Organisatie | Westland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening bedrijveninvesteringszone winkelgebied de lier gemeente Westland 2024 |
Citeertitel | Verordening BI-zone winkelgebied De Lier gemeente Westland 2024 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2024.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de tweede dag nadat het college heeft bekendge- maakt dat van voldoende steun als bedoeld in artikel 4 van de wet is gebleken.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-01-2024 | nieuwe regeling | 11-10-2023 |
De raad van de gemeente Westland;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 5 september 2023,
gelet op de artikelen 1, eerste, derde en vierde lid, 2, eerste en tweede lid, 3, eerste lid, en 7, eerste en vierde lid, van de Wet op de bedrijveninvesteringszones;
gezien de Uitvoeringsovereenkomst van 4 september 2023, gesloten met de Vereniging BIZ Winkelgebied De Lier;
gehoord de beraadslagingen in de vergadering van de raadscommissie Bestuur, Economie Financieel beleid en Organisatie (BEFO) van 28 september 2023;
VERORDENING BEDRIJVENINVESTERINGSZONE WINKELGEBIED DE LIER GEMEENTE WESTLAND 2024.
HOOFDSTUK II BELASTINGBEPALINGEN
Artikel 2 Belastbaar feit en aard van de belasting
Onder de naam ’BIZ-bijdrage’ wordt jaarlijks een directe belasting geheven ter zake van binnen de bedrijven- investeringszone gelegen onroerende zaken die op grond van artikel 220a Gemeentewet niet in hoofdzaak tot woning dienen.
De BIZ-bijdrage wordt geheven ter bestrijding van de kosten die zijn verbonden aan activiteiten in de openbare ruimte en op internet, die zijn gericht op het bevorderen van de leefbaarheid of de veiligheid in de bedrijveninvesteringszone of de ruimtelijke kwaliteit of de economische ontwikkeling van de bedrijveninvesteringszone.
Voor de toepassing van dit artikel wordt:
gebruik door degene aan wie een deel van een belastingobject in gebruik is gegeven, aange- merkt als gebruik door degene die dat deel in gebruik heeft gegeven; degene die het deel in gebruik heeft gegeven, is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat deel in gebruik is gegeven;
het ter beschikking stellen van een belastingobject voor volgtijdig gebruik aangemerkt als ge- bruik door degene die dat belastingobject ter beschikking heeft gesteld; degene die het be- lastingobject ter beschikking heeft gesteld is bevoegd de BIZ-bijdrage als zodanig te verhalen op degene aan wie dat belastingobject ter beschikking is gesteld;
Indien een belastingobject bij het begin van het kalenderjaar geen gebruiker kent, wordt de van de gebruiker te heffen BIZ-bijdrage geheven van de eigenaar. Als eigenaar aangemerkt degene die bij het begin van het kalenderjaar als zodanig in de basisregistratie kadaster is vermeld, tenzij blijkt dat hij op dat tijdstip geen genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
Indien met betrekking tot het belastingobject geen waarde is vastgesteld op de voet van hoofdstuk IV van de Wet waardering onroerende zaken wordt de heffingsmaatstaf van dat belastingobject bepaald met toepassing van artikel 6, alsmede met overeenkomstige toepassing van het bepaalde bij of krachtens de artikelen 17, 18 en 20, tweede lid, van de Wet waardering onroerende zaken.
In afwijking in zoverre van artikel 5 wordt bij de bepaling van de heffingsmaatstaf buiten aanmerking gelaten, voor zover dit niet al is gebeurd bij de bepaling van de in dat artikel bedoelde waarde, de waarde van:
straatmeubilair, waaronder begrepen alle zodanige gebouwde eigendommen - niet zijnde gebouwen - welke zijn geplaatst voor het belang van het publiek, ten dienste van het verkeer of ter verfraaiing van de gemeente, zoals lichtmasten, verkeersinstallaties, standbeelden, monumenten, fonteinen, banken, abri’s, hekken en palen;
belastingobjecten die worden beheerd door een vereniging of stichting die geen onderneming drijft, voor zover die objecten bestemd en in gebruik zijn voor het geven van onderwijs, voor club- en buurthuiswerk, voor de beoefening van sport, kunst of cultuur, of voor andere activiteiten van sociale of culturele aard;
onroerende zaken voor zover die bestemd zijn te worden gebruikt als nutsvoorziening als omschreven in de WOZ-objectsoorten 3610 tot en met 3629, zijnde: nutsvoorzieningen, energie en water; waterleidingstation; reinwaterkelder; drinkwaterzuiveringsinstallatie; watertoren; waterverdedigingskering; rioolwaterzuiveringsin- stallatie; gemaal; gasdistributiestation; stroomdistributiestation; drinkwaterpompstation; trafo; hoogspannings- mast; elektriciteitscentrale; windmolen en overig energie en water.
HOOFDSTUK III SUBSIDIEBEPALINGEN
Artikel 12 Buiten toepassing algemene subsidieverordening
Op de subsidie bedoeld in artikel 15 is de Subsidie Verordening Westland 2016 (ASV Westland 2016) niet van toepassing.
Artikel 13 Aanwijzing vereniging
Vereniging BIZ Winkelgebied De Lier wordt aangewezen als de vereniging bedoeld in artikel 7 van de wet, waarmee een overeenkomst als bedoeld in artikel 4:36 van de Algemene wet bestuursrecht is gesloten, waarin is bepaald dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt verplicht moeten worden verricht.
Artikel 15 Subsidieverplichtingen
Naast de in artikel 4:37 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde verplichtingen kunnen aan de Vereniging BIZ Winkelgebied De Lier ook andere doelgebonden verplichtingen worden opgelegd. Deze verplichtingen zijn opgenomen in de met de Vereniging BIZ Winkelgebied De Lier gesloten uitvoeringsovereenkomst.
Artikel 17. Intrekken oude verordening en overgangsrecht
Verordening BI-zone winkelgebied De Lier gemeente Westland 2019 wordt ingetrokken op de datum van ingang van de heffing, bedoeld in artikel 18, tweede lid, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.