Organisatie | Maashorst |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatregeling Maashorst |
Citeertitel | Mandaatregeling Maashorst |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2023 | 01-01-2022 | nieuwe regeling | 07-06-2022 |
Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Maashorst, en, de burgemeester als vertegenwoordiger van de rechtspersoon gemeente Maashorst, ieder voor zover zijn eigen bevoegdheid strekt;
overwegende dat de Organisatieregeling Maashorst mandaatverlening in een regeling toestaat aan een functionaris binnen geldend beleid, budget en de taken en met aansturing door een leidinggevende;
dat hierbij het uitgangspunt is om, zoals verwoord in de Organisatiefilosofie Maashorst, “de bevoegdheden en verantwoordelijkheden laag in de organisatie te beleggen”;
dat beslissingen die afwijken van wets- of beleidskaders in beginsel nopen tot een bestuurlijke afwe-ging tussen het individuele en algemene belang om integriteit, gelijkheid en vertrouwen te waarborgen bij de rolvervulling van algemeen belangbehartiger en facilitator door de gemeente Maashorst;
dat artikel 3.3 van de Wet open overheid verplicht tot actieve openbaarmaking van inzicht in de organisatie en werkwijze, waaronder de taken en bevoegdheden van de organisatieonderdelen;
dat het college in zijn reglement de burgemeester toestaat om de ondertekening van de stukken die van het college uitgaan op te dragen aan gemeenteambtenaren;
gelezen het positieve advies van de ondernemingsraad op gelijke concept-regeling;
gelet op de afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), de artikelen 59a en 171 van de Gemeentewet, artikel 3:60 Burgerlijk Wetboek en artikel 10 van de Organisatieregeling Maashorst;
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze regeling, mede volgend de Organisatieregeling Maashorst, wordt verstaan onder:
Artikel 2 Verlening van bevoegdheden aan directeuren
In naam van respectievelijk de gemeente, het college en de burgemeester:
ter uitvoering van de regelingen uit het Mandaatregister overeenkomstig navolgend artikel 3.
Artikel 3. Verlening van bevoegdheden aan leidinggevenden
De leidinggevende is bevoegd tot het in naam van de gemeente, het college, respectievelijk de burgemeester uitvoeren van de regelingen zoals vermeld in het bij dit artikel behorende Mandaatregister, dan wel tot het uitvoeren van bevoegdheden zoals die aan hem met instemming van het college zijn verleend op basis van een Mandaatbesluit van de gemeenteambtenaar die volgens de Gemeentewet belast is met de heffing of invordering van gemeentelijke belastingen.
Onder ‘de regelingen’ wordt mede begrepen: de vermelde regeling in het Mandaatregister met inbegrip van de wettelijke voorschriften die de invoering, wijziging of overgang hiervan regelt, de hieruit voortkomende algemene maatregelen van bestuur, alsmede besluiten van algemene strekking die hun grondslag aan de vermelde regeling ontlenen.
Onder ‘het uitvoeren van de regelingen’ wordt verstaan: het verrichten van de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke rechtshandelingen die in de regelingen staan vermeld, het ondertekenen van stukken en het verrichten van feitelijke handelingen die uit de genoemde regelingen voortvloeien, met inbegrip van het aanwijzen van een toezichthouder, ambtenaar, persoon of andere functionaris overeenkomstig de toepasselijke wettelijke voorschriften.
Artikel 4. Verlening van bevoegdheden aan overige functionarissen
Een functionaris is bevoegd tot het verrichten van handelingen, met uitzondering van een beschikking in afwijking van de aanvraag dan wel overeenkomst zonder een vorm van concurrentie-stelling, voor het overige gelijkluidend aan die van de leidinggevende overeenkomstig de eisen uit artikel 3, voor zover de aard van deze bevoegdheden passen binnen zijn functie en de uitoefening hiervan plaatsvindt binnen de aanwijzingen of toepasselijke kaders (sturing) van de leidinggevende.
Aldus vastgesteld op 7 juni 2022.
Burgemeester en wethouders
de burgemeester
de secretaris
de burgemeester
De leidinggevende is bevoegd tot het uitvoeren van:
op het terrein van publiekrecht
de algemeen verbindende voorschriften en beleidsregels die door de bestuursorganen van de gemeente, raad, college en burgemeester, zijn bekendgemaakt door plaatsing in het gemeenteblad overeenkomstig artikel 6 van de Bekendmakingswet, welke praktisch raadpleegbaar zijn via www.Overheid.nl, met de koppeling:
‘Bekendmakingen’ voor het gemeenteblad naar https://www.officielebekendmakingen.nl/;
‘Wettenbank-lokaal’ voor doorlopende wettekst naar https://lokaleregelgeving.overheid.nl /;