsondersteuning of ondersteuning van commerciële activiteiten;

  • f.

    het project geen markt- of systeemimperfectie adresseert en geen lacune vult in de economische structuur van Amsterdam en de MRA;

  • g.

    het project en de activiteiten onvoldoende duurzaam worden uitgevoerd;

  • h.

    het project niet voldoet aan het triple helix uitgangspunt, dat het project is ontstaan vanuit, of dient ter verbetering van, de samenwerking tussen overheid, bedrijfsleven en kennisinstellingen met als doel om innovatie te bevorderen en economische groei te realiseren;

  • i.

    het project niet toekomstbestendig is en het aannemelijk is dat het na afloop van de subsidieperiode niet zal of kan worden voortgezet zonder subsidie van het college;

  • j.

    het project geen SMART opgestelde realiseerbare doelstellingen bevat die bijdragen aan economische doelstellingen in Amsterdam of de MRA

  • k.

    in het geval van een aanvraag op grond van 4.3, de MRA-agenda: als de aanvrager geen positief advies van de MRA heeft.

Artikel 13 Aanvullende verplichtingen

Naast de verplichtingen op grond van artikel 9 en 10 van de ASA 2023, kan het college specifieke voorwaarden verbinden aan de betaalbaarstelling en wijze van uitvoering.

Artikel 14 Overgangsbepaling

  • 1.

    De Subsidieregeling economische structuur- en arbeidsmarktversterking 2021 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Een aanvraag om verlening en vaststelling van subsidie die betrekking heeft op het jaar 2021 tot en met 2023 wordt afgedaan overeenkomstig de bepalingen van de Subsidieregeling economische structuur- en arbeidsmarktversterking 2021.

  • 3.

    De regeling treedt in werking op de dag na bekenmaking in het Gemeenteblad

Artikel 15 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling economische structuur- en arbeidsmarktversterking 2024.

Aldus vastgesteld op 27 februari 2024

De burgemeester

Femke Halsema

De gemeentesecretaris

Peter Teesink

Toelichting

Deze Subsidieregeling is de opvolger van de Subsidieregeling Economische Structuur en Arbeidsmarktversterking 2021.

 

Het doel van de SESA is om op een overzichtelijke wijze een wettelijke grondslag te bieden voor subsidies op het werkterrein van de directie Economische Zaken en Cultuur voor zover deze subsidies beogen de economische structuur en arbeidsmarkt binnen de gemeente en/of de Metropoolregio Amsterdam te stimuleren en bevorderen.

 

De SESA bevat algemene bepalingen die van toepassing zijn op alle subsidieverstrekkingen en is een nadere regeling onder de Algemene Subsidieverordening Amsterdam 2023. Vervolgens bevat de regeling de verschillende subsidieactiviteiten waarvoor rechtspersonen een aanvraag kunnen indien bij het Subsidiebureau. De directie Economische Zaken en Cultuur zal namens het College beoordelen of de aanvragen voor subsidie in aanmerking komen.

 

Kenmerkend aan de subsidies die beogen de economische structuur en arbeidsmarkt van de gemeente en/of de Metropoolregio Amsterdam te verstevigen is dat het geen ‘dertien in een dozijn subsidies’ zijn. De vraag of een bepaald project tot economische structuurversterking, bijvoorbeeld in de vorm van een concrete economische ontwikkeling of innovatie zal leiden is niet op voorhand te bepalen aan de hand van een aantal criteria die zich eenvoudigweg met ja of nee laten beantwoorden. Aan het college komt in dit kader daarom ook een ruime discretionaire bevoegdheid toe bij het bepalen of een bepaald project al dan niet voor subsidie in aanmerking komt. Uiteraard dient het college daarbij de vereiste zorgvuldigheid te betrachten. Het college zal pas tot subsidiëring kunnen overgaan als het project waarvoor subsidie wordt aangevraagd een bijdrage levert aan de realisatie van de door de raad vastgestelde beleidsdoelstellingen. Voor regionale MRA projecten wordt alvorens een besluit te nemen eerst advies ingewonnen bij het BO Platform Economie.

 

Artikelgewijze toelichting

 

Artikel 1 Definities

 

De Metropoolregio Amsterdam - kortweg MRA - is het informele samenwerkingsverband van 30 gemeenten, de provincies Noord-Holland en Flevoland en de Vervoerregio Amsterdam. De MRA strekt zich uit van IJmuiden tot Lelystad en van Purmerend tot Haarlemmermeer. Het samenwerkingsverband richt zich met name op economisch-, ruimtelijk- bereikbaarheidsbeleid. Ieder beleidsveld staat onder aansturing van een zogenoemd Bestuurlijk Platform waarin de wethouders en gedeputeerden zitting hebben. Zie www.metropoolregioamsterdam.nl.

 

In het bestuursakkoord is opgenomen: “Omdat we willen dat het met alle Amsterdammers goed gaat, nu en in de toekomst, kiezen we er in dit akkoord voor om vooral te investeren op die plekken en in die opgaven waar onze steun het hardste nodig is en waar we samen het grootste verschil kunnen maken.”

 

Uiteraard dienen de doelstellingen van het project SMART geformuleerd te zijn. Voor iedere investering stelt de indiener bij voorkeur in overleg met de directie Economische Zaken en Cultuur op wat de concrete, meetbare en realiseerbare doelstellingen zijn. Vervolgens worden deze doelstellingen en het behalen ervan een expliciet onderdeel van de voorwaarden van de subsidiebeschikking die namens het college wordt afgegeven - doelstellingen zoals die zijn verwoord in artikel 3 van deze regeling.

 

Artikel 3 Doel subsidieregeling en artikel 5 Subsidiabele activiteiten

De regeling bestaat uit drie belangrijke onderdelen die zijn uitgewerkt in de artikelen 3 en 5:

 

1. Visie Een nieuw Amsterdams Economisch Peil en bijbehorende Uitvoeringsagenda 2023-2026

De regeling betreft het subsidie instrument voor de onderdelen van de vijf opgave-agenda’s van Economische Zaken en Cultuur zoals verwoord in de Visie Een nieuw Amsterdams Economisch Peil en de bijbehorende Uitvoeringsagenda 2023-2026. De uitwerkingen van de vijf opgaven worden gespreid in de tijd aangeboden ter vaststelling in het College en de gemeenteraad. Jaarlijks wordt er een subsidieplafond gekoppeld aan de subsidiabele activiteiten waarmee aanvragers voorstellen kunnen indienen (artikel 4) tot de hoogte van het plafondbedrag (artikel 5).

De Uitvoeringsagenda 2023-2026 kent de volgende vijf opgaven:

  • 1.

    Het stimuleren van succesvol ondernemen in buurt, regio en op internationaal niveau;

  • 2.

    Het versterken van innovatieve ecosystemen die bijdragen aan brede welvaart / maatschappelijke opgaven;

  • 3.

    Ruimte voor werk en voorzieningen;

  • 4.

    Het versnellen van de energietransitie en het verduurzamen van de economie;

  • 5.

    Het faciliteren van een gezonde arbeidsmarkt met gelijke kansen voor iedereen

De Visie Een nieuw Amsterdams Economisch Peil is vastgesteld in de gemeenteraad van 29 november 2023 en is te vinden via de link: https://openresearch.amsterdam/nl/page/102086/een-nieuw-amsterdam-economisch-peil

 

Ad Opgave 1: Het stimuleren van succesvol ondernemen in buurt, regio en op internationaal niveau.

Vooruitlopend op de vaststelling van de uitwerking van de opgave in de gemeenteraad biedt de regeling de mogelijkheid om subsidie aan te vragen voor het versterken van de communicatie tussen de ondernemersverenigingen en BIZ’en onderlingen en met de gemeente Amsterdam. De gemeente Amsterdam kent vanaf 1 januari 2024 86 BIZ’en. Samenwerking tussen ondernemers onderling in een BIZ of ondernemingsvereniging en met de gemeente is belangrijk voor het behoud van een sterke (buurt)economie. Door het creëren van solide communicatief sterke netwerken van ondernemers als gesprekspartners op straat- en buurtniveau, kan beter worden samengewerkt aan gezamenlijk eigenaarschap op gedeelde onderwerpen als schoon, heel en veilig.

 

Ad Opgave 2: Het versterken van innovatieve ecosystemen die bijdragen aan brede welvaart / maatschappelijke opgaven.

De opgave agenda is vastgesteld in de gemeenteraad van 29 november 2023 en is te vinden via de link: https://openresearch.amsterdam/nl/page/102088/opgaveplan-ecosystemen

 

De agenda richt zich op het versterken van de innovatieve en impact ecosystemen in Amsterdam. Beide zijn van wezenlijk belang voor een vitale en sociale economie in Amsterdam, en daarmee voor de toekomst van de stad. De innovatie economie is belangrijk voor het aanpassings- en verdienvermogen van de stad en genereert de nieuwe ideeën die nodig zijn om bij te dragen aan de grote transities (energie, circulair, eiwit/voedsel, digitaal). De impact economie is van belang voor de transitie naar een meer sociale en ecologisch duurzame economie. En beiden werken aan vernieuwing van de economie.

 

Doel van het versterken en eerlijker spreiden van de impact en innovatie economie is het succes van de impact en innovatie economie te laten landen op plekken waar dat momenteel niet vanzelfsprekend is en bij groepen die nu ondervertegenwoordigd zijn: het stimuleren van diverse en inclusieve ecosystemen.

 

Niet iedereen in Amsterdam profiteert in gelijk mate van de almaar doorgroeiende innovatie en impact economie. Met name in de stadsdelen buiten de ring (Nieuw-West, Zuidoost en Noord) zijn er relatief weinig activiteiten die bijdragen aan, of profiteren van, het impact en innovatie ecosysteem in de stad. Ondernemers uit Centrum, Oost, West en Zuid zijn in de belangrijkste netwerken voor impact én innovatief ondernemerschap sterker vertegenwoordigd dan ondernemers uit Nieuw-West, Zuidoost & Noord.

 

Subsidie kan worden verleend aan projecten die bijdragen aan een goede koppeling met de ambities van de masterplannen. Gezamenlijk bouwen we verder aan community-driven ondernemerschap in wijken.

 

Ad Opgave 3 Ruimte voor werk en voorzieningen.

De uitwerking van deze opgave is nog niet volledig en gepubliceerd. Voor 2024 wordt hiervoor dan ook geen subsidie via deze regeling verstrekt. Mogelijk dat dit in 2025 of 2026 bij aanpassing van deze regeling alsnog gebeurt.

 

Ad Opgave 4 Het versnellen van de energietransitie en het verduurzamen van de economie.

De uitwerking van deze opgave is nog niet volledig en gepubliceerd. Voor 2024 wordt hiervoor dan ook geen subsidie via deze regeling verstrekt. Mogelijk dat dit in 2025 of 2026 bij aanpassing van deze regeling alsnog gebeurt.

 

Ad Opgave 5 Uitvoeringsagenda onderwijs & arbeidsmarkt.

De opgave agenda is vastgesteld in de gemeenteraad van 7 juni 2023 in samenhang met de MBO agenda 2023-2027 en is te vinden via de link:

https://openresearch.amsterdam/nl/page/96564/mbo-agenda-2023-2025

 

Subsidie kan worden verleend aan (publiek private) arbeidsmarktprojecten die bijdragen aan de transitie naar de gewenste sociale, duurzame en inclusieve economie. Hierbij versterken wij samenwerking tussen onderwijs en bedrijfsleven, met als doelen: het stimuleren van arbeidsmarktinnovatie , het bevorderen van goed werkgeverschap en het vergroten van wendbaarheid van zowel werkgevers als (toekomstig) werknemers.

 

Zo ondersteunen wij werkgevers met hun HR vraagstukken die werken aan concrete en urgente maatschappelijke opgaven in de stad. En werkgevers die kansen bieden aan alle Amsterdammers. Dit doen we door samenwerkingen op te zetten en te ondersteunen gericht op onderwijs arbeidsmarkt trajecten. Anders gezegd: een sociaal rechtvaardige, ecologische, veilige en economisch vitale samenleving heeft een inclusieve, duurzame en innovatieve arbeidsmarkt en economie nodig. Brede welvaart is daarbij de uitkomst van economie.

 

2. Het Economisch herstel- en Investeringsplan Amsterdam 2021 – 2024

Op 25 november 2020 heeft het college ingestemd met het Economisch herstel- en investeringsplan 2021-2024. Zie: https://amsterdam.raadsinformatie.nl/Economisch herstel- en investeringsplan

 

In het Economisch herstel- en investeringsplan is onder Pijler 2: Aanjagen van vernieuwing

in duurzame groeisectoren (pagina 8) vermeld: “Vanuit de EU en Nederland wordt op grote schaal ingezet op missiegedreven herstel. Amsterdam draagt hieraan bij door intensief samen te werken aan maatschappelijke uitdagingen met verschillende partijen in de stad: ondernemers, kennisinstellingen, maatschappelijke instellingen en de overheid. Via verschillende lopende programma’s en innovatie agenda’s wordt al geïnvesteerd in de brede ontwikkeling van de kenniseconomie en het innovatieve vermogen van Amsterdamse ondernemers. In aanvulling hierop gaan we de komende periode in nauwe samenwerking met alle stakeholders inventariseren wat extra nodig is om de verschillende ecosystemen in de stad te laten floreren. Dat zal de basis zijn voor het creëren van nieuwe, duurzame banen. We richten ons hierbij met name op ecosystemen rond thema’s die als maatschappelijke uitdagingen benoemd zijn, zoals circulaire economie, de energietransitie, schone mobiliteit en gezondheid”.

 

3. De MRA agenda 2020-2024

Binnen de MRA wordt intensief samengewerkt op economisch gebied om grootstedelijke economische uitdagingen aan te gaan en om economische structuurversterking te bevorderen. Deze samenwerking krijgt vorm in het Bestuurlijk Overleg (BO) Platform Economie. In het BO Platform Economie zetelen de wethouders Economische Zaken van de grotere MRA-gemeenten (mede namens hun deelregio’s) en de gedeputeerden Economische Zaken van de deelnemende provincies. Op basis van een jaarlijkse vast te stellen begroting kan het BO Platform Economie besluiten nemen over de inzet van middelen, inclusief het beschikbaar stellen van subsidies.

 

De gemeente Amsterdam is om administratieve redenen door de MRA aangewezen als beheerder van de regionale middelen. Dit betekent dus dat als uit het regionaal budget MRA bestedingen worden gedaan middels subsidie, het college van de gemeente Amsterdam het bestuursorgaan is dat de subsidie verleent en vaststelt. De materiële beslissing of de subsidie wordt verleend, berust evenwel in de kern bij het BO Platform Economie. Bij een positief besluit door het BO Platform Economie zal het college alleen subsidieverlening weigeren als sprake is van een beoordelingsfout, conform haar wettelijke verplichting ex artikel 3:9 Awb. Het college kan voorts alleen subsidie verlenen als daaraan een positief advies van het BO Platform Economie ten grondslag ligt. De raad heeft bij besluit van 5 juni 2012 (gemeenteblad 13 juli 2012, afdeling 3a nr.105/531) met deze systematiek voor de inzet van regiomiddelen ingestemd.

 

Het BO Platform Economie wenst subsidie te kunnen verstrekken aan projecten die bijdragen aan de realisatie van de MRA Agenda, waaronder:

  • a.

    De samenwerking verder versterken;

  • b.

    Werk maken van een veerkrachtige, inclusieve en schone MRA-economie;

De subsidieaanvrager dient in een voorstel te omschrijven hoe subsidieverlening voor het project tegemoet komt aan de ontwikkelrichtingen en de daarbij behorende acties als neergelegd in de MRA Agenda. Bovendien moet zijn voldaan aan de algemene criteria die het BO Platform Economie op 9 februari 2018 heeft vastgesteld voor de toekenning van bijdragen uit het regionaal budget. Via deze regeling worden uitsluitend de subsidies verleend die niet via één van de andere deelnemende overheden uitgevoerd kunnen worden. Benadrukt wordt dat het college slechts subsidie kan verstrekken als de subsidieaanvrager een positief advies van Platform Economie kan overleggen.

 

Artikel 4 Subsidiabele kosten

Als in de aanvraag personele kosten zijn opgenomen, dan worden de subsidiabele loonkosten berekend middels de volgende systematiek:

  • a.

    de zogenaamde Flat-rate systematiek. Dit houdt in, dat per medewerker een individueel uurtarief berekend wordt op basis van de bruto jaarloon, vermeerderd met opslag vakantiegeld, werkgeverslasten en vervolgens een opslag van 35% overhead. De totale loonkosten worden berekend over 1720 uur per jaar gebaseerd op een 40-urige werkweek. Bonussen, incidentele toelagen en winstopslag zijn niet subsidiabel.

  • b.

    Indien de subsidieaanvrager beschikt over een door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland goedgekeurde ‘eigen verklaring betreffende de IKS, dan kan in afwijking op lid a worden gekozen voor het gebruik van de IKS. Meer informatie hierover is te vinden op de site van de RVO.

Bij de aanvraag wordt een uurtarief berekening overlegd waaruit blijkt op grond van welke argumenten welke systematiek gehanteerd wordt.

De afrekening dient altijd gebaseerd te zijn op basis van werkelijke kosten (wie is ingezet en voor welk bruto salaris op de loonstaat). Indien geen controleverklaring van de accountant hoeft wordt overgelegd (subsidies < € 250.000) kan worden gevraagd om urenstaten te overleggen bij verantwoording van de subsidie.

 

Artikel 5: Subsidiabele activiteiten

Het college kan subsidie verlenen ten behoeve van drie soorten activiteiten (zie ook artikel 3 met toelichting).

 

Toelichting bij 5.1 NAEP, Uitvoeringsagenda college 2023-2026

Subsidie kan worden gegeven voor projecten die bijdragen aan de vijf gemeentelijke opgaven zoals geformuleerd in de Visie ‘Naar een Nieuw Amsterdams Economisch Peil’ en de bijbehorende Economische Uitvoeringsagenda 2023-2026 en die zorgen voor brede welvaart, welzijn en ontwikkelpotentieel en arbeidskansen voor iedereen in de stad. Voor de 3e en 4e opgave is nu nog geen subsidie ter beschikking gesteld.

Voorwaarde voor toekenning is dat voor elke euro verleende subsidie er minimaal twee euro via cofinanciering wordt bijgedragen. Hiervan kan alleen beargumenteerd worden afgeweken indien de aanvrager aannemelijk maakt dat externe financiering niet in deze mate haalbaar is. De subsidie kan worden verleend voor één van de volgende vijf opgaven:

 

  • 1.

    Het versterken van het Amsterdams ondernemerschap:

    • i.

      ondersteuning van regionale bedrijven met het MKB digitaliseringsoffensief;

    • ii.

      ondersteuning voor lokale ondernemers die willen doorgroeien met Ready voor Scale;

    • iii.

      ondersteuning voor het innovatief MKB bij het aantrekken van financiering via PIM;

      Het verbeteren van de communicatie en samenwerking tussen de georganiseerde ondernemers in BIZ met de gemeente Amsterdam, tussen de ondernemers in een BIZ of de BIZ’en onderling voor het behoud van een sterke (buurt)economie:

    • iv.

      verhogen van de lage organisatiegraad van ondernemers in de stadsdelen Noord, Nieuw-West en Zuidoost;

    • v.

      het beter organiseren van het structurele gesprek t.b.v. effectieve samenwerking tussen georganiseerde ondernemers en de stadsdelen;

    • vi.

      voor samenwerking en kennisdeling met en in een BIZ of ondernemersvereniging gebruiken ondernemers een online platform. Voor initiatieven die dit platform professionaliseren, effectiever maken en zorgen dat dit in meer gebieden kan worden ingezet

  • 2.

    Het versterken en eerlijker spreiden van de innovatie-impact economie in de integrale aanpak stadsdelen door het creëren van plekken, zogenaamde incubators, in de wijken waar ondernemers kunnen werken en leren.

  • 3.

    Activiteiten om ruimte voor werk en voorzieningen te creëren.

  • 4.

    Activiteiten in het kader van de energietransitie en verduurzaming.

  • 5.

    Het ontwikkelen, opschalen en verduurzamen van de publiek private samenwerkingen tussen de onderwijsinstellingen (mbo- en hbo-instellingen), overheid en bedrijfsleven om de:

    • a.

      de arbeidsmarktpositie en wendbaarheid van huidig en toekomstig personeel (mbo studenten, kwetsbare arbeidsmigranten, flexwerkers en platformwerkers) te verbeteren;

    • b.

      diversiteit en inclusie te bevorderen en arbeidsmarktdiscriminatie te bestrijden;

    • c.

      werkgevers (in cruciale sectoren) te ondersteunen bij het tegengaan van personeelstekorten, waarbij de nadruk ligt op innovatie, de aansluiting met het onderwijs en het vergroten van de economische impact van de energietransitie.

Toelichting bij 5.2 Herstel- en Investeringsplan 2021-2024

Subsidie kan worden verleend voor projecten die passen binnen het Economisch herstel- en Investeringsplan Amsterdam 2021–2024. De aangevraagde subsidie bedraagt minimaal € 100.000 en maximaal € 200.000 en de maximale projectduur bedraagt twee jaar. Voorts moet voor elke euro verleende subsidie minimaal één euro via cofinanciering bijgedragen worden. Hiervan kan alleen beargumenteerd worden afgeweken, indien de aanvrager aannemelijk maakt dat externe financiering niet in deze mate haalbaar is.

Het betreft activiteiten voor:

  • 1.

    de vernieuwing in de volgende duurzame groeisectoren: circulaire economie, de energietransitie, schone mobiliteit en/ of gezondheid;

  • 2.

    het creëren van nieuwe, duurzame en waardevolle banen;

  • 3.

    de vergroting van economische weerstand en schokbestendigheid van bedrijven.

Toelichting bij 5.3 Metropoolregio Amsterdam

Subsidie kan worden verleend voor projecten vanuit de MRA agenda 2020-2024 die voldoen aan de door het BO Platform Economie vastgestelde criteria:

  • 1.

    het BO platform Economie heeft een positief advies afgegeven;

  • 2.

    de activiteit of project levert een bijdrage aan de brede welvaart van de MRA, een evenwichtige economische ontwikkeling van de MRA en de vernieuwing van de regionale economie;

  • 3.

    de activiteit of project leidt tot een aantoonbaar intensievere samenwerking van overheden, bedrijfsleven of kennis- en opleidingsinstellingen in de MRA en effectiever economisch beleid op de schaal van de MRA;

Artikel 6 Subsidieplafond

Met dit artikel worden subsidieplafonds vastgesteld per periode en activiteit. Dat betekent dat voor deze periodes en activiteiten subsidie kan worden aangevraagd de dag nadat de regeling gepubliceerd wordt in het Gemeenteblad. Subsidie kan alleen worden aangevraagd over een periode waarvoor een subsidieplafond is vastgesteld (zie hiervoor ook artikel 9). Voor de activiteiten/periodes waarvoor geen subsidieplafond is vastgesteld kan geen subsidie worden aangevraagd. Zodra duidelijk is of en hoeveel geld beschikbaar is voor de overige periodes, kan een subsidieplafond worden vastgesteld en gepubliceerd. Het is mogelijk dat het subsidieplafond in de loop van een periode wordt aangepast (verhoogd of verlaagd). Daarbij worden de wettelijke voorschriften van de Algemene wet bestuursrecht (met name artikel 4:25 en verder) in acht genomen.

 

Artikel 7 Verdeelsleutel subsidieplafond

Het wordt potentiële aanvragers aangeraden om voorafgaand van het doen van een aanvraag contact op te nemen met de beleidsafdeling van de directie Economische Zaken en Cultuur via het mailadres: subsidievoorstel_ez@amsterdam.nl of direct met de contactpersoon die uitvoering geeft aan één van de opgaven.

Een aanvraag moet worden ingediend via het subsidieloket met de daarvoor beschikbaar gestelde formulieren (zie ook artikel 6, eerste lid, van de ASA 2023).

 

Artikel 9 Bij de subsidieaanvraag in te dienen gegevens

Lid b.

Bij subsidie aanvragen boven het bedrag van € 200.000 is de aanvrager gehouden aan te tonen dat de subsidie verleend kan worden volgens een van de vrijstellingsmogelijkheid zoals vermeld op de website van Europa Decentraal. Bij een aanvraag tot € 300.000 kan de aanvrager verzocht worden een de- minimisverklaring te overleggen. Als subsidieverlening leidt tot staatssteun en er geen vrijstelling van toepassing is, dient het college de subsidie terug te vorderen. De subsidieaanvrager dient bij de aanvraag middels een analyse duidelijk te maken hoe dit risico wordt ondervangen. De ingediende analyse wordt getoetst door het college. Als het college voornemens is subsidie te verlenen wordt in samenspraak met de subsidieaanvrager bepaald hoe de subsidie in lijn met de staatssteunregels wordt verleend.

 

In het kader van de SESA is met name van belang dat de subsidieaanvrager in de analyse toelicht hoe naar zijn inzicht de aanvraag zich verhoudt tot: Artikel 107 e.v. van het Verdrag Betreffende de Werking van de Europese Unie (PbEU 2012, C 326/91e.v.), de Mededeling betreffende het begrip staatssteun (PbEU 2016, C 262/1), de Groepsvrijstellingsverordening (PbEU 2014, L/187/1), De-minimisverordening (PbEU 2013, L 352/1), de Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (PbEU 2014, C 198/2) en het Vrijstellingsbesluit Diensten van Algemeen Economisch Belang (PbEU 2012, L 7/3).

 

Artikel 10 Aanvraagtermijn

Vanaf de dag na publicatie van deze regeling, kunnen aanvragen worden ingediend. Voor de activiteiten en periodes waarvoor met deze regeling nog geen subsidieplafond is vastgelegd en dus geen geld beschikbaar is, kan op een later moment door het College een subsidieplafond worden vastgesteld. Aanvragen kunnen ook dan worden ingediend vanaf de dag na publicatie van het desbetreffende subsidieplafond. Zolang het subsidieplafond voor een activiteit niet is bereikt kan een aanvraag worden ingediend.