Organisatie | Noord-Beveland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van een forensenbelasting Noord-Beveland 2011 |
Citeertitel | Verordening forensenbelasting 2011 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten stelt model-verordeningen beschikbaar en onderhoud deze ook. Indien een model-verordening beschikbaar is wordt deze als basis voor de vastgestelde verordening gebruikt. Afwijkingen van de model-verordening worden vet en cursief in de vastgestelde verordening weergegeven. Deze afwijkende opmaak heeft dan ook geen juridische betekenis.
Voor deze verordening is een oud model gebruikt, vanaf 1 januari 2012 zal wederom het nieuwste model worden gebruikt. Dit doet uiteraard niets af aan de juridische status.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2012 | 01-01-2012 | Nieuwe regeling | 16-12-2010 Noord-Bevelands Advertentie en Informatieblad, 2010, 52 | 20101216/17 | |
01-01-2011 | Nieuwe regeling | 16-12-2010 Noord-Bevelands Advertentie en Informatieblad, 2010, 52 | 20101216/17 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf vertoeft.
Artikel 4 Maatstaf van heffing
In afwijking van het eerste lid wordt de belasting geheven naar de waarde, indien de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelasting voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld met toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet onroerende zaken.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid geldt dat, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso worden afgeschreven en het totaalbedrag van de op een aanslagbiljet verenigde aanslagen of andere heffingen meer is dan € 70,00, doch minder dan € 2.000,00, en zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in 6 gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen een maand later. Voor betalingen middels een automatische incasso is het incassoreglement van toepassing.
Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.