Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Uitgeest

Verordening op de raadscommissies gemeente Uitgeest 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieUitgeest
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de raadscommissies gemeente Uitgeest 2024
CiteertitelVerordening op de raadscommissies Uitgeest 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Verordening op de raadscommissies 2021.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-03-202429-02-2024nieuwe regeling

29-02-2024

gmb-2024-105230

Z24 159258

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening op de raadscommissies gemeente Uitgeest 2024

De raad van de gemeente Uitgeest:

 

gelezen het voorstel van het presidium;

 

gezien het advies van de commissie SAZ d.d. 15 februari 2024;

 

gelet op het bepaalde in artikel 82, eerste lid, van de Gemeentewet;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de volgende verordening:

 

Verordening op de raadscommissies gemeente Uitgeest 2024

 

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    commissie: raadscommissie ex artikel 82 van de Gemeentewet;

  • b.

    commissielid: lid van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • c.

    burgerlid: een commissielid, niet zijnde raadslid, die een raadsfractie vertegenwoordigt in een commissievergadering;

  • d.

    voorzitter: voorzitter van een commissie of diens plaatsvervanger;

  • e.

    commissiegriffier: griffier van een raadscommissie of diens plaatsvervanger;

  • f.

    griffier: griffier van de raad of diens plaatsvervanger;

  • g.

    Langs elektronische weg: door gebruik van e-mail en/of de website van de gemeente en/of het raadsinformatiesysteem;

  • h.

    Vergaderschema: het jaarlijks door het presidium voor een kalenderjaar vastgestelde schema van reguliere vergaderingen

Artikel 2. Instelling raadscommissies

  • 1.

    Er zijn twee raadscommissies.

  • 2.

    De benaming van de commissies en de daarin ondergebrachte portefeuille- en/of beleidsonderdelen is een bevoegdheid van het presidium.

Artikel 3. Taken

  • 1.

    Een raadscommissie:

    • a.

      brengt advies uit aan de raad over die onderwerpen waarop haar werkzaamheden betrekking hebben;

    • b.

      kan advies uitbrengen aan de raad over andere onderwerpen dan bedoeld onder a;

    • c.

      voert een opiniërend debat onderling;

    • d.

      overleg met het college of de burgemeester over in ieder geval de door hen verstrekte inlichtingen en het gevoerde bestuur ten aanzien van de onderwerpen bedoeld onder a.

  • 2.

    Indien een onderwerp meerdere commissies aangaat wordt dit behandeld in de commissie die het onderwerp het meest aangaat, tenzij het presidium beslist dat het onderwerp in een gezamenlijke vergadering van de commissies zal worden behandeld.

  • 3.

    Indien een gezamenlijke vergadering wordt belegd, vervult de voorzitter van de commissie die het onderwerp het meest aangaat, de taken van de voorzitter.

Artikel 4. Samenstelling en plaatsvervanging

  • 1.

    Alle raadsleden worden door de gemeenteraad benoemd als lid van de raadscommissies.

  • 2.

    Per agendapunt zitten er maximaal twee commissieleden per fractie aan tafel.

  • 3.

    Er is geen vaste vertegenwoordiging in raadscommissies; de fracties bepalen zelf door welke commissieleden zij vertegenwoordigd worden. Dit kan per vergadering of desgewenst per agendapunt verschillen.

Artikel 5. Burgerleden in commissies

  • 1.

    Een fractie kan burgerleden als woordvoerders in de commissie aanwijzen. Het burgerlid treedt eerst op als woordvoerder namens de desbetreffende fractie nadat het burgerlid als zodanig door de raad is toegelaten en beëdigd.

  • 2.

    De artikelen 10, 11, 12, 13, 15 en 28 van de Gemeentewet zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in artikel 15, tweede lid, van de Gemeentewet voor 'gedeputeerde staten' 'de raad' moet worden gelezen.

  • 3.

    Het lidmaatschap van de commissie van een burgerlid eindigt:

    • a.

      als de fractie waar het burgerlid geacht wordt deel van uit te maken, ophoudt een zelfstandige fractie te zijn;

    • b.

      als het burgerlid op eigen verzoek ontslag neemt;

    • c.

      door overlijden van het burgerlid;

    • d.

      als de raad de toelating en beëdiging als burgerlid intrekt;

    • e.

      als de fractie de aanwijzing als burgerlid intrekt;

    • f.

      als het burgerlid niet meer voldoet aan de vereisten bedoeld in de artikelen 10 tot en met 13 van de Gemeentewet;

    • g.

      als het burgerlid een benoeming tot lid van de raad aanneemt;

    • h.

      als de commissie ophoudt te bestaan.

  • 4.

    Per fractie mag elk burgerlid in alle raadscommissies als plaatsvervanger optreden.

Artikel 6. Commissievoorzitter

  • 1.

    De commissievoorzitter wordt door de raad op voordracht van het presidium benoemd. Er worden maximaal 2 commissievoorzitters en 2 plaatsvervangend voorzitters benoemd.

  • 2.

    Het voorzitterschap eindigt als:

    • a.

      de voorzitter ontslag neemt als voorzitter van de commissie;

    • b.

      de raad de voorzitter ontslaat of een andere voorzitter benoemt;

    • c.

      een commissie ophoudt te bestaan.

Artikel 7. Verzoek tot agendering en vragen

  • 1.

    Als een raadslid of een commissielid een onderwerp wil agenderen dient hij daartoe een voorstel in bij de griffier. Het agendapunt wordt opgenomen in de eerstvolgende nog door het presidium vast te stellen agenda van de commissievergadering.

  • 2.

    De voorzitter stelt in een openbare commissievergadering de leden in de gelegenheid bij het agendapunt ‘vragenhalfuur’ elk onderwerp ter sprake te brengen, welke betrekking heeft op het beleidsterrein van de betrokken raadscommissie, ook als het niet op de agenda staat.

Artikel 8. Technische vragen

  • 1.

    Feitelijke, cijfermatige en/of technische vragen aan het college met betrekking tot voorliggende voorstellen kunnen door commissieleden schriftelijk tot 48 uur voor de vergadering van de betreffende raadscommissie via de griffie gesteld worden aan het college.

  • 2.

    Het college draagt er zorg voor dat het schriftelijke gemotiveerde antwoord op de gestelde vragen tenminste 24 uur voor aanvang van de vergadering van de raadscommissie beschikbaar is voor de commissieleden.

  • 3.

    De vragen en antwoorden worden langs elektronische weg gedeeld met de raads- en commissieleden en toegevoegd aan de stukken van het betreffende agendapunt in het raadsinformatiesysteem.

  • 4.

    Nadat het commissielid dat de vragen aanvankelijk stelde de gelegenheid heeft gehad aanvullende vragen te stellen, hebben ook de overige aanwezige commissieleden de mogelijkheid aanvullende vragen te stellen aan het college te stellen.

Artikel 9. De commissiegriffier

  • 1.

    De griffier van de raad wijst ter ondersteuning van iedere raadscommissie een medewerker van de griffie aan als commissiegriffier.

  • 2.

    Een commissiegriffier en/of de griffier kan op uitnodiging van de commissievoorzitter aan beraadslagingen in vergaderingen deelnemen.

Hoofdstuk 2. Vergaderingen

Paragraaf 1. Voorbereiding

Artikel 10. Beeldvormende avond

  • 1.

    Om de kwaliteit van het debat in de raadscommissies en de besluitvorming in de raad te versterken, zijn er ter ondersteuning van dit proces beeldvormende avonden.

  • 2.

    De beeldvormende avond is bedoeld als instrument om:

    • a.

      raadsleden en commissieleden de mogelijkheid te bieden om die informatie te verkrijgen welke noodzakelijk is om het debat in de raadscommissies te kunnen voeren en een politiek standpunt te kunnen bepalen;

    • b.

      inwoners en organisaties te betrekken bij de besluitvorming van de raad.

  • 3.

    Alle raads- en commissieleden kunnen meespreken over geagendeerde onderwerpen tijdens de beeldvormende avonden.

  • 4.

    De meerderheid van de aanwezige raads- en commissieleden kunnen overige aanwezige belangstellenden uitnodigen deel te nemen aan het gesprek.

Artikel 11. Oproep en agenda

  • 1.

    Het presidium stelt de voorlopige agenda’s van de commissievergaderingen en de programma’s van de beeldvormende avonden vast.

  • 2.

    De eerstvolgende werkdag nadat het presidium de voorlopige agenda’s voor de daarop volgende vergadercyclus heeft vastgesteld worden de voorlopige agenda’s, met de daarbij behorende stukken, met uitzondering van daartoe conform de gemeentewet bestempelde geheime stukken, langs elektronische weg gedeeld met raads- en burgerleden.

  • 3.

    In spoedeisende gevallen kan het presidium na het langs elektronische weg delen van de voorlopige agenda een aanvullende agenda opstellen. Zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk 48 uur voor aanvang van de vergadering, wordt deze met de daarbij behorende stukken langs elektronische weg gedeeld met raads- en burgerleden.

  • 4.

    De agenda wordt bij aanvang van een vergadering door de raadscommissie vastgesteld.

Artikel 12. Beschikbaar stellen van stukken

  • 1.

    Stukken die ter toelichting van de onderwerpen of voorstellen op een agenda dienen, worden gelijktijdig met het langs elektronische weg delen met raads- en burgerleden beschikbaar gesteld via het raadsinformatiesysteem van de gemeente.

  • 2.

    Stukken waaromtrent op grond van artikel 86, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet geheimhouding is opgelegd, blijven in afwijking van het eerste lid onder berusting van de griffier en verleent deze de commissieleden op verzoek inzage.

Artikel 13. Openbare kennisgeving

De vergadering wordt aangekondigd in de Uitgeester en langs elektronische weg openbaar gemaakt.

 

Paragraaf 2. Vergadering

Artikel 14. Presentielijst

  • 1.

    De commissiegriffier draagt zorg voor het bijhouden van presentielijsten van vergaderingen.

  • 2.

    Bij binnenkomst in de vergaderzaal tekenen commissieleden de presentielijst, die bij de aanvang van elke vergadering door de commissievoorzitter en de commissiegriffier door ondertekening wordt vastgesteld.

Artikel 15. Opening vergadering en quorum

  • 1.

    Een vergadering wordt niet geopend voordat blijkens de presentielijst meer dan de helft van de fracties aanwezig is.

  • 2.

    Als op grond van het eerste lid de vergadering niet kan worden geopend, belegt de commissievoorzitter opnieuw een vergadering op een tijdstip dat ten minste vierentwintig uur na de betreffende vergadering is gelegen.

  • 3.

    Op een vergadering als bedoeld in het tweede lid is het eerste lid niet van toepassing. Een raadscommissie kan echter over andere aangelegenheden dan die waarvoor de ingevolge het eerste lid niet geopende vergadering was belegd alleen beraadslagen of besluiten, als blijkens de presentielijst meer dan de helft van de fracties aanwezig zijn.

Artikel 16. Advies; geen stemmingen

  • 1.

    Als een raadscommissie een advies aan de raad uitbrengt, beslissen de leden op voorstel van de commissievoorzitter over de inhoud van het advies.

  • 2.

    In het advies worden de standpunten van alle fracties opgenomen.

  • 3.

    In een vergadering vinden geen stemmingen plaats, met uitzondering van stemmingen over geheimhouding en met betrekking tot de orde.

  • 4.

    Maximaal 1 lid per fractie neemt deel aan de in derde lid genoemde stemmingen.

Artikel 17. Aantal spreektermijnen

  • 1.

    Beraadslaging over onderwerpen of voorstellen geschiedt in ten hoogste twee termijnen, tenzij de raadscommissie anders beslist.

  • 2.

    Spreektermijnen worden door de commissievoorzitter afgesloten.

  • 3.

    Het opiniërend debat vindt plaats in de tweede termijn.

  • 4.

    Bij de bepaling hoeveel keer een commissielid over hetzelfde onderwerp of voorstel het woord heeft gevoerd, wordt niet meegerekend het spreken over een voorstel van orde.

Artikel 18. Deelname aan de beraadslaging door anderen

Een raadscommissie kan op enig moment bepalen dat anderen mogen deelnemen aan de beraadslaging.

Artikel 19. Spreekrecht belanghebbenden

  • 1.

    Belanghebbenden kunnen in een vergadering het woord voeren (spreekrecht) over alle tot het werkterrein van de raadscommissie behorende onderwerpen. Een organisatie wordt door maximaal 2 sprekers vertegenwoordigd.

  • 2.

    Degene die van het spreekrecht gebruik wil maken, meldt dit uiterlijk 24 uur voor aanvang van de vergadering aan de commissiegriffier onder vermelding van zijn naam, adres en telefoonnummer en het onderwerp waarover hij het woord wenst te voeren.

  • 3.

    De commissievoorzitter bepaalt wanneer de inspreker het woord kan voeren.

  • 4.

    De spreker voert het woord, nadat de commissievoorzitter hem dit heeft verleend. De commissievoorzitter kan de deelnemers aan de vergadering toestaan aan insprekers korte, verhelderende vragen te stellen. Er vindt geen discussie plaats tussen een inspreker en deelnemers van de vergadering.

  • 5.

    Elke spreker krijgt maximaal 5 minuten het woord.

Artikel 20. Handhaving orde en schorsing

  • 1.

    De commissievoorzitter handhaaft de orde in de vergadering.

  • 2.

    Hij kan de raadscommissie voorstellen aan een commissielid dat door zijn gedragingen de geregelde gang van zaken belemmert het verdere verblijf in de vergadering te ontzeggen. Over het voorstel wordt niet beraadslaagd. Na aanneming daarvan verlaat het commissielid de vergadering onmiddellijk. Zo nodig doet de commissievoorzitter hem verwijderen. Bij herhaling van zijn gedrag kan het commissielid bovendien voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering worden ontzegd.

  • 3.

    Hij kan ter handhaving van de orde de vergadering voor een door hem te bepalen tijd schorsen en, als na de heropening de orde opnieuw wordt verstoord, de vergadering sluiten.

  • 4.

    Hij roept sprekers tot de orde als deze zich in beledigende of onbetamelijke uitdrukkingen uitlaten, afwijken van het in behandeling zijnde onderwerp, andere sprekers herhaaldelijk interrumperen, dan wel anderszins de orde verstoren. Sprekers die hieraan geen gevolg geven kunnen door hem het woord ontnomen worden over het aanhangige onderwerp.

Artikel 21. Voorstellen van orde

Commissieleden kunnen tijdens een vergadering mondeling een voorstel van orde betreffende de vergadering doen. De raadscommissie beslist hier terstond over.

Artikel 22. Verslag

  • 1.

    De commissiegriffier draagt er zorg voor dat van elke openbare commissievergadering een geluidsregistratie wordt gemaakt, die dient als verslag van de openbare vergadering. Dit audioverslag is via het raadsinformatiesysteem voor eenieder beschikbaar. Daarnaast wordt een lijst van conclusies en toezeggingen opgesteld.

  • 2.

    Uit een lijst van conclusies en toezeggingen blijkt in ieder geval:

    • a.

      de namen van de commissievoorzitter, de griffier, de commissiegriffier, de burgemeester, de wethouders en de commissieleden, allen voor zover aanwezig, alsmede van de overige personen die het woord gevoerd hebben;

    • b.

      een vermelding van de zaken die aan de orde zijn geweest;

    • c.

      een samenvatting van het advies aan de raad

  • 3.

    De lijst van conclusies en toezeggingen wordt langs elektronische weg gedeeld met de raads- en burgerleden en toegevoegd aan de betreffende vergadering in het raadsinformatiesysteem.

 

Paragraaf 3. Besloten vergaderingen

Artikel 23. Toepassing verordening op besloten vergaderingen

Op besloten vergaderingen is deze verordening van overeenkomstige toepassing voor zover dat niet strijdig is met het besloten karakter van de vergadering.

Artikel 24. Verslag besloten vergadering

  • 1.

    Conceptverslagen van besloten vergaderingen worden niet verspreid, maar uitsluitend voor de commissieleden ter inzage gelegd bij de commissiegriffier.

  • 2.

    Deze verslagen worden zo spoedig mogelijk in een besloten vergadering ter vaststelling aangeboden. Tijdens deze vergadering neemt de raadscommissie een besluit over het al dan niet openbaar maken van het verslag.

  • 3.

    De vastgestelde verslagen worden door de commissievoorzitter en de commissiegriffier ondertekend.

Artikel 25. Opheffing geheimhouding

Als de raad op grond van de gemeentewet voornemens is de geheimhouding op te heffen, wordt, als de raadscommissie die geheimhouding heeft opgelegd daarom verzoekt, daarover in een besloten vergadering met de raadscommissie overleg gevoerd.

 

Paragraaf 4. Toehoorders en pers

Artikel 26. Toehoorders en pers

  • 1.

    Toehoorders en vertegenwoordigers van de pers wonen openbare vergaderingen uitsluitend bij op de voor hen bestemde plaatsen.

  • 2.

    Het blijkgeven van tekenen van goed- of afkeuring of het op andere wijze verstoren van de orde is hen verboden.

  • 3.

    De commissievoorzitter is bevoegd, wanneer de orde in de vergadering op enigerlei wijze door toehoorders wordt verstoord, deze en zo nodig andere toehoorders te doen vertrekken.

  • 4.

    Het presidium is bevoegd toehoorders die bij herhaling de orde in de vergadering verstoren voor ten hoogste drie maanden de toegang tot de vergadering te ontzeggen.

Artikel 27. Geluid- en beeldregistraties

Degenen die van een openbare vergadering geluid- of beeldregistraties willen maken, doen hiervan mededeling aan de commissievoorzitter en gedragen zich naar diens aanwijzingen.

Artikel 28. Slotbepalingen

  • 1.

    De Verordening op de raadscommissies 2021 wordt ingetrokken.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot en met de raadsvergadering waarin zij is vastgesteld.

  • 3.

    De verordening wordt aangehaald als: ‘Verordening op de raadscommissies Uitgeest 2024’.

Aldus besloten door de raad van de gemeente Uitgeest in de openbare raadsvergadering van d.d. 29 februari 2024

Mevrouw Sabine A.D.C van Geffen

plaatsvervangend griffier

de heer Sebastiaan M. Nieuwland

voorzitter