Artikel 1. Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- 1.
Raad: de gemeenteraad van Maastricht.
- 2.
Voorzitter: de voorzitter (tevens lid) van de Rekenkamer Maastricht.
- 3.
Secretaris: de secretaris van de Rekenkamer Maastricht.
- 4.
Leden: de leden van de Rekenkamer Maastricht.
- 5.
College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maastricht.
- 6.
Commissie B&V: de Commissie begroting en verantwoording. De door de raad aangewezen commissie die het eerste aanspreekpunt vormt voor de rekenkamer.
- 7.
Rekenkamer: de Rekenkamer van de gemeente Maastricht.
- 8.
Presidium: het Presidium van de gemeenteraad van Maastricht.
Artikel 2. Rekenkamer
- 2.1
- 2.2
De Rekenkamer heeft minimaal 3 en maximaal 5 leden.
- 2.3
De leden van de Rekenkamer zijn niet ondergeschikt aan enig gemeentelijk bestuursorgaan.
Artikel 3. Secretaris
De Rekenkamer kan zich laten ondersteunen door een secretaris.
Artikel 4. Benoemingen
- 4.1
De raad benoemt de leden van de Rekenkamer, op voordracht van de commissie B&V voor een periode van zes jaar.
- 4.2
De raad benoemt een van de leden van de Rekenkamer als voorzitter van de Rekenkamer.
- 4.3
Elke voordracht gaat vergezeld van een verklaring van de kandidaat, bevattende:
- -
de mededeling dat zij/hij de benoeming zal aanvaarden;
- -
een overzicht van de openbare betrekkingen die zij/hij bekleedt;
- -
een verklaring omtrent het gedrag.
- 4.4
De benoeming van een rekenkamerlid kan één keer worden verlengd.
Artikel 5. Herbenoemingen
- 5.1
Tenminste zes maanden voorafgaande aan de afloop van de benoemingsperiode van de leden maakt de commissie B&V aan de raad kenbaar al dan niet een voordracht tot herbenoeming aan de raad te zullen voorleggen.
- 5.2
De raad besluit vóór afloop van de benoemingsperiode over herbenoeming van de leden van de Rekenkamer inclusief de voorzitter.
Artikel 6. Ontslag en non-activiteit
- 6.1
In de gevallen bedoeld in artikel 81c, zevende lid (ontslag), en in artikel 81d, tweede lid (nonactiviteit), van de Gemeentewet adviseert de commissie B&V de raad over de vraag of al dan niet moet worden overgegaan tot ontslag, respectievelijk het op non-actief stellen van het betreffende lid.
- 6.2
De commissie B&V adviseert de raad tevens met betrekking tot een beslissing tot verlenging of beëindiging van een maatregel als bedoeld in artikel 81d, eerste of tweede lid, van de Gemeentewet.
Artikel 7. Rechtspositie leden van de Rekenkamer
De bepalingen aangaande de onverenigbaarheden zoals opgenomen in hoofdstuk IVa Gemeentewet zijn van toepassing.
Artikel 8. Reglement van orde
De Rekenkamer zendt het reglement van orde voor haar vergaderingen en werkzaamheden, na vaststelling, ter kennisname aan de raad en publiceert dit op haar website.
Artikel 9. Missie en taakstelling
- 9.1
In aanvulling op artikel 182, eerste lid Gemeentewet, heeft de Rekenkamer het versterken van de rol van de raad tot missie.
- 9.2
De Rekenkamer heeft het versterken van de controlerende rol van de raad tot specifieke taakstelling.
- 9.3
De door de rekenkamer gesignaleerde ontwikkelingen die verband houden met de missie en taakstelling van de rekenkamer worden gedeeld met de raad, op de wijze zoals geformuleerd in art.10
Artikel 10. Contact met de raad
De commissie B&V heeft tot taak voor de Rekenkamer als aanspreekpunt te dienen. Hiervoor dient de commissie B&V:
- -
de raad te adviseren over de ontwikkelingen die de Rekenkamer signaleert in haar rapporten;
- -
de agendacommissie te adviseren over agendering van rapporten van de Rekenkamer in de raad.
Artikel 11. Onderwerpselectie en opdrachtverlening
- 11.1
De Rekenkamer bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt, formuleert de probleemstelling en stelt het plan van aanpak vast.
- 11.2
Het in het vorige lid bedoelde plan van aanpak wordt door de Rekenkamer ter kennisneming aan de raad verstuurd.
- 11.3
De rekenkamer kan, in afwijking van het gestelde in het voorgaande lid, besluiten om het plan van aanpak verkennend voor te leggen aan de commissie B&V, om te sonderen of het beoogde onderzoek in voldoende mate aansluit bij de informatiebehoefte van de raad.
- 11.4
De raad kan de Rekenkamer een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek. De Rekenkamer bericht de raad binnen één maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de Rekenkamer niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij deze keuze toelichten.
- 11.5
De Rekenkamer overlegt jaarlijks met de commissie B&V over de onderzoeksagenda, waarna de Rekenkamer besluit welke onderzoeken worden uitgevoerd.
Artikel 12. Werkwijze
- 12.1
De Rekenkamer is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering, begeleiding en sturing van het onderzoek volgens het door haar vastgestelde onderzoeksprotocol en het per onderzoek opgestelde plan van aanpak.
- 12.2
De rekenkamer informeert de commissie B&V tussentijds over de voortgang van een onderzoek.
- 12.3
De Rekenkamer is bevoegd bij alle leden van het college en bij alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig acht voor de uitvoering van de onderzoeken. Het college en de ambtenaren van de gemeente Maastricht zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de Rekenkamer gestelde termijn te verstrekken.
- 12.4
De Rekenkamer vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar.
- 12.5
De Rekenkamer kan openbare informatieve vergaderingen beleggen.
- 12.6
Voor de uitvoering van het onderzoek kan de Rekenkamer externe personen of bureaus inschakelen.
Artikel 13. Budget
- 13.1
De Rekenkamer is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar taken.
- 13.2
Ten laste van het in het voorgaande lid bedoelde budget worden de kosten gebracht van: de vergoedingen aan de leden, de inhuur van de secretaris, de inhuur van externe onderzoekers die eventueel door de Rekenkamer zijn ingeschakeld, en eventuele overige uitgaven die de Rekenkamer nodig acht voor de uitoefening van haar taak.
- 13.3
Het budget, zoals bedoeld onder 13.2, wordt jaarlijks geïndexeerd conform het daartoe in de begroting aangegeven percentage.
- 13.4
De leden van de Rekenkamer ontvangen voor hun werkzaamheden een vast bedrag per maand voor de algemene werkzaamheden. Daarnaast worden onderzoeken tegen vooraf vastgestelde budgetten uitgevoerd.
- 13.5
De Rekenkamer verantwoordt de baten en lasten van het vorig begrotingsjaar in het jaarverslag aan de raad, als bedoeld in artikel 185, derde lid, Gemeentewet.
- 13.6.
De voorzitter kan jaarlijks vóór 1 juni een voorstel aan de raad doen om de nodige middelen ter beschikking te stellen voor een goede uitoefening van de taken van de Rekenkamer.
Artikel 14. Evaluatie
Het functioneren van de rekenkamer en het samenspel tussen Rekenkamer, raad en de raadscommissie B&V wordt eenmaal per 4 jaar geëvalueerd, namelijk in het midden van een raadsperiode. In onderling overleg tussen rekenkamer en commissie B&V wordt de vorm en inhoud van deze evaluatie bepaald.
Artikel 15. Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als: “Verordening Rekenkamer gemeente Maastricht 2024”.
Artikel 16. Inwerkingtreding
- 1.
Deze verordening treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.
- 2.
De “Verordening Rekenkamer gemeente Maastricht” zoals deze is vastgesteld door de raad op 13 maart 2018, gemeenteblad 2018, nr. 72216, 9 april 2018, datum inwerkingtreding 10 april 2018, wordt per gelijke datum ingetrokken.