Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Kompas, Gemeentelijk collectief voor werk, inkomen & zorg

Beleidsplan inburgering 2023

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieKompas, Gemeentelijk collectief voor werk, inkomen & zorg
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBeleidsplan inburgering 2023
CiteertitelBeleidsplan inburgering 2023
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-01-2024nieuwe regeling

21-09-2023

bgr-2024-112

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsplan inburgering 2023

 

De nieuwe Wet inburgering

Sinds 1 januari 2022 is de nieuwe Wet Inburgering 2021 van kracht. Met deze wet komt de regie over de inburgering weer bij de gemeente te liggen, na negen jaar weg te zijn geweest.

 

Een korte geschiedenis van de inburgering

Op 30 september 1998 trad de Wet inburgering nieuwkomers (WIN) in werking. Op grond van deze wet waren nieuwkomers verplicht aan een door de gemeente vast te stellen inburgeringsprogramma deel te nemen. Het Rijk constateerde echter in de jaren daarna dat de resultaten van het inburgeringsbeleid fiks achterbleven. In 2007 werd daarom een meer verplichtend en resultaatgericht stelsel ingevoerd, voor zowel nieuwkomers als oudkomers. De lokale regie over de inburgering en de integratie van migranten lag weliswaar bij de gemeente, maar de inburgeraar werd ook meer op de eigen verantwoordelijkheid aangesproken. Gemeenten konden aan alle inburgeringsplichtigen een inburgeringsprogramma aanbieden en het Rijk stelde hiervoor geld beschikbaar.

 

In de jaren tussen 2007 en 2011 werd een grote inhaalslag gemaakt met de inburgering van oudkomers. Deze inhaalslag was een groot succes, maar de kosten van de inburgering liepen hierdoor op. In de miljoenennota van 2011 werd daarom een forse bezuiniging aangekondigd op het inburgeringsbeleid, die werd ingevuld door middel van een korting op de inburgerings-budgetten voor gemeenten. Verder werd besloten het uitgangspunt van de eigen verantwoordelijkheid van inburgeringsplichtigen weer meer op de voorgrond te plaatsen.

 

In 2013 ging een nieuw stelsel van start waarin de verantwoordelijkheid voor inburgering volledig bij de inburgeringsplichtige lag. Deze moest binnen drie jaar voldoen aan de inburgeringsplicht door middel van het behalen van het inburgeringsexamen en bepaalde zelf hoe hij of zij dit deed. Er was sprake van een sociaal leenstelsel via de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) om de kosten van het inburgeringstraject te betalen. Statushouders konden een kwijtschelding van deze lening verdienen door binnen de wettelijk gestelde termijn van drie jaar het volledige inburgeringstraject te doorlopen en te slagen voor hun inburgeringsexamen. Gemeenten hadden door deze wijzigingen sinds 2013 geen formele rol meer in het inburgeringsstelsel, behalve de verantwoordelijkheid om maatschappelijke begeleiding aan statushouders aan te bieden en sinds een aantal jaren een beperkt participatieverklaringstraject te organiseren.

 

In 2016 werd duidelijk dat het niet goed ging met de inburgering. Slechts 32% van de inburgeraars slaagde voor het examen binnen de daarvoor gestelde drie jaar. Een belangrijk knelpunt bleek de invulling van de eigen verantwoordelijkheid om een passend en goed inburgeringstraject in te kopen. De enorme stijging aan taalaanbieders, voor een deel malafide, maakte de keuze er voor de inburgeraar niet gemakkelijker op. Het stelsel werkt niet naar behoren. Dat was niet goed voor de inburgeraar en niet goed voor de maatschappij. Daarom ging op 1 januari 2022 de nieuwe Wet Inburgering van kracht, waarmee de regie over de inburgering terugkomt naar de gemeente. In geval van gemeente Beekdaelen, Simpelveld en Voerendaal gaat de regie terug naar ISD Kompas.

 

Doelen nieuwe Wet inburgering

Het doel van de nieuwe wet is dat alle inburgeraars snel en volwaardig mee kunnen doen in de Nederlandse maatschappij, liefst via betaald werk. Inburgeraars bereiken daarbij het voor hen hoogst haalbare niveau in taal (liefst niveau B1) en kennis van de Nederlandse maatschappij. Dit doen zij in combinatie met gerichte inspanningen op participeren naar vermogen vanaf de start van het inburgeringstraject.

 

Kernpunten Wet inburgering

Het doel van de nieuwe wet vereist een stelsel waarin voldaan wordt aan de volgende vijf kernpunten:

  • 1.

    Tijdigheid: de inburgeraar moet zo snel mogelijk starten met de inburgering.

  • 2.

    Snelheid: de inburgering zo snel mogelijk, maximaal binnen drie jaar, afgerond worden.

  • 3.

    Dualiteit: taal en participatie moeten zo veel mogelijk gecombineerd worden in het traject.

  • 4.

    Maatwerk: iedere inburgeraar krijgt een passend inburgeringstraject aangeboden.

  • 5.

    Kwaliteit: de inburgeringstrajecten moeten kwalitatief goed zijn.

Gemeenten zijn er verantwoordelijk voor om een inburgering te regelen die voldoet aan de gestelde criteria. Zij moeten de inburgeraar op basis van maatwerk een traject bieden gericht op inburgering en participatie, zodat de inburgeraar zo snel mogelijk kan participeren en zelfredzaam wordt. Integratie is het doel, werk is daarbij het belangrijkste middel. Aan het einde van het inburgerings-traject, dat maximaal drie jaar duurt, heeft de inburgeraar de inburgering op tijd afgerond, heeft hij/zij waar mogelijk een betaalde baan of opleiding, is financieel zelfredzaam en kan zich ook op andere vlakken in het leven en in de maatschappij redden. Daar waar een betaalde baan of een vervolgopleiding niet haalbaar is, wordt gezocht naar andere mogelijkheden van participatie, zodat een zo hoog mogelijk niveau van zelfredzaamheid bereikt wordt. Dit betekent overigens niet dat iemand alles zelf kan organiseren, maar dat de inburgeraar wel weet wanneer en waar om hulp gevraagd moet worden. Voor de ondersteuning en begeleiding van inburgeraars ontwikkelen en onderhouden we daarom samenwerkingsrelaties met andere gemeentelijke en externe partners.

 

Uitvoering Wet inburgering

De uitvoering van de Wet inburgering is door gemeente Beekdaelen, Simpelveld en Voerendaal belegd bij ISD Kompas. Kompas heeft gespecialiseerde participatiecoaches die functioneren als regisseur en uitvoering geven aan het grootste gedeelte van de nieuwe wet. Overige collega’s zijn betrokken bij het beoordelen en verstrekken van de uitkering (team rechtmatigheid) en/of minimaregelingen (team zorg).

 

Oude en nieuwe wet naast elkaar

De nieuwe wet is van start gegaan op 1 januari 2022. Dit betekent echter niet dat vanaf dat moment alle nieuwe statushouders in de gemeente onder de nieuwe wet vallen. De datum wanneer de verblijfsvergunning is toegekend is leidend bij de van toepassing zijnde wet. Is de verblijfsvergunning toegekend ná 1 januari 2022 dan is de nieuwe wet van toepassing. Is de verblijfsvergunning voor die tijd vastgesteld dan geldt de oude wet. Dit betekent dat er nog een periode twee doelgroepen naast elkaar zullen lopen.

 

(Vrijstelling) inburgeringsplicht

DUO bepaalt onder welke wet de statushouder of gezinsmigrant valt en welke verplichten hij/zij heeft. Vrijstelling kan worden aangevraagd bij DUO. DUO beoordeelt of de migrant in aanmerking komt voor vrijstelling. Dit kan bijvoorbeeld in geval van ernstige ziekte.

 

Verantwoordelijkheden

De inburgeraar blijft zelf verantwoordelijk voor het behalen van het inburgeringsexamen. Onder meer door zich tijdens het inburgeringstraject voldoende in te zetten om de taal te leren en te participeren. Kompas is tijdens het traject verantwoordelijk om waar nodig te handhaven op de inspannings-verplichting van de inburgeraar. De minister van SZW is verantwoordelijk voor het hele inburgeringsstelsel. Bij deze verantwoordelijkheid hoort het vaststellen van de inburgeringsplicht, de inburgeringstermijn, de verlenging daarvan en de handhaving van de inburgeringsplicht aan het einde van de inburgeringstermijn. DUO voert deze taken namens de minister van SZW uit. Dit wordt handhaven op de resultaatsverplichting genoemd.

 

In de wet staat beschreven in welke situatie welk handhavingsinstrument ingezet wordt. Door goede communicatie en coaching verwacht Kompas weinig te hoeven handhaven. Bij Kompas is handhaven altijd maatwerk, met oog voor de menselijke maat.

Doelgroepen Wet inburgering

De inburgeringsplicht geldt voor alle migranten die een verblijfsvergunning hebben voor een niet-tijdelijk doel. Dit zijn:

  • 1.

    Asielstatushouders

  • 2.

    Nareizigers van asielstatushouders

  • 3.

    Gezinsmigranten

  • 4.

    Overige migranten

De inburgeringsplicht geldt voor migranten van 16 jaar tot de AOW-leeftijd, tenzij zij leer- of kwalificatieplichtig zijn en/of gedurende 8 leerplichtige jaren in Nederland hebben verbleven. Voor schoolgaande jongeren betekent dit dat de inburgeringsplicht in de praktijk doorgaans aanvangt als zij 18 jaar worden. Alleen voor de groep jongeren die deelnemen aan praktijkonderwijs of voortgezet speciaal onderwijs, en het uitstroomprofiel arbeidsmarkt hebben of dagbesteding hebben gevolgd, krijgen te maken met de inburgeringsplicht wanneer ze jonger zijn dan 18 jaar.

 

De inburgeringsplicht geldt ook voor geestelijk bedienaren, zoals imams, rabbijnen en kloosterlingen, en vreemdelingen met een niet-tijdelijk humanitaire verblijfsstatus. Deze groep wordt aangeduid als ‘overige migranten’. DUO stelt vast wie een inburgeringsplicht heeft.

 

Asielstatushouders en nareizigers

Het betreft migranten die middels de taakstelling van de gemeente in een van de Kompasgemeenten worden gevestigd. Wanneer zij niet werken ontvangen ze een uitkering vanuit de Participatiewet. Zij worden op alle onderdelen van de inburgering begeleid door Kompas. De kosten hiervoor worden door Kompas betaald. In dit beleidsplan spreken we over statushouders. Daarmee bedoelen we asielstatushouders en nareizigers.

 

Gezinsmigranten en overige migranten

Gezinsmigranten komen naar Nederland om zich aan te sluiten bij een persoon met de Nederlandse nationaliteit, of iemand die al langer in Nederland gevestigd is. Gezinsmigranten krijgen een verblijfsvergunning gezinshereniging of gezinsvorming. Gezinsmigranten van buiten de Europese Unie zijn inburgeringsplichtig. Dit geldt ook voor zogenoemde ‘overige migranten’. Onder deze kleine groep vallen geestelijk bedienaren zoals imams, rabbijnen en kloosterlingen, en vreemdelingen met een niet-tijdelijke humanitaire verblijfsstatus. In dit beleidsplan spreken we over gezinsmigranten. Daarmee bedoelen we gezinsmigranten en overige migranten.

 

Aanbod per doelgroep

Het aanbod dat Kompas moet doen verschilt voor asielstatushouders en gezinsmigranten. Dit verschil is door de wetgever aangebracht omdat met name voor gezinsmigranten geldt dat er al een gezinslid (referent) in Nederland woont, die eigen inkomsten boven minimumniveau heeft en de weg in de maatschappij kan wijzen. Daarnaast is de inschatting dat hun weerbaarheid en zelfredzaamheid groter is, omdat zij geen vluchtgeschiedenis hebben. Voor statushouders heeft Kompas meer wettelijke taken.

 

Aanbod Kompas

Statushouders

Gezinsmigranten

Brede intake en Persoonlijk plan Inburgering en Participatie (PIP)

+

+

Financieel ontzorgen

+

-

Maatschappelijke begeleiding

+

-

Leerroutes (inclusief Kennis van de Nederlandse Maatschappij, kortweg KNM)

+

Advies

Participatieverklaringstraject (PVT) en Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP)

+

+

Participatie

+

Advies

Brede intake en PIP

De brede intake is een onderzoek naar de mogelijkheden die de inburgeringsplichtige heeft om aan de inburgeringsplicht te voldoen. Het resultaat van de brede intake wordt vastgelegd in een inburgeringsplan.

 

Onderzoek

De participatiecoach van Kompas gaat in gesprek met de inburgeraar om een beeld te krijgen van de persoonlijke situatie, van de persoon en het gezin. Waar komen ze vandaan, hoe is de gezinssamenstelling, hoe gaat het met de lichamelijke en psychische gezondheid, wat is het taalniveau, hoe zelfredzaam zijn ze, welke participatiemogelijkheden zijn er, wat zijn de verwachtingen, etc. Bij het gesprek met een statushouder kan de maatschappelijk begeleider worden uitgenodigd. In geval van een gezinsmigrant is vaak een familielid aanwezig. Ter ondersteuning wordt gebruik gemaakt van de statushoudersmodule van Competensys.

 

Het gesprek wordt gevoerd nadat de statushouder of gezinsmigrant woonachtig is in de gemeente. Dit om onnodig werk te voorkomen. Regelmatig vinden er wijzigingen plaats voordat de vestiging definitief is. Het gesprek vindt plaats bij Kompas.

 

Tolk

Wanneer nodig wordt er gebruik gemaakt van een tolk. In de meeste gevallen voldoet een informele tolk. Dit zijn bijvoorbeeld oud-statushouders die de taal beheersen en ervaringsdeskundig zijn. Zowel Kompas als de maatschappelijk begeleider heeft contacten met informele tolken. In geval van een gezinsmigrant neemt deze zelf een tolk mee, veelal een familielid.

 

Leerbaarheidstoets

Een wettelijk verplicht onderdeel van de brede intake is de leerbaarheidstoets. Dit is een landelijke toets die alleen afgenomen mag worden door gecertificeerde personen. Deze toets heeft als doel inzicht te geven in de best passende leerroute. Kompas heeft ervoor gekozen om deze toets zelf uit te voeren, in combinatie met het gesprek ten behoeve van de brede intake. De participatiecoaches van Kompas hebben de benodigde certificering en voeren de toets uit. De uitkomsten van de leerbaarheidstoets worden meegenomen bij het vaststellen van de best passende leerroute maar is niet bepalend voor de leerroute.

 

Intake leerroute

De statushouders gaat op intake bij Vista, de onderwijsinstelling die de verschillende leerroutes aanbiedt. De bevindingen van Vista worden meegenomen in het bepalen van de leerroute en het inburgeringsplan.

 

PIP

In het PIP wordt vastgelegd hoe het inburgeringstraject eruit ziet, welke afspraken hierbij horen en welke leerroute de inburgeringsplichtige gaat volgen. Het PIP wordt afgestemd en besproken met de inburgeraar.

 

Het PIP is voor de gezinsmigrant een voorwaarde voor de lening bij DUO voor het betalen van het inburgeringsonderwijs.

 

In aanvulling op het PIP ontvangen statushouders een beschikking in verband met de uitkering op basis van de Participatiewet. In deze beschikking staat ook de verplichting om mee te werken met het wettelijk verplichte financieel ontzorgen.

 

Termijnen

De participatiecoach stelt het PIP vast uiterlijk binnen de wettelijke termijn van 10 weken nadat de inburgeringsplichtige de DUO-kennisgeving over de inburgeringsplicht heeft ontvangen. Is de inburgeraar op dat moment nog niet ingeschreven in het basisregistratie personen (BRP) dan starten de 10 weken na inschrijving in de BRP.

 

Afwijken van deze termijnen kan wanneer informatie nodig is van een derde partij die essentieel is voor de vaststelling van het PIP. Dit geldt bijvoorbeeld voor vrijstellingsaanvragen bij DUO of diplomawaarderingen door Internationale Diplomawaardering (IDW). Uiterlijk 2 weken na ontvangst van de informatie stelt de participatiecoach het plan alsnog vast.

 

Verhuizing

Wanneer de inburgeringsplichtige, voor wie de leerroute al is vastgesteld, verhuist naar een andere gemeente stelt de gemeente het PIP opnieuw vast binnen 10 weken na de inschrijving van de inburgeringsplichtige in het BRP. De leerroute die daarbij wordt vastgesteld, is gelijk aan de leerroute zoals die door de gemeente van vertrek is vastgesteld. Deze werkwijze is wettelijk bepaald.

 

Handhaving

Artikel 22 Wet inburgering: een waarschuwing of boete voor het niet of niet voldoende meewerken aan de Brede intake, waaronder de leerbaarheidstoets. De boete wordt opgelegd door Kompas.

 

Artikel 23 Wet inburgering: een waarschuwing of boete voor het niet of niet voldoende meewerken aan de geboden ondersteuning en begeleiding zoals vastgelegd in het Plan inburgering. De boete wordt opgelegd door Kompas.

Financieel ontzorgen

Financieel ontzorgen houdt in dat de gemeente de vaste lasten (huur, energiekosten, verplichte verzekeringen) direct doorbetaalt uit de bijstand of uit een bufferkrediet.

 

Wettelijke verplichting

In de wet is vastgelegd dat de gemeente verplicht is om de doelgroep statushouders minimaal een half jaar financieel te ontzorgen. Deze verplichting heeft de statushouders middels de beschikking bij het PIP opgelegd gekregen. Weigert de statushouder mee te werken dan is Kompas verplicht om boetes op te leggen zoals vastgelegd in de wet.

 

Bufferkrediet en budgetbeheer

Sinds 2016 werkt Kompas met een bufferkrediet in combinatie met budgetbeheer. Deze aanpak is zowel de statushouders als Kompas goed bevallen. Daarom wordt deze werkwijze gecontinueerd.

 

Het doel van het bufferkrediet (€ 3.000) is het voorkomen van schulden doordat uitkeringen en toeslagen niet direct beschikbaar zijn. Met behulp van het bufferkrediet kunnen rekeningen direct betaald worden door de budgetbeheerder. Denk aan de huur, verzekeringen en kosten voor levensonderhoud. De budgetbeheerder zorgt voor een gezonde, financiële administratie gedurende de looptijd van het bufferkrediet. In deze periode ontvangen de statushouders leefgeld.

 

Met de ontvangen uitkeringen en toeslagen wordt het bufferkrediet in zijn geheel afgelost. Zodra het bufferkrediet na 6 maanden helemaal is afgelost stopt het budgetbeheer. De inkomsten (uitkering en/of loon) gaan nu niet meer naar de bankrekening van de budgetbeheerder maar naar de bankrekening van de statushouder. De statushouder betaalt nu alle rekeningen zelf.

 

Omdat er altijd een maand huur vooruit moet worden betaald ontvangt de statushouder een maand huur vanuit de bijzondere bijstand. Zowel het opstarten van het bufferkrediet en budgetbeheer als ook de vergoedingen vanuit de bijzondere bijstand wordt geregeld door de zorgcoaches van Kompas. Deze kosten hoeven ze niet terug te betalen.

 

Termijnen

De gemeente is wettelijk verplicht om minimaal 6 maanden te ontzorgen. Het bufferkrediet in combinatie met budgetbeheer loopt minimaal 6 maanden. Na 6 maanden wordt het bufferkrediet zo snel als mogelijk afgelost en stopt het budgetbeheer. Hiermee wordt voldaan aan de wettelijke verplichting.

 

Handhaving

Artikel 23 Wet inburgering: een boete voor het niet of niet voldoende meewerken aan de geboden ondersteuning en begeleiding zoals vastgelegd in het Plan inburgering. De boete wordt opgelegd door Kompas.

Maatschappelijke begeleiding

Statushouders zijn meestal niet goed voorbereid op hun komst naar Nederland. Daarom worden ze geholpen bij het regelen van praktische zaken en bij het leren kennen van de Nederlandse samenleving en hun omgeving (nadat ze vanuit het AZC naar de gemeente zijn verhuisd). Dit heet maatschappelijke begeleiding. Het doel van maatschappelijke begeleiding is om hun kennis van de Nederlandse samenleving te vergroten en hun zelfredzaamheid en participatie te versterken.

 

Gezinsmigranten krijgen geen aanbod van maatschappelijke begeleiding. Zij hebben reeds een netwerk in Nederland en worden geacht zelfredzaam te zijn.

 

Uitvoering

Kompas koopt de maatschappelijke begeleiding in bij CMWW. Zij geven uitvoering aan de maatschappelijke begeleiding in alle drie de Kompasgemeenten. CMWW heeft maatschappelijk begeleiders in dienst die gespecialiseerd zijn in de doelgroep statushouders. Zij ondersteunen bij:

  • Huisvesting en inrichting

  • Aansluiting op bestaande voorzieningen (uitkering, toeslagen, school, verzekeringen, etc)

  • Sociale integratie

  • Vragen over Nederlandse taal

  • Vrije tijdsbesteding, (vrijwilligers)werk

De maatschappelijk begeleider werkt nauw samen met Kompas in belang van een goede start voor de statushouders. Wanneer nodig maakt CMWW gebruik van (in)formele tolken.

 

Een goede start

Al voordat de statushouder woonachtig is in de gemeente is er contact tussen de maatschappelijk begeleider en de statushouder. Op en rondom de zogenaamde “regeldag” heeft de maatschappelijk begeleider een coördinerende rol. Op de “regeldag” wordt de woning bekeken, het huurcontract ondertekend, de sleuteloverdracht vindt plaats, de statushouders worden ingeschreven in het BRP en er wordt een start gemaakt met het regelen van de eerste voorzieningen (uitkering, financieel ontzorgen, etc.).

 

Inrichting

De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting van statushouders op basis van de gemeentelijke, verplichte taakstelling. Gemeenten werken voor de huisvesting van statushouders in de meeste gevallen samen met de lokale woningbouwvereniging. Nadat de statushouder de sleutel van de toegewezen woning heeft gekregen, heeft de statushouder 2 weken om de woning in te richten en te verhuizen. Daarna vervalt de plek in de COA opvang. Kompas ondersteunt samen met de maatschappelijk begeleider bij de inrichting van de woning om ervoor te zorgen dat het gezin een goede start heeft in de gemeente.

Meubels en huisraad

Kompas heeft een subsidierelatie met Stichting Samen Delen ten behoeve van de meubels en huisraad voor de statushouders. Zij leveren banken, bedden, kasten, lampen, pannen, handdoeken, beddengoed, etc. Dat wat zij niet kunnen leveren wordt door Kompas ingekocht. De maatschappelijk begeleider ondersteunt de statushouder bij het uitzoeken van de inrichting bij Samen Delen en het inrichten van de woning. Uitgangspunt is het hoogst nodige tegen zo min mogelijk kosten.

Stoffering en elektrische apparaten

Stoffering zoals verf en vloerbedekking en elektrische apparaten zoals wasmachines en laptops worden niet geleverd door Samen Delen. Statushouders ontvangen een inrichtingskrediet waarmee ze de benodigdheden kunnen kopen. De hoogte van het inrichtingskrediet wordt door de zorgcoach vastgesteld op basis van de gezinssamenstelling en de bijbehorende Nibud normen. Voor stoffering wordt 100% van de Nibud norm gehanteerd. Voor goederen die 2e hands gekocht kunnen worden 50% van de Nibud norm. Het krediet wordt verstrekt door KBL en in 5 jaar volledig terugbetaald. Kompas staat borg voor de aflossing van het krediet. De maatschappelijk begeleider ondersteunt en adviseert de statushouders bij het besteden van het inrichtingskrediet en de aankoop van de benodigdheden.

 

Een goed vervolg

Afhankelijk van het gezin, de behoefte en de mate van zelfredzaamheid ondersteunt de maatschappelijk begeleider o.a. ook bij het organiseren van de school en opvang voor de kinderen; bij de administratie nadat het financieel ontzorgen traject is afgesloten; bij (vervolg) trajecten in het kader van lichamelijke en psychische zorg, bij het kennismaken met de buren en de organisaties in de buurt; bij de aansluiting bij initiatieven zoals de taalclub; bij het gebruik van het openbaar vervoer; over opvoedkundige vraagstukken. Én deelt algemene kennis over het reilen en zeilen in Nederland.

 

Na afsluiting van het traject zijn de statushouders voldoende zelfredzaam en/of kunnen ze doorstromen naar reguliere ondersteuning die voor alle inwoners beschikbaar is.

 

Termijnen

Het traject wordt afgestemd op de behoefte van de statushouder en duurt gemiddeld 1 jaar. Zowel de volwassenen als de kinderen worden begeleid.

 

Handhaving

Bij maatschappelijke begeleiding is er geen sprake van handhaving. De keuze om geen gebruik te maken van deze voorzieningen heeft geen financiële consequenties. In de praktijk maakt iedereen graag gebruik van de aangeboden ondersteuning.

Leerroutes inburgering

Gemeenten hebben de wettelijke plicht om de inburgeringsplichtige statushouder tijdig een inburgeringsaanbod te doen dat aansluit bij de leerroute en andere elementen die in het PIP zijn vastgelegd. Kompas stelt de leerroute vast op basis van de uitkomst van de leerbaarheidstoets en alle overige informatie die tijdens de brede intake is verkregen

 

Het aanbod aan leerroutes is wettelijk bepaald, er zijn drie routes mogelijk: de Onderwijsroute, de B1-route en de Z-route (zelfredzaamheid). In alle leerroutes is in ieder geval een taaltraject en de module Kennis van de Nederlandse Maatschappij (KNM) opgenomen.

 

Wettelijk uitgangspunt van bij het aanbod van de leerroutes:

  • 1.

    de Nederlandse taal wordt op een zo hoog mogelijk niveau afrondt; en

  • 2.

    de inburgeraar doet zo snel als mogelijk mee in de Nederlandse samenleving en op de arbeidsmarkt.

Inkoop en monitoring leerroutes

Samen met alle overige Zuid-Limburgse gemeenten heeft Kompas meegedaan met een aanbesteding voor de inkoop van de leerroutes. Gezamenlijk zijn de kaders vastgesteld waaraan het onderwijs moet voldoen. Uitgangspunt hierbij is dat de inburgeraar centraal staat. En niet, zoals in de oude situatie, het aanbod van de taalschool. Er wordt veel flexibiliteit verwacht van de taalschool zodat de persoonlijke (gezins)situatie, de participatie en de ontwikkeling van de inburgeraar, en de leerroute op elkaar afgestemd kunnen worden.

 

De aanbesteding is gegund aan Vista College. Zij geven uitvoering aan alle leerroutes voor alle Zuid-Limburgse gemeenten. Dit doen zij op verschillende locaties in de regio. Statushouders en gezins-migranten uit de Kompas gemeenten kunnen terecht bij Vista College in Heerlen en Sittard.

 

In geval van statushouders koopt Kompas de vastgestelde leerroute in en monitort het traject.

 

In geval van gezinsmigranten heeft Kompas een adviserende en monitorende rol. De gezinsmigrant koopt het onderwijs zelf in. Hij mag hierbij gebruik maken van de afspraken die met Vista College lopen met de Zuid-Limburgse gemeenten. Ervaring leert dat de adviezen door de gezinsmigranten vaak niet opgevolgd worden omdat de kosten voor de inkoop heel hoog zijn. Gezinsmigranten kiezen veelal voor een eigen, afwijkende aanpak om de taal te leren. Welke consequenties dit heeft voor het behalen van de inburgering moet nog blijken. Dit oordeel is aan DUO. Kompas kan alleen adviseren en monitoren. DUO kan informatie inwinnen bij Kompas over het gevolgde traject.

 

De onderwijsroute

De onderwijsroute is bedoeld ter voorbereiding op instroom in het reguliere onderwijs. Het is dus met name geschikt voor jonge mensen die al scholing hebben gehad in het land van herkomst en voor hoogopgeleiden die met een kopstudie hun carrière kunnen voortzetten.

 

De B1-route

De B1-route is gericht op het beheersen van het Nederlands als Tweede taal (NT2) op taalniveau B1. Uitgangspunt van de route is dat er naast de leerroute een vorm van participatie wordt geboden aan statushouders. Voor veel statushouders is dit in het begin vrijwilligerswerk, maar regulier werk is het einddoel.

 

De Z-route

In deze route staat zelfredzaamheid centraal waarbij het streefniveau voor taal A1-niveau is. Deze route is met name bedoeld voor mensen in die in het land van herkomst weinig of geen scholing hebben gehad of die minder leerbaar zijn. De route kent daarom alleen een inspanningsplicht van 800 uur taalles en 800 uur voor PVT, MAP en participatie. Het einddoel is zelfredzaamheid en waar mogelijk regulier werk. De taalles wordt ingekocht bij Vista College. De participatiecomponent wordt door Kompas zelf ingevuld.

Aanvullende groepsbijeenkomsten

Kompas heeft ervoor gekozen om in aanvulling op de taalles van Vista zelf groepsbijeenkomsten te organiseren. Hierbij staat de behoefte van de inburgeraar centraal. Het doel is om de inburgeraar zo zelfstandig mogelijk te krijgen. Onderwerpen die daarom aan bod kunnen komen zijn bijvoorbeeld de Nederlandse zorg, veiligheid, gezondheid, cultuur, arbeidsmarkt, woningmarkt, rechten en plichten. Samen met de inburgeraar wordt bepaald welke onderwerpen het best passend zijn. Wanneer gewenst sluiten professionals uit het betreffende themagebied aan om informatie te delen en vragen te beantwoorden.

 

De ervaringen met de groepsbijeenkomsten worden door de inburgeraars en door de participatie-coaches als zeer positief ervaren. Door de inhoud af te stemmen op de behoefte en gebruik te maken van de groepsdynamiek ontwikkelen de inburgeraars zich zeer sterk en draagt dit zeer goed bij aan hun zelfredzaamheid, als individu maar ook als groep, en hun participatie in de Nederlands maatschappij.

 

Instroomprognoses

Bij aanvang van de nieuwe wet was de verwachting van het Ministerie dat 25% in aanmerking komt voor de onderwijsroute, 60% voor de B1-route en 15% van de inburgeraars voor de Z-route.

 

Termijnen

Alle leerroutes moeten binnen 3 jaar afgerond zijn, inclusief het participatieonderdeel bij de Z-route.

 

Handhaving

Artikel 25 Wet inburgering: een boete voor statushouders voor het niet of niet voldoende meewerken aan de activiteiten die in het kader van de leerroute worden aangeboden. Deze wordt opgelegd door DUO. DUO kan informatie inwinnen bij Kompas om de boete te beoordelen.

Participatieverklaring en MAP

Het inburgeringstraject bevat in ieder geval de verplichte onderdelen Kennis Nederlandse Maatschappij (KNM), de Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP) en het Participatieverklarings-traject (PVT). KNM is onderdeel is van de leerroutes en wordt dus uitgevoerd door Vista College.

 

Participatieverklaringstraject (PVT)

Alle inburgeringsplichtigen moeten, net zoals in de oude wet, het participatieverklaringstraject afronden. Dit traject is bedoeld om inburgeringsplichtigen in een vroeg stadium kennis te laten maken met de kernwaarden van de Nederlandse samenleving. In de nieuwe wet is het verplicht aantal uren uitgebreid naar 12 uur.

 

Het PVT bestaat uit drie onderdelen:

  • 1.

    Kernwaarden van de Nederlandse Maatschappij;

  • 2.

    Een excursie die samenhangt met de Nederlandse democratie;

  • 3.

    Ondertekening van het Participatieverklaringstraject.

Samen met gemeente Heerlen, Landgraaf en Brunssum koopt Kompas het PVT in het eerste onderdeel in bij CMWW. De afgelopen jaren heeft CMWW naar tevredenheid van gemeente Landgraaf en Brunssum dit onderdeel van de PVT reeds uitgevoerd. Zowel gemeente Heerlen als Kompas hebben besloten bij deze succesvolle samenwerking aan te sluiten.

 

De kernwaarden die tijdens het PVT worden besproken:

  • a.

    het thema democratie;

  • b.

    de Nederlandse rechtsstaat;

  • c.

    het recht op zelfbeschikking;

  • d.

    de vrijheid van meningsuiting;

  • e.

    gelijkwaardige behandeling;

  • f.

    het verbod op discriminatie;

  • g.

    sociale rechten, zoals het recht op medische zorg en onderwijs;

  • h.

    de wijze waarop inwoners in Nederland met elkaar omgaan;

  • i.

    participatie en wat de samenleving hiervan verwacht; en

  • j.

    overige sociale regels en plichten in Nederland.

Het tweede en derde onderdeel wordt door Kompas in samenwerking met de Kompasgemeenten uitgevoerd. De ondertekening vindt plaats in de raadzaal van de eigen gemeente waarmee onderdeel twee en drie gecombineerd worden. Er is in verband met de kosten bewust gekozen voor deze minimale aanpak waarmee we voldoen aan de wettelijke verplichting.

 

Kompas organiseert de ondertekening en zorgt voor de formele afhandeling bij DUO.

 

Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP)

Inburgeraars die de B1-route of de Z-route volgen zijn verplicht op de MAP te volgen. Doel van de MAP is om deze inburgeraars te begeleiden bij het oriënteren op de Nederlandse en lokale arbeidsmarkt.

 

Onderdelen van de MAP:

  • 1.

    kennismaking met de Nederlandse arbeidsmarkt;

  • 2.

    inzicht in de eigen competenties en arbeidskansen;

  • 3.

    een concrete beroepswens formuleren;

  • 4.

    beroeps- en werknemerscompetenties;

  • 5.

    opbouwen netwerk;

  • 6.

    praktische ervaring op de (lokale) arbeidsmarkt; en

  • 7.

    hoe vind je werk.

Kompas voert de MAP uit middels groepsbijeenkomsten. Voor de uitvoering wordt, daar waar sprake is van toegevoegde waarde, samengewerkt met het WSP.

 

Belangrijk aandachtspunt gedurende de MAP bijeenkomsten, maar ook in de reguliere begeleiding, zijn de verschillen tussen het land van herkomst en Nederland. Elk land kent zijn eigen arbeidsmarkt, aanpak in solliciteren en functies bij bedrijven. Eenzelfde functie kan in Nederland heel anders uitgevoerd worden dan in het land van herkomst. Zonder deze informatie is een match en dus een succesvolle plaatsing gedoemd om te mislukken. Door het delen van dergelijke informatie kunnen de inburgeraars zich een goed beeld vormen van de mogelijkheden in Nederland, zijn kansen en doelen bepalen en zijn pan van aanpak hierop afstemmen.

 

Termijnen

Zowel het PVT als de MAP moeten binnen 36 maanden na de start van de inburgeringsplicht worden afgerond.

 

Handhaving

Artikel 24 Wet inburgering: een boete voor het niet of niet voldoende meewerken aan het PVT en/of de MAP. Deze wordt opgelegd door DUO. DUO kan informatie inwinnen bij Kompas om de boete te beoordelen.

Participatie

De nieuwe Wet inburgering schrijft voor dat statushouders op een zo hoog mogelijk niveau de Nederlandse taal leren, dat zij richting werk worden geactiveerd en dat zij volwaardig aan de Nederlandse samenleving deelnemen. Participatie is dus een wezenlijk onderdeel van de nieuwe wet.

 

Participatiecoaches

Kompas begeleidt al heel wat jaren de doelgroep statushouders met succes naar (on) betaald werk. Dit was geen verplichting vanuit de wet maar dit hebben wij gedaan vanuit de overtuiging dat de taal leren, een nieuw leven opbouwen in Nederland en participeren hand-in-hand gaan.

 

De begeleiding naar participatie en werk wordt uitgevoerd door gespecialiseerde participatiecoaches. Zij hebben de expertise in huis om deze doelgroep zo goed en zoveel als mogelijk te laten participeren. Wij blijven dan ook met deze nieuwe wet vooral doen waar we goed in zijn.

 

Doelgroep met veel potentie

Een aanzienlijk deel van onze plaatsingen en uitstroom realiseren we met statushouders. Onze ervaring is dat statushouders zeer welwillend zijn om in Nederland te participeren. Het liefst willen zij in hun eigen inkomen voorzien. De weg naar een eigen inkomen duurt meestal langer. Onderweg hier naartoe werken zijn aan de taal, bouwen ze een nieuw leven op, leren ze hoe de Nederlandse arbeidsmarkt werkt en is het van belang om psychische en lichamelijke problemen aan te pakken. Dit heeft allemaal tijd nodig en kan niet van de ene op de andere dag gerealiseerd worden. In overleg met de participatiecoach worden de stappen besproken en gezet, veelal met vallen en opstaan.

 

Doel is het hoogst haalbare

Het ultieme doel voor de statushouders is betaald werk waarmee de uitkering gestopt kan worden. Dit doel is niet voor iedereen haalbaar. Op individueel niveau wordt door de participatiecoach bekeken wat het hoogst mogelijke doel is. Afspraken om dit doel te bereiken worden vastgelegd in het PIP.

 

Wanneer het gaat om gezinsmigranten blijft het bij adviseren. De participatiecoach adviseert over de verplichte participatie onderdelen. Het is de verantwoordelijkheid van de gezinsmigrant om te voldoen aan de voorwaarden die wettelijk bepaald zijn. Op verzoek kan de participatiecoach de gezinsmigrant ook begeleiden naar betaald werk. Hierbij horen ook verwachtingen ten aanzien van de gezinsmigrant. Kan of wil deze niet aan deze verwachtingen voldoen dan stopt de begeleiding.

 

Verschillende vormen van participatie

De ultieme vorm van participeren is betaald werk waarmee de statushouder of gezinsmigrant onafhankelijk wordt. Participatie kent nog vele andere vormen die vaak ingezet worden op de weg naar het ultieme doel, elke stap is er één.

 

Een belangrijke vorm van participeren is het verrichten van vrijwilligerswerk. Dit gebeurt veelal bij organisaties in de buurt waarbij het vooral gaat om de sociale contacten en het spreken van de Nederlandse taal. Een werkervaringsplaats wordt ingezet wanneer een statushouder wilt kennismaken/proeven aan een bepaalde functie of organisatie. Wellicht zijn er ook betaalde mogelijkheden in de toekomst bij deze organisatie. In alle Kompasgemeenten zijn er taalclubs die inburgeraars vrijwillig ondersteunen bij het leren van de taal. Kompas organiseert groepsbijeenkomsten die bijdragen aan de participatie van het individu. De inhoud wordt afgestemd op de behoeften van de groep. Wanneer noodzakelijk is scholing ook een vorm van participeren. Dit wordt alleen in de vorm van maatwerk ingezet.

 

Termijnen

In het PIP worden afspraken gemaakt over participatie. Hierbij worden de wettelijke termijnen voor de verschillende onderdelen in acht genomen. Er zijn geen aanvullende termijnen in de wet opgenomen voor participatie.

 

Handhaving

Wanneer het een statushouder betreft, en deze een uitkering van Kompas ontvangt, valt deze ook onder de Participatiewet. Op basis van inhoudelijke argumenten wordt door de participatiecoach een afweging gemaakt vanuit welke wet gehandhaafd dient te worden. Richtlijn hierbij is dat als het om taalverbetering gaat gehandhaafd wordt vanuit Artikel 23 Wet inburgering: een boete voor niet of niet voldoende meewerken aan de geboden ondersteuning en begeleiding zoals vastgelegd in het Plan inburgering. Deze boete wordt opgelegd door Kompas.

 

Gaat het om het verkleinen van de afstand op de arbeidsmarkt dan wordt gehandhaafd vanuit de Participatiewet. Dan wordt gehandhaafd middels het beoordelen en opleggen van een maatregel. Het beoordelen en opleggen van een maatregel is aan Kompas.

 

Voor gezinsmigranten geldt de Participatiewet niet en kan alleen gehandhaafd worden vanuit de Wet inburgering, Artikel 23: een boete voor niet of niet voldoende meewerken aan de geboden ondersteuning en begeleiding zoals vastgelegd in het Plan inburgering. Deze boete wordt opgelegd door Kompas.