Organisatie | Alphen aan den Rijn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling Openbaar Primair Onderwijs regio Alphen aan den Rijn |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling Openbaar Primair Onderwijs regio Alphen aan den Rijn |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | onderwijs |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet Gemeenschappelijke Regelingen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
04-07-2003 | 01-05-2015 | Onbekend | 26-06-2003 Witte Weekblad, 13-08-2003 | 2003 / 23977 |
GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING OPENBAAR PRIMAIR ONDERWIJS REGIO ALPHEN AAN DEN RIJN
(vastgesteld door de gemeenteraad op 26 juni 2003)
De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Alphen aan den Rijn, Boskoop, Jacobswoude, Nieuwkoop (fusiegemeente) en Rijnwoude;
Overwegende dat in artikel 48 van de Wet op het primair onderwijs (WPO) de mogelijkheid wordt geboden dat door de gemeenteraad wordt bepaald dat openbare scholen in stand worden gehouden door een stichting die zich ten doel stelt het in stand houden van één of meer openbare scholen;
In deze regeling wordt verstaan onder:
de school: een openbare school voor basisonderwijs die in stand gehouden wordt door de Stichting.
Artikel 2 Duur van de regeling en gemeenschappelijk orgaan
Artikel 3 Samenstelling gemeenschappelijk orgaan
Indien een plaatsvervangend lid ingevolge het bepaalde in de vorige volzin toetreedt tot het gemeenschappelijk orgaan of ontslag neemt als bedoeld in lid 4, wordt zo spoedig mogelijk voorzien in de vacature.
5Het gemeenschappelijk orgaan kiest uit zijn midden een voorzitter en een secretaris. De voorzitter en de secretaris vertegenwoordigen het gemeenschappelijk orgaan in en buiten rechte en zijn belast met de voorbereiding en uitvoering van de besluiten van het gemeenschappelijk orgaan. Voor elk van beide functies kan het gemeenschappelijk orgaan uit zijn midden een plaatsvervanger aanwijzen.
Vergaderingen en besluitvorming
Het gemeenschappelijk orgaan vergadert ten minste tweemaal per jaar en voorts zo dikwijls als de voorzitter dit nodig acht. Het gemeenschappelijk orgaan wordt tevens bijeengeroepen op verzoek van ten minste twee leden als bedoeld in artikel 3 lid 1, dan wel op verzoek van het lid, bedoeld in artikel 3 lid 2, en wel binnen twee weken nadat dit verzoek de voorzitter heeft bereikt.
De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering en stelt een agendavoorstel op. Het agendavoorstel en de daarop betrekking hebbende stukken worden uiterlijk een week voor de vergadering samen met de oproeping aan de leden toegezonden. Het gemeenschappelijk orgaan stelt de agenda voor de vergadering vast.
Indien niet tenminste de helft van het aantal leden ter vergadering verschijnt, wordt de vergadering voor de duur van maximaal twee weken opgeschort, en wordt een herhaalde oproeping aan de leden toegezonden. De na deze opschorting heropende vergadering is bevoegd tot het nemen van besluiten ongeacht het aantal aanwezige leden, onverminderd het bepaalde in lid 4.
Indien het in lid 4 bedoelde vetorecht wordt uitgeoefend, wordt de beslissing opnieuw geagendeerd op een binnen twee weken bijeen te roepen vergadering. Indien in deze vergadering geen overeenstemming wordt bereikt, wordt de beslissing overeenkomstig artikel 28 van de wet opgedragen aan Gedeputeerde Staten
Indien de stemmen staken over een voorstel dat niet een benoeming betreft, wordt de beslissing over dat voorstel voor de duur van maximaal twee weken opgeschort, en wordt een herhaalde oproeping aan de leden toegezonden. Staken in de na deze opschorting heropende vergadering de stemmen opnieuw, dan wordt het voorstel geacht te zijn verworpen.
De vergaderingen van het gemeenschappelijk orgaan zijn openbaar, behoudens voor zover het gemeenschappelijk orgaan op voorstel van de voorzitter, op verzoek van ten minste twee leden als bedoeld in artikel 3 lid 2, of op verzoek van het lid, bedoeld in artikel 3 lid 3, besluit om met gesloten deuren te vergaderen.
Het gemeenschappelijk orgaan kan op grond van een belang als bedoeld in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur de verplichting tot geheimhouding opleggen omtrent het in een besloten vergadering behandelde en de inhoud van stukken die aan het gemeenschappelijk orgaan worden voorgelegd. Deze geheimhouding wordt door de personen waaraan zij is opgelegd, in acht genomen totdat het gemeenschappelijk orgaan haar opheft.
Ambtelijke ondersteuning en financieel beheer
De Stichting draagt zorg voor een adequate secretariële ondersteuning van het gemeenschappelijk orgaan.
Het gemeenschappelijk orgaan willigt de aanvraag tot toetreding van een voor deelname aan de regeling in aanmerking komende rechtspersoon in, indien deze rechtspersoon met de Stichting overeenstemming heeft bereikt omtrent de overdracht aan de Stichting van de school of scholen waarover de rechtspersoon het bevoegd gezag uitoefent.
Het gemeenschappelijk orgaan stelt in overeenstemming met de Stichting procedurele regels vast met betrekking tot het bepaalde in dit artikel.
Artikel 9 Wijziging en opheffing van de regeling
Wijziging of opheffing van de regeling behoeft de instemming van alle deelnemers aan de regeling.
Indien het gemeenschappelijk orgaan voorstelt de regeling te wijzigen, wordt dit voorstel aan de deelnemers aan de regeling toegezonden. De deelnemers nemen zo spoedig mogelijk een beslissing op het voorstel en stellen het gemeenschappelijk orgaan van deze beslissing zo spoedig mogelijk in kennis.
Indien een of meer deelnemers aan de regeling voorstellen de regeling te wijzigen, doen zij dit voorstel voor commentaar toekomen aan het gemeenschappelijk orgaan, dat het voorstel voorzien van commentaar vervolgens ter beslissing voorlegt aan de deelnemers aan de regeling. De tweede volzin van lid 2 is van overeenkomstige toepassing.
De regeling wordt opgeheven indien de Stichting ophoudt te bestaan dan wel indien de Stichting uitsluitend op het grondgebied van één gemeente openbare scholen in stand houdt.
De regeling treedt in werking op 4 juli 2003.
Voor zover nodig in afwijking van artikel 3 lid 1 tweede volzin worden de leden van het gemeenschappelijk orgaan voor de eerste maal door de deelnemers aan de regeling aangewezen bij de eerste gelegenheid voorafgaand aan de in lid 1. genoemde datum van inwerkingtreding van de regeling.
In de gevallen waarin de wet of de regeling niet voorziet beslist het gemeenschappelijk orgaan.