Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Doetinchem

Beleidsregels behandeling vergunningaanvragen en verlening vergunning speelautomatenhal gemeente Doetinchem 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDoetinchem
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels behandeling vergunningaanvragen en verlening vergunning speelautomatenhal gemeente Doetinchem 2024
Citeertitel
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem 2024

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2024gewijzigde regeling

04-12-2023

gmb-2024-31662

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels behandeling vergunningaanvragen en verlening vergunning speelautomatenhal gemeente Doetinchem 2024

1. Inleiding

 

Op grond van artikel 3 van de Verordening speelautomaten Doetinchem 2024 kan de burgemeester vergunning verlenen voor de vestiging en exploitatie van maximaal één speelautomatenhal.

 

Vanwege dit maximumstelsel moet deze exploitatievergunning worden aangemerkt als een schaarse vergunning. Een schaarse vergunning is een vergunning waarvan er slechts één of enkele kunnen worden verleend, terwijl er meer (potentiële) aanvragers kunnen zijn.

 

In 2016 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State de rechtsnorm voor schaarse vergunningen erkend (ABRvS 2 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2927, Speelautomatenhal Vlaardingen). Volgens deze uitspraak moet het bevoegde bestuursorgaan ter verdeling van schaarse vergunningen (potentiële) gegadigden gelijke kansen bieden om in aanmerking te komen voor een vergunning.

 

Het vergunningverlenende bestuursorgaan moet met het oog op een gelijk speelveld voldoende mededingingsruimte bieden door alle potentiële gegadigden in de gelegenheid te stellen een aanvraag voor de beschikbare schaarse vergunning(en) in te dienen. Ook is het betreffende bestuursorgaan verplicht om een passende mate van openbaarheid te verzekeren, als het gaat om de wijze waarop de beschikbare schaarse vergunningen worden verdeeld en verleend. De beschikbare schaarse vergunning(en) moet(en) tenslotte een beperkte looptijd dan wel werkingsduur te hebben.

 

Het vorenstaande resulteert in 3 concrete verplichtingen:

 

1. gegadigden moeten gelijke kansen op het verkrijgen van een voldoende mogelijkheid worden geboden om naar een beschikbare vergunning mee te dingen;

2. vooraf moet door een passende mate van openbaarheid kenbaar worden gemaakt dat er één of meer schaarse vergunningen verleend zullen worden, in welk tijdvak aanvragen ingediend kunnen worden, hoe deze worden toegewezen worden en welke criteria daarbij gehanteerd worden, en

3. er moet een passende looptijd van de vergunning worden vastgesteld zodat de vergunninghouder niet onevenredig wordt bevoordeeld ten opzichte van andere gegadigden.

 

Met deze notitie wordt uitvoering gegeven aan deze verplichtingen.

 

In deze beleidsregels wordt de procedure beschreven waarlangs de burgemeester gebruik wil maken van zijn bevoegdheid. Deze beleidsregels beschrijven welke criteria er gesteld worden aan de vestiging van een speelautomatenhal, op welke wijze ondernemers, die een dergelijke vergunning willen verwerven, van hun belangstelling daartoe blijk dienen te geven en de wijze waarop de burgemeester tot een beslissing zal komen.

 

2. Inrichting speelautomatenhal

 

Op basis van de verordening mogen in een te vestigen speelautomatenhal een maximumaantal speelautomaten aanwezig zijn Dit maximumaantal is gebaseerd op het bruikbare vloeroppervlak van de te realiseren hal. De toekomstige ondernemer heeft ook met een gemaximeerd aantal nog ruime vrijheid om te bepalen hoeveel speelautomaten hij maximaal wil plaatsen in de hal. In de handreiking gemeentelijk speelautomatenbeleid zijn kaders gegeven met betrekking tot de 2 verhouding eenspeler kansspelautomaten en meerspelerautomaten. Bij amusementscentra met een vloeroppervlak tot 100m2 dient er 1 meerspeler kansspelautomaat aanwezig te zijn, bij een vloeroppervlak van 100- 200m2 dienen er 2 meerspelerautomaten aanwezig zijn, bij een vloeroppervlak van meer dan 200m2 dienen er 4 meerspelerautomaten aanwezig te zijn. Deze lijn valt door te trekken als het gaat om een vloeroppervlak van 400m2, 600m2 of 800m2 en meer.

 

Daarnaast is het van belang dat er niet alleen een goede differentiatie aan kansspelautomaten aanwezig zijn, maar dat er ook behendigheidsspelen en vermaakspelen (pooltafels e.d. aanwezig zijn). Vermaakspelen zijn tijdgebonden, niet zijnde een (kans-)spelautomaat of een behendigheidsautomaat. Dit in de redelijke verhouding 70%-20%-10% van de publiek toegankelijke ruimte. De bezoekers moeten de mogelijkheid moeten hebben om een keuze te maken of zij willen gokken of niet.

 

Het risico van kansspelautomaten is dat spelers veel geld verliezen, daarom heeft de wetgever bepaald in het Speelautomatenbesluit 2000 artikel 13 lid 1 sub 4 dat een speler niet meer dan € 40,- per uur verlies mag leiden. Daarmee is nog niet het maximale verlies per dag geregeld. Buiten het voldoen aan de wettelijke criteria, het Speelautomatenbesluit 2000, de verordening en de daarbij behorende beleidsregels is de exploitant verplicht een convenant aan te gaan met de gemeente, politie en verslavingszorg. In de beleidsregels is dit nader uitgewerkt. Voorts zal aan het verlenen van de vergunning de voorwaarde gekoppeld worden dat de exploitant verplicht is om zonder voorbehouden medewerking te verlenen aan een langdurig wetenschappelijk onderzoek naar de relatie tussen de aanwezigheid van een speelautomatenhal en gokverslaving. Wetenschappelijk onderzoek geeft de mogelijkheid om beter inzicht te verschaffen over de effecten van aanwezigheid van een speelautomatenhal en biedt mogelijkheden om op deze effecten te sturen.

 

In combinatie met de mogelijkheden op het gebied van toezicht en controle, moet de kans op het ontstaan van problemen op het gebied van openbare orde en veiligheid en verslaving beperkt worden.

 

3. Gemeentelijk beleid

 

De gemeente Doetinchem heeft en voert nog steeds een terughoudend beleid waar het gaat om de beoefening van het kansspel. Het zo veel mogelijk voorkomen van gokverslaving staat hierbij centraal. Om met name jongeren zo weinig mogelijk in aanraking te laten komen met kansspelautomaten, moet dit beleid met strikte voorwaarden omgeven zijn. Er wordt met de verordening een mogelijkheid gecreëerd een speelautomatenhal op te richten en die vorm te geven als een inrichting waarin het accent wordt gelegd op het recreatieve element (gezellig avondje uit).

 

Om te voorkomen dat jongeren in de kwetsbare leeftijdscategorie van achttien tot eenentwintig jaar in de verleiding worden gebracht om kansspelen in een speelautomatenhal te bedrijven, en zo blootgesteld worden aan de risico’s van kansspelverslaving, is het de vergunninghouder onder geen beding toegestaan om personen toegang tot de speelautomatenhal te verlenen die de leeftijd van eenentwintig jaar nog niet hebben bereikt.

 

4. Locatie

 

Een speelautomatenhal moet worden beschouwd als een uitgaansgelegenheid en is van toegevoegde waarde voor het gehele aanbod van uitgaansgelegenheden in Doetinchem. Het kan een goede aanvulling zijn het bestaande voorzieningenniveau van Doetinchem. Voor de ruimtelijke inpassing dient rekening te worden gehouden met een aantal aspecten. Onderstaand worden deze puntsgewijs genoemd.

 

Bereikbaarheid voor het verkeer.

De locatie dient goed bereikbaar moet zijn voor alle soorten verkeer.

 

Toegankelijkheid.

Een speelautomatenhal is een doelgerichte uitgaansgelegenheid. Om de doelgerichtheid van de hal te versterken en impulsbezoek te matigen, is als vestigingsplaats het noordwestkwadrant van de stad aangewezen. Het noordwestkwadrant is als plattegrond weergegeven in bijlage 1 bij de Verordening. Een speelautomatenhal mag niet direct gevestigd worden direct in het uitgaanscentrum. Er dient een buffer te zijn tussen de natte horeca en het gokken.

 

Combinatie met soortgelijke activiteiten.

Een speelautomatenhal wordt gezien als een uitgaansgelegenheid en een combinatie met soortgelijke activiteiten een pré uit ruimtelijk perspectief. Een speelautomatenhal wordt beschouwd als een doelgerichte uitgaansgelegenheid en wordt gelijkgesteld met andersoortig uitgaansvermaak (“een avondje uit”), zoals een bezoek aan De Gruitpoort, Amphion of de bioscoop. Een perifere locatie is daarom niet toegestaan.

 

Parkeren, stalling (brom)fietsen e.d.

Er dient voldoende ruimte te zijn voor het parkeren van auto’s, stallen van (brom)fietsen e.d., bij voorkeur in de directe nabijheid van de hal. De locatie dient zodanig te worden gekozen, dat geen overmatige druk op de bestaande parkeercapaciteit wordt gelegd.

 

Herkenbaarheid.

Zowel uit het oogpunt van exploitatie als dat van openheid is een herkenbare locatie te prefereren. De exploitatieve oogmerken moeten duidelijk zijn; de openheid maakt dat de activiteit niet gemaskeerd wordt; de bezoeker treedt naar buiten en voor de gemeenschap is de activiteit zichtbaar. Hierbij dient de gevel, uitstraling en omgeving passend te zijn in het ruimtelijk beeld van de omgeving.

 

Beperking overlast voor woon- en leefomgeving.

Met name het verkeer, maar ook de mate van bezoek, kunnen een nadelige invloed hebben op de woon- en leefomgeving. Een goed geëxploiteerde speelhal zal mensen aantrekken op elk moment van de week binnen de gestelde openingsuren. Dit kan voor een nabij gelegen woon- en leefomgeving overlast opleveren. Er moet worden voorkomen dat herkenbaarheid een grote aanzuigende werking heeft. Gematigdheid moet daarom betracht worden ten aanzien van de uitstraling naar de omgeving.

 

Op basis van het totaal van deze criteria dient de speelautomatenhal gesitueerd te worden nabij het centrum in het noordwestkwadrant van de stad (Gruitpoort, Amphion, bioscoop). Het gebied tussen het noordwestkwadrant en het horecacentrumgebied dient als bufferzone te fungeren.

 

5. Beleidsregels

 

Met inachtneming van het voorgaande heeft de burgemeester onderstaande beleidsregels opgesteld.

 

De burgemeester van Doetinchem,

 

gelet op het besluit van de raad d.d. 30-11-2023 tot vaststelling van de Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem 2024 (de verordening) en artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb),

 

acht het wenselijk dat met het oog op de vergunningaanvragen en de verlening van vergunningen voor de vestiging van een speelautomatenhal in Doetinchem nadere regels worden gesteld die duidelijkheid bieden over de wijze van behandeling van de aanvragen en de toetsing daarvan aan de bepalingen van de verordening, 4 stelt de volgende beleidsregels vast:

 

5.1 Openbare kennisgeving

 

De burgemeester maakt voorafgaand aan de aanvraagfase bekend dat een vergunning beschikbaar komt.

 

Deze openbare kennisgeving vindt elektronisch plaats in www.officielebekendmakingen.nl. Ook vindt publicatie plaats op de website www.doetinchem.nl en in het Doetinchems Vizier waarin verwezen wordt naar de officiële publicatie in www.officielebekendmakingen.nl.

 

De kennisgeving vermeld in elk geval de volgende punten:

 

• de periode waarbinnen vergunningsaanvragen kunnen worden ingediend,

• de wijze waarop de vergunning behoort te worden aangevraagd inclusief online locatie (met vermelding van de indieningsvereisten in de verordening),

• de criteria en weegfactoren op basis waarvan de aanvragen zullen worden beoordeeld,

• de weigeringsgronden,

• het aanvraagmodel.

 

5.2 Aanvraag

 

5.2.1 Wijze van indienen

 

Aanvragen voor de verlening van een vergunning voor de vestiging van een speelautomatenhal dienen per e-formulier ingediend te worden. De link naar het e-formulier wordt kenbaar gemaakt in de openbare kennisgeving. Voor het indienen van een e-formulier is DigiD of e-Herkenning vereist.

 

Een aanvraag dient rechtsgeldig ondertekend te zijn.

 

5.2.2 Datum en tijd

 

Een aanvraag dient uiterlijk op het in de openbare kennisgeving aangegeven moment in het bezit van de gemeente Doetinchem te zijn.

 

Alleen aanvragen, die tijdig zijn ontvangen en die met volledige inachtneming van de bovenstaande regels zijn opgemaakt, zullen in behandeling worden genomen.

 

5.2.3 Aanvraag

 

De aanvrager dient ten behoeve van de aanvraag gebruik te maken van het aanvraagmodel dat onderdeel is van de openbare bekendmaking.

 

Bij de aanvraag dienen de op grond van artikel 4 lid 1 sub a tot en met k van de Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem vereiste bescheiden en bewijsstukken overgelegd te worden.

 

Dit zijn de volgende bescheiden en bewijsstukken:

 

1. een ondernemingsplan, met inbegrip van stukken, waaruit blijkt welk bedrag met de totale investering is gemoeid, dat deze met voldoende zekerheden is afgedekt met een financiering en wie de financier is, dan wel dat de totale investering uit eigen middelen kan worden gefinancierd;

2. een plan waarin de vergunningsaanvrager aangeeft op welke wijze hij concreet gokverslaving zal voorkomen en bestrijden;

3. een plan waarin de vergunningsaanvrager aangeeft welke maatregelen worden 5 genomen om de invloed van de speelautomatenhal op de directe omgeving te ondervangen;

4. een nauwkeurige beschrijving van de inrichting, waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, evenals een opstellingsplan (plattegrond), waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welke aantallen kansspel- en / of behendigheidsautomaten worden opgesteld;

5. een verklaring of bewijsstuk waaruit blijkt dat hij gerechtigd is of zal zijn over de ruimte waarin de inrichting zal worden gevestigd, te beschikken;

6. een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel;

7. bescheiden waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, sub a van de Wet op de kansspelen gestelde eisen;

8. een bewijsstuk waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, sub b van de Wet op de kansspelen gestelde eis;

9. een verklaring omtrent het gedrag en een fotokopie van een geldig legitimatiebewijs van: de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de bij te voegen statuten vertegenwoordigt (vertegenwoordigen); de beheerder(s ) en de bedrijfsleider(s);

10. een bewijs van lidmaatschap van de VAN Speelautomaten brancheorganisatie of een bewijs dat voldaan wordt aan de lidmaatschapsvoorwaarden die door de VAN Speelautomaten brancheorganisatie gesteld worden;

11. een bewijs, waaruit blijkt, dat de ondernemer in de eerste periode van twaalf maanden van de exploitatie van de speelautomatenhal een „KEMA-keur‟-certificaat verkrijgt.

 

5.3 Beoordeling van de aanvragen

 

5.3.1 Volledigheid

 

Allereerst zullen de in behandeling genomen aanvragen beoordeeld worden op de aanwezigheid van de hiervoor vermelde bescheiden en bewijsstukken.

 

De aanvragers van onvolledige aanvragen worden hierover schriftelijk geïnformeerd en vervolgens in de gelegenheid gesteld om hun aanvragen alsnog compleet te maken. Daartoe krijgen zij 2 weken de tijd. Als een aanvraag niet tijdig compleet wordt gemaakt, dan wordt de aanvraag conform artikel 9 lid 1 onder h van de Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem afgewezen.

 

5.3.2 Formele vereisten

 

Vervolgens wordt bezien of de aanvraag voldoet aan de formele eisen. Hiertoe worden de bescheiden en bewijsstukken die in artikel 4 lid 1 sub e tot en met k van de Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem genoemd zijn, inhoudelijk beoordeeld. Dit zijn de volgende bescheiden en bewijsstukken:

 

1. een bewijs van inschrijving bij de Kamer van Koophandel;

2. bescheiden waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, sub a van de Wet op de kansspelen gestelde eisen;

3. een bewijsstuk waaruit blijkt dat wordt voldaan aan de krachtens artikel 30d, vierde lid, sub b van de Wet op de kansspelen gestelde eis;

4. een verklaring omtrent het gedrag en een fotokopie van een geldig legitimatiebewijs van: de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de bij te voegen statuten vertegenwoordigt (vertegenwoordigen); de beheerder(s) en de bedrijfsleider(s);

5. een bewijs van lidmaatschap van de VAN Speelautomaten brancheorganisatie of een bewijs dat voldaan wordt aan de lidmaatschapsvoorwaarden die door de VAN Speelautomaten brancheorganisatie gesteld worden;

6. een bewijs, waaruit blijkt, dat de ondernemer in de eerste periode van twaalf maanden 6 van de exploitatie van de speelautomatenhal een „KEMA-keur‟-certificaat verkrijgt.

 

Mochten er naar aanleiding van de overgelegde bescheiden en bewijsstukken vragen zijn, dan worden aanvragers daarover schriftelijk geïnformeerd en in de gelegenheid gesteld deze vragen schriftelijk te beantwoorden. Indien één of meer weigeringsgronden zoals genoemd in artikel 9, lid 1 van de Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem van toepassing zijn, dan wordt de aanvraag afgewezen.

 

5.3.3 Inhoudelijke beoordeling

 

Na de beoordeling van de aanvraag op het voldoen aan de formele vereisten worden de aanvragen inhoudelijk beoordeeld. Het betreft hier het beoordelen van de bescheiden die genoemd zijn in artikel 4 lid 1 sub a tot en met d van de Verordening op de speelautomatenhallen Doetinchem. Dit zijn de volgende bescheiden:

 

1. een ondernemingsplan, met inbegrip van stukken, waaruit blijkt welk bedrag met de totale investering is gemoeid, dat deze met voldoende zekerheden is afgedekt met een financiering en wie de financier is, dan wel dat de totale investering uit eigen middelen kan worden gefinancierd;

2. een plan waarin de vergunningsaanvrager aangeeft op welke wijze hij concreet gokverslaving zal voorkomen en bestrijden;

3. een plan waarin de vergunningsaanvrager aangeeft welke maatregelen worden genomen om de invloed van de speelautomatenhal op de directe omgeving te ondervangen;

4. een plan waarin de vergunningsaanvrager aangeeft hoe het toezicht op de leeftijdscontrole zal plaatsvinden met inachtneming van de wettelijke vigerende privacyregels (Wbp; wet bescherming persoonsgegevens);

5. een nauwkeurige beschrijving van de inrichting, waarbij is opgenomen de oppervlakte daarvan, evenals een opstellingsplan (plattegrond), waarin is aangegeven op welke plaats in de speelautomatenhal en in welke aantallen kansspelautomaten, behendigheidsautomaten en vermaakspelen worden opgesteld;

6. de verhouding tussen kansspelautomaten, behendigheidsautomaten en vermaakspelen is 70- 20-10 van de publiek toegankelijke ruimte.

 

Allereerst worden de overgebleven aanvragers in de gelegenheid gesteld om hun aanvragen te presenteren. Daartoe zullen deze aanvragers schriftelijk worden uitgenodigd. Vervolgens worden de hiervoor genoemde bescheiden beoordeeld aan de hand van een vijftal criteria. Dit zijn:

 

1. Gedegenheid van het ondernemingsplan. Dit is de mate waarin ondernemingsplan het vertrouwen geeft dat de ondernemer in staat zal zijn binnen een termijn van ca. drie jaar een rendabele onderneming op te bouwen;

2. Aandacht voor gokverslaving. Dit is de mate waarin de ondernemer bezig is met kansspelverslaving, inclusief het daaraan gerelateerde voorgenomen aantal speel- en behendigheidsautomaten en vermaakspelen en de gehanteerde productdifferentiatie;

3. Beperking overlast omgeving. Dit is de mate waarin ondernemer bezig is maatregelen te treffen om overlast voor de omgeving te voorkomen;

4. Welbevinden van bezoekers. Dit is de mate waarin de ondernemer aandacht schenkt aan maatregelen ter bevordering van een goede atmosfeer in de speelautomatenhal;

5. Uitstraling en kwaliteit inrichting. Doetinchem wenst niets minder dan een hoogwaardige kwaliteit en inrichting en 7 bedoeld daarmee de wijze waarop en de materialen waarmee de speelautomatenhal is vormgegeven en ingericht.

Per criteria zal een score tussen 0 en 10 worden toegekend. Hieronder wordt weergegeven welke beoordeling aan de cijfers hangt.

 

*

 

Vertegenwoordigers van de politie en van IrisZorg zullen bij de beoordeling van de aanvragen worden betrokken.

 

Op basis van de puntenscore wordt een rangorde opgesteld waarbij de hoogst scorende aanvrager op nummer 1 komt, en de laagst scorende aanvrager op het laatste nummer komt. Indien de beste aanvragen in totaliteit gelijk worden beoordeeld, wint de aanvrager met de hoogste beoordeling voor de aandacht ter voorkoming en bestrijding van gokverslaving. Indien de hiervoor genoemde situatie opnieuw leidt tot een gelijke score, wint de aanvrager met de hoogste score op een gedegen ondernemingsplan. Wanneer dat wederom leidt tot een gelijke score, zullen de overgebleven aanvragen worden onderworpen aan een loting om tot een winnende aanvraag te komen. Alle aanvragers worden geïnformeerd over hun positie in de rangorde.

 

De hoogst scorende aanvrager wordt onderworpen aan het eigen Bibob-onderzoek en indien er aanleiding voor is daarna ter toetsing voorgelegd aan het Landelijke Bureau Bibob. Wanneer de uitkomsten van het Bibob-onderzoek van de aanvrager die op nummer 1 staat niet leiden tot het verlenen van een vergunning, dan wordt de aanvrager die op nummer 2 staat verzocht om de Bibob-formulieren in te vullen en op te sturen. Dit gaat op deze wijze door totdat een vergunning wordt verleend.

 

5.3 Toewijzing

 

De laatste stap is het toewijzen van de vergunning. De vergunning wordt toegewezen aan de aanvrager waarover een positief advies is uitgebracht door het Landelijk Bureau Bibob en die de hoogste score heeft. De aanvraag van de andere aanvrager zal worden afgewezen.

 

5.4 Geldigheidsduur vergunning

 

In de inleiding is al aangegeven dat de exploitatievergunning voor de speelautomatenhal vanwege het gehanteerde maximumstelsel een schaarse vergunning is. Daarom is de geldigheidsduur van de vergunning beperkt om ook andere gegadigden op termijn in de gelegenheid te stellen een vergunning te krijgen. Deze geldigheidsduur is vastgesteld op 15 jaar.

 

Uit onderzoek (jurisprudentie en beleid van andere gemeenten) is gebleken dat een periode van 15 jaar als een redelijke termijn kan worden beschouwd, rekening houdend met de afschrijvingstermijn voor speelautomaten en van andere activa (zoals de inventaris en technische installaties). Hierbij wordt ook verwezen naar een onderzoek van het bureau BEA (Bureau voor Economische Argumentatie) dat in opdracht van de gemeente Amsterdam het rapport ‘Gokken met beleid’ heeft opgesteld en hierin concludeert dat 15 jaar een passende looptijd voor de exploitatie van kleinere en middelgrote speelautomatenhallen is. De exploitant heeft dan voldoende tijd en mogelijkheid om de investeringen voor de exploitatie van de speelautomatenhal terug te verdienen. Tegelijkertijd krijgen andere gegadigden op termijn de mogelijkheid om een vergunning aan te vragen.

 

5.5 Tijdschema

 

Ten behoeve van het toewijzingsproces zal het volgende tijdschema worden gehanteerd:

 

*

5.6 Nadere criteria

 

1. Aanvullend op voorgaande formele en inhoudelijke eisen dient de aanvrager verplicht mee te werken aan onderzoek naar de relatie tussen verslavingsproblematiek en de aanwezigheid van een speelautomatenhal. Als de aanvrager (exploitant) op enig moment na verlening van de vergunning niet meewerkt aan voornoemd onderzoek, zal de burgemeester de vergunning intrekken wegens het in strijd handelen met de aan de vergunning opgenomen voorschriften.

2. De exploitant is verplicht deel te nemen in een gestructureerd overleg tussen gemeente, politie, exploitant en verslavingszorg. Dit overleg zal tenminste tweemaal per jaar plaatsvinden. In dit overleg wordt gerapporteerd door alle partijen over de bevindingen van de daarvoor liggende periode.

3. Als bij controle door de bevoegde instantie blijkt dat er niet goedgekeurde of niet verzegelde kasten worden aangetroffen, zal de burgemeester een schriftelijke waarschuwing afgeven aan de exploitant. Herhaaldelijk overtreden van voorschriften leidt tot intrekking van de vergunning.

4. Indien de wetgever het toestaat (mogelijk maakt) om met zogenaamde “chipkaarten” te 9 gaan werken, is de exploitant verplicht om zijn speelautomaten binnen een termijn van drie (3) maanden geschikt te maken. Dit om het maximum speelbedrag per dag objectief controleerbaar te maken.

5. Niet alleen de ondernemer dan wel, indien de ondernemer een rechtspersoon is, van degene(n) die de onderneming krachtens de bij te voegen statuten vertegenwoordigt (vertegenwoordigen); de beheerder(s) en de bedrijfsleider(s) dienen een verklaring omtrent gedrag te kunnen overleggen, ook de personeelsleden dienen een geldige verklaring omtrent gedrag te kunnen overleggen

6. De exploitant is verplicht voor voorlichtingsmaatregelen te zorgen binnen het amusementscentrum, op scholen en overige relevante locaties.

7. Bij de beoordeling van de exploitant wordt mede gekeken of de voorziening past binnen het preventief veiligheidsbeleid gemeente Doetinchem, waarbij de exploitant verplicht is het horecaconvenant te ondertekenen en te voldoen aan het toekomstig keurmerk Veilig Uitgaan.

8. De exploitant is verplicht een convenant te sluiten met de gemeente, politie en verslavingszorg. In dit convenant zullen partijen afspraken maken over:

a. toezicht en handhaving;

b. het voorkomen dat bezoekers beneden de leeftijd van 21 jaar op enigerlei wijze toegang hebben tot de speelautomatenhal;

c. het voorkomen dat bezoekers op meerdere machines tegelijk spelen;

d. vroegsignalering van verslavingsgedrag en schuldenproblematiek;

e. het hanteren van “zwarte en witte lijsten”;

 

5.7 Afsluiting

 

De burgemeester is bevoegd deze beleidsregels te wijzigen en aan te vullen. Als de beleidsregels worden gewijzigd of aangevuld voordat is besloten op een vergunningaanvraag of tijdens de behandeling van de vergunningaanvraag, wordt de vergunningsaanvrager daarvan schriftelijk, onder toezending van de wijzigingen en aanvullingen, gemotiveerd mededeling gedaan. De wijzigingen en aanvullingen zijn, tenzij de burgemeester anders besluit, ook van toepassing op de vergunningaanvragen, waarop nog niet is besloten.

 

De burgemeester behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor deze aanvraagprocedure gemotiveerd te staken of te beëindigen. In die gevallen waarin de beleidsregels niet voorzien, beslist de burgemeester.

 

5.8 Inwerkingtreding

 

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als Beleidsregels behandeling vergunningaanvragen en verlening vergunning speelautomatenhal gemeente Doetinchem 2024 en treden in werking op de dag na bekendmaking.

 

Ondertekening

 

aldus vastgesteld op 4 december 2023,

 

door de burgemeester van Doetinchem.


*

Beoordeling

Punten

Onderdeel is niet uitgewerkt

0

Onderdeel is onvoldoende uitgewerkt

1

Onderdeel is inhoudelijk onvoldoende

3

Onderdeel voldoet aan basisverwachting

5

Onderdeel toont meerwaarde voor de gemeente

7

Onderdeel toont duidelijke meerwaarde voor de gemeente

10

*

Activiteit

Datum

Looptijd van de vergunning verloopt over een half jaar

D

Openbare kennisgeving

D + 2 weken

Aanvraagprocedure gaat van start

D + 4 weken

Indienen aanvragen door gegadigden

D + 4 weken

Sluiten van aanvraagperiode door de burgemeester

D + 6 weken

Starten van de beoordeling van de aanvragen op volledigheid door burgemeester

D + 6 weken

Geven van gelegenheid tot herstel van de aanvraag aan de aanvragers

D + 9 weken

Sluiten van de herstelperiode door burgemeester

D + 11 weken

Besluit nemen over de aanvragen inzake het al dan niet voldoen aan formele vereisten door burgemeester

D + 14 weken

Gelegenheid geven voor presenteren van de aanvragen aan de aanvragers die hebben voldaan aan de formele vereisten

D + 16 weken

Inhoudelijk beoordelen van de goedgekeurde aanvragen door burgemeester

D + 21 weken

Het eigen Bibob-onderzoek starten bij hoogst scorende aanvrager

D + 24 weken

Eventueel advies inwinnen bij het Landelijk Bureau Bibob

D + 30 weken

Bekendmaken van besluit over aanvrager door het Landelijk Bureau Bibob

B

Indien de termijn van 13 weken niet toereikend is, informeren van de aanvragers door burgemeester

B+ 12 weken

Besluit nemen over toekenning van de speelautomatenhalvergunning aan de beste aanvrager en afwijzen van de overige aanvragers door burgemeester

B + 24 weken