Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Laarbeek

Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester gemeente Laarbeek 2024

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLaarbeek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester gemeente Laarbeek 2024
CiteertitelVerordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester gemeente Laarbeek 2024
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 61 van de Gemeentewet
  2. artikel 61c van de Gemeentewet
  3. artikel 84 van de Gemeentewet
  4. artikel 147 van de Gemeentewet
  5. artikel 149 van de Gemeentewet
  6. artikel 15 van de Archiefwet 1995
  7. artikel 31 van de Archiefwet 1995
  8. artikel 9 van het Archiefbesluit 1995
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-01-2024nieuwe regeling

21-12-2023

gmb-2024-24180

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening vertrouwenscommissie benoeming burgemeester gemeente Laarbeek 2024

De gemeenteraad van de gemeente Laarbeek

 

gelezen het voorstel van de fractievoorzitters van 14 december 2023;

 

gelet op de artikelen 61, 61c, 84, 86, 147 en 149 van de Gemeentewet, de artikelen 15 en 31 van de Archiefwet 1995 en artikel 9 van het Archiefbesluit 1995;

 

gelet op de circulaire Benoeming, functioneringsgesprekken en herbenoeming burgemeester van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

 

besluit:

 

vast te stellen de Verordening op de vertrouwenscommissie, die de aanbeveling tot benoeming van de burgemeester voorbereidt (hierna: de commissie).

Artikel 1. Taak

De commissie heeft tot taak de aanbeveling tot benoeming van de burgemeester voor te be-reiden.

Artikel 2. Samenstelling commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit raadsleden. Uitgangspunt is dat elke fractie met één lid verte-genwoordigd is in de commissie. De raad benoemt de leden op voordracht van de fracties.

  • 2.

    De gemeenteraad heeft de mogelijkheid om daarnaast een raadslid te benoemen tot tech-nisch voorzitter van de commissie. In dat geval heeft de technisch voorzitter geen stem-recht in de commissie.

  • 3.

    Indien de gemeenteraad niet heeft bepaald wie voorzitter en plaatsvervangend voorzitter van de commissie is, kiest de commissie deze uit haar midden.

  • 4.

    De commissie kent geen plaatsvervangende leden.

Artikel 3. Ambtelijke ondersteuning

  • 1.

    De raadsgriffier is secretaris van de commissie en geeft als zodanig ambtelijke ondersteu-ning aan de vertrouwenscommissie.

  • 2.

    De gemeentesecretaris wordt als plaatsvervangend secretaris aan de commissie toege-voegd.

  • 3.

    De (plaatsvervangend) secretaris van de commissie is geen lid van, en heeft geen stem-recht in, de commissie.

Artikel 4. Adviseur

  • 1.

    De gemeenteraad kan een wethouder aan de commissie toevoegen als adviseur.

  • 2.

    De adviseur wordt uitgenodigd voor de vergaderingen van de commissie.

  • 3.

    Een adviseur is geen lid van, en heeft geen stemrecht in, de commissie.

Artikel 5. Geheimhouding

  • 1.

    Op alle informatie van de commissie rust volgens de Gemeentewet de verplichting tot ge-heimhouding. Dit wordt op de stukken vermeld. Deze geheimhouding is van toepassing op eenieder die van de informatie kennis draagt.

  • 2.

    De vergaderingen van de commissie zijn besloten. De voorzitter van de commissie wijst bij in elke vergadering op de geheimhoudingsplicht, die rechtstreeks voortvloeit uit artikel 61c van de Gemeentewet.

  • 3.

    Aan degenen die geen lid zijn van de commissie wordt ingevolge de wet geen informatie verstrekt over de inhoud van de stukken of het behandelde ter vergadering of in het ge-sprek.

  • 4.

    De commissie treft een voorziening met betrekking tot de wijze waarop de geheimhouding blijft gewaarborgd bij het beheer van bescheiden, het voeren van correspondentie en bij de bepaling van plaats en tijdstip van de gesprekken.

  • 5.

    Stukken die van de commissie uitgaan worden onder vermelding van “geheim” door de voorzitter en secretaris ondertekend en verstuurd.

  • 6.

    Stukken bestemd voor de commissie worden onder vermelding van “geheim” gezonden aan de secretaris en aldaar bewaard tot het moment van archivering. De secretaris ziet er op toe dat de vertrouwelijkheid in deze procesgang wordt gegarandeerd.

  • 7.

    De geheimhoudingsplicht blijft na ontbinding van de commissie van kracht.

  • 8.

    Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de (plaatsvervangend) se-cretaris en, indien van toepassing, de adviseur.

Artikel 6. Werkwijze commissie

  • 1.

    De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of tenminste 2 leden dit noodzakelijk achten. De commissie vergadert slechts indien meer dan de helft van het aantal leden aanwezig is.

  • 2.

    De voorzitter bepaalt dag, uur en plaats van de vergadering. De voorzitter doet van elke vergadering tenminste vierentwintig uur tevoren aankondiging aan de leden van de com-missie en indien een adviseur aan de commissie is toegevoegd, de adviseur.

  • 3.

    De voorzitter van de commissie treedt op als contactpersoon tijdens de benoemingsproce-dure.

Artikel 7 Stemmingen

  • 1.

    De commissie besluit bij de voorbereiding van een aanbeveling bij meerderheid van uitge-brachte stemmen, waarbij elk lid één stem heeft.

  • 2.

    Bij het staken van de stemmen wordt het nemen van een beslissing uitgesteld tot de vol-gende vergadering. Is uitstel van de beslissing niet mogelijk of staken de stemmen ook in die volgende vergadering, dan worden geen bevindingen van de commissie, maar de ver-schillende meningen in het verslag opgenomen.

  • 3.

    De commissie streeft naar unanimiteit. Het gevoelen van de minderheid wordt desgewenst in het verslag tot uitdrukking gebracht.

Artikel 8. Bijzondere bepalingen over de benoemingsprocedure

  • 1.

    De Gemeentewet bepaalt in artikel 61 lid 4 dat de commissie zich slechts door tussenkomst van de commissaris van de Koning de door haar nodig geachte informatie over de kandida-ten verschaft. Elk overleg met derden, schriftelijk of mondeling, is uitgesloten.

  • 2.

    De secretaris nodigt, op verzoek van de commissie, de kandidaten uit voor een gesprek met de commissie. De commissie treft daarbij de voorzieningen die nodig zijn om de priva-cy van de sollicitanten te beschermen, bijvoorbeeld door de plaats en het tijdstip van de gesprekken zodanig te kiezen dat de vertrouwelijkheid van de gesprekken is gewaarborgd.

Artikel 9. Verslag

  • 1.

    De commissie brengt over haar werkzaamheden ter voorbereiding van de aanbeveling tot benoeming verslag uit aan de gemeenteraad en de commissaris van de Koning door middel van een verslag van bevindingen.

  • 2.

    Dit schriftelijke en vertrouwelijke verslag bevat tenminste:

    • a.

      een weergave van de wijze waarop de commissie haar werkzaamheden heeft verricht,

    • b.

      een gemotiveerde weergave van de bevindingen van de commissie;

    • c.

      een gemotiveerde conceptaanbeveling van twee personen.

Artikel 10. Archivering

  • 1.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemingsprocedure zorg voor dat na afronding van de benoeming alle archiefbescheiden onverwijld in een ver-zegelde envelop en gerubriceerd als "geheim" worden overgebracht naar de op grond van de Archiefwet door de gemeenteraad aangewezen archiefbewaarplaats.

  • 2.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemingsprocedure zorg voor dat van de in het eerste lid bedoelde overbrenging een verklaring van overbren-ging als bedoeld in artikel 9 van het Archiefbesluit 1995 wordt opgemaakt. In deze verkla-ring wordt melding gemaakt van de met toepassing van artikel 15, lid 1 sub a en c, van de Archiefwet 1995 gestelde beperkingen aan de openbaarheid, geldende voor een periode van 75 jaar.

  • 3.

    De voorzitter en de secretaris van de commissie dragen er bij de benoemingsprocedure zorg voor dat alle overige bescheiden en alle kopieën van de in dit artikel bedoelde beschei-den onmiddellijk worden vernietigd.

Artikel 11. Onvoorziene gevallen

In alle gevallen waarin deze verordening dan wel de circulaire niet voorziet, beslist de commis-sie.

Artikel 12. Ontbinding van de commissie

De commissie is ontbonden met ingang van de dag volgende op die waarop door de minister van BZK aan de gemeenteraad bekend is gemaakt dat in de vacature van burgemeester is voorzien.

Artikel 13. Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

  • 2.

    Deze verordening vervalt op de dag waarop de burgemeester is benoemd, behoudens het gestelde over de geheimhouding in artikel 5.

  • 3.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening vertrouwenscommissie benoe-ming burgemeester gemeente Laarbeek 2024”.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 21 december 2023.

De raad van de gemeente Laarbeek,

De raad vernoemd,

de griffier

M.L.M. van Heijnsbergen

burgemeester

F.L.J. van der Meijden