Organisatie | Loon op Zand |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Reinigingsheffingen Loon op Zand 2011 |
Citeertitel | Verordening Reinigingsheffingen Loon op Zand 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2011 | 01-01-2012 | Onbekend | 16-12-2010 Duinkoerier | Onbekend |
Verordening Reinigingsheffingen Loon op Zand 2011
De raad van de gemeente Loon op Zand;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 9 november 2010, nummer 2010/ ;
gelet op het advies van de commissie Bestuur en Middelen d.d. 2 december 2010;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
vast te stellen de navolgende "Verordening op de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten" (Verordening Reinigingsheffingen Loon op Zand 2011).
HOOFDSTUK I Algemene bepalingen
Artikel 2 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
een gebouwd onroerende zaak - of een zelfstandig gebruikt gedeelte ervan - geen perceel zijnde.
afvalstoffen afkomstig van bedrijven en instellingen, welke door omvang of hoeveelheid niet in aanmerking komen voor het periodiek inzamelen als bedoeld in artikel 8, tweede lid, onder a en geen autowrak zijnde.
afvalstoffen afkomstig van particuliere huishoudingen, welke door omvang en hoeveelheid niet in aanmerking komen voor het periodiek inzamelen, als bedoeld in artikel 10.11 van de Wet milieubeheer.
chemisch afval c.q. probleemstoffen:
afvalstoffen waarvan het uit milieu-technisch oogpunt niet gewenst is deze in te zamelen bij de huishoudelijke afvalstoffen en het bedrijfsafval.
HOOFDSTUK II Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens artikel 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in hoofdstuk 1 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Het belastingtijdvak is in de gevallen waarin de belasting door middel van afrekeningen van Brabant Water N.V. plaatsvindt de verbruiksperiode zoals die voor de betrokken belastingplichtige voor het desbetreffende eigendom geldt. In afwijking daarvan is voor de in artikel 7, derde lid, bedoelde gevallen het belastingtijdvak gelijk aan het gedeelte van de verbruiksperiode waarin heffing plaatsvindt op de in de eerste volzin bedoelde wijze.
De belasting per verbruiksperiode wordt geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Deze kan worden gesteld op de afrekening van Brabant Water N.V. Als dagtekening van de kennisgeving geldt in dat geval de dagtekening van de afrekening. Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt aangemerkt de voorschotnota of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen.
Belastingplichtige kan uiterlijk tot een maand voor de aanvang van een belastingtijdvak schriftelijk verzoeken de wijze van heffing te wijzigen. Indien het verzoek is gericht op overgang naar heffing bij wege van aanslag, gaat de wijziging in met ingang van het eerstkomende belastingtijdvak voor die wijze van heffing. Indien het verzoek is gericht op overgang naar heffing bij wege van schriftelijke kennisgeving, gaat de wijziging in met ingang van de maand waarin het volgende belastingtijdvak voor heffing bij wege van aanslag zou aanvangen.
Artikel 8 Voorlopig gevorderde bedragen
Indien het belastingtijdvak een verbruiksperiode is, kunnen na de aanvang van het belastingtijdvak aan de belastingplichtige per kwartaal voorlopig gevorderde bedragen worden opgelegd ter grootte van een factor drie van het overeenkomstig hoofdstuk 1 van de tarieventabel van toepassing zijnde tarief.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld
Indien de belasting bij wege van aanslag wordt geheven, ontstaat de belastingschuld bij de aanvang van het belastingtijdvak, of indien de belastingplicht op een later tijdstip aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht.
HOOFDSTUK III Reinigingsrechten
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Het belastingtijdvak is in de gevallen waarin de heffing door middel van afrekeningen van Brabant Water N.V. plaatsvindt de verbruiksperiode zoals die voor de betrokken belastingplichtige voor het desbetreffende eigendom geldt. In afwijking daarvan is voor de in artikel 16, derde lid, bedoelde gevallen het belastingtijdvak gelijk aan het gedeelte van de verbruiksperiode waarin heffing plaatsvindt op de in de eerste volzin bedoelde wijze.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 van de tarieventabel worden geheven bij wege van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving. Deze kan worden gesteld op de afrekening van Brabant Water N.V.. Als dagtekening van de kennisgeving geldt in dat geval de dagtekening van de afrekening. Als kennisgeving van voorlopig gevorderde bedragen wordt aangemerkt de voorschotnota of de kennisgeving op andere wijze van betaling van voorschotbedragen.
Belastingplichtige kan uiterlijk tot een maand voor de aanvang van een belastingtijdvak schriftelijk verzoeken de wijze van heffing te wijzigen. Indien het verzoek is gericht op overgang naar heffing bij wege van aanslag, gaat de wijziging in met ingang van het eerstkomende belastingtijdvak voor die wijze van heffing. Indien het verzoek is gericht op overgang naar heffing bij wege van schriftelijke kennisgeving, gaat de wijziging in met ingang van de maand waarin het volgende belastingtijdvak voor heffing bij wege van aanslag zou aanvangen.
Artikel 16 Voorlopig gevorderde bedragen
Indien het belastingtijdvak een verbruiksperiode is, kunnen na de aanvang van het belastingtijdvak aan de belastingplichtige per kwartaal voorlopig gevorderde bedragen worden opgelegd ter grootte van een factor drie van het overeenkomstig hoofdstuk 2 van de tarieventabel van toepassing zijnde tarief.
Artikel 17 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Indien de heffing bij wege van aanslag wordt geheven, ontstaat de belastingschuld bij de aanvang van het belastingtijdvak, of indien de belastingplicht op een later tijdstip aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht.
Artikel 18 Termijnen en wijze van betaling
Het voorlopig gevorderde bedrag, alsmede het definitief gevorderde bedrag van de in artikel 11, eerste lid verschuldigde rechten moet worden betaald tegelijk met en op dezelfde wijze als die waarop het voorschotbedrag, onderscheidenlijk het definitieve bedrag van de afrekening van Brabant Water N.V. moet worden betaald.
Artikel 19 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 20 Termijn en wijze van betaling van de overige rechten
De op grond van artikel 11, tweede lid onder c, geheven rechten moeten worden betaald :
Bij de invordering van de in artikel 1 onder 1. en 2. genoemde heffingen wordt voor maximaal 75% van het verschuldigde bedrag kwijtschelding verleend.
Artikel 22 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
Artikel 23 Overgangsregeling, inwerkingtreding en citeertitel
De "Verordening reinigingsheffingen 2010" van 17 december 2009, wordt ingetrokken met ingang van de betreffende in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan en met inachtneming van het overigens in dit artikel bepaalde.
Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Loon op Zand van 16 december 2010.
behorende bij de Verordening Reinigingsheffingen Loon op Zand 2011
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.