Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Hof van Twente

ERFGOEDVERORDENING 2022 GEMEENTE HOF VAN TWENTE

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieHof van Twente
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingERFGOEDVERORDENING 2022 GEMEENTE HOF VAN TWENTE
CiteertitelErfgoedverordening 2022 gemeente Hof van Twente
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerpErfgoedverordening 2022 gemeente Hof van Twente

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024Erfgoedverordening 2022 gemeente Hof van Twente

18-05-2022

gmb-2024-54577

Tekst van de regeling

Intitulé

ERFGOEDVERORDENING 2022 GEMEENTE HOF VAN TWENTE

 

De raad van de gemeente Hof van Twente;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders;

 

besluit:

vast te stellen de navolgende ERFGOEDVERORDENING 2022 GEMEENTE HOF VAN TWENTE.

 

 

 

HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN

 

Artikel 1 Definities

Deze verordening verstaat onder:

a. gemeentelijk monument: monument of archeologisch monument als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet dat is ingeschreven in het gemeentelijk erfgoedregister;

b. gemeentelijk beschermd cultuurgoed: cultuurgoed als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet dat als zodanig is aangewezen op grond van artikel 3 eerste lid;

c. gemeentelijk erfgoedregister: de lijst waarop zijn geregistreerd de overeenkomstig deze verordening als gemeentelijk monument aangewezen zaken of terreinen bedoeld in onderdeel a;

d. gemeentelijk beschermde verzameling: verzameling als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet die als zodanig is aangewezen op grond van artikel 3, tweede lid;

e. minister: minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap:

f. gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht: stads- of dorpsgezicht als bedoeld in de bijlage bij artikel 1.1 van de Omgevingswet dat als zodanig is aangewezen op grond van artikel 18;

g. beschermd rijksmonument: onroerend monument, dat is ingeschreven in de ingevolge de Monumentenwet 1988 vastgestelde registers.

h. Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente: de op basis van de Omgevingswet artikel 17.9 ingestelde commissie met als taak het college op verzoek of uit eigen beweging te adviseren over de toepassing van de Monumentenwet 1988, de Erfgoedwet, de Omgevingswet, de Erfgoedverordening en het monumentenbeleid;

i. het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente;

j. vergunning: een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 5.1 eerste lid, aanhef onder a, van de Omgevingswet voor een activiteit met betrekking tot een gemeentelijk monument of een gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht.

k. bouwhistorisch onderzoek: in schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de kwaliteiten en betekenis van een monument bedoeld onder artikel 1.a, 1.c, 1.d en 1.e.

 

 

 

 

 

 

HOOFDSTUK 2 AANWIJZING GEMEENTELIJKE MONUMENTEN

 

Artikel 2 Het gebruik van het monument

Bij de toepassing van deze verordening wordt rekening gehouden met het gebruik van het monument.

 

Artikel 3 De aanwijzing tot gemeentelijk monument

1. Het college kan, al dan niet op aanvraag van een belanghebbende, een zaak of terrein aanwijzen als gemeentelijk monument.

2. Voordat het college over de aanwijzing een besluit neemt, vraagt het college advies aan de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente.

3. Voordat het college een zaak of terrein als gemeentelijk monument aanwijst, voert hij overleg met de eigenaar.

4. De aanwijzing kan geen zaak of terrein betreffen dat is aangewezen op grond van artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet of een omgevingsverordening als bedoeld in artikel 2.6 van de Omgevingswet.

 

Artikel 4 Voorbescherming

Met ingang van de datum waarop de eigenaar van een zaak of terrein de kennisgeving van het voornemen tot aanwijzing als gemeentelijk monument ontvangt tot het moment dat de aanwijzing en registratie als bedoeld in artikel 7 plaatsvindt, dan wel vaststaat dat het zaak of terrein niet wordt geregistreerd, zijn de artikelen 12 tot en met 16 van overeenkomstige toepassing.

 

Artikel 5 Termijnen advies en aanwijzingsbesluit

1. De Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente adviseert schriftelijk binnen acht weken na ontvangst van het verzoek van het bevoegd gezag.

2. Het college beslist binnen twaalf weken na ontvangst van het advies van de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente, maar in ieder geval binnen twintig weken na de adviesaanvraag.

 

Artikel 6 Mededeling aanwijzingsbesluit

De aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste lid, wordt medegedeeld aan degenen die als zakelijk gerechtigden in de kadastrale legger bekend staan.

 

Artikel 7 Registratie in het gemeentelijke erfgoedregister

1. Het college houdt een voor eenieder te raadplegen gemeentelijk erfgoedregister bij van krachtens deze verordening aangewezen cultureel erfgoed inclusief de locaties waaraan krachtens artikel 4.2, eerste lid, van de Omgevingswet in het omgevingsplan de functie cultureel erfgoed is toebedeeld.

2. Het gemeentelijke erfgoedregister bevat de plaatselijke aanduiding, de datum van de aanwijzing, de kadastrale aanduiding, de tenaamstelling en een beschrijving van het gemeentelijke monument.

3. Gegevens over door het college van de minister ontvangen afschriften van de inschrijving van een rijksmonument in het rijksmonumentenregister als bedoeld in artikel 3.3, vijfde lid, van de Erfgoedwet en instructies als bedoeld in artikel 2.34, vierde lid, van de Omgevingswet betreffende een locatie met de functie-aanduiding rijksbeschermd stads- en dorpsgezicht.

Gegevens over door het college van gedeputeerde staten ontvangen instructies als bedoeld in artikel 2.33, eerste lid, van de Omgevingswet betreffende een locatie met de functieaanduiding provinciaal monument, provinciaal archeologisch monument of provinciaal beschermd stads- en dorpsgezicht.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Artikel 8 Aanwijzing als gemeentelijk beschermd cultuurgoed of gemeentelijk beschermde verzameling

1. Het college kan besluiten een cultuurgoed dat van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis of uitzonderlijke schoonheid is en dat als onvervangbaar en onmisbaar behoort te worden behouden voor het gemeentelijk cultuurbezit en dat in eigendom is van de gemeente of dat aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd aan te wijzen als gemeentelijk beschermd cultuurgoed.

2. Het college kan ambtshalve besluiten een verzameling van bijzondere cultuurhistorische of wetenschappelijke betekenis, die als geheel of door een of meer van de cultuurgoederen die een wezenlijk onderdeel van de verzameling zijn, als onvervangbaar en onmisbaar behoort te worden behouden voor het gemeentelijk cultuurbezit en die in eigendom van de gemeente is of die aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd aan te wijzen als gemeentelijk beschermde verzameling.

3. Voor de aanwijzing van een cultuurgoed dat of een verzameling die aan de zorg van de gemeente is toevertrouwd is toestemming van de eigenaar vereist.

4. Over het voornemen van een aanwijzing, bedoeld in het eerste of tweede lid, alsmede over de vervreemding van een gemeentelijk beschermd cultuurgoed of een gemeentelijk beschermde verzameling of over het afstand doen van de zorg daarvoor vragen burgemeester en wethouders advies aan de gemeentelijke adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente.

5. Dit artikel is niet van toepassing op:

a. door de minister beschermde cultuurgoederen en beschermde verzamelingen als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet, en

b. cultureel erfgoed dat is aangewezen op grond van een provinciale erfgoedverordening als bedoeld in artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet.

6. Het college verwerkt de aanwijzing direct in het gemeentelijk erfgoedregister.

 

Artikel 9 Wijziging, intrekking en vervallen van de aanwijzing als gemeentelijk beschermd cultuurgoed of gemeentelijk beschermde verzameling

1. College kan een besluit tot aanwijzing als bedoeld in artikel 3, eerste of tweede lid, ambtshalve wijzigen of intrekken. Artikel 3, vierde lid, is hierop van overeenkomstige toepassing, tenzij het een aanpassing van ondergeschikte betekenis betreft of het cultuurgoed of de verzameling waarop de aanwijzing betrekking heeft als zodanig is tenietgegaan.

2. Een aanwijzing vervalt met ingang van de dag waarop het gemeentelijk beschermd cultuurgoed of de gemeentelijk beschermde verzameling waarop de aanwijzing betrekking heeft wordt aangewezen als:

a. door de minister beschermd cultuurgoed of beschermde verzameling als bedoeld in artikel 1.1 van de Erfgoedwet, of

b. beschermd cultureel erfgoed op grond van een provinciale erfgoedverordening als bedoeld in artikel 3.17, eerste lid, van de Erfgoedwet.

3. Het college verwerkt de wijziging, intrekking of het vervallen van een aanwijzing direct in het gemeentelijk erfgoedregister.

 

Artikel 10Wijzigen van de aanwijzing

1. Het college kan, al dan niet op aanvraag van een belanghebbende, de aanwijzing wijzigen.

2. Artikel 3, tweede en derde lid, alsmede artikel 4, 5 en 6 zijn van overeenkomstige toepassing op het wijzigingsbesluit.

3. Indien de wijziging naar het oordeel van het college van ondergeschikte betekenis is, blijft overeenkomstige toepassing, als bedoeld in lid 2, achterwege.

4. De inhoud en de datum van de wijziging worden op de gemeentelijke monumentenlijst aangetekend.

 

Artikel 11Intrekken van de aanwijzing

1. Indien het college de aanwijzing intrekt, zijn artikel 3, tweede lid, en artikel 5 van overeenkomstige toepassing.

2. De aanwijzing wordt geacht ingetrokken te zijn, indien toepassing wordt gegeven aan artikel 3.17, derde lid van de Erfgoedwet.

3. De intrekking wordt op het gemeentelijke erfgoedregister geregistreerd.

 

 

HOOFDSTUK 3 INSTANDHOUDING VAN GEMEENTELIJKE MONUMENTALE ZAKEN

 

Artikel 12Instandhoudingbepaling

1. Het is verboden een gemeentelijk monument, als bedoeld in artikel 1, onder a, te beschadigen of te vernielen.

2. Het is verboden zonder vergunning van het bevoegd gezag, of in strijd met bij zodanige vergunning gestelde voorschriften:

a. een gemeentelijk monument, als bedoeld in artikel 1, onder a, sub 1, af te breken, te verstoren, te verplaatsen of in enig opzicht te wijzigen;

b. een gemeentelijk monument, als bedoeld in artikel 1, onder a, te herstellen, te gebruiken of te laten gebruiken op een dusdanige wijze, dat het wordt ontsierd of in gevaar gebracht.

3. Het verbod en de vergunningplicht, als bedoeld in het tweede lid, gelden niet indien het college nadere regels stelt met betrekking tot de wijze waarop werkzaamheden dienen te worden uitgevoerd.

4. Het bevoegd gezag kan voorschrijven dat de aanvrager van een vergunning, als bedoeld in het tweede lid, bouwhistorisch onderzoek moet verrichten.

 

Artikel 13 De schriftelijke aanvraag

Een aanvraag als bedoeld in artikel 4.2. van het Besluit omgevingsrecht voor een vergunning, als bedoeld in artikel 12, en de daarbij te overleggen gegevens en bescheiden worden ingediend via het digitaal stelsel omgevingswet (DSO), conform de daar vermelde voorschriften.

 

Artikel 14 Termijnen advies

1. Het bevoegd gezag vraagt advies aan de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente, voordat zij beslist op de aanvraag om vergunning als bedoeld in artikel 12.

2. Binnen vier weken na de datum van verzending van het afschrift brengt de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente schriftelijk een gemotiveerd advies uit aan het bevoegd gezag.

 

Artikel 15 Weigeringsgronden

De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien het belang van de monumentenzorg zich daartegen niet verzet. Bij de beslissing houdt het bevoegd gezag rekening met het gebruik van het monument.

 

 

HOOFSTUK 5 BESCHERMDE GEMEENTELIJKE STADS- EN DORPSGEZICHTEN

 

Artikel 16 Aanwijzing gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht

1. Het college kan een stads of dorpsgezicht aanwijzen als gemeentelijk beschermd stads of dorpsgezicht.

2. Voordat het college over de aanwijzing een besluit nemen, vragen zij advies aan de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente.

3. De aanwijzing kan geen stads of dorpsgezicht betreffen dat is aangewezen op grond van artikel 35 van de Monumentenwet 1988.

 

Artikel 17 Termijn advies en aanwijzingsbesluit

1. De Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente adviseert schriftelijk binnen acht weken na ontvangst van het verzoek van het bevoegd gezag.

2. Het college beslist binnen twaalf weken na ontvangst van het advies van de Adviescommissie voor ruimtelijke kwaliteit Hof van Twente, maar in ieder geval binnen twintig weken na de adviesaanvraag.

 

Artikel 18 Registratie op het gemeentelijke erfgoedregister

1. Het college registreert het beschermde gemeentelijke stads of dorpsgezicht op de gemeentelijke monumentenlijst.

2. Het gemeentelijke erfgoedregister bevat de plaatselijke aanduiding, de datum van aanwijzing, de gebiedsaanwijzing van het beschermde stads of dorpsgezicht en een beschrijving van de daarin vervatte stedenbouwkundige, architectuurhistorische, cultuurhistorische waarden, gaafheid en/ of zeldzaamheid.

 

Artikel 19 Wijzigen en intrekken van de aanwijzing

De artikelen 7 en 8 zijn van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat aan artikel 8, derde lid, nog wordt toegevoegd artikel 35 van de Monumentenwet 1988.

 

Artikel 20 Mededeling

De aanwijzing, wijziging of intrekking als bedoeld in artikel 16, eerste lid, respectievelijk artikel 18, wordt openbaar bekendgemaakt.

 

Artikel 21 Bescherming

1. De gemeenteraad stelt, ter bescherming van een gemeentelijk beschermd stads- of dorpsgezicht ,een bestemmingsplan vast als bedoeld in de Wet op de Ruimtelijke Ordening.

2. Bij het besluit tot aanwijzing van een beschermd stads- of dorpsgezicht wordt door het college bepaald in hoeverre geldende bestemmingsplannen als beschermend plan in de zin van het eerste lid kunnen worden aangemerkt.

 

 

HOOFDSTUK 7 OVERIGE BEPALINGEN

 

Artikel 22 Tegemoetkoming in schade

Indien en voor zover blijkt dat een belanghebbende schade lijdt of zal lijden, die redelijkerwijze niet of niet geheel te zijnen laste behoort te blijven, kent het bevoegd gezag hem op zijn aanvraag een naar billijkheid te bepalen tegemoetkoming toe, indien de schade in relatie staat tot:

a. de weigering van het bevoegd gezag een vergunning als bedoeld in artikel 12 te verlenen;

b. de voorschriften door het bevoegd gezag verbonden aan een vergunning als bedoeld in artikel 12;

c. de door het college nader te stellen regels als bedoeld in artikel 12, derde lid;

 

Artikel 23 Nadere regels

Het college kan nadere regels stellen omtrent de ontwerpen die deze verordening betreffen.

 

Artikel 24 Strafbepaling

Degene, die handelt in strijd met artikel 12 met uitzondering van het bepaalde in het tweede lid, onder e, van deze verordening, wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of een hechtenis van ten hoogste drie maanden.

 

Artikel 25 Toezichthouders

1. Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de inspecteurs bouw- en woningtoezicht.

2. Voorts zijn met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening belast de bij besluit van het college dan wel de burgemeester aan te wijzen personen.

 

 

HOOFDSTUK 8 SLOTBEPALINGEN

 

Artikel 26 Intrekken oude regeling

Bij de inwerkingtreding van de Erfgoedverordening 2022 gemeente Hof van Twente vervalt de Erfgoedverordening 2015 gemeente Hof van Twente.

 

Artikel 27 Overgangsrecht

1. De op grond van de onder artikel 26 ingetrokken Erfgoedverordening 2015 gemeente Hof van Twente aangewezen en geregistreerde gemeentelijke monumenten, worden geacht aangewezen en geregistreerd te zijn overeenkomstig de bepalingen van deze verordening.

2. Aanvragen om vergunning die zijn ingediend vóór de inwerkingtreding van deze verordening worden afgehandeld met inachtneming van de in artikel 26 ingetrokken verordening.

 

Artikel 28 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op het tijdstip dat de Omgevingswet in werking treedt.

 

Artikel 29 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als Erfgoedverordening 2022 gemeente Hof van Twente.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Hof van Twente d.d. 18 mei 2022.

 

 

 

 

 

De raad van Hof van Twente,

de griffier, de voorzitter,

mr. A. Venema drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM