Organisatie | Dalfsen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels vangnet zwemveiligheid gemeente Dalfsen |
Citeertitel | Beleidsregels vangnet zwemveiligheid gemeente Dalfsen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
geen
Algemene subsidieverordening gemeente Dalfsen 2022
N.v.t.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2024 | Nieuwe regeling | 05-03-2024 | Z/23/694996 |
Het vangnet betreft financiële ondersteuning voor het kunnen behalen van het A- en B-diploma door volwassenen die de reguliere (groeps)zwemlessen van zwembaden niet kunnen betalen.
Als voldaan is aan de gestelde voorwaarden van artikel 3 vindt uitbetaling in twee gedeelten plaats, inhoudende:
Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen in haar vergadering van 5 maart 2024.
Het college voornoemd,
de burgemeester de gemeentesecretaris
drs. E. van Lente H.J. van der Woude
Toelichting Beleidsregel vangnet zwemveiligheid gemeente Dalfsen
De gemeenteraad heeft via de aangenomen motie Vangnet zwemveiligheid het belang dat inwoners zich kunnen redden met het zwemmen onderstreept. De nadere invulling van deze motie plaats vindt plaats via financiële ondersteuning van zwemlessen voor degenen die het niet kunnen betalen.
Doel is voor zover mogelijk aan te sluiten bij reeds bestaande gemeentelijke regelingen. Aangezien er voor de jeugd (t/m 17 jaar) reeds regelingen zijn, namelijk de Kindregeling en Jeugdfonds sport & cultuur, waarbij vergoeding van zwemlessen mogelijk is, richt deze beleidsregel zich uitsluitend op volwassenen.
Dit artikel geeft aan dat deze regeling alleen volwassenen betreft en behoeft geen verdere toelichting.
Dit artikel geeft algemene kaders waarbinnen financiële ondersteuning plaatsvindt. Het betreft zwemlessen voor het behalen van het A- en B-diploma en betreft reguliere (groeps)zwemlessen. Voor degenen die niet aan reguliere groepslessen kunnen deelnemen is in verschillende gevallen hiervoor op andere wijze vergoeding mogelijk, zoals via de Zorgverzekeringswet.
Zwemveiligheid is en blijft een eigen verantwoordelijkheid van elke inwoner. Dit houdt dus ook in dat iedereen zelf geacht wordt zwemvaardig te blijven door te blijven zwemmen. Bekend is dat niet iedereen zwemt of de behoefte heeft te zwemmen en zwemles te volgen. Dit is en blijft een eigen keuze.
Artikel 3: Voorwaarden om voor financiële ondersteuning in aanmerking te komen
In dit artikel wordt ingegaan op de gestelde voorwaarden. Aan al deze voorwaarden moet op de peildatum worden voldaan om voor financiële ondersteuning in aanmerking te kunnen komen. De genoemde voorwaarden behoeven geen verdere toelichting.
Artikel 4: Omvang financiële ondersteuning
In Nederland mag iedereen zwemlessen aanbieden en een zwemdiploma uitgeven. Dit is niet wettelijk geregeld. Er mag dan ook bij elke zwemlesaanbieder zwemles worden gevolgd. Uitgangspunt hierbij is het behalen van het zwemdiploma A (aanleren) en B (beheersen).
De hoogte van de financiële ondersteuning betreft de kosten van de gemeentelijke openluchtbaden voor een periode van twee zwemseizoenen . Uitgaande van start zwemlessen in seizoen 2024 en voortzetting zwemlessen in 2025 is deze vergoeding in totaliteit € 310,-. Aanvragen die in 2025 worden ingediend worden verhoogd met de verwachte index voor 2026, etc..
Voor het indienen van een aanvraag zijn vastgestelde aanvraagformulieren van toepassing, mogelijk via de gemeentelijke website. Hiervan moet gebruik worden gemaakt om voor financiële ondersteuning in aanmerking te komen. Op andere wijze ingediende aanvragen worden niet in behandeling genomen.
Uitbetaling vindt in twee gedeelten plaats op het doorgegeven IBAN-nummer, waarbij uitbetaling van het tweede gedeelte pas plaatsvindt na ontvangst bewijs dat diploma A is behaald.
Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.
Van belang is om medio 2026 een evaluatiemoment in te bouwen. Dan is twee jaar ervaring opgedaan.