Beleidsregels standplaatsen gemeente Zeewolde 2024

Artikel 1 Algemene begripsbepalingen

• a.

  Ambulante handel: handel die plaatsvindt op een openbare plaats.

• b.

  APV: de actueel geldende Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Zeewolde.

• c.

  Branche: benaming voor alle bedrijven samen die actief zijn in een bepaalde categorie of diensten, ook wel bedrijfstak of sector genoemd.

• d.

  Commerciële standplaats: een incidentele standplaats voor verkoop of promotie van commerciële producten/diensten.

• e.

  Feestdag: wat daaronder wordt verstaan in artikel 1 onder c van de Winkeltijdenverordening Zeewolde 2019.

• f.

  Ideële standplaats: een incidentele standplaats voor maatschappelijke, niet-commerciële doeleinden.

• g.

  Incidentele standplaats: een gedeelte van de openbare plaats als bedoeld onder b, die niet regelmatig of met vaste frequentie voor niet langer dan zeven aaneengesloten dagen kan worden ingenomen als standplaats.

• h.

  Openbare orde: de normale gang van zaken van het maatschappelijke leven op een bepaalde plaats onder bepaalde omstandigheden.

• i.

  Openbare plaats: plaats die krachtens bestemming of vast gebruik openstaat voor het publiek, zoals bedoeld in artikel 1 Wet openbare manifestaties (Wom).

• j.

  Particuliere standplaats: een vaste of incidentele standplaats op particulier terrein met toestemming van de eigenaar (niet zijnde de gemeente), waarvoor ingevolge de APV en deze beleidsregels dezelfde voorwaarden gelden als voor standplaatsen op een openbare plaats.

• k.

  Seizoensgebonden standplaats: een bijzondere vorm van een vaste standplaats voor de verkoop van seizoensgebonden producten zoals ijs, oliebollen, kerstbomen voor de duur van het betreffende seizoen.

• l.

  Standplaats: standplaats als bedoeld in artikel 5:17, lid 1 van de APV.

• m.

  Standplaatshouder: vergunninghouder.

• n.

  Vaste standplaats: een gedeelte van de openbare plaats als bedoeld onder b, die gedurende één of meerdere dagen per week kan worden ingenomen als standplaats voor een periode van minimaal 3 maanden per jaar op plaatsen genoemd in de tabel van artikel 4.

• o.

  Vergunning: de vergunning tot het innemen van een vaste standplaats als bedoeld in artikel 5:18 lid 1 van de APV.

• p.

  Vergunninghouder: degene aan wie door het college een vergunning is verleend om een standplaats in te nemen en op wiens naam de vergunning is gesteld.

Artikel 2 Aanvraag vergunning

Een vergunning wordt aangevraagd door middel van een volledig ingevuld en ondertekend formulier dat daartoe door of namens het college wordt verstrekt.

Artikel 3 Beoordeling aanvraag

• 1.

  Bij het beoordelen van de aanvraag aan het bepaalde in artikel 1:8 jo artikel 5:18, lid 2 en 3 van de APV voor een vergunning, wordt getoetst aan de volgende criteria:

   

• Bescherming openbare orde en veiligheid/beperken overlast (artikel 1:8 onder a APV)

  • a.

    de doorgang van hulpdiensten als politie, brandweer en ambulance wordt niet belemmerd (minimaal doorgang van 3,5 meter);

  • b.

    de toegang tot gebouwen wordt niet belemmerd;

  • c.

    geur- of geluidshinder of enig ander vorm van overlast die te verwachten is voor gebruikers of zakelijk gerechtigden van de in de nabijheid van de standplaats gelegen onroerende zaken kan afdoende worden beperkt door het stellen van voorschriften;

  • d.

    de aangevraagde standplaats bevindt zich niet op de bij de gemeente in beheer zijnde gazons of groenstroken;

  • e.

    er kan worden voldaan aan de gestelde brandveiligheidsvoorschriften;

• Waarborgen verkeersveiligheid (artikel 1:8 onder b APV)

  • f.

    de aangevraagde standplaats belemmert het uitzicht op kruisingen, fiets- en voetgangersoversteken niet en blokkeert geen uitritten van panden;

  • g.

    de vrije doorgang van het verkeer ter plaatse (voetgangers, fietsers, gemotoriseerd verkeer) wordt niet belemmerd;

  • h.

    de standplaats werkt niet verstorend of verwarrend op de verkeerskundige inrichting van de weg en leidt daardoor niet tot onveilige verkeerssituaties;

  • i.

    de standplaats leidt niet tot onaanvaardbare toename van de parkeerdruk in de directe omgeving;

• Waarborgen redelijke eisen welstand (artikel 5:18 lid 3 sub a APV)

  • j.

    de standplaats zelf of in verband met de omgeving moet voldoen aan de redelijke eisen van welstand;

• Redelijk verzorgingsniveau (artikel 5:18 lid 3 sub b APV)

  • k.

    er is geen sprake van dat consumenten afhankelijk zijn van slechts één winkel in een betreffende branche en dat deze zal verdwijnen door het verlenen van de vergunning voor het innemen van een standplaats.

• 2.

  Bij de vergunning wordt een locatiekaart toegevoegd waarop de locatie nader is aangegeven.

• 3.

  Op een standplaatslocatie mag maximaal één aanbieder per branche tegelijkertijd een standplaats innemen.

• 4.

  Indien een aanvraag wordt ingediend voor een locatie waarop het maximaal aantal te verstrekken vergunningen is bereikt, dan wordt een vergunning geweigerd.

Artikel 4 Standplaatslocaties

• 1.

  Het college verstrekt een maximaal aantal vergunningen per locatie en per branche voor alle soorten vaste standplaatsen op grond van de in artikel 3, lid 1, genoemde criteria, op de gemeentelijke locaties zoals opgenomen in onderstaande tabel, op de beschikbare dagen en voor zover nog niet is voldaan aan het maximumaantal tegelijkertijd ingenomen standplaatsen.

   

  TABEL

   

  Woonkern Zeewolde

   

  Locatie (adres bij benadering)	Dagen	Tijdstip	Maximaal aantal Stand plaatsen	Voorzieningen	Duur	Type standplaats	Bijzonderheden
  Marktstraat	ma t/m do en za	ma t/m za 6.00 tot 22.00 zo: 13.00-20.00	3	elektriciteit en Water	gehele jaar	2 vaste standplaats, 1 seizoensgebonden standplaats	in de maand december is één extra standplaats uitsluitend t.b.v. een oliebollenkraam
  Speelbos, bij Groenewoudseweg 7	ma t/m zo	ma t/m za 6.00 tot 22.00 zo: 13.00-20.00	1	geen	van 1 april tot 1 november	seizoensgebonden standplaats	Mogelijk aanvullende voorwaarden vanwege aangrenzend natuurgebied (Staatsbosbeheer)
  Tuurtoren, Parkeer-plaats aan de Bingelweg	ma t/m zo	ma t/m za 6.00 tot 22.00 zo: 13.00-20.00	1	geen	van 1 april tot 1 november	seizoensgebonden standplaats	Mogelijk aanvullende voorwaarden vanwege aangrenzend natuurgebied (Staatsbosbeheer)

   

  Buitengebied

   

  Locatie (adres bij benadering)	Dagen	Tijdstip	Maximaal aantal Stand plaatsen	Voorzieningen	Duur	Type standplaats	Bijzonderheden
  Nijkerkerbrug, op de parkeerplaats aan de Erkemeder-weg	ma t/m zo	ma t/m za 6.00 tot 22.00 zo: 13.00-20.00	1	water en elektriciteit	van 1 april tot 1 november;	seizoensgebonden standplaats	Mogelijk aanvullende voorwaarden, toestemming Waterschap vereist
  Tulpeiland	ma t/m zo	ma t/m za 6.00 tot 22.00 zo: 13.00-20.00	1	geen	van 1 april tot 1 november;	seizoensgebonden standplaats	Mogelijk aanvullende voorwaarden vanwege aangrenzend (natuur)gebied, toestemming Rijkswaterstaat vereist
  Biezenburcht (aan de Knardijk)	ma t/m zo	ma t/m za 6.00 tot 22.00 zo: 13.00-20.00	1	geen	van 1 april tot 1 november;	seizoensgebonden standplaats	Mogelijk aanvullende voorwaarden vanwege aangrenzend (natuur)gebied, toestemming Waterschap vereist

   

• 2.

  Voor incidentele standplaatsen kunnen andere locaties worden aangevraagd dan in de bovenstaande tabel weergegeven. De locaties moeten wel voldoen aan de criteria genoemd in artikel 3 lid 1.

Artikel 5 Voorwaarden aan een standplaatsvergunning

• 1.

  Een standplaatsvergunning bevat in ieder geval:

  • a.

    de naam en voornamen en correspondentieadres van de vergunninghouder;

  • b.

    de toegewezen standplaats met vermelding van de afmetingen ervan inclusief een tekening waarop de opstelling van de kraam is aangegeven;

  • c.

    de branche die de vergunninghouder voert;

  • d.

    de verplichting dat de vergunninghouder de standplaats na beëindiging van de verkoop of andere vergunde activiteiten de standplaats schoon achterlaat;

  • e.

    de voorschriften van de brandweer die in acht genomen moeten worden.

• 2.

  Het college kan extra voorschriften aan de vergunning verbinden ter bescherming van de openbare orde, de openbare veiligheid, de volksgezondheid of het milieu.

• 3.

  Een vergunning voor een vaste standplaats wordt voor maximaal 5 jaar verleend.

• 4.

  Een vergunning voor een seizoensgebonden standplaats wordt verleend voor de duur zoals vermeld in de tabel bij artikel 4.

• 5.

  Een vergunning voor incidentele - commerciële standplaatsen wordt verleend voor de duur van de gevraagde periode, met een maximum van zeven dagen.

• 6.

  Een vergunning voor incidentele - ideële standplaatsen wordt verleend voor de duur van maximaal van twee dagen.

• 7.

  In afwijking van lid 6 wordt een incidentele - ideële standplaats voor bevolkingsonderzoek verleend voor maximaal 6 maanden.

• 8.

  In afwijking van lid 6 wordt een incidentele - ideële standplaats ten behoeve van een verkiezingscampagne (in een verkiezingsjaar) verleend voor maximaal 1 dag per week met een maximum van 3 aaneengesloten weken.

• 9.

  Het college kan de geldigheidsduur van een vergunning, in afwijking van het gestelde in de leden 3 en 4 van dit artikel, beperken.

• 10.

  Een standplaatsvergunning is strikt persoonlijk en niet overdraagbaar.

• 11.

  Een vergunninghouder met een vaste standplaats, niet zijnde een seizoensgebonden standplaats, mag maximaal één dag per week op één locatie staan om te voorkomen dat de standplaats het karakter krijgt van een reguliere winkel.

Artikel 6 Inschrijving en procedure vaste en seizoensgebonden standplaats

• 1.

  Als er één of meer vergunningen voor standplaatsen zijn vrijgekomen dan maakt de gemeente Zeewolde dat openbaar bekend via de gemeentelijke kanalen (gemeentelijke website, de Zeewolde Actueel en social media van de gemeente) en op de website www.overheid.nl via het Gemeenteblad van Zeewolde. Belangstellenden voor een standplaats kunnen zich vervolgens inschrijven voor de vrijkomende standplaats(en) voor een nader te bepalen datum. Bij meer dan één gegadigde voor een standplaatsvergunning voor een standplaats op een bepaalde locatie wordt de standplaats via loting toegewezen.

• In de bekendmaking staan:

  • •

    de locatie van de standplaats en het standplaatsnummer;

  • •

    de beschikbare dagen;

  • •

    de begindatum voor aanvragen (vanaf die datum kan een aanvraag worden ingediend);

  • •

    de einddatum voor aanvragen (tot die datum kan een aanvraag worden ingediend);

  • •

    hoe een aanvraag kan worden ingediend.

• 2.

  Het aanvragen van een standplaatsvergunning garandeert niet dat een vergunning ook daadwerkelijk wordt verleend. Om voor een vergunning voor een vaste of seizoensgebonden standplaats in aanmerking te komen, dient zich geen weigeringsgrond, zoals genoemd in de APV, voor te doen. Daarnaast dient de aanvraag in overeenstemming te zijn met deze beleidsregels.

• 3.

  De gemeente behandelt alleen volledige aanvragen, inclusief de op het formulier gevraagde bijlagen.

• 4.

  Een aanvrager die een onvolledige aanvraag heeft ingediend, krijgt de gelegenheid om zijn aanvraag aan te vullen (artikel 4:5, lid 1, sub c, Awb), mits de aanvraag minimaal één week voor de einddatum is ingediend. De aanvulling moet vóór de einddatum worden ingediend. Als de aanvraag daarna nog niet volledig is, dan wordt deze buiten behandeling gelaten.

• 5.

  Aanvragen die vóór de aanvang en ná de sluiting van de inschrijvingstermijn worden ontvangen, worden niet in behandeling genomen.

• 6.

  Loten is uitsluitend noodzakelijk als er meerdere vergunbare aanvragen zijn voor dezelfde dag(en) voor dezelfde locatie. Als loten niet noodzakelijk is, dan vergunnen we iedere vergunbare aanvraag.

• 7.

  Als loten noodzakelijk is, dan geldt de volgende procedure.

  • a.

    De locatie wordt geloot per dag /per seizoen.

  • b.

    Er wordt geloot door de aanvragers van dezelfde dag/hetzelfde seizoen, dezelfde locatie en hetzelfde standplaatsnummer op briefjes (loten) te schrijven, deze op te vouwen en in een bak te doen. Vervolgens trekt de burgemeester het winnende lot.

  • c.

    De aanvrager van wie het lot als eerste wordt getrokken, komt in aanmerking voor de standplaats.

  • d.

    Uit de overige loten wordt één lot getrokken als reserve. Indien de aanvrager aan wie de standplaats is toegewezen zijn aanvraag intrekt, dan komt de reserve in aanmerking voor de standplaats.

  • e.

    De gemeente verleent de vergunning aan de winnende aanvrager en weigert de andere aanvragen.

  • f.

    Er wordt geen wachtlijst bijgehouden.

• 8.

  Nadat een vergunning is verlopen heeft een vergunninghouder geen voorrang ten opzichte van andere aanvragers.

Artikel 7 Procedure incidentele standplaats

• 1.

  Bij incidentele standplaatsen gaat het over standplaatsen die niet regelmatig en niet met een vaste frequentie worden ingenomen. Er is daarom sprake van maatwerk bij het beoordelen van een aanvraag voor een vergunning voor een incidentele standplaats.

• 2.

  Een aanvrager mag maximaal één keer per kwartaal een incidentele standplaats aanvragen. De aanvrager kan zelf een voorstel doen voor een locatie.

• 3.

  Het aanvragen van een incidentele standplaats garandeert niet dat een vergunning ook daadwerkelijk wordt verleend. De aanvraag moet in overeenstemming zijn met de APV en deze beleidsregels en meer in het bijzonder de in artikel 3 genoemde beoordelingscriteria.

Artikel 8 Voorwaarden innemen standplaats

• 1.

  Het college verleent uitsluitend een vergunning aan natuurlijke personen. Een vergunninghouder dient de standplaats persoonlijk in te nemen en mag de standplaats niet aan een ander afstaan of in gebruik geven, behoudens het gestelde onder de leden 2, 3 en 4.

• 2.

  Indien door ziekte de vergunninghouder zijn standplaats niet kan innemen, deelt hij dit schriftelijk mee aan het college. Vervanging bij plotselinge verhindering wordt mondeling aan het college gemeld, gevolgd door een schriftelijke bevestiging daarvan aan het college.

• 3.

  Wanneer een vergunninghouder is overleden, kan het college op aanvraag van zijn erven de vergunning overschrijven op naam van zijn echtgenoot, geregistreerd partner, meewerkend kind of mede-eigenaar. De vergunning geldt dan voor de resterende vergunningsduur.

• 4.

  De vergunninghouder voor een vaste standplaats mag zich eenmalig laten vervangen voor een periode van maximaal 6 aaneengesloten weken.

• 5.

  Indien de vergunninghouder van een vaste standplaats zijn standplaats 6 weken achtereenvolgend niet inneemt zonder schriftelijke opgaaf van redenen, kan de vergunning door het college worden ingetrokken.

• 6.

  De vergunninghouder mag zich op de standplaats laten bijstaan door derden.

Artikel 9 Omvang en gebruik van de standplaats

• 1.

  De oppervlakte van de in te nemen vaste standplaatslocatie, inclusief uitstallingen bedraagt ten hoogste 30 m2, mits kan worden voldaan aan de criteria in artikel 3 lid 1.

• 2.

  De oppervlakte van de in te nemen incidentele standplaatslocatie, inclusief uitstallingen bedraagt ten hoogste 10 m2, mits kan worden voldaan aan de criteria in artikel 3, lid 1.

• 3.

  Per standplaats zijn maximaal twee reclame-uitingen binnen de maximale afmetingen van de standplaats toegestaan.

• 4.

  De reclame-uitingen genoemd in het derde lid mogen maximaal 90 centimeter breed en 125 centimeter hoog zijn en mogen niet geplaatst worden op een verkeersonveilige plaats.

• 5.

  Een vergunninghouder mag objecten bij zijn standplaats plaatsen mits deze binnen de maximale afmetingen van de standplaats worden geplaatst.

• 6.

  De objecten als genoemd in het vijfde lid mogen geen tafels, stoelen of banken zijn. Met uitzondering van maximaal twee statafels.

• 7.

  De vergunninghouder mag geen gebruik maken van luidsprekers, versterkers en andere middelen ter versterking van het geluid.

• 8.

  Het is in beginsel niet toegestaan bijbehorende (vracht-)voertuigen nabij de standplaats te parkeren anders dan tijdens de op- en afbouw, tenzij anders bepaald in de vergunning.

• 9.

  Als de objecten in het derde en vijfde lid buiten de aangewezen standplaatslocatie vallen of de standplaatshouder andere voorwerpen wil plaatsen, moet de standplaatshouder hiervoor een aparte vergunning aanvragen op grond van artikel 2:10 van de APV, dan wel toestemming hebben van de grondeigenaar, indien het een standplaats op particulier terrein betreft.

Artikel 10 Schoonhouden en ontruimen standplaats

• 1.

  De vergunninghouder zorgt ervoor dat zijn standplaats steeds een goed verzorgd aanzien biedt.

• 2.

  De vergunninghouder draagt zelf zorg voor de inzameling en afvoer van afval en levert de standplaats schoon op.

• 3.

  Aan het eind van elke dag moet de directe omgeving van de standplaats schoon opgeleverd en ontruimd worden. Is hier naar het oordeel van het college geen sprake van, dan wordt de locatie op kosten van de vergunninghouder door of in opdracht van de gemeente schoongemaakt.

• 4.

  Het in het vorige lid bepaalde ten aanzien van het dagelijks ontruimen van de standplaats is niet van toepassing op een seizoensgebonden standplaats. Daarvoor geldt dat de vergunninghouder zijn standplaats ontruimt na afloop van het in de vergunning vermelde seizoen. De verplichting om de standplaats en de directe omgeving van de standplaats schoon te houden, geldt uiteraard wel.

Artikel 11 Evenementen

• 1.

  Tijdens evenementen mag een standplaats waarvoor vergunning is verleend niet worden ingenomen, indien de evenementen en/of activiteiten plaatsvinden op de betreffende locatie, tenzij de vergunninghouder schriftelijk toestemming heeft van de organisator van het evenement/de activiteit.

• 2.

  Indien een organisatie een evenement organiseert en in de aanvraag ook standplaatsen opneemt, dan wordt dat geregeld via de evenementenvergunning en niet via dit standplaatsenbeleid.

• 3.

  Het college kan bij situaties als bedoeld in lid 1 van dit artikel besluiten een alternatieve dag of locatie aan te wijzen waarop de standplaatslocatie kan worden ingenomen.

Artikel 12 Tijdstip innemen standplaats

• 1.

  Een standplaatsvergunning op maandag tot en met donderdag en op zaterdag wordt verleend voor de tijd van 06:00 uur tot maximaal 22:00 uur.

• 2.

  Een standplaatsvergunning voor een zon- of feestdag wordt verleend voor de tijd van 13:00 uur tot maximaal 20:00 uur.

• 3.

  Binnen de tijden genoemd in lid 1 en 2 dient ook de op- en afbouw van de standplaats plaats te vinden.

Artikel 13 Tijdelijk andere locatie of dag of andere eindtijd

• 1.

  Het college kan, als dringende redenen of bijzondere omstandigheden dit noodzakelijk maken, in afwijking van de vergunning besluiten:

  • a.

    tijdelijk een andere locatie of dag/periode aan te wijzen.

  • b.

    een eerdere begin- of eindtijd te bepalen voor het gebruik van de vaste of tijdelijke standplaats.

• 2.

  Een besluit als bedoeld in het eerste lid onder a en/of b wordt tijdig aan vergunninghouder en eventuele belanghebbenden medegedeeld.

Artikel 14 Kosten

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor een standplaatsvergunning zijn leges verschuldigd. De hoogte hiervan wordt jaarlijks vastgesteld in de legesverordening. De kosten voor het stroom- en waterverbruik en het gebruik van de standplaats (huur) worden per kwartaal in rekening gebracht bij de standplaatshouders. Deze kosten worden verrekend in de huursom. De gemeente kan (behalve leges) geen kosten in rekening brengen voor standplaatsen op particulier terrein.

Artikel 15 Overgangsbepaling

• 1.

  Op de vóór de inwerkingtreding van deze beleidsregels ingediende aanvragen waarop nog niet is beslist, zijn deze beleidsregels van toepassing.

• 2.

  Vergunningen voor bepaalde tijd die zijn verleend vóór de inwerkingtreding van deze beleidsregels blijven van kracht voor de in de vergunning genoemde duur.

• 3.

  Voor standplaatshouders met een vergunning voor onbepaalde tijd wordt bij inwerkingtreding van deze beleidsregels de vergunning omgezet naar een vergunning voor bepaalde tijd (conform deze beleidsregels). Op die omzetting zijn de leden 6 tot en met 8 van artikel 6 niet van toepassing. Pas op het moment dat de termijn van de nieuwe vergunning is verstreken of tussentijds wordt ingetrokken, wordt er vastgesteld of er loting plaats moet vinden conform artikel 6 lid 6 tot en met 8 van deze beleidsregels.

Artikel 16 Inwerkingtreding

• 1.

  Deze beleidsregels treden in werking op de eerste dag na bekendmaking.

• 2.

  Het Standplaatsenbeleid gemeente Zeewolde 2014 wordt ingetrokken.

Artikel 17 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Standplaatsen gemeente Zeewolde 2024.