| Organisatie | Maastricht |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Regeling Cameratoezicht Gemeentelijke Locaties Gemeente Maastricht 2024 |
| Citeertitel | Regeling Cameratoezicht Gemeentelijke Locaties Gemeente Maastricht 2024 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Privacyreglement voor het gebruik van camera ten behoeve van toezicht en bewaking van gemeentelijke gebouwen en terreinen.
artikel 3 van de Arbeidsomstandighedenwet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 27-02-2024 | nieuwe regeling | 06-02-2024 |
HOOFDSTUK 1. BEGRIPSBEPALINGEN, REIKWIJDTE EN DOELEINDEN
In deze regeling wordt verstaan onder:
Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG); verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Europese Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG;
Deze regeling is van toepassing op de Verwerking van persoonsgegevens door de Verwerkingsverantwoordelijke met behulp van het Camerasysteem in en op de Gemeentelijke locaties, voor de doeleinden opgenomen in artikel 3.
HOOFDSTUK 2. VERANTWOORDELIJKHEDEN EN TOEGANG TOT CAMERABEELDEN
Artikel 5. Verantwoordelijkheden
Door de Werkgever worden één of meer Werknemers aangewezen die belast zijn met het beheer van het Camerasysteem en het Veiligstellen van camerabeelden. Deze Werknemers zijn verplicht de voor deze werkzaamheden te verwerken Persoonsgegevens geheim te houden, behalve indien een wettelijk voorschrift hun verplicht deze persoonsgegevens te verstrekken, of als dit voortvloeit uit hun taak.
Artikel 6. Toegang tot de camerabeelden
De onderstaande Werknemers hebben of kunnen toegang krijgen tot de camerabeelden:
De Werknemers die een hiertoe door de Werkgever aangewezen functie vervullen, kunnen de beelden inzien voor de doelen opgenomen in artikel 3 lid 1 en onder de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 9 lid 1. Een overzicht van de aangewezen functies is opgenomen in de bij deze regeling behorende bijlage.
Hoofdstuk 3. Bewaartermijnen en inzien en Veiligstellen en verstrekken van Camerabeelden
Artikel 9. Inzien van de camerabeelden
De op grond van artikel 6 sub c aangewezen Werknemers kunnen, binnen de in het vorige artikel 7 genoemde termijn van 4 weken, bij de Beheerder een schriftelijk verzoek (waaronder email) indienen om camerabeelden in te zien onder vermelding van de Gemeentelijke locatie, datum en bij benadering het tijdstip van de te bekijken camerabeelden.
Hoofdstuk 4. Rechten van de Betrokkenen
Artikel 13. Overige rechten van de Betrokkenen
De Betrokkene die inzage heeft gehad in de over hem verwerkte Persoonsgegevens kan de Verwerkingsverantwoordelijke overeenkomstig artikel 17 en 18 AVG verzoeken deze gegevens te verwijderen of af te schermen indien deze in strijd met een wettelijk voorschrift, waaronder deze regeling, worden verwerkt.
Hoofdstuk 5. Tijdelijk Heimelijk Cameratoezicht
Artikel 14 Tijdelijk heimelijk cameratoezicht
In afwijking van het gestelde in deze regeling kan er tijdelijk, voor de duur van een vooraf vastgestelde periode, gebruik worden gemaakt van cameratoezicht op een deel van een Gemeentelijke locatie die niet toegankelijk is voor publiek zonder dat de betrokkenen hierover zijn geïnformeerd. Hiertoe dient aan de onderstaande voorwaarden te zijn voldaan;
De Werknemer en eventuele andere Betrokkenen worden na beëindiging van het heimelijk cameratoezicht geïnformeerd over het gebruik van heimelijk cameratoezicht, ook als dit niet tot vervolgprocedures leidt. Tevens wordt hun meegedeeld dat zij het recht hebben om de betreffende camerabeelden in te zien voor zover hiermee de privacy van andere Betrokkenen die op deze beelden staan niet onevenredig wordt geschaad.
Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 6 februari 2024
De Secretaris,
G.J.C. Kusters
De Burgemeester,
W.A.G. Hillenaar
Toelichting bij Regeling cameratoezicht gemeentelijke locaties gemeente Maastricht 2024
De gemeente Maastricht maakt al vele jaren gebruik van cameratoezicht als één van de manieren om de gemeentelijke locaties zoals bijvoorbeeld Mosa Forum en de milieuparken. te beveiligen. Cameratoezicht wordt gedurende de openingstijden van deze locaties vooral ingezet voor de bescherming van de fysieke veiligheid van de bezoekers, werknemers en bestuurders bij deze locaties en helpt onze organisatie bij het ontdekken van en tijdig reageren op incidenten. Daarnaast helpt de inzet van cameratoezicht, met name in de avond- en nachtelijke uren, bij het beveiligen van de gemeentelijke eigendommen.
Om de inzet van Cameratoezicht en het gebruik van de gemaakte camerabeelden op een goede wijze te regelen is de Regeling cameratoezicht gemeentelijke locaties gemeente Maastricht en deze bijbehorende toelichting vastgesteld.
In deze regeling is vastgelegd voor welke doelen gebruik kan worden gemaakt van cameratoezicht en aan welke regels/wetten de inzet van cameratoezicht en het gebruik van de camerabeelden dient te voldoen. De belangrijkste wettelijke voorschriften zijn opgenomen in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).
Dit betekent dat het gebruik (de AVG noemt dit verwerken) van persoonsgegevens alleen is toegestaan als hierop één van de grondslagen uit artikel 6 AVG van toepassing is. De grondslag voor het verwerken van persoonsgegevens bij cameratoezicht is het gerechtvaardigd belang van een organisatie/werkgever om haar werknemers, bezoekers en bezittingen te beschermen en om ongevallen, strafbare feiten etc. nader te onderzoeken.
Verder dienen de rechten die de AVG aan de betrokkenen (bezoekers gemeentelijke locaties, werknemers) geeft te zijn geborgd. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan de verplichting om de bezoekers van een gemeentelijke locatie waar cameratoezicht is, bij de ingang duidelijk te informeren over dit toezicht. Daarnaast dient de inbreuk op de privacy van betrokkenen als gevolg van de inzet van cameratoezicht in verhouding te staan tot het doel van dit toezicht. Zo zal het plaatsen van een beveiligingscamera in het toilet bijna altijd in strijd zijn met deze wettelijke eis omdat een te grote inbreuk maakt op de privacy van betrokkenen.
Overeenkomstig het bepaalde in de AVG en de richtlijnen van de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) zal er voordat definitief wordt besloten tot de inzet van cameratoezicht, altijd een data protection impact assessment(dpia)1 worden uitgevoerd.
Artikel 1 onder c. Cameratoezicht
Deze regeling heeft betrekking op het cameratoezicht dat door de gemeente Maastricht wordt uitgevoerd in haar hoedanigheid van eigenaar/ huurder van een Gemeentelijke locatie en haar rol als Werkgever. Het belangrijkste doel van dit cameratoezicht is de beveiliging van de bezoekers, Werknemers en gemeentelijke eigendommen in of op een Gemeentelijke locatie.
Deze vorm van cameratoezicht is nadrukkelijk niet bedoelt voor de handhaving van de openbare orde zoals genoemd in artikel 151c Gemeentewet en de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Maastricht. Daarmee wordt het cameratoezicht op openbare plekken in de gemeente uitgesloten van deze regeling. Bovendien is de politie verantwoordelijk voor de verwerking van persoonsgegevens bij de inzet van cameratoezicht voor het handhaven van de openbare orde.
De Werkgever is de gemeente Maastricht. De uitvoering van deze regeling is gemandateerd aan de gemeentesecretaris/algemeen directeur als hoogste Werknemer van de Werkgever.
Het begrip Werknemer dient ruim te worden uitgelegd en omvat alle natuurlijke personen die arbeid verrichten voor de gemeente Maastricht (de Werkgever) en die werkzaam zijn op een Gemeentelijke locatie waar gebruik wordt gemaakt van Cameratoezicht.
Dit begrip dient ruim te worden uitgelegd en betreft eigenlijk alle ongewone en/of ongewenste gebeurtenissen die in of op een gemeentelijke locatie plaatsvinden en vragen om actie van de verwerkersverantwoordelijke. Gedurende de openingstijden van een gemeentelijke locatie kan hierbij worden gedacht aan een ongeval of agressief gedrag waarbij de snelle inzet van de bedrijfshulpverlening, beveiligingsdienst of andere hulpdiensten is vereist. Na sluitingstijd zullen de incidenten met name betrekking hebben op een (poging
tot) inbraak bij een gemeentelijke locatie en/of de vernieling van gemeentelijke eigendommen op deze locaties.
Het gebruik van cameratoezicht zorgt ervoor dat, zeker op de plekken waar de camerabeelden “real time ”worden uitgekeken, er snel kan worden gehandeld als er zich een incident voordoet.
Artikel 1 onder O. Plichtsverzuim
Er is sprake van plichtsverzuim als een werknemer zich niet houdt aan de regels van de werkgever of een wettelijk voorschrift. Een aantal van deze regels zijn opgenomen in het Personeelshandboek zoals bijvoorbeeld de Werktijdenregeling, de Verlofregeling en het Verzuimprotocol. Daarnaast bevat de gemeentelijk gedragscode al voorschriften waaraan de werknemers zich dienen te houden.
Bovendien kan een werknemer in overheidsdienst zich schuldig maken aan plichtsverzuim als deze zich niet gedraagt zoals van een overheidswerknemer mag worden verwacht. Voorbeelden hiervan zijn agressief gedrag tegen cliënten of collega’s, het niet zorgvuldig omgaan met gegevens van inwoners, gebruik gemeentelijke OV- Chipkaart voor privéreizen etc.
Verder kunnen ook gedragingen die een werknemer in de privésfeer verricht onder omstandigheden worden aangemerkt als plichtsverzuim. Een bekend voorbeeld is de belastingambtenaar die een valse belastingaangifte indient. Andere voorbeelden zijn het hebben van een illegale wietplantage in de eigen woning, misbruik van de Participatiewet etc.
Zoals reeds aangegeven is deze regeling niet van toepassing op het cameratoezicht op grond van artikel 151c Gemeentewet. In deze regeling is vastgelegd voor welke doelen cameratoezicht in of op de Gemeentelijke locaties is toegestaan en aan welke eisen het gebruik/de verdere verwerking van de beeldopnamen met persoonsgegevens dient te voldoen.
De Persoonsgegevens die worden verkregen door de inzet van Cameratoezicht mogen alleen worden verwerkt voor de in dit artikel omschreven doeleinden. Hierbij geldt als uitgangspunt dat zowel bij het besluit om Cameratoezicht in te zetten als bij de verdere verwerking van de camerabeelden altijd een zorgvuldige afweging plaatsvindt tussen het belang van de gemeente Maastricht om de persoonsgegevens te (gaan) verwerken en het recht van de Betrokkenen (bezoekers, Werknemers) op bescherming van hun privacy.
Artikel 5. Verantwoordelijkheden
De inzet van cameratoezicht en het gebruik van de hiermee verkregen persoonsgegevens dient te voldoen aan de wettelijke eisen van de AVG. In deze wet is vastgelegd op welke gronden persoonsgegevens mogen worden verwerkt. De grondslag voor cameratoezicht in en op de Gemeentelijke locaties is het gerechtvaardigde belang van de gemeente (artikel 6 lid 1 sub f AVG) om als eigenaar/huurder en Werkgever de veiligheid van de bezoekers en werknemers in en op deze locaties te beschermen, de aldaar aanwezige gemeentelijke eigendommen goed te beveiligen en incidenten waaronder eventuele strafbare feiten en mogelijk plichtsverzuim te (laten) onderzoeken.
Gelet op het gestelde in de AVG kan tot de inzet van Cameratoezicht worden overgegaan als andere maatregelen om de betrokkenen te beschermen en de gemeentelijke eigendommen te beveiligen etc. niet voldoende blijken te zijn.
Naar aanleiding hiervan kan worden opgemerkt cameratoezicht een goede extra veiligheidsmaatregel is om snel te kunnen ingrijpen als er sprake is van agressief gedrag tegen personen. Aangezien overheidsorganisaties steeds vaker te maken krijgen met dergelijk gedrag, is de inzet van cameratoezicht voor dit doel helaas gerechtvaardigd geworden. Verder kan worden opgemerkt dat cameratoezicht een efficiënt middel is om onze eigendommen te beschermen tegen diefstal en vandalisme. Bovendien heeft cameratoezicht ook een preventief effect.
Het is belangrijk dat deze werknemers vertrouwelijk omgaan met de persoonsgegevens die zij kunnen inzien bij het beheer van het camerasysteem. Er is daarom voor gekozen om in deze bepaling vast te leggen wanneer deze geheimhoudingsplicht kan worden doorbroken. Naast het feit dat een wettelijke verplichting de geheimhouding kan opheffen, is in dit artikel aangegeven dat dit ook uit de taak van deze werknemers kan voortvloeien. Als zij bij het inzien van camerabeelden een (nog niet ontdekt) incident waarnemen waaronder een mogelijk strafbaar feit, dienen zij dit te melden.
Artikel 6. Toegang tot de camerabeelden
Lid 1 onder b directe toegang tot de camerabeelden
Om de betrokkenen, goed te kunnen beschermen, is ervoor gekozen om de camerabeelden van een aantal gemeentelijke locaties waaronder het stadhuis en het stadskantoor Mosae Forum direct te laten uitkijken. Deze taak is neergelegd bij de in deze bepaling genoemde Werknemers en wordt deels ook uitgevoerd door een hiertoe ingehuurd beveiligingsbedrijf. Vanzelfsprekend dienen deze werknemers alarm te slaan als zij op de camerabeelden een (dreigend) incident zien.
Daarnaast wordt een deel van de beelden real time uitgekeken om onmiddellijk te kunnen reageren als er problemen zijn met de automatische toegangsdeuren of de toegangspaal bij het internationaal busstation.
Lid 1 onder c aangewezen functies
Gelet op het feit dat cameratoezicht als een grote inbreuk op de privacy van de betrokkenen wordt beschouwd is ervoor gekozen om de groep werknemers die de opgenomen camerabeelden kan bekijken beperkt te houden. Deze maatregel is belangrijk voor het borgen van de vertrouwelijkheid van de op de camerabeelden aanwezige persoonsgegevens.
De camerabeelden worden bij voorkeur altijd uitgekeken in de Gemeentelijke locatie waar de Beheerders werkzaam zijn.
Deze termijn is gebaseerd op de richtlijnen van de Autoriteit Persoonsgegevens en wordt inmiddels gehanteerd door alle organisaties die gebruik maken van camerabeelden.
Artikel 9. Inzien van de camerabeelden
In het verzoek wordt gemotiveerd waarom het noodzakelijk is om de camerabeelden in te zien, met name in relatie tot het recht op privacy van de betrokkenen die op de betreffende beelden zichtbaar zijn. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de afhandeling van incidenten.
Het schriftelijk vastleggen van de redenen voor inzage in de camerabeelden helpt de verzoeker bij het maken van een zorgvuldige afweging tussen de belangen van de betrokkenen (bescherming persoonlijke levenssfeer) en het belang van de organisatie om de beelden in te zien. Daarnaast kunnen de in het verzoek genoemde argumenten worden gebruikt om bij de beantwoording van een eventuele klacht of gerechtelijke procedure toe te lichten waarom de beelden door de verzoeker zijn ingezien.
Artikel 10. Het veiligstellen van camerabeelden
Lid 1 Toestemming gemeentesecretaris/algemeen directeur
Afwijken van de bewaartermijn van vier weken is alleen mogelijk als kan worden aangetoond dat het langer bewaren van de camerabeelden noodzakelijk is. Hiervan zal sprake zijn als de beelden nodig zijn voor het onderzoeken of afhandelen van een incident.
Incidenten zoals een ongeval bij een gemeentelijke locatie, slagboom die op een auto valt etc. zullen nader worden onderzocht om duidelijkheid over de oorzaak van deze gebeurtenis te krijgen, het behandelen van schadeclaims of omdat de Arbeidsomstandighedenwet dit voorschrijft. Camerabeelden kunnen een bijdrage leveren aan een dergelijk onderzoek. Daarnaast zijn er ook incidenten die betrekking hebben op strafbare feiten of plichtverzuim. Vanzelfsprekend zullen ook deze incidenten nader worden onderzocht en kunnen in dit kader de op het (vermoedelijke) incident van toepassing zijnde camerabeelden worden veiliggesteld als aan alle voorwaarden opgenomen in deze regeling is voldaan.
Artikel 12. Het recht op informatie
Bij de toegang van iedere gemeentelijke locatie of delen van een locatie worden duidelijk zichtbare borden opgehangen waarop is aangegeven dat er gebruik wordt gemaakt van cameratoezicht, voor welke doelen dit gebeurt en wie de verwerkersverantwoordelijke is. Verder wordt verwezen naar de internetpagina privacy waar de betrokkenen meer informatie kunnen krijgen over hun rechten.
Artikel 14. Tijdelijk heimelijk cameratoezicht
Lid 2 Inzet tijdelijk heimelijk cameratoezicht
In deze bepaling wordt als eerste duidelijk gemaakt dat de inzet van heimelijk cameratoezicht niet gebruikelijk is, maar afwijkt van hetgeen verder in deze regeling wordt bepaald. Deze vorm van cameratoezicht is dan ook aan strenge voorwaarden gekoppeld. De eisen waaraan de inzet van tijdelijk heimelijk cameratoezicht dient te voldoen zijn in deze bepaling vastgelegd.
Lid 2 onder b Noodzaak en geschikt
De Autoriteit Persoonsgegevens heeft, gelet op de regelgeving over de privacybescherming, aangegeven dat het gebruik van verborgen camera’s alleen is toegestaan als aan de in deze bepaling opgenomen voorwaarden wordt voldaan.
Dit betekent onder meer dat de verwerkingsverantwoordelijke dient te kunnen aantonen dat het, ondanks allerlei inspanningen, niet lukt om een eind te maken aan het vermoedelijke strafbaar feit en de inzet van cameratoezicht daarom noodzakelijk is.
Uiteraard dient cameratoezicht ook een geschikt middel te zijn voor het uit te voeren onderzoek naar het vermoedelijke strafbaar feit. Indien het vermoeden bestaat dat er fraude wordt gepleegd in de financiële administratie zijn er waarschijnlijk betere manieren om deze vorm van plichtsverzuim te onderzoeken. Als er wordt gevreesd dat op een werkplek in drugs wordt gehandeld, zou tijdelijk heimelijk cameratoezicht een geschikt middel kunnen zijn om te onderzoeken of dit strafbaar feit inderdaad plaatsvindt.
Aangezien de inzet van heimelijk cameratoezicht een zwaar middel is dienen de te onderzoeken strafbare feiten ernstig genoeg te zijn om een deze inbreuk op de privacy van de betrokkenen te kunnen rechtvaardigen. Hierbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan aanranding, diefstal van waarde documenten, drugshandel etc. (dit betreft dus geen volledige opsomming).
Artikel 15. Onvoorziene omstandigheden
Indien er zich toch een situatie voordoet waarin deze regeling niet voorziet, beslist de gemeentesecretaris/ algemeen directeur over de inzet van cameratoezicht en/of het gebruik van de camerabeelden. Hij/zij kan in dit geval bijvoorbeeld de beheerders, adviseur arbeidsvoorwaarden en rechtspositie, integriteitscoördinator of de functionaris gegevensbescherming om een advies vragen.