Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Brummen

PARTICIPATIEBESLUIT BUITENPLANSE OMGEVINGSPLANACTIVITEITEN, GEMEENTE BRUMMEN

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBrummen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingPARTICIPATIEBESLUIT BUITENPLANSE OMGEVINGSPLANACTIVITEITEN, GEMEENTE BRUMMEN
CiteertitelParticipatiebesluit buitenplanse omgevingsplanactiviteiten gemeente Brummen
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpParticipatiebesluit buitenplanse omgevingsplanactiviteiten

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 16.55, zevende lid, van de Omgevingswet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-03-2024nieuwe regeling

15-10-2021

gmb-2024-117947

D363789

Tekst van de regeling

Intitulé

PARTICIPATIEBESLUIT BUITENPLANSE OMGEVINGSPLANACTIVITEITEN, GEMEENTE BRUMMEN

Kenmerk Z043716 / D363790

 

DE RAAD VAN DE GEMEENTE BRUMMEN;

 

Gelet op het bepaalde in artikel 16.55 lid 6 van de Omgevingswet;

 

Gelet op het bepaalde in artikel 7.4 van de Omgevingsregeling;

 

Gelet op het bepaalde 16.55 lid 7 van de Omgevingswet;

 

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 07 september 2021 met kenmerk D363789;

 

Overwegende dat het bestuursorgaan op grond van artikel 3:2 Algemene wet bestuursrecht bij de voorbereiding van een besluit de nodige kennis omtrent de relevante feiten en de af te wegen belangen vergaart;

 

Overwegende dat het bestuursorgaan op grond van artikel 3:4 lid 1 Algemene wet bestuursrecht bij het nemen van een besluit de rechtstreeks bij het besluit betrokken belangen afweegt;

 

Overwegende dat de aanvrager op grond van artikel 7.4 lid 1 Omgevingsregeling bij het indienen van een aanvraag om omgevingsvergunning moet aangeven of burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding van zijn aanvraag zijn betrokken;

 

Overwegende dat de aanvrager op grond van artikel 7.4 tweede lid Omgevingsregeling indien er burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij zijn aanvraag zijn betrokken, bij de aanvraag gegevens verstrekt over hoe zij zijn betrokken en wat de resultaten daarvan zijn;

 

Overwegende dat de gemeenteraad op grond van het bepaalde in artikel 16.55 lid 7 Omgevingswet gevallen activiteiten kan aanwijzen waarin de aanvrager om een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit verplicht is om burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij zijn aanvraag te betrekken en in zijn aanvraag aan te geven hoe zij zijn betrokken en wat de resultaten daarvan zijn;

 

Gehoord het behandeladvies van het Forum Ruimte van 30 september 202;

 

Heeft besloten:

1. Het ‘Participatiebesluit buitenplanse omgevingsplanactiviteiten, gemeente Brummen’ vast te stellen

 

 

Artikel 1. Participatie verplicht

Participatie in de vorm van het betrekken van burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding van een aanvraag om een buitenplanse omgevingsplanactiviteit is verplicht in die gevallen waarin op grond van de Beleidsregel inzake adviesrecht voor de gemeenteraad van Brummen een advies van de gemeenteraad noodzakelijk is.

 

Artikel 2. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de datum van inwerkingtreding van de Omgevingswet.

 

Artikel 3. Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als Participatiebesluit buitenplanse omgevingsplanactiviteiten gemeente Brummen.

 

Dit besluit is genomen tijdens de openbare raadsvergadering van 14 oktober 2021.

De gemeenteraad van Brummen,

De griffier, D.D. Balduk

De voorzitter, A.J. van Hedel

 

 

Nota van toelichting

Algemene toelichting

 

Artikel 7.4 van de Omgevingsregeling

Het aanvraagvereiste participatie op basis van artikel 7.4 van de Omgevingsregeling geldt voor alle omgevingsvergunningen (als bedoeld in artikel 5.1, 5.3 en 5.4 van de Omgevingswet). Het artikel schrijft voor dat de aanvrager in zijn aanvraag moet aangeven of burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding van zijn aanvraag zijn betrokken en – als dat het geval is – hoe zij zijn betrokken en wat de resultaten daarvan zijn.

Een aanvrager wordt met de regeling van artikel 7.4 gestimuleerd om derden actief bij de totstandkoming van zijn aanvraag te betrekken. Hij behoudt echter de vrijheid om hieraan geen toepassing te geven.

 

Artikel 7.4 van de Omgevingsregeling is uitputtend bedoeld door de wetgever. Er mogen door de gemeente geen aanvullende eisen worden gesteld aan de participatie. Het is de verantwoordelijkheid van de aanvrager om een adequate vorm te kiezen waarin participatie bij de voorbereiding van een aanvraag plaatsvindt. Ook bepaalt de aanvrager wie van de burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen worden betrokken.

 

Artikel 16.55 lid 7 van de Omgevingswet

Op grond van het bepaalde in artikel 16.55 lid 7 van de Omgevingswet kan de gemeenteraad in afwijking en aanvulling op artikel 7.4 Omgevingsregeling gevallen van activiteiten aanwijzen waarvoor participatie verplicht is. In die gevallen moet de aanvrager burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding van zijn aanvraag betrekken en aangeven hoe zij zijn betrokken en wat de resultaten daarvan zijn.

Voor deze door de gemeenteraad aan te wijzen gevallen kan de aanvraag buiten behandeling worden gelaten indien niet aan participatie is gedaan.

 

Doordat de aanvraagvereisten over participatie uitputtend geregeld zijn, mogen ook voor deze door de gemeenteraad aan te wijzen gevallen geen aanvullende aanvraagvereisten worden gesteld. Dit betekent dat het de verantwoordelijkheid van de aanvrager is om een adequate vorm van participatie te kiezen en te bepalen wie van de burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen worden betrokken.

 

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1. Participatie verplicht

Met dit artikel worden de gevallen aangewezen waarin participatie door de aanvrager om omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit, verplicht is. De gevallen zijn gelijk aan die gevallen waarin op grond van de Beleidsregel inzake adviesrecht voor de gemeenteraad van Brummen een advies van de gemeenteraad noodzakelijk is. Voor een nadere toelichting zij verwezen naar de (toelichting bij de) beleidsregel.

 

Artikel 2. Inwerkingtreding

Dit artikel spreekt voor zich.

 

Artikel 3. Citeertitel

Dit artikel spreekt voor zich.