Organisatie | Breda |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Uitvoeringsprogramma VTH Breda 2024 |
Citeertitel | Uitvoeringsprogramma VTH Breda 2024 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-02-2024 | nieuwe regeling | 09-01-2024 |
Burgemeester en wethouders van Breda maken bekend dat zij op 9 januari 2024 het Uitvoeringsprogramma VTH Breda 2024 hebben vastgesteld.
Het uitvoeringsprogramma treedt in werking op de dag na deze bekendmaking.
Tegen het besluit tot vaststelling van het uitvoeringsprogramma is geen bezwaar of beroep mogelijk.
Een mooie, veilige en leefbare omgeving is fijn om te wonen, werken, studeren en opgroeien.
Afdeling Veiligheid en Leefomgeving (VenL) van Gemeente Breda levert met haar taken ‘Vergunningsverlening, Toezicht en Handhaving (VTH)’ een belangrijke bijdrage hieraan. Door continu verbeteren van onze diensten, samenwerking en onszelf maken we deze bijdrage steeds waardevoller. In het Beleidskader VTH 2023 - 2026 staan onze doelen voor VTH in de fysieke leefomgeving.
Dit Uitvoeringsprogramma VTH 2024 is een vertaling van het beleidskader naar de dagelijkse praktijk. In het beleidskader staat het ‘waarom’ & ‘hoe’ van VTH voor vier jaar.
Dit uitvoeringsprogramma beschrijft het ‘wat’ in 2024: wat gaan we doen, met welke prioriteit en welke middelen en capaciteit zetten we daarvoor in? Dit geeft focus en helderheid in de dagelijkse uitvoering van het VTH-werk. Tegelijkertijd behouden we flexibiliteit omdat dit uitvoeringsprogramma tussentijds aangepast kan worden als onvoorziene urgentie, maatschappelijke belangen of ontwikkelingen daar aanleiding toe geven.
Dit uitvoeringsprogramma is inhoudelijk uitgewerkt volgens paragraaf 18.3 Omgevingswet. Daarin staat dat gemeenten en provincies een uitvoeringsprogramma opstellen voor de uitvoerings- en handhavingstaken, op basis van een strategisch en operationeel beleidskader (Beleidskader VTH 2023-2026). Om continu te verbeteren en kwaliteit te borgen, is het beleidskader opgebouwd volgens de BIG-8. Het uitvoeringsprogramma is het snijpunt tussen de 4-jaarlijkse strategische cyclus en de jaarlijkse uitvoerende cyclus. Zie figuur hieronder waarin de 8 stappen kort staan.
Stap 1 en 2 staan uitgebreid beschreven in het Beleidskader VTH 2023-2026. Dit uitvoeringsprogramma vormt in stap 3 de schakel met de dagelijkse uitvoering van het werk. In dit uitvoeringsprogramma staat de inhoud die hoort bij stap 4, 5 en 6 en aan welke doelen het bijdraagt.
Per kwartaal rapporteert Afdeling VenL over uitvoering van dit programma en met een jaarrapportage aan het eind van het jaar (stap 7). In stap 8 leggen we de rapportages naast het beleidskader en kunnen we zien in hoeverre de uitgevoerde werkzaamheden hebben bijgedragen aan de gestelde doelen. De uitkomsten van deze evaluatie kunnen leiden tot bijstelling van de beleidskaders en/of de uitvoering.
Eerst leest u over enkele ontwikkelingen die van invloed zijn op de VTH-taken. Daarna zoomen we concreet in op de VTH-taken zelf. Welke activiteiten voeren we uit om de doelen uit het Beleidskader VTH 2023-2026 te bereiken?
Per hoofdstuk staat hoe de activiteiten in 2024 bijdragen aan de doelen 2023-2026. De afbeelding hieronder geeft weer waar welke doelen terugkomen. Een VTH-activiteit kan aan verschillende doelen bijdragen.
We verbeteren continu onze diensten, samenwerking en onszelf om steeds beterbij te dragenaan mooie, veiligeen leefbare wijken en dorpen. Samen met collega’s, partners, organisaties en inwoners. | |||||
Een mooie, veilige en leefbare omgeving is fijn om te wonen, werken, studeren en opgroeien; daar heeft iedereen een rol in. Daarom werken we continu samen met belanghebbenden in diezelfde omgeving: inwoners, bedrijven, organisaties en initiatiefnemers.
Hierbij is een goede samenwerking met onze ketenpartners ook belangrijk. Ter voorbereiding op de Omgevingswet, zijn we nauw opgetrokken met elkaar. De inzichten uit deze samenwerking zijn verwerkt in het beleidskader en uitvoeringsprogramma. We werken samen met de volgende ketenpartners:
Het VTH-beleid is besproken en afgestemd met de Veiligheidsregio OMWB. Periodiek vindt er overleg plaats waarbij de voortgang van de te behalen doelstellingen wordt besproken. Het VTH-beleid is toegezonden aan de OMWB. Daarnaast wordt het jaarlijks op te stellen werkprogramma van de OMWB afgestemd op de werkzaamheden en prioritering binnen het VTH beleid.
Ontwikkelingen met impact op VTH-taken
Hieronder staan ontwikkelingen die de uitvoering van VTH-taken beïnvloeden en hoe we daar in 2024 mee omgaan in het werk.
De Omgevingswet treedt op 1 januari 2024 in werking. Deze wet vraagt een andere manier van werken. Binnen de Gemeente Breda heeft het Omgevingswetteam (bestaande uit medewerkers van diverse (beleids)afdelingen) gewerkt aan verschillende sporen die onder de Omgevingswet vallen:
Binnen het spoor Initiatieven en Vergunningen werken we met een intaketafel en een omgevingstafel. Zo kunnen alle partijen aan de voorkant van een initiatief betrokken raken en meedenken. Ook gaan we een snelserviceformule gebruiken voor de topactiviteiten, zoals het plaatsen van dakkapellen. De aanvraag kan dan snel (streven is 10 werkdagen) afgehandeld worden.
De dienstverlening aan de voorkant, waaronder onze website, wordt aangepast aan de Omgevingswet en de veranderende processen. Afhankelijk van de vragen die binnen komen, zal de website, maar ook de processen en werkafspraken, bijgesteld moeten worden, zodat een goede dienstverlening gewaarborgd blijft. Met de ketenpartners is afgesproken om de processen, zoals met de omgevingstafel, na drie maanden te evalueren en waar nodig aan te passen. Ook in 2024 worden opleidingen aangeboden zodat de medewerkers zowel procesmatig als inhoudelijk klaar zijn voor de Omgevingswet.
Wet kwaliteitsborging voor het bouwen
Gelijktijdig met de Omgevingswet treedt op 1 januari 2024 de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) gefaseerd in werking. Daarmee gaan nieuwe regels gelden voor bouwwerken die vallen onder gevolgklasse 1. In fase 1 wordt gestart met nieuwbouw onder deze categorie en een jaar later volgt in fase 2 de verbouw onder gevolgklasse 1. De gemeente blijft het bevoegd gezag; de toetsing aan en het toezicht op het Bouwbesluit gaan naar onafhankelijke kwaliteitsborgers. In het Beleidskader VTH is opgenomen hoe de Gemeente Breda omgaat met deze nieuwe rol en met de mogelijkheden (vergunningsstrategie).
Hoog dienstverleningsniveau bij Gemeente Breda
Dienstverlening staat hoog op de agenda binnen de Gemeente Breda. We willen voorkomen dat klantvragen 'blijven zweven' in de organisatie en daarom willen we betere afstemming over de wijze van afhandeling van klantvragen. We gaan het beantwoorden structureel inrichten, eenduidig (transparant) maken, en ook sneller en persoonlijker. Klanten worden eerder ingelicht als een plan niet realiseerbaar is. Bij plannen die wel haalbaar zijn, wordt duidelijk toegelicht wat de vervolgprocedure is en wat de kosten zijn. Vragen worden door vaste personen in team Ruimte en cluster Omgevingswet opgepakt. Hierdoor vergroten we de uniformiteit.
In 2023 is een begin gemaakt met het doen van onderzoek naar onderwerpen welke mogelijk voor strafrechtelijke handhaving in aanmerking komen en welke een meerwaarde kunnen bieden naast de bestuursrechtelijke handhaving. Dit onderzoek wordt in 2024 voortgezet en zal er in overleg getreden worden met politie en OM. Met het inwerkingtreden van de Omgevingswet op 1 januari 2024 kan ook het opleggen van een bestuurlijke boete als handhavingsinstrument op meerdere gebieden worden ingezet. De bestuurlijke boete zal bij het onderzoek naar de inzet van bestraffende maatregelen worden betrokken.
Eén van onze strategische doelen is een goede implementatie van de BIG-8 op de afdeling VenL en bij de betrokkenen van de VTH-taken, zoals adviseurs en ketenpartners. De BIG-8 is een basis om op een andere wijze te werken: meer focus in de dagelijkse praktijk (waar werken we aan?), meer eenduidigheid (hoe doen we ons werk?) en een richting voor ontwikkeling (waar willen we verbeteren?). Papier is geduldig en de praktijk soms weerbarstig. Daarom starten we in 2024 met een concrete vertaalslag van BIG-8 naar de dagelijkse werkelijkheid, samen met betrokkenen zodat zij zich meer bewust worden van de rol die ze hebben om te komen tot deze nieuwe werkwijze.
Andersom kan vanuit de dagelijkse praktijk de nieuwe werkwijze nog verder gespecifieerd of aangepast worden.
HOOFDSTUK 1 STRATEGISCHE DOELEN
Gemeente Breda heeft haar strategische doelen voor de fysieke leefomgeving vastgelegd in de Omgevingsvisie Breda 2040 (vastgesteld in 2021). Met VTH-taken dragen we bij aan deze doelen.
We verbeteren continu onze diensten, samenwerking en onszelf om steeds beterbij te dragenaan mooie, veiligeen leefbare wijken en dorpen. Samen met collega’s, partners, organisaties en inwoners. | |||||
In onderstaande tabel staat wat we meten om informatie te leveren voor de gestelde doelen.
Komende jaren wordt er gewerkt aan één omgevingsplan voor de hele Gemeente Breda. Hiervoor zullen verschillende beleidsterreinen nieuw beleid maken, die invloed hebben op deze strategische doelen, zoals een toekomstbestendige stad. Met de beleidsafdelingen wordt dit afgestemd en worden strategische doelen en indicatoren aangescherpt. Voor het Uitvoeringsprogramma VTH 2024 bekijken we hoe de VTH-taken nog beter kunnen aansluiten en daarmee meer waardevolle bijdrage kunnen leveren.
De capaciteit binnen vergunningverlening en toezicht bouw worden afgestemd op de kostendekkendheid van de leges. We werken met een vaste kern medewerkers en vullen deze aan met een flexibele schil. Deze kosten dekken we vanuit de legesopbrengsten. De grootte van de flexibele schil hangt af van het aantal aanvragen. Per kwartaal wordt gecheckt of de aantallen en de leges nog in lijn lopen met de prognose en of bijstelling nodig is. Doordat de Omgevingswet in 2024 in werking treedt en hier een nieuwe legesverordening onder hangt, is het nog meer van belang om dit goed te monitoren.
Procesvertegenwoordiging en handhaving worden uit algemene middelen betaald. Ook hier werken we met een vaste kern en een flexibele schil. Met de komst van de Omgevingswet zal de dekking van deze kosten wijzigen van ‘toezicht onder leges’, naar handhaving. De benodigde inzet wordt per kwartaal gemonitord en waar nodig wordt de flexibele schil gewijzigd.
Naast de medewerkers uit het cluster Omgevingswet, geven adviseurs van de verschillende beleidsafdelingen en ketenpartners adviezen voor aanvragen en handhavingszaken.
HOOFDSTUK 2 PLANNING EN CONTROL, MONITORING EN KWALITEIT
We verbeteren continu onze diensten, samenwerking en onszelf om steeds beterbij te dragenaan mooie, veiligeen leefbare wijken en dorpen. Samen met collega’s, partners, organisaties en inwoners. | |||||
Wat gaan we doen? Met wie gaan we dit doen?
De regie voor onderstaande activiteiten ligt bij de kwaliteitsmedewerker en de procescoördinator.
Jaarlijks maken we een prognose over het aantal aanvragen, meldingen, toezicht- en handhavingszaken en opbrengst van de leges. Door het monitoren van de aantallen en opbrengsten kan tijdig ingegrepen worden als de werkelijkheid afwijkt van de prognose. Deze aantallen en opbrengsten zijn ook input voor de kostendekkendheid van de leges. Zeker door de invoering van de Omgevingswet dit jaar is dit een belangrijk aspect, aangezien er nog geen ervaring is met het werken onder de Omgevingswet, wat de exacte aantallen zullen zijn en wat de legesopbrengsten zullen gaan worden.
Door het cluster Omgevingswet wordt exclusief gebruik gemaakt van het zaaksysteem Powerbrowser voor VTH- werkzaamheden. Om te bepalen of we onze doelen halen, monitoren we al onze activiteiten. Zo borgen we onze kwaliteit. Dankzij de applicatie Powerbrowser is deze informatie inzichtelijk voor de medewerkers en het management. We monitoren onze strategische en operationele doelen, maar ook zaken m.b.t. management en inhoud.
Kwaliteitscriteria en kwaliteitsborging
Het realiseren van de verbeter- en maatschappelijke doelen van de Omgevingswet is een gezamenlijke verantwoordelijkheid van de overheden. Het vraagt om een goede en uniforme borging van de uitvoeringskwaliteit. In paragraaf 18.3 van de Omgevingswet staat de kwaliteitsbevordering en afstemming van de uitvoering en handhaving genoemd. Hieronder vallen onder andere de kwaliteitscriteria. Dit zijn onder meer eisen aan de capaciteit, de kennis, de ervaring en het opleidingsniveau van de medewerkers. We onderzoeken jaarlijks in het vierde kwartaal of we voldoen aan de kwaliteitscriteria. Als uit de analyse van 2023 knelpunten naar voren komen, pakken we deze in het eerste kwartaal van 2024 op.
Steekproefsgewijs worden vergunningen en verzoeken om handhaving (beide aanvragen op grond van artikel 1:3, derde lid Awb) via een audit gecontroleerd. Het doel van de audit is een oordeel te kunnen geven over de rechtmatigheid/ getrouwheid (waaronder tijdigheid, juistheid en volledigheid) van de uitgaven/opbrengsten. De volgende sub-processen maken onderdeel uit van de audit:
HOOFDSTUK 3 VERGUNNINGVERLENING
HOOFDSTUK 4 TOEZICHT EN HANDHAVING
Het is verplicht om bij overtredingen handhavend op te treden, dus alle zaken worden opgepakt. Zoals bij vergunningverlening, is ook voor het toezicht en de handhaving een prioritering aangebracht (Beleidskader VTH 2023- 2026). Met deze prioritering wordt een keuze gemaakt welke zaken voorrang hebben. Hierbij speelt met name de wijze van ingrijpen door toezichthouders en het tijdspad bij de juridische afhandeling een rol.
Bij formele handhavingsverzoeken is de wettelijke termijn van toepassing voor de besluitvorming (ongeacht de gestelde prioriteit in beleidskader). Indien het risico bestaat dat de afhandeling van handhavingsverzoeken, voor onderwerpen met een lage prioriteit, buiten de termijn gaat lopen, wordt ingezet, in overleg met de verzoeker, op afspraken maken over de wijze van afhandeling van het verzoek.
Het formeel juridisch handhaven wordt gezien als uiterste middel om in te zetten. Binnen de fysieke leefomgeving ligt bij handhaving de nadruk op herstel van de situatie. Anders dan bij strafrechtelijke handhaving zijn vaak meerdere toezicht momenten noodzakelijk en nemen handhavingsprocedures veel tijd in beslag. Met het oog op de inwerkingtreding van de Omgevingswet zal worden ingezet om juridische handhaving zoveel mogelijk te voorkomen. De nadruk zal steeds meer komen te liggen op voorlichting en het aangaan met de dialoog met betrokkenen.
In het licht van de Omgevingswet is het meer van belang om te signaleren en reageren op wat er speelt in de wijken en dorpen. Mogelijk is iets bij ons laag geprioriteerd, maar vinden inwoners van een bepaalde wijk dit juist wel heel belangrijk. De toezichthouders hebben hierin een belangrijke rol: zij horen of zien welke specifieke onderwerpen extra aandacht vragen, in afwijking van de gestelde prioritering. Dergelijke zaken bespreken we en bepalen hoe ze worden opgepakt, eventueel projectmatig of toch afwijking van de prioritering.
Projectmatig oppakken is een vorm van uitgesteld handhaven. Dit heeft als voordeel dat toezicht en handhaving wordt gebundeld en daardoor efficiënter kan worden uitgevoerd. Daarnaast kan een onderwerp breder worden bezien en bewuster worden vastgelegd in beleid. In 2023 is geïnventariseerd welke onderwerpen in aanmerking kunnen komen voor een projectmatige aanpak. Een van deze onderwerpen is nader uitgewerkt in een projectplan. In 2024 zal dit project worden uitgevoerd en zullen de ervaringen worden meegenomen in volgende projecten.
Specifiek voor het proces herplantplicht geldt: de prioriteit van herplantplicht is verhoogd naar gemiddelde prioriteit (groen). Dit sluit beter aan bij de doelstellingen in de Omgevingsvisie 2040. In 2023 is in kaart gebracht hoeveel vergunningen er vanaf 2018 tot heden zijn verleend met een herplantplicht. Dit zijn er in totaal circa 150. In 2024 wordt gestart met het projectmatig oppakken van de niet uitgevoerde herplantplichten welke in 2018 zijn opgelegd. Na afronding zal projectmatig verder worden gegaan met het volgende jaar. Zodra de achterstand is weggewerkt, zal onderzocht worden of dit onderwerp een plaats kan krijgen binnen de reguliere werkzaamheden.
In het handhavingsbeleid is geen onderscheid gemaakt tussen de handhaving binnen de grenzen van de bebouwde kom en het buitengebied. De prioriteit om voorkomende overtredingen van het bestemmingsplan op te pakken is voor zowel de bebouwde kom als het buitengebied gelijk. Wel is er bijzondere aandacht voor het buitengebied. Misstanden in het buitengebied kunnen door de overkoepelende natuurvereniging worden gemeld.
Wat gaan we doen? Met wie gaan we dit doen?