Organisatie | Utrecht |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Subsidieregeling 'Groene, gezonde en klimaatbestendige steden en dorpen' |
Citeertitel | Subsidieregeling Groene, gezonde en klimaatbestendige steden en dorpen |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de subsidieregeling Klimaatbestendige, Groene en Gezonde Steden en Dorpen 2021-2023.
Dit besluit treedt in werking op 31-01-2024. Indien het Provinciaal Blad waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31-01-2024, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Algemene subsidieverordening provincie Utrecht 2022
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
17-02-2024 | nieuwe regeling | 30-01-2024 | UTSP-744160172 |
Gedeputeerde Staten van Utrecht;
Gelet op artikel 1.4 van de Algemene subsidieverordening provincie Utrecht 2022, de Beleidsregel subsidiabele kosten projectsubsidies, de Beleidsregel subsidiabele kosten exploitatiesubsidies, de kaderbrief 2024-2027 zoals aangenomen op 30 mei 2023, UTSP-1690915577, de programmabegroting 2024 van 8 november 2023, UTSP-1632721676-232, het Programma Aanpak Biodiversiteit in Stad en Dorp van 18 mei 2021, 8225ASCA en het Innovatieprogramma Gezonde Leefomgeving van 11 januari 2022, UTSP-1144628501-5883.
dat de provincie Utrecht heeft besloten in te zetten op een financiële bijdrage voor activiteiten binnen het grondgebied van de provincie Utrecht die bijdragen aan het bevorderen, in stand houden of versterken van klimaatadaptie, biodiversiteit en een gezonde leefomgeving in en rondom steden en dorpen.
Artikel 1.1 Algemene begripsbepalingen
communicatieplan: een document waarin de communicatieopgave én de aanpak worden beschreven. In het communicatieplan staan een probleemstelling, analyse, doelgroepen, doelstelling, strategie, boodschappen, middelen, planning en organisatie, kostenoverzicht én hoe de communicatie geëvalueerd gaat worden;
stedelijk gebied: bebouwd gebied in dorpen en steden van de provincie Utrecht. De grenzen van dit gebied zijn aangegeven op de themakaart Stedelijk gebied. Op de themakaart staat met een roze kleur aangegeven welke gebieden in het stedelijk gebied liggen. Buiten het stedelijk gebied ligt het 'landelijk gebied';
Artikel 1.2 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor de volgende activiteiten in de provincie Utrecht:
De aanvragen worden digitaal ingediend, met gebruikmaking van het daarvoor beschikbare aanvraagformulier op het subsidieportaal van de provincie Utrecht.
Artikel 1.6 Bij de aanvraag te overleggen gegevens
In aanvulling op artikel 4.4 van de AsvpU 2022, worden de activiteiten waarvoor subsidie wordt aangevraagd, beschreven in een projectplan. In het projectplan wordt puntsgewijs beschreven hoe de activiteiten, in lijn met de subsidiecriteria, bijdragen aan de hoofddoelen, zoals genoemd in artikel 1.3 lid 1.
Het besluit tot subsidieverlening wordt na ontvangst van een volledige subsidieaanvraag binnen 26 weken genomen.
De activiteit waarvoor de subsidie wordt verleend, wordt binnen 24 maanden na verstrekking van de subsidie uitgevoerd.
Artikel 1.11 Algemene weigeringsgronden
In aanvulling van artikel 4.6 van de AsvpU 2022, wordt subsidie geweigerd als:
Artikel 1.12 Algemene subsidieverplichtingen
Om de door ons verstrekte middelen een zo groot mogelijke impact te laten hebben, hechten wij waarde aan projecten die een voorbeeldfunctie kunnen vervullen en/of opschaalbaar zijn. Daarom dient de subsidieontvanger:
fotomateriaal aan te leveren van de situatie na afronding van het project via klimaatgroengezond@provincie-utrecht.nl. waarbij het fotomateriaal rechten vrij kan worden gebruikt door eenieder;
indien er sprake is van een officieel openingsmoment van het project, dan wordt de Provincie Utrecht hiervan vooraf op de hoogte gebracht via klimaatgroengezond@provincie-utrecht.nl.
Subsidie wordt verstrekt voor activiteiten, zoals genoemd in artikel 2.1, die voldoen aan de volgende criteria:
De inrichting van het groene schoolplein draagt bij aan het voorkomen van regenwateroverlast en droogte, door het regenwater van het dak en de verharding af te koppelen. Het regenwater wordt zichtbaar verwerkt en geïnfiltreerd in de bodem (bijv. d.m.v. gootjes, infiltratievelden, waterpleinen, wadi's e.d.).
Het groene schoolplein voldoet aan minstens 3 van de 5 voorwaarden:
uit het ontwerp blijkt dat de speelomgeving plek biedt voor rust, natuurbeleving, creatieve vormen van spel en avontuurlijk bewegen. De basis hiervoor ligt in de diversiteit en verscheidenheid van het plein met kenmerken als hoog/laag, nat/droog, schaduw/zon en de aanwezigheid van los natuurlijk materiaal (denk aan zand, takken, stenen en dergelijke). Kinderen kunnen zowel met abiotische natuur (zoals zand en water) als met levende natuur spelen;
Artikel 2.4 Bij de aanvraag te overleggen gegevens
In aanvulling op artikel 1.6 worden bij de subsidieaanvraag de volgende gegevens en stukken aangedragen:
Artikel 2.7 Niet subsidiabele kosten
In aanvulling op artikel 1.8 van deze regeling, zijn de kosten van speeltoestellen, zoals een klimrek, glijbaan of wipkip, niet subsidiabel.
De subsidie wordt geweigerd als het gebruik van het schoolgebouw door de aanvrager in de komende vijf jaar onzeker is.
Bij de aanleg van een groen schoolplein geldt dat de subsidieontvanger samenwerkt met het expertteam aan het uitvoerings- en participatieproces.
Artikel 3.1 Subsidiabele activiteiten
Gelet op artikel 1.2 onder b, kan subsidie worden verstrekt voor activiteiten die de omgeving van de provincie Utrecht groener, gezonder en klimaatbestendiger maken:
Artikel 3.4 Bij de aanvraag te overleggen gegevens
Bij de subsidieaanvraag worden in aanvulling op artikel 1.6 van deze regeling ook de volgende gegevens en stukken overlegd:
Voor subsidiabele activiteiten zoals bedoeld in artikel 3.1 is het subsidieplafond voor 2024: € 605.000.
Artikel 3.7 Algemene weigeringsgronden
De subsidie kan worden geweigerd indien de activiteit niet (gedeeltelijk) openbaar toegankelijk is.
Bij onderzoek, bedoeld in artikel 3.1 onder d, worden de resultaten van dit onderzoek open access beschikbaar gesteld.
Artikel 4.1 Subsidiabele activiteiten
Gelet op artikel 1.2 onder c, kan subsidie worden verstrekt voor de volgende activiteiten in een wijk of buurt in de provincie Utrecht;
Subsidie wordt slechts verstrekt voor activiteiten, bedoeld in artikel 4.1, die voldoen aan de volgende criteria:
Voor subsidiabele activiteiten zoals bedoeld in artikel 4.1 is het subsidieplafond voor 2024: { 175.000
Artikel 4.5 Hoogte van de subsidie
Voor de in artikel 4.1 bedoelde activiteiten bedraagt de hoogte van de te verstrekken subsidie maximaal 50% van de subsidiabele kosten, met een minimum van { 2.000 en maximum van { 25.000 voor 2024.
Indien subsidie wordt verleend op grond van paragraaf 3 van deze regeling, en er sprake is van staatssteun, vindt subsidieverlening plaats met inachtneming van de de-minimis verordening (Verordening (EU) Nr. 1407/2013, PbEU 2013, L352); of indien naar het oordeel van Gedeputeerde Staten van toepassing, de Algemene Groepsvrijstellingsverordening (verordening (EU) Nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 {AGVV).
Dit besluit treedt in werking op 31-01-2024. Indien het Provinciaal Blad waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 31-01-2024, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin zij wordt geplaatst.
Aldus vastgesteld in de vergadering van gedeputeerde staten van Utrecht van 30 januari 2024.
Gedeputeerde staten van Utrecht,
Voorzitter,
mr. J.H. Oosters
Secretaris,
mr. drs. A.G. Knol-van Leeuwen
Artikel 1.1 Algemene begripsbepalingen
Onder d: Handvatten communicatieplan
Handvatten voor het maken van een communicatieplan zijn hier te vinden: https://communicatiekompas.nl/hulpmiddelen/bouwstenen-van-een-communicatieplan
Het expertteam wordt samengesteld door een partij die ervaring heeft met het vergroenen van schoolpleinen. De experts worden betaald door de provincie Utrecht.
Lid 1 Hoofddoelen subsidieregeling
Deze subsidieregeling kent een integrale insteek en wil projecten stimuleren die bijdragen aan tenminste twee van de genoemde hoofddoelen: klimaatadaptatie, biodiversiteit en gezonde leefomgeving. Deze liggen deels in elkaars verlengde en vaak dragen projecten op logische wijze vanzelfsprekend bij aan meerdere doelen.
Na indienen van de aanvraag kan er een aanvullend gesprek plaatsvinden tussen aanvrager en provincie. Tijdens dit gesprek kan indien gewenst een extra toelichting gegeven worden op het project c.q. initiatief, de doelstelling, het tijdspad en de te bereiken resultaten.
Artikel 1.6 Bij de aanvraagte overleggen gegevens
Om het proces van subsidieverlening soepel te laten verlopen, vragen we aanvragers om de in artikel 1.6 en indien van toepassing de in artikel 2.4 en artikel 3.4 opgenomen documenten tijdig aan te leveren. Wanneer documenten bij de aanvraag ontbreken, zullen wij hierom vragen en aangeven binnen welke tijd deze documenten alsnog aangeleverd moeten worden. Indien deze niet of niet tijdig worden aangeleverd, kan de aanvraag buiten behandeling worden gelaten.
Stapeling van subsidies, van de provincie of andere organisaties, is toegestaan mits deze op andere onderdelen van het initiatief c.q. project ingezet worden en het totale subsidiebedrag nooit meer dan 100% van de kosten bedraagt.
Het adres op het bankafschrift moet overeenkomen met het adres op het aanvraagformulier en indien van toepassing ook op het uittreksel van de Kamer van Koophandel. Indien dit afwijkt, dan moet er een verklaring worden aangeleverd. Transacties moeten onleesbaar gemaakt zijn. Het bankafschrift moet worden aangeleverd in PDF.
Bij de aanvraag moet door middel van een plantenlijst aangetoond worden dat de gebruikte beplanting niet invasief is, het voor minimaal 50% uit zuivere inheemse beplanting bestaat en/of een aantoonbare bijdrage levert aan de biodiversiteit. Planten kunnen een aantoonbare bijdrage leveren aan de biodiversiteit door te voorzien in voedsel, schuil- en verblijfplaatsen, nestgelegenheid en hierdoor specifieke diersoorten (met name insecten) aantrekken (dit geldt bijvoorbeeld voor vlinderstruiken, lavendel, helenium etc.).
Voeg hiervoor bijvoorbeeld een per soort specificeerde offerte van een hovenier bij.
Zowel zaadmengsels als vaste planten mogen geen pesticiden bevatten en mogen geen uitheemse mengsels (zogenaamde carnavalsmengsels) zijn. Zadenmengsels mogen niet alleen uit eenjarige planten bestaan. Zadenmengsels met biologische gekweekte zaden (geschikt voor op daken), en biologisch geteelde vaste inheemse planten zijn verkrijgbaar bij bijvoorbeeld biologische kwekerijen.
Artikel 1.11 Algemeneweigeringsgronden
Onder c: Wettelijkeverplichting
Met wettelijke verplichting wordt bijvoorbeeld de Wet Natuurbescherming bedoeld.
Artikel 1.12 Algemene subsidieverplichtingen
Om anderen te laten leren van opgedane ervaringen, kunnen wij subsidieontvangers vragen om mee te werken aan het actief delen van de kennis met als doel een bredere toepassing binnen de provincie.
Paragraaf 2 Groene schoolpleinen
Artikel 2.2 Criteria schoolpleinen
Om de kwaliteit van het groene schoolplein op de lange termijn te kunnen waarborgen, is het belangrijk dat er draagvlak is voor het groene schoolplein. Het betrekken van kinderen in beheer en onderhoud draagt hieraan bij.
Rechtspersonen kunnen een subsidie aanvragen, dit zijn bijvoorbeeld:
Artikel 2.4 Bij de aanvraag te overleggen gegevens
Onder b: Wat staat er in een projectplan?
Er wordt een projectplan opgesteld onder begeleiding van het expertteam. Een projectplan bevat o.a. de volgende zaken:
Om initiatieven in versteende wijken extra te stimuleren is ervoor gekozen om het maximale subsidiebedrag en het subsidiepercentage hier te verhogen.Initiatieven in versteende wijken die binnen de "groene stad challenge" laag scoren op groen ("label F") worden ondersteund met maximaal 75% van de subsidiabele kosten. Dit in tegenstelling tot maximaal 50% bij initiatieven in andere wijken.
Initiatieven in versteende buurten hebben een grotere impact op de omgeving, het tegengaan van hittestress, het vergroten van de biodiversiteit en de gezondheid van inwoners. Versteende wijken kunnen gevonden worden door de kaart Groene stad te raadplegen. In de legenda staat aangegeven dat donkerpaarse gebieden "label F" hebben.
Artikel 2.7 Niet subsidiabele kosten
Kosten voor speeltoestellen komen niet in aanmerking voor subsidie. Kosten voor speelaanleidingen wel. Speeltoestellen zijn toestellen en structuren, waarmee of waarop kinderen kunnen spelen volgens hun eigen spelregels of beweegredenen. Denk bijvoorbeeld aan een klimrek, glijbaan of wip. Speeltoestellen moeten worden gekeurd om te voldoen aan de Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen (WAS). Een speelaanleiding is een object dat kinderen tot spelen uitnodigt. Denk bijvoorbeeld aan stapstenen, wilgentunnel, waterpomp of trappetjes van boomstammen. Een speelaanleiding hoeft niet gekeurd te worden.
Paragraaf 3 Initiatieven voor het groener, gezonder en klimaatbestendiger maken van de omgeving
Artikel 3.1 Subsidiabele activiteiten
Initiatieven die onder deze categorie vallen (niet zijnde groene schoolpleinen) dienen minimaal bij te dragen aan twee van de drie hoofddoelen van biodiversiteit, gezondheid en klimaatadaptatie. In deze categorie wordt ruimte gecreëerd om initiatieven te stimuleren en mogelijk te maken in verschillende fasen (onderzoek, planvorming of uitvoering) en op verschillende schaalniveaus. Er is een grote diversiteit aan organisaties en activiteiten die kunnen bijdragen aan het realiseren van een klimaatbestendige, biodiverse en gezonde leefomgeving. Daarom geven we in het volgende deel een aantal voorbeelden van activiteiten die voor subsidie in aanmerking komen.
Onder a: Ingrepen in de fysieke leefomgeving (inclusief bijbehorende voorbereiding)
Hierbij gaat het om de uitvoering van fysieke maatregelen zoals de aanleg van groene beplanting. De inrichting van de openbare ruimte en natuurinclusief en klimaatbestendig bouwen valt hier ook onder. Onder bijbehorende voorbereiding verstaan we voorbereidingen die nodig zijn om een ingreep in de fysieke leefomgeving uit te voeren. Hieronder valt bijvoorbeeld het inhuren van een adviesbureau ter ondersteuning voor de uitvoering van een project, communicatie met de omgeving en andere belanghebbenden (participatie), begeleiding van klankbord- of gebruikersgroepen, het maken van een ontwerp of een schets, et cetera. Hieronder staat een lijst met voorbeelden die voldoen aan minstens twee van de drie hoofddoelen van klimaatadaptatie, biodiversiteit en gezonde leefomgeving.
Welk soort projecten dragen bij aan twee van de drie hoofddoelen?
Met projecten die voldoen aan de twee hoofddoelen van klimaatadaptatie en biodiversiteit wordt bijvoorbeeld bedoeld:
Met projecten die voldoen aan de twee hoofddoelen van klimaatadaptatie en gezonde leefomgeving wordt bijvoorbeeld bedoeld:
Met projecten die bijvoorbeeld voldoen aan de twee hoofddoelen van biodiversiteit en gezonde leefomgeving wordt bijvoorbeeld bedoeld:
Met projecten die voldoen aan de alle drie hoofddoelen van biodiversiteit en gezonde leefomgeving en klimaatadaptatie wordt bijvoorbeeld bedoeld:
Onder b: De voorbereiding en aanleg van een biodivers groen dak
Bij groene daken kan een onderscheid gemaakt worden tussen extensieve en intensieve groene daken. Een intensief groen dak is een daktuin waarin beloopbare zones (zoals terrassen en paden) en groenzones gecombineerd worden. Een extensief groen dak is niet bedoeld om te bewandelen, maar biedt louter een begroeiing. Voor beide type daken kan een aanvraag ingediend worden, met als voorwaarde dat het onder andere voldoet aan twee van de drie hoofddoelen van de subsidieregeling van klimaatadaptatie, biodiversiteit en gezonde leefomgeving.
Voor biodiversiteit voegt bijvoorbeeld een regulier sedumdak weinig waarde toe aan de biodiversiteit, hiervoor is bijvoorbeeld minimaal een sedumdak met kruidenmix noodzakelijk. Indien de dakconstructie het toelaat is het aan te raden hier voor kwalitatief hoogwaardige mix als bedekking te kiezen om te voldoen aan de voorwaarden.
Verder kan een sterke dakconstructie ervoor zorgen dat een groen dak ook als wateropvang kan dienen en tegelijkertijd het gebouw koel kan houden.
Ga het liefst terughoudend om met het inzaaien van plantenzaden. Idealiter vinden planten hun eigen weg naar een gebied en vestigen zich er dan op eigen kracht. Als snel een mooi resultaat nodig is, kan ervoor gekozen worden om planten in te zaaien. Let er bij het kiezen van zaaigoed (en planten) op of de soorten qua behoefte aan licht, vocht en grondsoort passen bij de locatie. Daarnaast zijn er nog een aantal aandachtspunten:
Kies voor zaden en planten die zijn opgekweekt uit planten met een regionale herkomst (die ook oorspronkelijk uit Nederland komen). Veel plantmateriaal wordt namelijk opgekweekt uit zaad dat geïmporteerd is uit Zuid- en Oost-Europa. Daarbij gaat het weliswaar om soorten waarvoor Nederland tot het natuurlijke verspreidingsgebied hoort (inheems), maar het importmateriaal heeft andere erfelijke eigenschappen. Zo kan het gebeuren dat de bloeitijden van die planten niet afgestemd zijn op de insecten die bij ons rondvliegen;
Deze website geeft meer informatie over inheemse soorten en het belang van streekeigen zaden: https://milieudefensie.nl/actueel/magazine/back-up-van-de-natuur
Op deze website staat een lijst van leveranciers voor inheems bloemenzaad: https://www.vlinderstichting.nl/help-mee/kom-in-actie/bloemenweide-aanleggen/bloemenzaden/
Wat wordt onder 'voorbereiding' verstaan?
Onder voorbereiding wordt de voorfase van een project en/of ontwerp verstaan zoals de verkenning, ontwerp, overleg met de omgeving en belanghebbenden (participatie), et cetera. Een subsidieaanvraag voor de aanleg van een biodivers groen dak, kan gecombineerd worden met voorbereidende werkzaamheden bestaande uit het versterken van de dakconstructie voor het biodiverse groene dak.
Onder c: Stimuleren van gedragsverandering of het bevorderen van betrokkenheid, kennis, draagvlak en beleving van inwoners en/of bedrijven, ondernemers of maatschappelijke organisaties.
Hierbij gaat het om een beweging op gang te brengen bij partijen en bewonerscollectieven van bewustwording en gedragsverandering. Voorbeelden die onder deze activiteiten vallen zijn:
Onder d: Onderzoeken, ontwikkelen of opschalen van innovaties binnen de woon- en werkomgeving
Hieronder vallen onder andere activiteiten, omgevingsanalyses, locatiestudies, haalbaarheidsstudies en financiële analyses voor innovatieve maatregelen, pilot- en/of uitvoeringsprojecten die hieruit voortvloeien, et cetera.
Een voorbeeld is: onderzoek naar of aanleg van innovatieve klimaatbestendige planten in het stedelijk gebied die aan de biodiversiteit bijdragen.
Zie toelichting bij artikel 2.3.
Zie toelichting bij artikel 2.6.
Met open acces wordt bedoeld het beschikbaar stellen van de gegevens zoals beschreven onder het beleid van NWO https://www.nwo.nl/open-access-publiceren